Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Operationeel Onderzoek LP Problemen Oef Slide 8 Gegeven: A B stof (€) 25 20 tijd (u) 60 20 verkoop (€) 95 60 max (#) 60 100 Oplossing: Winst: 8 werknemers, 8 uur per dag werken Manuur: 64 uur Manminuten: 3840 min Loon: 30€ per uur Vaste kosten: 2400€ Ritssluitingen: 120 A: 95-25-30 = 40€ (verkoop – kosten – loon) B: 60-20-10 = 30€ (verkoop – kosten – loon) Meer winst op A dus, zoveel mogelijk broeken van A maken: Tijd om broeken te maken: 3840 minuten Tijd om 60 (max #) A broeken te maken: 60x60 = 3600 minuten Tijdoverschot: 3840min – 3600min = 240 minuten Max # mogelijk te maken B broeken = 240min/20min = 12 Overschot ritsen: 120 – 60 = 60, dus nog ritsen voor 12 B broeken per verkochte A broek 40€ winst: 60x40 per verkochte B broek 30€ winst: 12x30 vaste kosten: 2400 60x40 + 12x30 - 2400 = 360€ (netto op 1 dag) Maar, meer winst op B wanneer we naar het max aantal kijken: Tijd om broeken te maken: 3840 minuten Tijd om 100 (max #) B broeken te maken: 20x100 = 2000 minuten Tijdoverschot: 3840min – 2000min = 1840 minuten Max # mogelijk te maken A broeken: 1840min/60min = 30 Overschot ritsen: 120 – 100 = 20, dus maar ritsen voor 20 A broeken per verkochte B broek 30€ winst: 100x30 per verkochte A broek 40€ winst: 20x40 vaste kosten: 2400 100x30 + 20x40 - 2400 = 1400€ (netto op 1 dag) Systematische Benadering: variabelen kiezen A broeken: x B broeken: y gegevenstabel opstellen doel: winst maximaliseren formule in functie van x en y z = 40x + 30y - 2400 (=doelfunctie) 1-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Beperkingen (restricties): Max. verkoop x ≤ 60 y ≤ 100 Arbeidstijd 60x + 20y ≤ 3840 3x + y ≤ 192 Max. ritsen x+y ≤ 120 x, y ≥ 0 Doelfunctie tekenen: Stel z = 0 40x + 30y = 2400 Stel z = 1200 40x + 30y = 3600 Om de oplossing te vinden: de doelfunctie zo ver mogelijk opschuiven (evenwijdige rechten), maar in het oplossingsgebied blijven. De oplossing hier is 1 punt, namelijk het gemeenschappelijk punt van 2 van de restrictierechten (z is het grootst in dat punt van het oplossingsgebied): x+y = 120 3x+y = 192 Na oplossing krijgen we: x = 36 y = 84 Wat leidt tot een maximum nettowinst voor 1 dag van: z = 40x36 + 30x84 – 2400 = 1560€ Oplossing: Het vervaardigen van 36 A broeken en 84 B broeken per dag, geeft een maximale winst van 1560€. 2-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Oef. p.15 1. Maximaliseer z = x – 2y Met restricties: 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 en x, y ≥ 0 o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: 3x + y = 8 x = 0, y = 8 y = 0, x = 8/3 o -x + y = 6 x = 0, y = 6 y = 0, x = -6 -2x + y = 3 x = 0, y = 3 y = 0, x = -3/2 Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 x – 2y = 0 x = 0, y = 0 x = 4, y = 2 Stel z = 4 x – 2y – 4 = 0 x = 0, y = -2 y = 0, x = 4 o Alle rechten tekenen: o Gemeenschappelijk punt van restricties: 3x + y = 8 -2x + y = 3 De oplossing (1ste functie – 2de functie) geeft x=1 y=5 o De juiste oplossing: z = x – 2y = 1 – 10 = -9 De functie is maximaal wanneer z gelijk is aan -9 3-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 2. Minimaliseer z = -x + 2y Met restricties: 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 en x, y ≥ 0 Als we de functie omdraaien kunnen we deze maximaliseren: de minimalisatie van f = maximalisatie van –f of de maximalisatie van f = minimalisatie van –f dus de oplossing zou dezelfde moeten zijn als vorige