Lesmap - UNICEF België

advertisement
Met de campagne “Samen 4 miljoen baby’s redden” wil UNICEF dit jaar aandacht
vragen voor de strijd tegen ondervoeding in de Democratische Republiek Congo,
Lesmap
Burundi en Sierra Leone.
Elk jaar halen 4 miljoen baby’s hun eerste levensmaand niet. 146 miljoen kinderen in de
ontwikkelingslanden zijn ondervoed. Elk jaar sterven er ongeveer 5,5 miljoen kinderen
aan de rechtstreekse of onrechtstreekse gevolgen van ondervoeding. Ondervoeding
is hiermee verantwoordelijk voor meer dan de helft van de kindersterfte in de wereld.
UNICEF België biedt leerkrachten en leerlingen van 10-14 jaar een lesmap aan met
didactische activiteitenfiches. Met deze lesmap wil UNICEF België Mondiale Vorming in
de klas brengen en kinderen sensibiliseren rond de kinderrechten en gelijkheid van
die rechten voor alle kinderen! De activiteiten in het dossier geven kinderen de kans te
ontdekken dat ondervoeding gemakkelijk voorkomen én opgelost kan worden.
De lesmap kan je gratis aanvragen of downloaden op www.unicef.be. Meer info voor
de leerlingen op www.unicefkids.be !
Goede voeding, paswoord voor een goede start
Auteurs: Herlinde De Vos en Alao Kasongo
Verantwoordelijke Uitgever: UNICEF België, Yves Willemot, Lenniksebaan 451, bus 4, 1070 Brussel
© UNICEF/2008
D/2008/5606/10
1
Inhoudstafel Lesmap
“Goede voeding,
paswoord voor een goede start”
1. Goede voeding, paswoord voor een goede start...................................................................................... 2
1.1. Voeding, een recht ............................................................................................................................................................... 2
1.2. Ondervoeding komt voor in verschillende vormen........................................................................................... 2
1.3. Kinderrechten en Millenniumdoelstellingen........................................................................................................ 3
2. UNICEF in actie. .................................................................................................................................................................. 4
Gezonde moeders, gezonde kinderen ..................................................................................................................... 4
2.2. Jodium en Vitamine A........................................................................................................................................................ 4
2.3. Plumpy’ Nut ®........................................................................................................................................................................ 4
2.4. Lange termijn.......................................................................................................................................................................... 4
2.5. Focus op Afrika. ..................................................................................................................................................................... 5
Democratische Republiek Congo: Minimaal gezondheidspakket .........................................................................5 2.1. redt kinderlevens
En in België?............................................................................................................................................................................ 6
Mondiale Vorming................................................................................................................................................................. 6
UNICEF Wereldklassen. .................................................................................................................................................... 6
3. Hoe de lesmap gebruiken? ...................................................................................................................................... 7
2.6.
Methodologie. .......................................................................................................................................................................... 7
3.2. De activiteitenfiches............................................................................................................................................................. 7
Activiteitenfiche 1: Quiz - Ontdek de voedselpiramide en allerlei weetjes over
(onder)voeding........................................................................................................................................................................ 8
Activiteitenfiche 2: Samen voor een evenwichtige en gezonde voeding!.......................................... 12
Activiteitenfiche 3: Samen 4 miljoen baby’s redden: hoe helpt UNICEF?.......................................... 16
Activiteitenfiche 4: Een gezondheid menu . ........................................................................................................ 20
3.1. Foto cover:
© UNICEF/Giacomo Pirozzi
2
1. GOEDE VOEDING,
PASWOORD VOOR EEN GOEDE START
1.1 Voeding, een recht
Elk jaar starten wereldwijd ongeveer 129
­miljoen baby’s een race tegen de tijd om in
hun eerste vijf –cruciale- levensjaren het
nodige potentieel op te bouwen dat van
wezenlijk belang is voor hun verdere
­ontwikkeling.
Wereldwijd blijven miljoenen kinderen
echter verstoken van dergelijke “goede
start”. De meesten onder hen omdat ze
­moeten opgroeien in diepe armoede. Ze
­behoren tot de meer dan 1 miljard mensen die moeten over­
leven met minder dan 1 euro per dag. Ze leven in gezinnen die
een ongelijke strijd moeten aangaan tegen ziekte, gebrek aan
hygiëne, onwetendheid, ondervoeding, seksisme en vaak ook
geweld en zelfs oorlog.
Voor baby’s is een goede voeding van wezenlijk belang voor
het verdere leven. Voor pasgeborenen is moedermelk levensbelangrijk want daarin zitten alle nodige voedingsstoffen.
­Oudere kinderen hebben een evenwichtige maaltijd nodig
met verschillende voedzame stoffen zoals mineralen, vitamines, jodium, vetten en eiwitten om op te groeien tot gezonde
volwassenen.
146 miljoen kinderen in de ontwikkelingslanden zijn ondervoed. Elk jaar sterven er ongeveer 5,5 miljoen kinderen aan de
rechtstreekse of onrechtstreekse gevolgen van onder­
voeding.
Ondervoeding is hiermee verantwoordelijk voor meer dan
de helft van de kindersterfte in de wereld.
1.2. Ondervoeding komt voor in verschillende vormen
Ondervoeding kan het best omschreven worden als een
­combinatie van te weinig voedsel, een tekort aan essentiële
bouwstoffen en een slechte gezondheid.
Wanneer bepaalde belangrijke voedingsstoffen ontbreken in
het menu van een kind, kan dat grote gevolgen hebben voor
zijn gezondheid. Zo belemmeren ijzertekorten op jonge
­leeftijd de psychomotorische ontwikkeling van kinderen en
verlagen hun IQ met gemiddeld 9 punten. Ernstige tekorten
aan ­jodium werken cretinisme (geestelijke achterstand) in de
hand. Het tekort aan vitamine A veroorzaakt niet alleen blindheid, maar tast bovendien het immuniteitsstelsel aan, waardoor kinderen minder immuun worden tegen bepaalde
­aandoeningen zoals diarree en mazelen.
Kinderen die sterk ondervoed zijn, hebben kwashiorkor of
marasmus. Kwashiorkor komt door te eenzijdig voedsel en is
onder meer te herkennen aan een andere kleur van het haar,
aan een droge, losse huid en aan een opgezwollen buik en
opgezette ledematen.
Kinderen met marasmus hebben een veel te laag gewicht
­omdat ze te weinig energierijke voeding eten. Ze missen dan
vet, suikers, eiwitten en zetmeel. Naar schatting 167 miljoen
­kinderen in de wereld hebben een te laag lichaamsgewicht
voor hun lengte en ongeveer 183 miljoen kinderen wegen te
weinig voor hun leeftijd. Tegelijk met hun gewicht neemt ook
hun weerstandsvermogen af. UNICEF berekende dat kinderen
met een te laag lichaamsgewicht acht maal meer kans hebben
om binnen het jaar te sterven dan hun leeftijdsgenootjes met
een normaal lichaamsgewicht.
De ergste vorm van ondervoeding is hongeroedeem. Dat
ontstaat bij acute honger. Slachtoffers krijgen pijn en hoesten,
ze zijn moe en slaperig en onder de huid ontstaat een opeenhoping van vocht.
