Uploaded by User2459

3.-Zorgprotocol-Partusassistentie-in-acute-verloskundige-situaties

advertisement
Zorgprotocol
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
1.
Introductie
De kraamverzorgende assisteert de verloskundige bij de thuispartus. Indien zich daarbij
complicaties voordoen is een goede samenwerking en eenduidige communicatie van
extra belang.
2.
Doel & resultaat
De kraamverzorgende weet wat zij moet doen bij acute verloskundige situaties.
De verloskundige wordt optimaal ondersteund.
De barende/kraamvrouw en haar partner zijn gezien de situatie optimaal begeleid
en ondersteund.
3.
Doelgroep/toepassingsgebied
Barende vrouwen/kraamvrouwen en/of pasgeborenen met complicaties tijdens
respectievelijk vlak na de partus.
4.
Verantwoordelijkheden
De kraamverzorgende
De kraamverzorgende
De kraamverzorgende
instructie op.
De kraamverzorgende
5.
onderneemt actie en anticipeert op risicovolle situaties.
blijft bij de barende/kraamvrouw en ondersteunt haar.
luistert goed naar de verloskundige en volgt haar
is niet opgeleid om te reanimeren.
Benodigdheden
Zorgprotocol Partusassistentie (KCKZ, 2017)
ISBARR werkformulier (zie bijlage 1)
Zorgprotocol ISBARR (KCKZ, 2017)
6.
Werkwijze
Complicaties:
1. Uitgezakte navelstreng
2. Schouderdystocie en impressie
3. Fundusexpressie
4. Fluxus
5. Reanimatie van de "natte" pasgeborene
6. Eclampsie
7. Onverwachte stuit
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 1 van 8
Zorgprotocol
1. Uitgezakte navelstreng
Een navelstrenguitzakking is het uitpuilen van de navelstreng in of buiten de vagina,
voordat de baby geboren is. Een uitzakking kan voorkomen wanneer de baby niet
(helemaal) in het bekken van de vrouw is ingedaald. Soms gebeurt het dat bij het
breken van de vliezen. Als de navelstreng uitzakt, moet de baby zo snel mogelijk
worden geboren, om te voorkomen dat de bloedtoevoer naar de baby wordt afgesneden.
Meestal gebeurt dit via een keizersnede. Totdat de operatie begint, probeert de
verloskundige of kraamverzorgende de druk van het lichaam van de baby op de
navelstreng te verminderen, door de barende op de zij te laten liggen, blaas te vullen,
extra O2 te geven. Dit zorgt ervoor dat de bloedtoevoer door de uitgezakte navelstreng
niet wordt afgesneden.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
Leg kussen onder rechter bil van barende, en laat de zwangere op de linker zij liggen.
Of laat de zwangere op handen en knieën zitten.
Help zuurstofmasker opzetten;
Assisteer eventueel bij inbrengen verblijfskatheter;
Deze wordt gevuld met 500 ml zoutoplossing;
Zit niet aan de navelstreng, omdat dit er voor kan zorgen dat de bloedvaten gaan
samentrekken;
Controleer op verzoek van de verloskundige de harttonen van de baby met
doptone;
Dek kraamvrouw toe om warm te houden.
2. Schouderdystocie en impressie
Bij een schouderdystocie is het hoofdje van de baby geboren, maar wil het lichaampje
niet volgen. De schouder die aan de voorzijde van het bekken gelegen is, blijft steken
ter hoogte van de bekkeningang (boven het schaambeen). Vaak heeft de pasgeborene
na een dergelijke partus een gestuwd hoofdje, meestal met kleine bloedinkjes
(petechiën) in het gezicht. Het gezichtje oogt blauw. Belangrijk is de ouders hierover
gerust te stellen, zo ook eventueel bezoek. Dit kindje zal eerder geel gaan zien door de
toegenomen bloedafbraak.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
Ondersteun de barende bij voorkeur in een verticale houding, omdat dit de kans op
een schouderdystocie verkleint;
Help de barende op handen en knieën (‘all fours’) als de schouders van het het kind
niet goed volgen na de geboorte van het hoofd;
Maak bij een partus liggend op bed zo mogelijk een dwarsbed;
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 2 van 8
Zorgprotocol
Zorg dat de vrouw haar benen maximaal wijd en
opgetrokken houdt, knieën ongeveer naast de oren, dit
geeft maximale ruimte in het bekken (McRoberts
positie);
Geef impressie;
Houd de tijd bij;
Bel op advies van de verloskundige een ambulance
Zet de deur open voor de ambulance
Impressie
Impressie is het uitoefenen van kracht boven het schaambeen
van de barende.