oefening. Oplossing met inverse van z; dan nemen we de maximalisatie van z = x – 2y en we behouden de restrictierechten: o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: 3x + y = 8 x = 0, y = 8 y = 0, x = 8/3 o -x + y = 6 x = 0, y = 6 y = 0, x = -6 -2x + y = 3 x = 0, y = 3 y = 0, x = -3/2 Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 x – 2y = 0 x = 0, y = 0 x = 4, y = 2 Stel z = 4 x – 2y – 4 = 0 x = 0, y = -2 y = 0, x = 4 o Alle rechten tekenen: o Gemeenschappelijk punt van restricties: 3x + y = 8 -2x + y = 3 De oplossing (1ste functie – 2de functie) geeft x=1 y=5 De juiste oplossing: z = x – 2y = 1 – 10 = -9 aangezien dit de inverse in van de functie, moeten we de inverse nemen van de opl. De functie is minimaal wanneer z gelijk is aan 9 4-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Oplossing met z; dus de minimalisatie van z = -x + 2y en we behouden de restrictierechten: o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: 3x + y = 8 x = 0, y = 8 y = 0, x = 8/3 o -x + y = 6 x = 0, y = 6 y = 0, x = -6 -2x + y = 3 x = 0, y = 3 y = 0, x = -3/2 Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 x – 2y = 0 x = 0, y = 0 x = 4, y = 2 Stel z = 4 x – 2y – 4 = 0 x = 0, y = 2 y = 0, x = -4 o Alle rechten tekenen: o Gemeenschappelijk punt van restricties: 3x + y = 8 -2x + y = 3 De oplossing (1ste functie – 2de functie) geeft x=1 y=5 o De juiste oplossing: z = -x + 2y = -1 + 10 = 9 De functie is minimaal wanneer z gelijk is aan 9 5-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 3. Maximaliseer z = x + y Met restricties: 5x + y ≤ 7 7x - 3y ≥ 14 en x, y ≥ 0 o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: 5x + y = 7 x = 0, y = 7 y = 0, x = 7/5 o Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 x+y=0 x = 0, y = 0 x = 2, y = -2 o 7x - 3y = 14 x = 0, y = -14/3 y = 0, x = 2 Stel z = 4 x+y–4=0 x = 0, y = 4 y = 0, x = 4 Alle rechten tekenen: Het oplossingsgebied ligt voldoet niet aan alle ristricties, nl: x, y ≥ 0 We kunnen z dus niet maximaliseren. 6-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 4. Maximaliseer z = 3x + y Met restricties: -x + y ≤ 3 x+y≤7 3x + y ≤ 15 en x, y ≥ 0 o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: -x + y = 3 x = 0, y = 3 y = 0, x = -3 o x+y=7 x = 0, y = 7 y = 0, x = 7 3x + y = 15 x = 0, y = 15 y = 0, x = 5 Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 3x + y = 0 x = 0, y = 0 x = 1, y = -3 Stel z = 3 3x + y – 3 = 0 x = 0, y = -3 y = 0, x = 1 o Alle rechten tekenen: o Gemeenschappelijk punt van restricties: x+y=7 3x + y = 15 De oplossing (1ste functie – 2de functie) geeft x=4 y=3 o De juiste oplossing: z = 3x + y = 12 + 3 = 15 De functie is maximaal wanneer z gelijk is aan 15 7-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 5. Maximaliseer z = x + 2y Met restricties: -3x + 2y ≤ 3 x+y≥1 -x + 2y ≥ 1 en x, y ≥ 0 o Punten zoeken van restricties en rechten tekenen: -3x + 2y = 3 x = 0, y = 3/2 y = 0, x = -1 o -x + 2y = 1 x = 0, y = 1/2 y = 0, x = -1 Punten zoeken van doelfunctie en rechten tekenen: Stel z = 0 x + 2y = 0 x = 0, y = 0 x = 4, y = -2 o x+y=1 x = 0, y = 1 y = 0, x = 1 Stel z = 4 x + 2y – 4 = 0 x = 0, y = 2 y = 0, x = 4 Alle rechten tekenen: Het oplossingsgebied voor de maximalisatie van de functie is oneindig en we kunnen z dus niet bepalen. 