© UNICEF/Giacomo Pirozzi
3
Een jongen in Zambia toont een mand vol groenten en fruit, rijk aan vitamine A.­­
1.3. Kinderrechten en Millenniumdoelstellingen
Alle kinderen hebben gelijke rechten en hebben recht op een
goede start in het leven: een goede gezondheid, met de kans
om naar school te gaan en om zich te ontwikkelen en goed op
te groeien... Om dit te bereiken heeft de wereldgemeenschap
in 2000 acht Millenniumdoelstellingen opgesteld die behaald
moeten worden tegen 2015. De eerste 6 doel­stellingen sluiten
rechtstreeks aan bij de rechten van kinderen en bij het werk
van UNICEF:
hulp
De Millenniumdoelstellingen, vastgelegd door de Verenigde
Naties, zullen niet worden gehaald als er geen bijkomende
inspanningen worden geleverd in de strijd tegen de kindersterfte. Daarom is er meer samenwerking nodig tussen
­overheden, donateurs, de civiele maatschappij, de media,
kinderen en jongeren.
1. extreme armoede en honger zijn uitgebannen
2. alle jongens en meisjes volgen basisonderwijs
3. mannen en vrouwen hebben dezelfde rechten
4. kindersterfte is sterk afgenomen
5. er sterven minder vrouwen door zwangerschap
6. de verspreiding van ziektes als aids en malaria
is gestopt
7. er leven meer mensen in een duurzaam leefmilieu
8. er is meer eerlijke handel, schuldenverlichting en
4
2. UNICEF IN ACTIE
2.4. Lange termijn
Voorlichting over gezonde voeding is heel belangrijk. UNICEF
begint daar al mee bij zwangere vrouwen, die leren dat ze
gezond moeten eten om de baby in hun buik te kunnen
­voeden. Bij tekorten aan zink, jodium of ijzer, hebben ­zwangere
vrouwen meer kans om ziek te worden en te overlijden tijdens
de zwangerschap of de bevalling. Baby’s met een te laag
­geboortegewicht hebben ook weer een grotere kans om te
overlijden. UNICEF zorgt ervoor dat zwangere ­vrouwen
­voedingssupplementen krijgen. UNICEF probeert de
­gemeenschappen ervan te overtuigen dat zwangere ­vrouwen
beter geen zwaar werk doen.
Naast algemene
m a a t re g e l e n
op het gebied
van gezondheidszorg en
onderwijs, zijn
er ook nog
een aantal meer
rechtstreekse
interventies
die
­v olgens UNICEF de
­v oedingstoestand
van
­kinderen onmiddellijk kunnen
verbeteren. Een van die
maatregelen
is
de
groei­controle. Ondervoeding
van kinderen is vaak onzichtbaar, ook voor moeders.
Door moeders te vragen om
regelmatig de lengte en het
gewicht van hun kind te meten en
deze te vergelijken met gemiddelde
waarden voor kinderen van die leeftijd, kunnen
ze een eventuele groeiachterstand tijdig op het spoor komen
en hulp zoeken.
2.2. Jodium en Vitamine A
Als er te weinig jodium in het voedsel zit, kan dit een mentale
achterstand bij kinderen veroorzaken. Door jodium aan het
consumptiezout toe te voegen, wordt dit voorkomen. Een
simpele oplossing, waarmee al heel veel succes werd
­geboekt. Het aantal landen met kinderen die lijden onder
­jodiumtekorten is daardoor het laatste decennium gehalveerd. Tekorten aan vitamine A verzwakken dan weer de
weerstand en veroorzaken blindheid. Kinderen met een
­vitamine A-gebrek overlijden sneller aan de gevolgen van
mazelen of diarree. Naar schatting 100 miljoen kinderen hebben een tekort aan vitamine A. Nochtans, als zij 2 keer per jaar
een vitamine ­A-capsule toegediend krijgen, kan het aantal
sterfgevallen door vitamine A-tekort met 23% dalen.
© UNICEF/Pascaline Carnat
2.1. Gezonde moeders, gezonde kinderen
2.3. Plumpy’Nut ® zakjes
In noodsituaties (door bijvoorbeeld droogte of ­oorlog)
zorgt UNICEF ­onmiddellijk
voor speciaal voedsel voor
kinderen. UNICEF steunt ook
therapeutische
voedings­
centra, waar ernstig ondervoede kinderen kunnen aansterken. Om kinderen bij te voeden, zorgt
UNICEF voor speciale proteïnebiscuits. UNICEF verdeelt ook
een speciale pasta op basis van pinda’s: “Plumpy’Nut ®”.
Hierin zit onder meer ijzer, calcium, zink, jodium, foliumzuur en
vitamine A, verschillende vitamine B’s, C,D, E en K. Plumpy’Nut®
is verpakt in een stevig zilverfoliezakje waaruit een kind de
pasta kan zuigen. Ongeveer driekwart van het aantal ernstig
ondervoede kinderen kan zo via kant-en-klare voeding thuis
behandeld worden. Die kinderen hoeven dus niet meer
­opgenomen te worden voor een langdurige behandeling in
het ziekenhuis of het voedingscentrum.
Een andere maatregel is de promotie van borstvoeding. In de
ontwikkelingslanden is flesvoeding een duur en minderwaardig substituut voor borstvoeding. Vaak worden deze
­producten immers sterk verdund met vervuild water.
­Borst­voeding echter biedt een volledige, hygiënische en
goedkope voeding. Kinderen in de ontwikkelingslanden die
in de eerste zes maanden van hun leven uitsluitend borst­
voeding krijgen, hebben drie keer meer kans om hun ­kindertijd
te overleven dan kinderen die dat niet krijgen. Moedermelk
geeft een kind de voedingsstoffen die het nodig heeft,
­beschermt het tegen ziektes en stimuleert de groei en
­ontwikkeling.
UNICEF promoot dan ook overal het gebruik van ­borstvoeding.
Samen met de Wereldgezondheidsorganisatie lanceerde
­UNICEF hiertoe het “initiatief van de babyvriendelijke ziekenhuizen”. Wereldwijd moedigen 20.000 ziekenhuizen het gebruik van borstvoeding aan, onder wie 13 in België!
Kiuma en Malawe © UNICEF België/Yves Willemot
5
Kiuma, met haar pasgeboren zoontje op schoot, luistert naar de verpleger die uitleg geeft over borstvoeding.
2.5. Focus op Afrika
Meer dan de helft van de 9,7 miljoen kinderen die jaarlijks voor
hun vijfde verjaardag overlijden, leven in Afrika. Ondervoeding
is een belangrijke doodsoorzaak voor de kinderen op dit
­continent. De wereldwijd escalerende voedselcrisis riskeert de
meeste slachtoffers in Afrika te maken…. In het kader van de
campagne “Samen 4 miljoen baby’s redden” vraagt ­UNICEF
België in het bijzonder aandacht voor 3 Afrikaanse landen:
­Burundi, de Democratische Republiek Congo en Sierra Leone.