Deze handgreep moet uitgevoerd worden als alle andere
maatregelen geen resultaat geven. De verloskundige zorgt
ervoor dat de kraamverzorgende geïnstrueerd wordt, na
toestemming van de cliënt, voor het geven van impressie:
Ga naast de barende staan aan de zijde waar de rug
van het kind zich bevindt;
Plaats je handen met aaneengesloten vingers en plat
op elkaar op de schouder van het kind en duwt in de
richting aangegeven door de verloskundige;
Impressie geven kan ook in een verticale baringshouding.
3. Fundusexpressie
Fundusexpressie is het uitoefenen van kracht
op het bovenste deel van de fundus
(uitwendige druk op de stuit van de baby)
richting de bekkeningang. Op het juiste
moment toegepast, kan de geboorte van het
kind versneld worden. Het wordt toegepast bij
foetale nood of niet vorderende uitdrijving. Je
geeft alleen expressie op verzoek van de
verloskundige en zij zorgt ervoor dat je
geïnstrueerd wordt voor het geven van
expressie.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige (expressie volgens Kristeller)
Ga met het gezicht naar het voeteneinde van de barende toe staan (zorg dat je
goed kracht kunt uitoefenen);
Omvat met beide handen de stuit in de bovenzijde van de baarmoeder, voor de
wee begint. Zet eventueel je knie in bed om kracht te kunnen zetten of ga op een
krukje staan. Door hoger dan de kraamvrouw te staan kun je meer kracht
zetten;
Houd de vingers aaneengesloten en plaats ze aan de zijkant van de stuit. De
duimen liggen tegen elkaar en wijzen naar voren;
Tijdens een wee én met meepersen van de barende wordt het kind in de richting
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 3 van 8
Zorgprotocol
van de bekkeningang geduwd.
4. Fluxus
Bij meer dan een liter bloedverlies bij de kraamvrouw spreken we van een fluxus.
Er is een verhoogde kans op een fluxus bij:
Fluxus in de voorgeschiedenis
Vastzittende placenta
Vleesbomen in de uterus
Bij stollingsproblemen
Afname van de persweeën
Expressie
Een hele snelle partus
Langdurig persen
Extreme vermoeidheid
Een schouderdystocie
Een overrekte uterus (groot kind of gemelli).
Bij ruim vloeien zal de verloskundige extra alert zijn en maatregelen nemen:
Blaas legen (eventueel via katheteriseren);
Baarmoeder laten samentrekken (bijv. door geven van oxytocine (Syntocinon)
intramusculair licht masseren van uterus). N.B.: stolsels uitdrukken alleen bij een
harde (gecontraheerde) uterus;
Kraamvrouw in Trendelenburg neerleggen (kussen weg onder hoofd en
neerleggen onder benen/heupen) zo kan er veel bloed naar het hoofd;
Geen drinken geven! Dit om te voorkomen dat er meer bloedtoevoer naar de
maag is;
Letten op verschijnselen van een shock (duizelig, klam, bleek, zweterig);
Meten van hoeveelheid bloedverlies (bewaar onderleggers etc.) vang bloed op in
po/kom;
Pols en bloeddruk (tensie) meten;
Blijf de kraamvrouw aanspreken om haar bij kennis te houden;
112 voor ambulance bellen;
Pasgeborene aankleden voor vervoer;
Voorkom afkoelen bij moeder, geen warmte toevoeren.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
Assisteer de verloskundige bij het katheteriseren; vang urine op in bekkentje of
po;
Geef verloskundige voldoende licht;
Weeg/meet de onderleggers om bloedverlies te kunnen schatten;
Bel 112 voor ambulance (geef duidelijk naam /adresgegevens door) volgens
ISBARR methode; maak de doorgang vrij;
Zet buitendeur open en maak ruimte;
Maak moeder/pasgeborene klaar voor vervoer;
Leg de partner uit wat er gebeurt, en wat er gaat gebeuren.