8-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Oef Slide 12 Bepalen van de variabelen: x1 = aantal x2 = aantal x3 = aantal x4 = aantal x5 = aantal kg kg kg kg kg lijnzaad soyaschroot koolzaad maïs melasse Hoeveel kilogram is nodig van elke grondstof om de totale productie van 100kg te minimaliseren. De prijs moet dus minimaal zijn. We stellen z dus op in functie van de prijs: z = 3,9 x1 + 3,6 x2 + 2,5 x3 + 2,6 x4 + 1,2 x5 Met volgende restricties: x1 ≥ 5 x3 ≤ 5 x5 = 10 0,7x1 + 0,67x2 + 0,57x3 + 0,8x4 + 0,46x5= 68 0,377x1 + 0,462x2 + 0,342x3 + 0,095x4 + 0,037x5= 16,5 x1 + x2 + x3 + x4 + x5 = 100 (min 5 kg lijnzaad) (max 5 kg koolzaad) (min en max 10 kg melasse) (een vaste zetmeelwaarde) (een vast eiwitgehalte) (hoeveelheid van 100kg) Oef Slide 13 Bepalen van de variabelen: x1 = bedrijfsleningen (in 10000€) x2 = persoonlijke leningen (in 10000€) x3 = preferente aandelen (in 10000€) x4 = gewone aandelen (in 10000€) x5 = staatsobligaties (in 10000€) Hoe moet het geld geïnvesteerd worden om een zo groot mogelijk rendement te krijgen? Het rendement moet dus maximaal zijn. We stellen z dus op in functie van het rendement: z = 0,12 x1 + 0,17 x2 + 0,105 x3 + 0,115 x4 + 0,09 x5 Met volgende restricties: x1 + x2 ≤ 100 x3 + x4 ≤ 100 0,3x1 + 0,3x2 - 0,46x5= 0 0,4x1 – 0,6x2 – x2 ≥ 0 x1 + x2 + x3 + x4 + x5 = 200 (x5 ≥ (0,3 (x1 + x2)) (x2 ≥ (0,4 (x1 + x2)) (in lenigen max 50%) (1ste restrictie: zie slide) (2de restrictie: zie slide) (3de restrictie: zie slide) (2 miljoen investeren) We kunnen de vorige twee oefeningen niet verder oplossen met de grafische methode omdat we te veel onbekenden hebben. Met een simplextableau valt dit echter wel op te lossen. 9-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Basisoplossingen Voorbeeld: A en B broeken o Restricties: x1 ≤ 60 x2 ≤ 100 3x1 + x2 ≤ 192 x1 + x2 ≤ 120 x1, x2 ≥ 0 o Vergelijkingen maken van de restricties: Teken: bij ≤ in de restrictie: + in de vergelijking variabele = verschilvariabele bij ≥ in de restrictie: - in de vergelijking variabele = suplusvariabele x1 x2 x1 x1 + + + + v1 v2 x2 x2 = = + + 60 100 v3 = 192 v4 = 120 x1, x2, v1, v2, v3, v4 ≥ 0 o Matrixnotatie voor LP problemen: x1 x2 v1 x := v2 v3 v4 60 100 b := 192 120 c := 40 30 0 0 0 0 1 0 A := 3 1 0 1 1 1 1 0 0 0 0 1 0 0 0 0 1 0 0 0 0 1 Doelfuntie: z = cT * x z = 40x1 + 30x2 + 0v1 + 0v2 + 0v3 + 0v4 – 2400 We hebben een aantal basisoplossingen: Stel x1, x2 = 0 Stel x1, v3 = 0 dan is de uitkomst: dan is de uitkomst: v1 = 60 x2 = 192 v2 = 100 v1 = 60 v3 = 192 v2 = -92 v4 = 120 v4 = -72 Deze oplossing voldoet niet aan alle voorwaarden! Een mogelijke oplossingsmethode is alle basisvariabelen overlopen en kijken of de oplossing aanvaardbaar is. Er zijn (combinatie van de min in te vullen variabelen om het stelsel oplosbaar te maken uit het aantal onbekenden) mogelijk oplossingen. 10-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Simplexmethode o Startbasisoplossing restricties uitdrukken in functie van de basisvariabelen: v1 = 60 – x1 v2 = 100 – x2 v3 = 192 – 3x1 – x2 v4 = 120 – x1 – x2 z in functie van de niet-basisvariabelen: z = 40x1 + 30x2 – 2400 = -2400 o Nieuwe basisoplossing maken x1 groter maken, zal z groter maken dus x1 wordt basisvariabele x1 v2 v3 v4 = = = = 60 – v1 100 – x2 192 – 3x1 – x2 = 192 – 3(60 – v1) – x2 = 12 + 3v1 – x2 120 – x1 – x2 = 120 – (60 – v1) – x2 = 60 + v1 – x2 z in functie van de niet-basisvariabelen: z = 40(60 – v1) + 30x2 – 2400 = 0 x2 groter maken, zal z groter maken dus x2 wordt basisvariabele x1 x2 v2 v4 = = = = 60 – v1 12 + 3v1 – v3 100 – x2 = 88 – 3v1 + v3 60 + v1 – x2 = 48 – 2v1 + v3 z in functie van de niet-basisvariabelen: z = 30(12 + 3v1 – v3) – 40v1 = 360 + 50v1 – 30v3 = 360 v1 groter maken, zal z groter maken dus v1 wordt basisvariabele x1 x2 v1 v2 = = = = 36 84 24 16 + v4/2 – v3/2 – 3v4/2 + v3/2 – v4/2 + v3/2 + 3v4/2 – v3/2 z in functie van de niet-basisvariabelen: z = 1560 – 25v4 – 5v3 = 1560 Welke variabele in de basis? De grootste variabele die in de doelfunctie een positief teken heeft. Welke variabele uit de basis? Kies de kleinste verschuiving. 