Democratische Republiek Congo:
Minimaal gezondheidspakket redt kinderlevens
Malawe is 3 dagen oud wanneer we hem in de armen van zijn
mama aantreffen in de gezondheidspost van Tsiambwe, 300 km
ten noordoosten van Mbuji Mayi, de hoofdstad van de
­Congolese provincie van Oost-Kasai. Malawe is het negende
kindje van Kiuma.
Hij is in goede gezondheid. Nadat ze twee kinderen op
­vroege leeftijd verloor, weet Malawe’s mama hoe ze best
haar ­kinderen verzorgt. ‘Ik weet dat het belangrijk is om voor
de bevalling naar de gezondheidpost te komen. Daar kan ik
geholpen worden, mochten er zich tijdens de bevalling
­problemen voordoen’, zegt Kiuma. Voor Kiuma was het
­nochtans zwaar om als hoogzwangere vrouw de 8 kilometer
lange tocht van haar huis in Kalembo naar de gezondheidpost
van Tsiambwe af te leggen.
Verpleger Joseph Mulenda legt Kiuma uit waarom exclusieve
borstvoeding tot zes maanden zo belangrijk is voor haar baby
Malawe. Joseph Mulenda staat in zijn gezondheidspost van
Tsiambwe de mensen graag met raad en daad bij. In de
­gezondheidshut houdt hij alle statistieken over de bevolking
van de regio en van de vaccinatie van de kinderen netjes bij.
De vaccins hebben een lange weg afgelegd vooraleer ze
voor de vaccinatiecampagnes de gezondheidspost van
­Joseph Mulenda bereiken. Elk jaar koopt UNICEF voor 3
­miljoen dollar vaccins aan om de Congolese kinderen in te
enten.
6
2.6. En in België?
Mondiale Vorming
UNICEF Wereldklassen
UNICEF is geen onbekende in het onderwijs. Sinds een 20tal
jaren engageren klassen en scholen in België zich voor UNICEF
en voor de kinderrechten. UNICEF ontwikkelt daarvoor
lesmateriaal en organiseert acties waar scholen aan kunnen
deelnemen.
Kinderen
en
leerkrachten
organiseren
kinderrechtenprojecten, zamelen geld in en organiseren
allerlei activiteiten om anderen te informeren en om kinderen
wereldwijd te helpen. UNICEF vindt het belangrijk dat kinderen
in België nadenken over de situatie van kinderen in andere
landen. UNICEF geeft die klassen die zich jaarlijks inzetten voor
de kinderrechten de titel « UNICEF Wereldklas »
UNICEF werkt graag samen met actieve en dynamische klassen
die zich inzetten voor de kinderrechten. Die klassen dragen
de titel “UNICEF Wereldklas”. De kinderen van de Wereldklassen zetten allerlei acties op en informeren anderen over
de kinderrechten. Zij zetten het Kinderrechtenverdrag om in
praktijk. Wereldklassen kunnen rekenen op de steun van
UNICEF (o.a. lidkaartjes, een logo, een plekje op de
website...).
Werken aan een wereld geschikt voor kinderen doe je samen,
ook in de klas. Als actieve wereldburger kijk je verder dan je
neus lang is en ga je ook over tot actie. Via mondiale vorming
en opvoeden tot wereldburger wil UNICEF dat kinderen actief
meewerken aan veranderingen in hun eigen omgeving en op
wereldvlak.
Neem snel een kijkje op
www.unicef.be bij het
deeltje ‘school/onze klas
doet mee’.
Je vindt er meer informatie, een
overeenkomst en een
inschrijvingsformulier.
5 grote ideeën liggen aan de basis van ontwikkelingseducatie.
Ze zijn ook verwerkt in de eindtermen en ontwikkelingsdoelen:
1. We leven in een globale wereld waar onderlinge
afhankelijkheid en samenleven met verschillende culturen
meer en meer aan bod komen.
2. We leren dat onze beeldvorming van de wereld vaak
gebaseerd is op stereotypen en vooroordelen, beïnvloed
door reclame en media.
De Wereldklas van Ter Beuke in Kessel-Lo
steunt UNICEF in de strijd tegen kindersterfte.
Kobe, bekend gezicht van Ketnet,
maakt de leerlingen warm om Wereldklas te worden.
3. We voelen ons aangesproken om sociaal rechtvaardig te
handelen en erkennen het belang van de mensenrechten
en de kinderrechten.
5. We werken samen aan de toekomst: acties en beslissingen
van vandaag hebben gevolgen voor de toekomst.
© UNICEF
4. We vinden het belangrijk om in conflictsituaties te zoeken
naar geweldloze oplossingen.
7
3. HOE DE LESMAP GEBRUIKEN?
3.1. Methodologie
De didactische benadering in de lesmap wil interactief,
­participatief en interdisciplinair zijn.
Interactief: de kinderen ontdekken in interactie met elkaar en
op een actieve manier het thema.
Participatief: de kinderen zijn actief betrokken bij het ontdekken van de wereld waarin zij leven.
Interdisciplinair: de voorgestelde activiteiten kunnen worden
ingepast in verschillende domeinen en vakken van het schoolprogramma en beantwoorden aan verschillende eindtermen
voor de 3de graad basisonderwijs en voor de 1ste graad
­secundair onderwijs. De activiteiten passen ondermeer in
­vakken als godsdienst, zedenleer, wereldoriëntatie, aardrijkskunde, …
3.2. De activiteitenfiches
De 4 activiteitenfiches zijn gerangschikt volgens moeilijkheidsgraad. Vóór elke activiteit worden uitleg en aanwijzingen
­gegeven.
• De leerdoelen zijn voor elke activiteit apart opgenomen
en duiden op de doelstellingen van elke activiteit. De eindtermen zijn verwerkt in de leerdoelen.
• Ook het nodige materiaal wordt bij elke activiteit vermeld.
Voor sommige activiteiten moet gebruik gemaakt worden
van werkbladen of aparte verhalenkaarten voor de
­leerlingen. Dit materiaal bevindt zich telkens achter elke
­fiche en kan makkelijk gekopieerd worden voor de leer­
lingen.
• De tijdsduur van elke activiteit kan aangepast worden
­afhankelijk van het aantal deelnemers, het project, de
­beschikbare tijd, variaties op de activiteit,…
• Het verloop is telkens ingedeeld in verschillende fasen, die
kort worden toegelicht.
© UNICEF België/Kris Pannecoucke
• Voor elke activiteit worden varianten voorgesteld om de
activiteit aan te passen, op te volgen of verder uit te
­werken.
8
ACTIVITEITENFICHE 1 voor de leerkracht
Moeilijkheid +
Quiz: Ontdek de voedselpiramide en allerlei weetjes over (onder)voeding
Leerdoelen
Verloop van de activiteit
- De leerlingen ontdekken de voedselpiramide:
de vijf groepen voedingsmiddelen die iedereen moeten eten per dag om gezond te zijn
- De leerlingen ontdekken de 4 belangrijke
­basiselementen (Ijzer, Vitamine A, Jodium en
­Foliumzuur) en welke oplossingen UNICEF biedt
bij een tekort aan (één van) deze stoffen
- De leerlingen denken na over het begrip
­“ondervoeding” en kunnen dit met eigen
­woorden toelichten
- De leerlingen weten waarom goede voeding
belangrijk is
Fase 1
Materiaal
- Werkblad “Ontdek de voedselpiramide (om te
kopiëren)
- “Weetjes”-kaarten om te kopiëren
- Quizvragen
Tijdsduur
40 minuten (ongeveer 10 minuten per fase)
Varianten
De leerkracht kan de “Weetjes”-kaarten uitdelen
na de quiz en gebruiken als nabespreking in de
klas.