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 4 van 8
Zorgprotocol
5. Reanimatie van het kind direct na de geboorte, de "natte" pasgeborene1
Van belang is dat je rustig blijft en goed let op de instructies die je krijgt van de
verloskundige.. Zorg dat je als kraamverzorgende:
Weet waar de zuurstof staat en dat deze binnen handbereik staat;
Dat je warme doeken klaar hebt liggen;
Je een mutsje op het hoofdje van de baby aan kan geven;
Dat je de tijdstippen bijhoudt.
Verschijnselen bij asfyxie (slechte conditie pasgeborene):
Huidskleur blauw/wit
Ademhaling blijft uit of komt niet goed op gang
Hartslag is niet aanwezig of weinig frequent
Spierspanning is slap
Kind reageert niet of weinig op prikkels.
Handelingen verloskundige of eventueel de kraamverzorgende (volgens het EABCschema):
Energie sparen
Voorkom afkoeling door verdamping
Droog de pasgeborene goed af, gebruik warme doeken en een mutsje
Leg de pasgeborene bij de moeder om afkoeling te voorkomen
Voorkom afkoeling door tocht (doe deuren en ramen dicht).
Ademweg vrijmaken
Leg de pasgeborene in de juiste houding met het hoofd naar je toe
Veeg de mond van de pasgeborene schoon en evt. bij belemmering de luchtpijp
uitzuigen (nadeel van uitzuigen is dat het kind stopt met ademhalen en de
hartactie daalt)
Prikkel de pasgeborene door hem te masseren op de rug, te wrijven, te tikken
onder de voetzooltjes
Beoordeel de ademhaling na prikkelen
Indien onvoldoende/geen ademhaling: start beademing met masker, ballon en
omgevingslucht of zuurstof.
Beademen
Begin met 5 beademingen van elk 3 seconden, zodat de longen zich goed kunnen
ontplooien.
Circulatie
Als de hartfrequentie <60 is zal ook thoraxcompressie (hartmassage) nodig zijn.
Tip: gebruik de doptone om de frequentie te meten.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
Bel 112, zet de telefoon op de speaker en zeg dat het gaat om een reanimatie
Zie ook Reanimatie en ondersteuning van de transitie van het kind bij de geboorte. De term “Ondersteuning
van de transitie” is geïntroduceerd om de unieke situatie bij de geboorte te benadrukken. Pasgeborenen
hebben zelden reanimatie nodig, maar wel ondersteuning bij de transitie.
1
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 5 van 8
Zorgprotocol
van een natte pasgeborene;
Neem de tijd van geboorte en start reanimatie op;
Zorg voor warme doeken en warme omgeving;
Leg aankleedkussen klaar met de kruiken erop;
Geef tas met reanimatiespullen aan;
Wrijf de pasgeborene goed droog;
Geef thoraxcompressie (hartmassage);
Geef iemand anders de opdracht om de weg naar voordeur vrij te maken, deur
op kier, voldoende licht ’s nachts;
Houd contact met de ouders;
Maak opnametas klaar (toiletspullen/ zorgverzekeringsbewijs).
Handeling thoraxcompressie
Plaats 2 duimen, naast of op elkaar, op het borstbeen (sternum) van de
pasgeborene, ter hoogte van 1 vingerbreedte onder de tepellijn;
Omvat met de handpalmen en vingers de borstkas en rug;
Druk met 2 duimen stevig en gelijkmatig op het borstbeen tot 1/3 - 1/2 van de
diepte van de borstkas;
Zorg ervoor dat de borstkas na iedere compressie weer volledig omhoogkomt,
maar laat de duimen op het borstbeen;
Doe dit 90 maal per minuut (verhouding is 3:1 d.w.z. 3x borstcompressie
afwisselen met 1x beademen);
De verloskundige geeft het ritme aan, tel hardop: 1,2,3 en blaas 1,2,3, …. etc.).
6. (Pre) Eclampsie
Pre-eclampsie is een zwangerschapscomplicatie waarbij na de 20e zwangerschapsweek
sprake is van een te hoge bloeddruk (zwangerschapshypertensie) en daarbij een
abnormale hoeveelheid eiwitverlies in de urine. Door de veel te hoge bloeddruk kan een
eclampsie ontstaan.