11-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers simplextableau (simplificatie van voorgaande berekeningen) Horizontaal: grootste negatieve getal Verticaal: kleinste positieve getal (delen door de kolom van het horizontale element!) Het gemeenschappelijke element wordt dan de spil. 40 x1 1 0 3 1 -40 30 x2 0 1 1 1 -30 0 v1 1 0 0 0 0 0 v2 0 1 0 0 0 0 v3 0 0 1 0 0 0 v4 0 0 0 1 0 60 100 192 120 -2400 60/1 = 60 100/0 = / 192/3 = 64 120/1 = 120 40 x1 1 0 0 0 0 30 x2 0 1 1 1 -30 0 v1 1 0 -3 -1 40 0 v2 0 1 0 0 0 0 v3 0 0 1 0 0 0 v4 0 0 0 1 0 60 100 12 60 0 60/0 = / 100/1 = 100 12/1 = 12 60/1 = 60 40 x1 1 0 0 0 0 30 x2 0 0 1 0 0 0 v1 1 3 -3 2 -50 0 v2 0 1 0 0 0 0 v3 0 -1 1 -1 30 0 v4 0 0 0 1 0 60 88 12 48 360 60/1 = 60 88/3 = 29,3 12/-3 = -4 48/2 = 24 40 x1 1 0 0 0 0 30 x2 0 0 1 0 0 0 v1 0 0 0 1 0 0 v2 0 1 0 0 0 0 v3 1/2 1/2 -1/2 -1/2 5 0 v4 -1/2 -3/2 3/2 1/2 25 36 16 84 24 1560 Alle elementen van de onderste rij zijn positief en het algoritme stopt. De maximale winst van 1560 doet zich voor als x1 = 36, x2 = 84, v1 = 24, v2 = 16, v3 = 0, v4 = 0 Oplossingsmethode: tabel 2 naar 3: voorlaatste element van v 1 ((1 x -1) – (-3 x 1)) = 2 tabel 3 naar 4: onderste element van v3 ((2 x 30) – (-1 x -50)) /2 = 5 (delen door de spil is enkel nodig wanneer de spil niet gelijk is aan 1) 12-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Oef. p.28 1. Maximaliseer z = 2x1 + 4 x2 + 3x3 Met voorwaarden: 3x1 + 2x2 ≤ 60 -x1 + x2 + 4x3 ≤ 10 2x1 – 2x2 + 5x3 ≤ 50 Met alle xi ≥ 0 o Restricties omzetten naar vergelijkingen: 3x1 + 2x2 + v1= 60 -x1 + x2 + 4x3 + v2= 10 2x1 – 2x2 + 5x3 + v3= 50 Met alle xi, vi ≥ 0 o Matrix notatie van de vergelijkingen (= A) 3 -1 2 o o 2 1 -2 0 4 5 1 0 0 0 1 0 0 0 1 Simplextableau: 2 x1 3 -1 2 -2 4 x2 2 1 -2 -4 3 x3 0 4 5 -3 0 v1 1 0 0 0 0 v2 0 1 0 0 0 v3 0 0 1 0 60 10 50 0 60/2 = 30 10/1 = 10 50/-2 = -25 2 x1 5 -1 0 -6 4 x2 0 1 0 0 3 x3 -8 4 13 13 0 v1 1 0 0 0 0 v2 -2 1 2 4 0 v3 0 0 1 0 40 10 70 40 40/5 = 8 10/-1 = -10 70/0 = / 2 x1 1 0 0 0 4 x2 0 1 0 0 3 x3 -8/5 12/5 13 17/5 0 v1 1/5 1/5 0 6/5 0 v2 -2/5 3/5 2 8/5 0 v3 0 0 1 0 8 18 70 88 Conclusie: Voor maximale z (=88) zijn de variabelen: x1 = 8, x2 = 18, v3 = 70, x3 = v1 = v2 = 0 13-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 2. Maximaliseer z = 30x1 + 20x2 Met voorwaarden: 2x1 + x2 ≤ 140 x1 + 2x2 ≤ 160 x1 + x2 ≤ 90 Met alle xi ≥ 0 o Restricties omzetten naar vergelijkingen: 2x1 + x2 + v1= 140 x1 + 2x2 + v2= 160 x1 + x2 + v3= 90 Met alle xi, vi ≥ 0 o Matrix notatie van de vergelijkingen (= A) 2 1 1 o o 1 2 1 1 0 0 0 1 0 0 0 1 Simplextableau: 30 x1 2 1 1 -30 20 x2 1 2 1 -20 0 v1 1 0 0 0 0 v2 0 1 0 0 0 v3 0 0 1 0 140 160 90 0 140/2 = 70 160/1 = 160 90/1 = 90 30 x1 1 0 0 0 20 x2 1/2 3/2 1/2 -5 0 v1 1/2 -1/2 -1/2 15 0 v2 0 1 0 0 0 v3 0 0 1 0 70 90 20 2100 70/(1/2) = 140 90/(3/2) = 60 20/(1/2) = 40 30 x1 1 0 0 0 20 x2 0 0 1 0 0 v1 1 1 -1 10 0 v2 0 1 0 0 0 v3 -1 -3 2 10 50 30 40 2300 Conclusie: Voor maximale z (=2300) zijn de variabelen: x1 = 50, x2 = 40, v2 = 