Oplossing Ontdek de Voedselpiramide
Oplossing van de puzzel is:
1F, 2R, 3U, 4I, 5T: FRUIT!
Oplossing Quizvragen
1B, 2B, 3C, 4A, 5A, 6C, 7B, 8A, 9B, 10A
De leerlingen worden ingedeeld in kleine groepjes. Ze vullen per
groepje heet eerste werkblad in (de voedselpiramide).
Fase 2
De leerkracht vergroot de afbeelding van de Voedselpiramide en
hangt die (of tekent die) op het bord. Nadat ieder groepje de werkblaadjes heeft ingevuld overloopt de leerkracht de oplossingen
­klassikaal. De leerkracht schrijft bij elke groep voedingsmiddelen de
juiste voedingsstoffen als oplossing.
Fase 3
Elke groep krijgt nu een “Weetjes”-kaart die ze rustig voorlezen in
groep. Die Weetjes-kaart kan hen helpen bij het oplossen van de
­quizvragen.
Fase 4
- De leerkracht is quizmaster en stelt de vragen. De groepjes spelen
klassikaal mee met de quiz en kunnen per groepje een beetje uitleg
geven aan de rest van de klas over hun “Weetjes”-kaart.
- De leerlingen beantwoorden de quizvragen schriftelijk en vullen het
quizblad in per groepje.
9
WERKBLAADJES voor de leerlingen
Ontdek de Voedselpiramide !
Ken je de voedselpiramide al?
Een handig middel om te zien wat je elke dag moet eten.
In elk vak van de piramide zie je een groep voedingsmiddelen staan.
Om gezond te zijn moet je dagelijks iets eten uit elk vak.
Van de grotere vakken mag je meer eten dan van de kleinere vakken.
Zie je ook snoep, chocolade en koekjes staan? Waarom niet?
En nu jij !
•Linksonder staan de 5 grote vakken uit de voedselpiramide.
•Rechtsonder staan voor elk vakje in de piramide de belangrijkste bouwstoffen opgesomd.
•Welke bouwstoffen vind je het meest terug in welk voedsel? Verbind de juiste cijfers met de juiste letters en vul in.
Groenten en fruit
1
I
Vitamines A, D en E en vetzuren Brood, (ontbijt)granen, aardappelen, rijst, pasta en peulvruchten
2
T
Water
3
F
Melkproducten, vlees, vis, eieren en vervangproducten
Minerelen en vitamines, zoals vitamine C en foliumzuur
Smeer- en bereidingsvet
4
U
Eiwitten, mineralen zoals ijzer en calcium, vitamines B en visvetzuren
Dranken en water
5
R
Koolhydraten, eiwitten, vezels, vitamines B en mineralen
1
2
3
4
5
Vul hier de
oplossing in!
Ik ben er alvast
dol op!
Wist je dat?
Er horen ook een paar regels bij deze voedselpiramide!
1. Eet gevarieerd (niet steeds hetzelfde)
2. Eet niet teveel
3. Eet niet teveel vet
4. Eet veel groenten, fruit en brood
5. Eet veilig voedsel (was je eten, dek het af en bewaar het in de koelkast)
En… hou jij je aan al deze regels? Waarom wel/niet?
!
!
10
Weetje 1
Weetje 2.
Weetje 3.
Weetje 4.
Weetje 5.
Weetje 6.
Waarom is eten belangrijk?
Voedsel is belangrijk voor iedereen om energie te ­krijgen,
gezond te blijven en te groeien. Je hebt dus een heleboel
verschillende voedzame stoffen nodig. Om te groeien
heb je eiwitten nodig. Die vind je in vlees, vis, kaas, noten
en eieren. Om te kunnen spelen en leren heb je energie
nodig. Energie haal je uit koolhydraten en zitten in aardappelen, pasta, brood en rijst. Je blijft gezond als je veel
­vitamines binnenkrijgt, via groenten en fruit.
Wat is goede voeding voor baby’s?
Voor baby’s is een goede voeding van belang voor het
verdere leven. Voor pasgeboren baby’s is moedermelk
dan ook levensbelangrijk want daarin zitten alle nodige
voedingsstoffen. Volgens UNICEF is borstvoeding de
beste voeding voor baby’s. Er zitten afweerstoffen in die
een kind beschermen tegen ziektes. Flesvoeding daar­
entegen bestaat uit melkpoeder dat in ontwikkelings­
landen te vaak gemengd wordt met vuil water. Daardoor
kunnen baby’s diarree krijgen en zelfs doodgaan.
Wat is ondervoeding?
Je bent ondervoed als je te weinig eet of als je niet
­gezond en evenwichtig eet. Alleen maar rijst bijvoorbeeld, zonder groenten, fruit, vlees of vis… Je krijgt dan
niet alle stoffen binnen die je nodig hebt. Als je ondervoed bent, wordt je sneller ziek. Tekort aan vitamine A
­bijvoorbeeld veroorzaakt blindheid en tast het immuniteits­
stelsel aan. De BMI (Body Mass Index) vormt een een­
voudige methode om na te gaan of je te licht of te zwaar
weegt in verhouding tot jouw lichaamslengte. Je kan je
BMI berekenen als volgt: BMI = het lichaamsgewicht (in
kg) gedeeld door de lichaamslengte (in m) in het
­kwadraat.
?
?
Is er genoeg voedsel voor iedereen?
In principe wel. Het eten is alleen oneerlijk verdeeld. Wij
gooien soms eten weg en in andere landen hebben
­mensen honger. Hoe dat komt? Natuurrampen, zoals
droogte, overstromingen, een aardbeving of een insectenplaag, vernietigen vaak de oogst. Er zijn ook mensen die
moeten vluchten tijdens een oorlog. Ze kunnen dan niet
meer op het land werken of hun vee (koeien, geiten,
­schapen…) verzorgen. Bovendien willen rijke landen niet
altijd hun ­voedsel eerlijk verdelen met armere landen.
Is er ook ondervoeding in rijke landen?
Niet enkel in ontwikkelingslanden is er een tekort aan
­voedingsstoffen. Ook in de rijke landen eten steeds meer
kinderen de verkeerde dingen, waardoor ze bepaalde
voedingsstoffen missen. Er bestaat dus ook ondervoeding
in landen als België en Amerika. Kinderen eten bijvoorbeeld alleen maar junkfood en nooit groenten of fruit. Zo’n
eetpatroon kan leiden tot obesitas (overgewicht). En dat
kan hart- en vaatziekten, suikerziekte en gewrichtsklachten
tot gevolg hebben. Maar er zijn wel veel minder kinderen
ondervoed dan in ontwikkelingslanden.