Bij een eclampsie krijgt de barende stuipen, die vergelijkbaar zijn met een epileptische
aanval: ze heeft stuiptrekkingen met de armen en benen en ze kan kort bewusteloos
raken.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
De barende observeren op klachten als hoofdpijn, misselijkheid, bandgevoel om de
maag, sterretjes zien;
Laat de zwangere op de linker zij liggen, en blijf van haar af;
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 6 van 8
Zorgprotocol
Bij afwezigheid verloskundige dit meteen doorgeven aan haar
De verloskundige zal in deze situatie regelmatig de bloeddruk opmeten
Taken bij een eclampsie:
Bel 112 voor de ambulance;
Laat de vrouw geen moment alleen;
Voorkom dat ze zich bezeert;
Maak de ademweg vrij (verloskundige).
7. Onverwachte stuitligging
Bij 2 tot 3% van de zwangerschappen ligt de baby tegen het einde van de zwangerschap
in stuitligging: met de billen naar beneden en het hoofd omhoog. Meestal is onduidelijk
waarom een kind aan het eind van de zwangerschap nog steeds in stuitligging ligt. Er
zijn wel enkele situaties waarin de kans op een stuitligging verhoogd is:
o Bij een zwangerschap van een tweeling of meerling;
o Als de uterus of het bekken een afwijkende vorm heeft;
o Als de placenta of vleesboom voor de uitgang ligt;
o Bij aangeboren afwijkingen van het kind.
Bij een onvolkomen stuitligging ligt de baby met de benen helemaal omhoog. Bij een
volkomen stuitligging ligt de baby in een soort kleermakerszit. Soms kan de baby van
buitenaf gedraaid worden, dit heet een versie. Een stuitpartus vindt vanuit
veiligheidsoogpunt in principe plaats in het ziekenhuis.
Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige
Geef op instructie van de verloskundige impressie door met de muis van de hand
het hoofdje onder het schaambot door te duwen (als het lijfje en de armen
geboren zijn);
Zorg voor warme doeken.
7.
Verslaglegging
Partusverslag in het kraamzorgdossier
Nabespreking met de verloskundige en/of nabellen hoe de partus is afgelopen.
8.
Bijlagen en/of referenties
Bijlage 1 Werkformulier ISBARR in acute situaties
Zorgprotocol Partusassistentie (KCKZ, 2017)
Zorgprotocol ISBARR (KCKZ, 2017)
Kraamzorg Handelingenboek (KCKZ, 2017)
Reanimatie en ondersteuning van de transitie van het kind bij de geboorte
(Hoofdstuk 8, Nederlandse Reanimatie Raad)
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 7 van 8
Zorgprotocol
Bijlage 1
Werkformulier ISBARR in acute situaties
Bel 112 voor een ambulance
Sommige VSV’s of ambulanceregio’s hebben hun eigen spoednummer
voor het oproepen van een ambulance. Informeer jezelf hierover.
I
Identificatie
Meld je functie en wie je bent
Meld de postcode en het huisnummer van de cliënt
Meld de geboortedatum en aantal weken zwangerschap van de cliënt
Meld op welk telefoonnummer je bent te bereiken.
S
Situatie
Meld de situatie
B
Background (achtergrond)
Meld de vitale functies: <temperatuur, pols, bloedverlies, urineproductie,
andere specifieke controles>
Reeds ingezette behandeling: <ondernomen actie benoemen>
Indien relevant: medische voorgeschiedenis en andere belangrijke
informatie
A
Assessment (beoordeling)
Ik denk dat dit het probleem is <vertel het probleem>
Geef de hartfrequentie van de pasgeborene
Geef de metingen van de controles van moeder:
o Cortonen
o Pols
o Tensie
o Temperatuur
o Bloedverlies
o Klinische indruk
OF:
Ik weet niet wat het probleem is, maar de cliënt <gaat achteruit/is
onstabiel>
R
Recommendation (aanbeveling)
Ik wil acuut overdragen
Vraag indien nodig om tilassistentie van de brandweer
R
Repeat (herhaling)
Herhaal wat je moet doen
Noteer de afspraken op het afsprakenblad in het zorgdossier.
Partusassistentie in acute verloskundige situaties
Documenteigenaar: KCKZ
Versie: 2.0
Vastgesteld d.d.: 10-07-2017
Evaluatie d.d.: 10-07-2018
Pagina 8 van 8
Download