30, v1 = v3 = 0 14-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers II-Fasenmethode Vb p. 29 cursus Maximaliseer z = 5x1 – 4x2 + 10x3 + x4 Met voorwaarden: x1 – 2x2 – 3x3 – 2x4 = 3 x1 – 2x2 – 3x3 – 2x4 = 3 xi ≥ 0 Variabelen toevoegen mag als je garandeert dat a1 en a2 op het einde = 0 Fase I: zorgen dat a1 en a2 = 0 Fase II: het eigenlijke LP probleem oplossen o Hulpvariabelen declareren: Nieuw LP probleem formuleren of meer bepaald; een nieuwe doelfunctie waarvan he waat dat a1 en a2 in het optimum 0 zijn. ≤ = ≥ + vi + ai - si + ai z = a1 + a2 (a1, a2 ≥ 0) is minimaal voor z = 0 a1 = a2 = 0 z = -a1 – a2 (a1, a2 ≥ 0) is maximaal voor z = 0 a1 = a2 = 0 o x1 – 2x2 – 3x3 – 2x4 = 3 x1 – 2x2 – 3x3 – 2x4 = 3 a1 + x1 – 2x2 – 3x3 – 2x4 = 3 a2 + x1 – x2 + 2x3 + x4 = 11 z = 5x1 – 4x2 + 10x3 + x4 z = -a1 – a2 + 5x1 – 4x2 + 10x3 + x4 Doelfunctie optimaliseren (onderste getallen uit de tabel berekenen en invullen) 1 R1 = 1 [-1 -1] - 0 = -2 -2 R4 = -1 [-1 -1] - 0 = 1 -2 -1 [-1 -1] - 0 = 3 1 R5 = 0 [-1 -1] - 1 = 0 -3 R3 = 2 [-1 -1] - 0 = 1 0 R6 = 1 [-1 -1] - 1 = 0 R2 = z = (-1) x 3 + (-1) x 11 = -14 15-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 0 x1 1 1 -2 0 x2 -2 -1 3 0 x3 -3 2 1 0 x4 -2 1 1 -1 a1 1 0 0 -1 a2 0 1 0 3 11 -14 3/1 = 3 11/1 = 11 0 x1 1 0 0 0 x2 -2 1 -1 0 x3 -3 5 -5 0 x4 -2 3 -3 -1 a1 1 -1 2 -1 a2 0 1 0 3 8 -8 3/-3 = -1 8/5 = 1,6 0 x1 1 0 0 0 x2 -7/5 1/5 0 0 x3 0 1 0 0 x4 -1/5 3/5 0 -1 a1 2/5 -1/5 1 -1 a2 3/5 1/5 1 39/5 8/5 0 3/-3 = -1 8/5 = 1,6 Einde Fase I: wanneer alles in de onderste rij ≥ 0 z=0 Fase II: Teruggaan naar het oorspronkelijk LP probleem, we zitten nu in een punt (basisoplossing) van het aanvaardbare oplossingsgebied o Alle variabelen ≥ 0 o Alle a’s = 0 o Overgang: hoofding aanpassen (z = 5x1 – 4x2 + 10x3 + x4) 1 R1 = 0 [5 R2 = -7 5 1 5 10] - 5 = 0 [5 0 R3 = 1 [5 10] - (-4) = -1 10] - 10 = 0 R4 = -1 5 3 5 [5 10] - 1 = 4 R5 = 2 5 -1 5 [5 10] - 0 = 0 R6 = 3 5 1 5 [5 10] - 0 = 5 z = 5 x (39/5) + 10 x (8/5) = 55 16-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 5 x1 1 0 0 -4 x2 -7/5 1/5 -1 10 x3 0 1 0 1 x4 -1/5 3/5 4 0 a1 2/5 -1/5 0 0 a2 3/5 1/5 5 39/5 8/5 55 5 x1 1 0 0 -4 x2 0 1 0 10 x3 7 5 5 1 x4 4 3 7 0 a1 -1 -1 -1 0 a2 2 1 6 19 8 63 (39/5)/(-7/5) = -5,5 (8/5)/(1/5) = 8 Conclusie: Voor maximale z (=63) zijn de variabelen: x1 = 19, x2 = 8, x3 = x4 = a1 = a2 = 0 17-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Oef. p. 15 1. Maximaliseer z = x – 2y Met restricties: 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 en x, y ≥ 0 o o o Hulpvariabelen declareren 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 3x + y – s1 + a1 = 8 -x + y + v1 = 6 -2x + y – s2 + a2 = 3 z = -x + 2y z = -a1 – a2 – x + 2y Doelfunctie optimaliseren 0 x 3 -1 -2 -1 0 y 1 1 1 -2 0 s1 -1 0 0 1 0 s2 0 0 -1 1 -1 a1 1 0 0 0 0 v1 0 1 0 0 -1 a2 0 0 1 0 8 6 3 -11 0 x 5 1 -2 -5 0 y 0 0 1 0 0 s1 -1 0 0 1 0 s2 1 1 -1 -1 -1 a1 1 0 0 0 0 v1 0 1 0 0 -1 a2 -1 -1 1 2 5 3 3 -5 0 x 1 0 0 0 0 y 0 0 1 0 0 s1 -1/5 1/5 -2/5 0 0 s2 1/5 4/5 -3/5 0 -1 a1 1/5 -1/5 2/5 1 0 v1 0 1 0 0 -1 a2 -1/5 -4/5 3/5 1 1 2 5 0 0 v1 0 1 0 0 0 a2 -1/5 -4/5 3/5 -7/5 1 2 5 -9 8/1 = 8 6/1 = 6 3/1 = 3 5/5 = 1 3/1 = 3 3/(-2) = -1,5 Hoofding en onderste rij aanpassen 1 x 1 0 0 0 -2 y 0 0 1 0 0 s1 -1/5 1/5 -2/5 3/5 0 s2 1/5 4/5 -3/5 7/5 0 a1 1/5 -1/5 2/5 -3/5 Conclusie: Voor maximale z (=-9) zijn de variabelen: x = 1, y = 5, s1 = s2 = a1 = v1 = a2 = 0 18-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 2. Minimaliseer