Waarom is de voedselpiramide een piramide en geen
toren?
De piramide is een goede vorm, omdat de onderste laag
de grootste is. Van die laag moet je de meeste voedingsmiddelen verbruiken. De top is het kleinste. Van de toplaag
moet je het minste aantal voedingsmiddelen verbruiken.
Als het beter was om de verschillende soorten voedsel in
gelijke hoeveelheden te eten, dan was een voedseltoren
beter geweest.
Weetje 7.
Vier belangrijke stoffen
In veel ontwikkelingslanden krijgen kinderen niet genoeg van (één van de )
voedingsstoffen uit de tabel. En toch zijn ze heel belangrijk! UNICEF heeft
oplossingen.
Wat
Waarom belangrijk
Oplossing van UNICEF
Ijzer
Vitamine A
Goed voor de schoolprestaties, tegen bloedarmoede Bijvoeding met speciale koeken, soort pindakaas
Geeft weerstand tegen ziektes
en tegen blindheid
Druppels voor baby’s
Jodium
Goed voor de schoolprestaties, bij tekort kan je mentale achterstand oplopen
Jodium toevoegen aan keukenzout
Foliumzuur
Goed voor de rode bloedcellen
Bijvoeding met speciale koeken, soort pindakaas
?
11
Quizvragen
Lees de vraagjes en omcirkel het juiste lettertje van het antwoord.
1. Waarom is eten levensnood­
zakelijk?
A. Omdat het lekker is
B. Om te groeien, om energie te krijgen en om gezond te blijven
C. Om samen gezellig rond de tafel
te kunne zitten
2. Is er genoeg voedsel voor
iedereen?
A. Neen
B. Ja, het is alleen niet eerlijk
verdeeld
3. Wat is de beste voeding voor
baby’s?
5. Wat is ondervoeding?
A. Je bent ondervoed door tekort aan
voeding of te weinig evenwichtige
en gezonde voeding
B. Je bent ondervoed als je nooit
snoepjes en koeken eet
C. Je bent ondervoed door teveel
voedsel
6. Welke 5 belangrijke voedingsmiddelen vind je terug in de
Voedsel­piramide?
A. Chips, brood, melk, groenten,
chocolade
7. Waarom is de voedselpiramide
een piramide en geen toren?
A. Omdat de Egyptenaren dit uitgevonden hebben
B. Omdat je de verschillende soorten
voedsel niet in gelijke hoeveelheden mag eten, je eet best wat minder van de toplaag en wat meer
van de onderste laag
C. Omdat je van de toplaag het
meeste aantal voedingsmiddelen
en van de onderste laag het minste aantal voedingsmiddelen moet
verbruiken
B. Wafels, vlees, eieren, pasta, fruit
8. Wat is obesitas?
C. Groenten, vis, aardappelen,
water, fruit
A. Overgewicht
A. Sapjes
B. Te weinig gewicht
C. Suikerziekte
B. Flesvoeding
C. Borstvoeding
9. Ondervoeding zorgt voor…
A. …10% van de kindersterfte ter
wereld
4. Is er ook ondervoeding in rijke
landen?
B. …meer dan de helft van de
kindersterfte ter wereld
A. Ja
B. Neen
C. Je kan niet sterven door
ondervoeding
10.Jodium zorgt voor…
A. een goede mentale ontwikkeling
B. rode bloedcellen
Vul hier jouw
score in:
…../10
C. een gezonde huidskleur
12
ACTIVITEITENFICHE 2 voor de leerkracht
Moeilijkheid +
Samen voor een evenwichtige en gezonde voeding!
Leerdoelen
Verloop van de activiteit
- De leerlingen kunnen probleemoplossend
­denken door vragen te stellen over ­verschillende
feiten
- De leerlingen kunnen ondervoeding definiëren,
vertrekkende vanuit foto’s en beelden
- De leerlingen kunnen aanduiden waar er in het
Kinderrechtenverdrag sprake is van artikelen die
te maken hebben met voeding en gezondheid
Fase 1
Materiaal
- Foto om uit te knippen/kopiëren
- Woordenboek
- Tentoonstellingskoffer
Tijdsduur
Knip de foto uit en kleef die op een groot wit blad. Vraag aan de
­leerlingen om redenen/oorzaken op te sommen waardoor dit kindje
zich in die situatie bevindt. Bespreek de antwoorden klassikaal.
Fase 2
De leerlingen denken na over de ontbrekende elementen voor dit
kindje opdat hij in betere gezondheid zou zijn. Voeg die elementen
toe door ze neer te schrijven of te tekenen rond de foto.
Fase 3
Vergelijk de elementen die de leerlingen voorstellen en bespreek ze
met de klas. Vervolledig vervolgens het lijstje met de antwoorden van
de leerlingen na de presentatie van de tentoonstellingskoffer.
Fase 4
50 minuten
Verdeel het verhaal van Abubakar. Vraag aan de leerlingen om de
tekst stil te lezen en te antwoorden op de vragen.
Varianten
Fase 5
- Knip een foto of beeld van een kindje in een
ontwikkelingsland uit een magazine en herneem
de oefening (fase 1 & 2).
- Geef een les over de VN: waarom werd dit
­opgericht? Wat is de missie? Hoe is de VN
­georganiseerd?
Antwoorden op de vragen bij het
verhaal van Abubakar:
1.Omdat hij 16 maanden oud was en minder
woog dan 10 kg. Hij had het gewicht van een
baby van 6 maanden.
2.Dat hij werd opgenomen in het voedings­
centrum van Magbenteh en gedurende 6 ­weken
voedingssupplementen kreeg.
3.Het wereldvoedselprogramma WFP (= World
Food Programma) dat voedsel geeft aan
­vluchtelingen, bij langdurige ontwikkelings­
projecten en bij natuurrampen.
4.Er zijn heel wat organisaties binnen de VN met
elk hun eigen focus, neem een kijkje op
www.un.org.
Bespreek de vragen klassikaal en corrigeer de antwoorden.
13
WERKBLAADJES voor de leerlingen
En nu jij !
Opdracht 1
1. Hier zie je de foto van een kindje uit Sierra Leone: Abubakar.
Knip de foto uit en kleef ze op een nieuw wit blad.
2. Denk na over welke de redenen zouden kunnen zijn waardoor hij zich in die situatie bevindt.
3. Schrijf of teken mogelijke elementen die ontbreken in zijn leven om goed op te groeien.
Schrijf in een andere kleur wie (personen, organisaties,…) kan helpen om het leven van Abubakar te r­ edden.
© UNICEF/Nicolandrea
Feiten
Abubakar is verzwakt,
zijn huid is vaal en gerimpeld
en zijn buik opgezwollen.
Zijn hoofd is groot in
vergelijking met zijn lichaam.
Naar schatting 167 miljoen kinderen in de wereld
hebben een te laag lichaamsgewicht voor hun
lengte en ongeveer 183 miljoen kinderen wegen
te weinig voor hun leeftijd.
14
Opdracht 2
Op www.unicefkids.be vind je een kindvriendelijke versie van het Kinderrechtenverdrag.
Bekijk de tekst en zoek in het Kinderrechtenverdrag nog andere artikelen die te maken hebben met gezondheid.
Je kan zo het lijstje hieronder aanvullen.
Uit het Kinderrechtenverdrag…
Artikel 6
Kinderen hebben het recht om zo goed mogelijk te
leven en op te groeien.
Artikel 27
Ieder kind moet voldoende kansen krijgen om goed op te
groeien en zich te ontwikkelen. Als ouders het moeilijk hebben om aan gezonde voeding, genoeg kleding of een goed
huis te raken, hebben ze recht op hulp.
Volgende artikels uit het Kinderrechtenverdrag hebben ook te maken met gezondheid:
Opdracht 3
Lees het verhaal van Abubakar
Het verhaal van Abubakar, een kindje uit Sierra Leone
Zes weken geleden, toen de kleine Abubakar arriveerde in het
­Magbenteh gezondheidscentrum in Makeni, was hij uiterst zwak en
ondervoed. Abubakar was 16 maanden oud en woog minder dan 10
kg. Hij had het gewicht van een baby van 6 maanden.
Zijn moeder is gelukkig: “Toen we hier aankwamen vreesde ik echt dat mij
zoontje het niet ging halen. Hij was zo verzwakt en huilde onophoudelijk. Ik
ben echt heel blij dat alles goed is afgelopen.” UNICEF steunt het centrum
van Magbenteh door te zorgen voor proteïnekoekjes, Plumpy’Nut ®,
­therapeutische melk, vitamines. Het succes van het Magbenteh centrum
­inspireerde de overheid van Sierra Leone om in 13 andere districten (op het
niveau van de dorpen) gelijkaardige centra op te starten.
© UNICEF/Nicolandrea
Abubakar komt uit Robat, een dorp op ongeveer 35 km van Makeni. Zijn
moeder, Yeabu, hoorde via een buurvrouw over het Magbenteh
­Therapeutisch Voedings­centrum. Abubakar moest voedingssupplementen
krijgen gedurende 6 weken. Dat was de enige hoop om zijn lichaamsgewicht
terug op peil te krijgen. Meer dan 40 % van de kindersterfte in Sierra Leone is een
gevolg van onder­voeding. Het land kent de hoogste kindersterftegraad ter wereld: 1 kind op 4 sterft er voor zijn vijfde verjaardag. Armoede is de belangrijkste
oorzaak van ondervoeding. Het probleem van Abubakar en vele van zijn
leeftijds­genootjes is niet zozeer een tekort aan voeding, maar wel verkeerde ­voeding. Teveel mama’s stappen te snel over van borstvoeding naar
vaste voeding, vaak gemend met vuil water waardoor ze ziek worden.
Ondertussen is Abubakar
aan de beterhand dankzij
de dagelijkse portie
“Plumpy’Nut ®”.
15
Opdracht 4
Beantwoord de vraagjes
Wist je dat?
UNICEF levert ieder jaar 500 miljoen capsules
vitamine A in 75 landen.
1. Hoe kan worden vastgesteld dat Abubakar ondervoed is?
2. Wat heeft het leven van Abubakar gered?
3. Neem een kijkje op www.un.org en ga op zoek naar een andere organisatie binnen de Verenigde Naties
(naast UNICEF) die partner is van UNICEF om kinderen te helpen met een goede voeding?
4. Som een 2-tal andere organisaties binnen de Verenigde Naties hieronder op en schrijf erbij welke rol of functie
ze hebben.
5. Welke titel past volgens jou het best bij het verhaal van Abubakar?
UNICEF werkt niet alleen in zijn hoekje
Een goede samenwerking redt kinderlevens
De Verenigde Naties helpt kinderen
Andere voorstellen:
16
ACTIVITEITENFICHE 3 voor de leerkracht
Moeilijkheid ++
Samen 4 miljoen baby’s redden: hoe helpt UNICEF?
Leerdoelen
Verloop van de activiteit
- De leerlingen kunnen in hun eigen woorden
­uitleggen en aantonen dat er eenvoudige en
doeltreffende oplossingen bestaan om
­kindersterfte als gevolg van ondervoeding te
doen dalen in de wereld.
- De leerlingen kunnen de oorzaken van onder­
voeding toelichten en uitleggen hoe dat voor­
komen en verholpen kan worden.
- De leerlingen ontdekken welke oplossingen
UNICEF aanreikt om ondervoeding te bestrijden
en denken na over andere mogelijke
­oplossingen.
- De leerlingen zijn zich bewust van de gezondheidstoestand van baby’s en jonge kinderen in
een ontwikkelingsland en over de rechtstreekse
gevolgen voor de baby en voor de familie
(mama, broers/zussen).
Fase 1
Materiaal
Fase 3
- Prent Voedingskit om aan te vullen
- Wat ben ik? – kaarten
- Oplossingenkaarten
- Speldjes om de “Wat ben ik – kaarten” op de
rug vast te maken (bvb. veiligheidsspelden)
- Magneten of plakband
Tijdsduur
40 minuten
Varianten
De leerkracht kan ook werken met de tentoon­
stellingskoffer in de klas en de prenten van de
oplossingenkaarten vervangen door de voor­
werpen in de koffer. Of achteraf werken met de
tentoonstellingskoffer, meer info om de koffer te
reserveren: www.unicef.be: deel “school/Leraarskamer”.
Om het spel in te leiden, krijgen de leerlingen alvast wat meer
­informatie over de UNICEF voedingskit en de elementen die het bevat.
De leerlingen kijken naar de afbeelding van de voedingskit en
­proberen die aan te vullen. De leerkracht kan een uitvergroting van de
voedingskit op bord hangen en met krijt aanvullen of de leerlingen
een kopie geven om aan te vullen.
Fase 2
De leerkracht speldt de “Wat ben ik? –kaarten” op de rug van de 8
leerlingen die in de klas rondwandelen. Deze 8 leerlingen stellen
­vragen aan hun klasgenoten om te raden wat er op hun rug ­geschreven
staat. De klasgenoten mogen enkel antwoorden met “ja” of “neen”.
Op hetzelfde moment krijgen andere leerlingen de “Oplossingen
-kaarten” in de handen. De afbeelding van de voedingskit hangt nog
steeds op het bord, zodat dit de 8 leerlingen kan helpen naar hun
zoektocht.
Wanneer een leerling denkt dat hij geraden heeft wat er op zijn rug
staat, dan zoekt hij diegene die de Oplossingen - kaart heeft met de
uitleg die overeenkomt met zijn kaartje. Als hij juist geraden heeft,
­hangen beide leerlingen hun kaartje op de juiste plaats bij de
­voedingskit op het bord (met magneten of met plakband).
Fase 4
Wanneer alle kaarten samengebracht zijn (Wat ben ik? + Oplossingen
+ Voedingskit), bespreekt de klas welke oorzaken aan de basis liggen
van de kindersterfte in ontwikkelingslanden.
- Vinden de leerlingen de situatie van die kinderen ernstig?
- Gaan ze akkoord met de voorgestelde oplossingen?
- Kennen ze andere mogelijke oplossingen om ondervoeding tegen
te gaan?