z = -x + 2y Met restricties: 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 en x, y ≥ 0 o o Hulpvariabelen declareren (zie regels pagina 15 uit document): 3x + y ≥ 8 -x + y ≤ 6 -2x + y ≥ 3 3x + y – s1 + a1 = 8 -x + y + v1 = 6 -2x + y – s2 + a2 = 3 z = -x + 2y z = a1 + a2 – x + 2y Doelfunctie optimaliseren 3 -1 R1 = -2 [1 0 1] - 0 = 1 0 0 R4 = -1 [1 0 1] - 0 = -1 0 1] - 0 = 2 1 0 R5 = 0 [1 0 1] - 1 = 0 -1 0 R3 = 0 [1 0 1] - 0 = -1 0 1 R6 = 0 [1 0 1] - 0 = 0 0 0 R7 = 1 [1 0 1 1 R2 = 1 [1 1] - 1 = 0 z = 1 x 8 + 0 x 6 + 1 x 3 = 11 0 x 3 -1 -2 1 0 y 1 1 1 2 0 s1 -1 0 0 -1 0 s2 0 0 -1 -1 1 a1 1 0 0 0 0 v1 0 1 0 0 1 a2 0 0 1 0 8 6 3 11 8/1 = 8 6/1 = 6 3/1 = 3 (minimalisatie dus grootste positieve getal nemen!) 0 x 5 1 -2 5 0 y 0 0 1 0 0 s1 -1 0 0 -1 0 s2 1 1 -1 1 1 a1 1 0 0 0 0 v1 0 1 0 0 1 a2 -1 -1 1 -2 5 3 3 5 5/5 = 1 3/1 = 3 3/(-2) = -1,5 19-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 0 x 1 0 0 0 0 y 0 0 1 0 0 s1 -1/5 1/5 -2/5 0 Sarah Cuypers 0 s2 1/5 4/5 -3/5 0 1 a1 1/5 -1/5 2/5 -1 0 v1 0 1 0 0 1 a2 -1/5 -4/5 3/5 -1 1 2 5 0 Einde fase: alles is ≤ 0 (voor maximalisatie ≥ 0) o Hoofding en onderste rij aanpassen 1 0 R1 = 0 [-1 0 R2 = R3 = 0 0 1 -1 5 1 5 -2 5 [-1 0 2] - (-1) = 0 1 5 4 5 -3 5 [-1 0 R4 = 2] - 0 = -7/5 2] - 2 = 0 1 5 -1 5 2 5 [-1 0 R5 = 2] - 0 = 3/5 [-1 0 2] - 0 = -3/5 -1 5 -4 5 3 5 [-1 0 R7 = 2] - 0 = 7/5 0 1 R6 = 0 [-1 0 2] - 0 = 0 z = -1 x 1 + 0 x 2 + 2 x 5 = 9 -1 x 1 0 0 0 2 y 0 0 1 0 0 s1 -1/5 1/5 -2/5 -3/5 0 s2 1/5 4/5 -3/5 -7/5 0 a1 1/5 -1/5 2/5 3/5 0 v1 0 1 0 0 0 a2 -1/5 -4/5 3/5 7/5 1 2 5 9 Conclusie: Voor maximale z (=9) zijn de variabelen: x = 1, y = 5, s1 = s2 = a1 = v1 = a2 = 0 20-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 3. Maximaliseer z = x + y Met restricties: 5x + y ≤ 7 7x - 3y ≥ 14 en x, y ≥ 0 o o Hulpvariabelen declareren: 5x + y ≤ 7 7x – 3y ≥ 14 5x + y + v = 7 7x – 3y – s + a = 14 z=x+y z = -a + x + y Doelfunctie optimaliseren: 5 R1 = 7 [0 -1] - 0 = -7 1 R4 = 0 [0 -1] - 0 = 0 1 R2 = -3 [0 -1] - 0 = 3 0 R5 = 1 [0 -1] - (-1) = 0 0 R3 = -1 [0 -1] - 0 = 1 z = 0 x (7) + -1 x (14) = -14 0 x 5 7 -7 0 y 1 -3 3 0 s 0 -1 1 0 v 1 0 0 -1 a 0 1 0 7 14 -14 0 x 1 0 0 0 y 1/5 -22/5 22/5 0 s 0 -1 1 0 v 1/5 -7/5 7/5 -1 a 0 1 0 7/5 21/5 -21/5 7/5 = 1,4 14/7 = 2 Einde fase: alles is ≥ 0 aangezien y nog in de basis zit en z ≠ 0, is dit een stelsel zonder oplossingen. 21-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers 4. Maximaliseer z = 3x + y Met restricties: -x + y ≤ 3 x+y≤7 3x + y ≤ 15 en x, y ≥ 0 Niet oplosbaar met de II-fasenmethode??? Aangezien a’kes niet nodig zijn (er is al een eenheidsmatrix met de v’kes... dus a’kes worden overbodig denk ik) en aangezien er geen a’kes zijn, is de bovenste rij volledig opgebouwd uit nullen, met als gevolg dat de onderste rij ook helemaal uit nullen bestaat.. Als iemand anders hier een idee heeft, laat het weten! Zal anders zelf later nog is zien om eventueel wel a’kes erbij te zetten en zo op te lossen 22-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 5. Sarah Cuypers Maximaliseer z = x + 2y Met restricties: -3x + 2y ≤ 3 x+y≥1 -x + 2y ≥ 1 en x, y ≥ 0 Als ik juist redeneer zal er in de tableaus steeds een negatief getal overblijven aangezien de oplossing niet bepaald kan worden (zie oefeningen helemaal in begin).. later uitproberen 23-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Beslissingsproblematiek en speltheorie Cursus p41-55 Beslissen onder onzekerheid Oef pagina 42 Strategie: (aanbod) Hoeveel munten maken? 