- Moeten kinderen op school bijvoorbeeld ook leren over gezonde
voeding? Moeten de mama’s goed geïnformeerd worden?
­Bijvoorbeeld over het belang van borstvoeding. Hoe?
- Kunnen kinderen op school ook leren koken of groenten verbouwen in een schooltuin?
- Wat zouden de regeringen volgens hen moeten doen?
Oplossingen invulblad:
Opvolging: nabespreking
1 = babyweegschaal, 2 = Vitamine A,
3 = Armband, 4 = Orale rehydratatie-zouten
(ORS = Oral Rehydratation Salts),
5 = Plumpy’Nut ® zakjes therapeutische voeding
De leerkracht kan de activiteit starten of besluiten met een of meerdere
verhalenfiche(s) uit Burundi, Democratische Republiek Congo en Sierra
Leone. De leerkracht geeft een kopie van de verhalenfiche aan de
leerlingen. De leerlingen lezen de verhalenfiche, lossen de vraagjes
op en ontdekken de oorzaken van ondervoeding en de oplossingen
die UNICEF voorstelt.
Verhalenfiches en bijpassende posters kan je bestellen of gratis downloaden via
www.unicef.be. Dit materiaal werd ontwikkeld om scholen uit te nodigen om zelf een actie
op te zetten voor de «Dag voor verandering» op 20 november (Kinderrechtendag)
17
WERKBLAADJES voor de leerlingen
Vul de juiste oplossing in bij de juiste tekening
1.
2.
5.
3.
4.
1. Dit is een
........................................................... en
2. Deze druppels
ziek wordt.
helpt om een kindje te wegen en ondervoeding op te sporen.
...........................................................
zorgen er voor dat een baby niet blind wordt en minder snel
3. Dit is een ........................................................... om de omtrek van de bovenarm van een baby te meten, zo kan je
meten of de baby goed gevoed wordt.
4. Dit zijn speciale zouten, namelijk ..........................................................., die je moet mengen met drinkwater, zodat
de baby niet uitdroogt bij diarree.
5. Dit is ........................................................... en helpt ondervoede kinderen terug aan te sterken via de belangrijke
voedingsstoffen die het bevat.
Wat is de UNICEF Voedingskit?
Met 49 Euro financiert u een volledige voedingskit
om een ­kinderleven te redden van ondervoeding.
Die voedingskit bevat alle elementen om een
ernstig ondervoed kind te behandelen ­gedurende
een maand, de tijd die nodig is om een kindje er
­bovenop te helpen.
18
WAT BEN IK? -Kaarten voor de leerlingen
VITAMINE A
PLUMPY’NUT®ZAKJES
ORALE REHYDRATATIEZOUTEN
JODIUM BIJ HET ZOUT
BORSTVOEDING
ARMBAND EN WEEGSCHAAL
19
OPLOSSINGEN! -Kaarten voor de leerlingen
1
2
Dit geeft je weerstand tegen ziektes en
voorkomt blindheid. Bij een tekort sterf je
sneller aan de gevolgen van
mazelen of diarree. Het wordt in een
capsule of als druppels toegediend en
wordt in ontwikkelingslanden meestal
gegeven tijdens vaccinatiecampagnes
voor baby’s.
Door dit toe te voegen aan het
gewone consumptiezout, kan een
mentale achterstand bij kinderen
vermeden worden. Het is dus goed voor de
schoolprestaties. Vandaag gebruikt al meer dan
2/3 van alle huishoudens ter wereld
gejodeerd zout. Een simpele oplossing,
waarmee al heel veel succes werd geboekt.
3
4
Deze zouten zorgen ervoor dat
je niet uitdroogt bij langdurige
diarree. Dan verliest je lichaam immers
veel vocht en kan je uitdrogen. Door
deze zakjes op te lossen in zuiver
water, houdt jouw lichaam vocht vast
en zal je niet sterven als gevolg
van uitdroging.
Hiermee kan je de omtrek van de
bovenarm van een kindje meten.
Je kan ook het gewicht
regelmatig meten. Dit wordt dan vergeleken
met het gemiddelde gewicht van een kindje
van dezelfde leeftijd. Zo kan je snel zien of
een kindje goed gevoed wordt of niet.
5
Veel kinderen sterven omdat ze dit
moeten missen tijdens de eerste
levensmaanden. Nochtans biedt dit een
volledige, hygiënische en goedkope
voeding voor baby’s. Ze biedt bovendien
bescherming tegen ziekten en geeft een
baby alle voedingsstoffen die het
nodig heeft. In ontwikkelingslanden is
flesvoeding duur en het wordt vaak
verdund met vervuild water.
6
Dit is een speciale pasta op basis van pinda’s
zodat ondervoede kinderen terug aansterken.
Hierin zit onder meer ijzer, calcium, zink, jodium,
foliumzuur en vitamine A, verschillende
B’s, C,D, E en K. De bruine pasta is verpakt in
een stevig zilverfoliezakje waaruit een kind de
pasta kan zuigen. Ongeveer driekwart van
het aantal ernstig ondervoede kinderen kan
zo via kant-en-klare voeding thuis behandeld
worden en moet niet meer lange tijd in een
voedingscentrum verblijven.
20
ACTIVITEITENFICHE 4 voor de leerkracht
Moeilijkheid ++
Een gezond menu!
Leerdoelen
Verloop van de activiteit
- De leerlingen zijn zich bewust van de impact
van voeding op de gezondheid en op de
­overlevingskansen van jonge kinderen.
- De leerlingen ontdekken de karakteristieken
van ondervoeding (wat niet enkel gaat om te
weinig voeding)
- De leerlingen zijn in staat om een typisch ­gerecht
uit DRCongo te benoemen en de voedzame
ingrediënten toe te lichten.
Fase 1
Materiaal
- Werkbladen voor de leerlingen (kopieën)
- Meerdere kopieën van de kindvriendelijke
­versie van het Kinderrechtenverdrag
(www.unicefkids.be)
- Woordenboek
- Tentoonstellingskoffer
Tijdsduur
50 minuten
Definieer het woord “ondervoeding”. Elke leerling noteert op papier
in enkele woorden wat volgens hem/haar de term “Ondervoeding”
wil zeggen. De leerkracht verzamelt alle papiertjes en leest enkele
­lukraak voor. De meest voorkomende definities worden op het bord
gezet. De leerkracht rangschikt samen met de leerlingen de zichtbare
elementen (uiterlijk) en de elementen die te maken met het inwendige
van het lichaam (inwendig).
Fase 2
De leerlingen schrijven een vrije tekst over ondervoeding. Vraag aan
de leerlingen om te vertellen over een moment uit hun leven waarop
ze geconfronteerd werden met ondervoeding (gezien, gehoord, via
TV, via….). De verhaaltjes worden voorgelezen.
Fase 3
De kinderen worden ingedeeld in groepjes van 3 tot 4. Elke groep
krijgt een kopie van de kindvriendelijke versie van het Kinderrechtenverdrag. De leerkracht vraagt aan de leerlingen om de artikelen te
­onderlijnen die te maken hebben met het aspect “gezondheid” of
“voeding”. De leerkracht overloopt de artikelen die werden ­onderlijnd
samen met de hele klas. Bij elk onderlijnd element wordt toegelicht in
welke zin dit maken heeft met een goede gezondheid (preventie,
­hygiëne, behandeling van ziekten,…)
Fase 4
De leerlingen krijgen een kopie van het werkblad “Stel jouw dagmenu
samen!” en vullen het in.
Fase 5
De leerlingen lossen in groepjes het kruiswoordraadsel op.
Oplossing: 2. couscous, 4. pizza, 6. pondu, 7. sushi, 8. paella, A. crêpes,
B. look, F. komijn, H. zout
Opvolging
Maak met de hele klas het Congolees gerecht “Pondu” klaar door het
recept in deze lesmap te volgen.
21
WERKBLAADJES voor de leerlingen
Opdracht 1 Hieronder vind je links een lijst met voedingsmiddelen die je elke dag moet eten.
Rechts zie je een menukaart die onvolledig is.
Vul de menukaart aan en zorg dat je die dag aan een gezonde en evenwichtige voeding komt.
Stel jouw
dagmenu
samen !
Voedingsmiddelen/dag
Menukaart van
Fruit en groenten
Minstens 5 per dag
Ontbijt
glas chocolademelk
2 sneden brood met
Brood,
(ontbijt)granen, aardappelen, rijst, pasta
en peulvruchten In elke maaltijd
Middagmaal
gerookte zalm met groene sla en tomaat
Melkproducten
3 per dag
Vlees, vis, eieren en vervangproducten
1 tot 2 per dag
4-uurtje
Water
1,5 liter per dag
Avondmaal
soep naar keuze:
Ijsje
A
Opdracht 2 Vul het kruiswoordraadsel in en ontdek
traditionele gerechten en kruiden over de hele wereld
2. Traditioneel gerecht uit Maghreb (regio in Noord-Afrika:
­Marokko, Tunesië, Algerije) op basis van griesmeel en groenten.
4. Italiaans gerecht dat kinderen meestal heel lekker vinden en
bestaat uit een platte ronde deegkoek gevuld met tomatensaus, kaas… in de oven.
6. Typisch gerecht uit de Democratische Republiek Congo op
basis van gehakte maniokbladeren en groene groenten.
7. Een Japans hapje op basis van rijst, rauwe vis en sojasaus.
8. Spaans gerecht op basis van rijst.
A. Bretonse specialiteit die bestaat uit een ronde platte pannenkoek met suiker, confituur,… Kinderen zijn er gek op! Zoek de
Franse benaming.
B. Dit is een kruid met een zeer doordringende smaak en geur
en kan zowel vers (geperst of gesneden in kleine stukjes) als in
poedervorm (gedroogd en gemalen) worden toegevoegd
aan gerechten.
F. Dit kruid komt van het Latijnse “Cuminum”, een aromatische
plant uit het Midden-Oosten met een sterke geur, ook wel
“valse anijs” genoemd. Vooral de zaadjes van de plant ­worden
gebruikt.
H. Een witte kristalachtige stof die in de keuken het meest is gekend
als smaakmiddel. Het wordt ook gebruikt als bewaarmiddel.
1
2
3
4
5
6
7
8
B
C
D
E
F
G
H
I
22
Ingrediënten (voor 6 personen):
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
1 kg. maniokbladeren of 2 pakjes diepgevroren (buiten seizoen)
1 - 2 preien, in stukjes gesneden
2 - 3 ajuinen, in grote stukken gesneden
1 Afrikaanse aubergine (eventueel)
3 - 4 teentjes knoflook (zonder kiem)
1 takje tijm en 1 blaadje laurier
1 kg makreel of sardienen
1/3 liter palmolie
zout
1 Antilliaanse peper (of Spaanse peper indien je geen Antilliaanse vindt)
Een snuifje bicarbonaat
Maak het traditioneel
Congolees gerecht
“Pondu” klaar
met de klas!
Bereiding:
1. Hak de verse of diepgevroren maniokbladeren en doe ze in een kookpot met water, samen met de prei,
de ajuinen, de aubergine, de look en de bicarbonaat . Zet het geheel op het vuur en laat het 45 minuten
koken. Voeg water toe indien dit te snel verdampt. Roer het regelmatig om.
2. Onthoofd en was de makreel, wrijf ze in met zout en zet ze in de koelkast terwijl de pondu kookt.
3. Leg de vis en de peper op de bladeren en groenten in de pot en laat het 30 minuten zachtjes koken (en
zorg ervoor dat de peper niet kapot kookt, ik haal ze er af en toe uit om te roeren en leg ze er nadien terug
in).
4. Haal de vis er uit, haal de visgraten er uit, doe ze in stukjes en leg terug in de pot.
5. Doe de palmolie in een aparte kookpot, warm het op een matig vuur tot de olie van kleur verandert (van
rood tot oranjegeel). Let op als je dit doet en zorg ervoor dat de olie niet brandt.
6. Voeg de olie toe aan de pondu en meng het goed, proef en voeg zout toe naar smaak, laat het geheel 15
minuten zachtjes koken. Haal de peper er uit.
7. Aan tafel!
Serveer het geheel met rijst, chikwangues (geplette maniok ingepakt in maniokbladeren), gesmoorde vis of
gebakken banaan (plantin).
Ter info: Pondu, maniokbladeren, sombe, saka saka, cassava-leafs, het zijn allemaal synoniemen. Pondu kan
op verschillende manieren klaargemaakt worden, naargelang de ingrediënten, met vis, met bonen, met
vlees…
Met de campagne “Samen 4 miljoen baby’s redden” wil UNICEF dit jaar aandacht
vragen voor de strijd tegen ondervoeding in de Democratische Republiek Congo,
Lesmap
Burundi en Sierra Leone.
Elk jaar halen 4 miljoen baby’s hun eerste levensmaand niet. 146 miljoen kinderen in de
ontwikkelingslanden zijn ondervoed. Elk jaar sterven er ongeveer 5,5 miljoen kinderen
aan de rechtstreekse of onrechtstreekse gevolgen van ondervoeding. Ondervoeding
is hiermee verantwoordelijk voor meer dan de helft van de kindersterfte in de wereld.
UNICEF België biedt leerkrachten en leerlingen van 10-14 jaar een lesmap aan met
didactische activiteitenfiches. Met deze lesmap wil UNICEF België Mondiale Vorming in
de klas brengen en kinderen sensibiliseren rond de kinderrechten en gelijkheid van
die rechten voor alle kinderen! De activiteiten in het dossier geven kinderen de kans te
ontdekken dat ondervoeding gemakkelijk voorkomen én opgelost kan worden.
De lesmap kan je gratis aanvragen of downloaden op www.unicef.be. Meer info voor
de leerlingen op www.unicefkids.be !
Goede voeding, paswoord voor een goede start
Auteurs: Herlinde De Vos en Alao Kasongo
Verantwoordelijke Uitgever: UNICEF België, Yves Willemot, Lenniksebaan 451, bus 4, 1070 Brussel
© UNICEF/2008
D/2008/5606/10
Download