0, 1000, 2000, ... 9000? Toestand/uitkomst: (vraag) Vraag die er zal zijn naar de munten. OpbrengstenMatrix: Een matrix A = aij met i = strategie, j = toestand (rij = toestand, kolom = strategie) 0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 0 0 -3 1000 0 2 -1 2000 0 2 3000 0 2 4000 0 2 5000 0 2 6000 0 2 7000 0 2 8000 0 2 9000 0 2 zie pagina 43 voor volledige matrix Stel: Aanbod: Vraag: Opbrengst: Stel: Aanbod: Vraag: Opbrengst: 2000 munten 1000 munten 50 x 1000 = 50 000 HS 30 x 2000 = 60 000 HS - ------------- 10 000 HS (opbrengst) (kosten) 1000 munten 3000 munten 50 x 1000 = 50 000 HS 30 x 1000 = 30 000 HS - -----------20 000 HS (opbrengst) (verkopen wat we niet hebben gaat niet) (kosten) Interpretatie: Afhankelijk van het aanbod en de vraag, ziet men hoeveel men verliest of wint. 24-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Min-Max Criterium: Voor elke strategie de meest pessimistische uitkomst nemen. Uit de lijst nemen we vervolgens de meest optimistische uitkomst. strategie 0 Max-Max Criterium: Voor elke strategie de meest optimistische uitkomst nemen. Uit de lijst nemen we vervolgens de meest optimistische uitkomst. strategie 9 Bayes- of Laplace-Criterium: Voor elke strategie de verwachte opbrengst berekenen. Men kiest voor de strategie met een maximum aan verwachte opbrengst. Verwachte opbrengst: gemiddelde van iedere rij uit de opbrengstenmatrix strategie 3/4 Hurwicz-criterium: De beslissing baseren op een gewogen gemiddelde van de slechtste en de beste uitkomst. Het gewicht a kiest men zelf, maar moet voldoen aan: 0 < a < 1 formule: a x (slechtste) + (1 – a) x (beste) Vb. a = 3/5 Rij 1: (3/5) x 0 + (1 – (3/5)) x 0 = 0 Rij 2: (3/5) x -30 + (1 – (3/5)) x 20 = -18 + 8 = -10 Spijtmatrix of Minimax Regret-criterium: Een matrix met de verschillen tussen de opbrengsten en de maximale opbrengsten voor de toestanden (= spijt voor een bepaalde toestand). 0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 0 0 3 1000 2 0 3 2000 4 2 0 3000 6 4 4000 8 6 5000 10 8 6000 12 10 7000 14 12 8000 16 14 9000 18 16 0 0 0 0 0 0 0 zie pagina 45 voor volledige matrix 25-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Stel: Aanbod: Vraag: Verlies: Conclusie: Spijt: Sarah Cuypers 2000 munten 1000 munten 10 000 HS We hadden beter 1000 munten geslagen, dan was er een winst van 20 000 HS 20 000 HS – (-10 000 HS) = 30 000 HS De oplossing kan ook bekomen worden door elk getal in de opbrengstenmatrix af te trekken van de kolommaximum. Interpretatie: Voor elke strategie de meest optimistische spijt nemen. Uit de lijst nemen we vervolgens de meest pessimistische uitkomst, die waar we het minst spijt van zullen hebben. strategie 3/4 Oef Slide 24 Opbrengstenmatrix: vraag 6 7 8 9 10 6 0,3 0,1 -0,1 -0,3 -0,5 7 0,3 0,35 0,15 -0,05 -0,25 8 0,3 0,35 0,4 0,2 0 9 0,3 0,35 0,4 0,45 0,25 10 0,3 0,35 0,4 0,45 0,5 BeslissingsCriteria: 6 7 8 9 10 Beste Strategie MinMax MaxMax 0,3 0,1 -0,1 -0,3 -0,5 0,3 0,35 0,4 0,45 0,5 6 10 0,1 0,3 0,325 0,35 0,375 0,4 Hurwicz 0,2 0,3 0,3 0,3 0,3 0,3 10 6-10 Laplace Spijt 0,3 0,3 0,275 0,25 0,225 0,2 0,3 0,3 0,25 0,15 0 0,2 0,2 0,4 0,6 0,8 6 6/7 6/7 Spijtmatrix: vraag 6 7 8 9 10 6 0 0,2 0,4 0,6 0,8 7 0,05 0 0,2 0,4 0,6 8 0,1 0,05 0 0,2 0,4 9 0,15 0,1 0,05 0 0,2 10 0,2 0,15 0,1 0,05 0 26-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Beslissen onder risisco Maximaliseren van de verwachte opbrengst: Formule: per strategie: de som van de vermenigvuldiging van de vraag en de kans (opbrengstenmatrix). Vb: Strategie 8: (-0,1)(0,2)+(0,15)(0,3)+(0,4)(0,25)+(0,4)(0,15)+(0,4)(0,1) = 0,225 Minimale gemiddelde spijt: Formule: per strategie: de som van de vermenigvuldiging van de vraag en de kans (spijtmatrix). Beslissen onder risico Oef Slide 26 Strategie 6 7 8 9 10 beste strategie Max. Verwachte opbrengst 0,3 0,3 0,225 0,0875 -0,0875 6/7 Min. gemiddelde spijt 0,0825 0,0825 0,1575 0,29 0,047 6/7 27-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers SpelTheorie Beslissen in een competitie omgeving. Termen zie pagina 48-50 (spelmatrix, waarde, zadelpunt, dominantie). Bepalen van een gemengde strategie Matchingpennies (p51): K M kolommaxima K 1 -1 1 M -1 1 1 rijminima -1 -1 Er is geen zadelpunt, dus er is geen optimale strategie. De beste strategie voor speler x bestaat er hem in om af te wisselen tussen K en M. De optimale gemengde strategie: (1-p, p); p Є [0, 1] (1/2, 1/2) Speler x kiest dus in 1-p van de gevallen voor K en in p van de gevallen voor M. o Stel nu dat y voor een vaste strategie kiest: Vaste strategie K: verwachte winst voor x: (v of Ex) v = (1 – p) x 1 + p x (-1) = 1 – p – p = 1 – 2p Vaste strategie M: verwachte winst voor x: v = (1 – p) x (-1) + p x (1) = -1 + p + p = -1 + 2p o Stel nu dat speler x zijn winst wil maximaliseren, maar speler y kent de strategie van speler x (speler y kent p) Strategie speler x: (3/4, 1/4) Speler y kan zijn strategie aanpassen zodat de verwachte winst onder v = -1 + 2p blijft. Speler y kiest best voor (1/4, 3/4) Speler y kan er steeds voor zorgen dat de winst voor x onder de ^ (zie tekening maple file Van Vreckem vanop dokeos) blijft. welke strategie neemt speler x dan het best? (1/2, 1/2) 28-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers Het spelprobleem is een LP-probleem. Maximalisatie van z = v met restricties: v ≤ 1 – 2p v ≤ -1 + 2p met p ≥ 0 Niet-symmetrische matchingpennies (p51): K M kolommaxima o K 5 -3 5 M -3 1 1 rijminima -3 -3 Stel dat y voor een vaste strategie kiest: Vaste strategie K: verwachte winst voor x: (v of Ex) v = (1 – p) x 5 + p x (-3) = 5 – 5p + (-3p) = 5 – 8p Vaste strategie M: verwachte winst voor x: v = (1 – p) x (-3) + p x (1) = -3 + 3p + p = -3 + 4p o Nagaan of dit een eerlijk spel is: tekenen van de rechten, wanneer deze kruisen bij 0, is het een eerlijk spel De optimale strategie wordt bepaald door de snijpunten van de 2 restrictierechten. We kunnen deze dus berkenen uit volgend stelsel: v = 5 – 8p v = -3 + 4p 5 – 8p = -3 + 4p p = -8/-12 = 2/3 De optimale strategie voor speler x is dus: (1-p, p) = (1-2/3, 2/3) = (1/3, 2/3) 29-30 Notas Operationeel Onderzoek 04-05 Sarah Cuypers En zijn winst (=waarde) bedraagt: (invullen in een vgl) v = -3 + 4p = -3 + 4 x (2/3) = -1/3 De winst is de y coördinaat van het snijpunt tussen de twee restrictierechten en zoals we al uit de tekening konden afleiden, is dit geen eerlijk spel. Algemene oplossingsmethode 2x2 (p54) Het spel wordt voorgesteld door een matrix: a c b d De vergelijkingen van de restrictierechten zien er als volgt uit: v = (1 – p) x a + p x c = a + (c – a) x p v = (1 – p) x b + p x d = b + (d – b) x p De optimale strategie is het snijpunt van deze rechten. Algemene oplossingsmethode 2xn (n > 2) (p54) 1. Is er een zadelpunt? 2. Zijn er gedomineerde rijen/kolommen? 3. Wat blijft over? a. 2x2: via formules oplossen b. 2xn: grafisch oplossen c. nx2: grafisch oplossen d. nxn: LP probleem 30-30