ETEN EN DRINKEN bij de Romeinen 1) Verschillen met onze keuken NIET chocolade, koffie, aardappelen, tomaten, kiwi's WEL olijven en druiven olijfolie → grote AMFOREN voor transport (ging perfect door klimaat: M.Zee) VLEES Varkensvlees, ook lam, hert, gevogelte VIS (wel duur) – Kust: makreel, inktvis, sardientjes – Tiber e.a. (zoet water): snoek, baars, steur OPMERKELIJK Muizen, varkensoren, vissenogen, varkensuier, baarmoeder, zee-egel, kwal Bewaren? Bewaren? • Inzouten Roken Drogen In honing leggen → Smaakmakers (voor bedervend voedsel...) sterke sauzen (bv. garum: ingewanden en vissenkoppen pekelen, oude wijn, gisten in de zon: vocht dat komt bovendrijven is garum) pittige kruiden • Toog met ingemetselde kruiken (warm of koel houden) Herculaneum 1) Verschillen met onze keuken 2) Voedselvoorziening 2) Voedselvoorziening • Rome → 1 mln inwoners • Bevoorrading? Door omliggende platteland Maar aanvoeren van steeds verder (keizertijd): – Egypte, Sicilië, Noord-Afrika (...) – Campanië, Gallië (...) – Spanje, Noord-Afrika (...) – India (...) 2) Voedselvoorziening • Rome → 1 mln inwoners • Bevoorrading? Door omliggende platteland Maar aanvoeren van steeds verder (keizertijd): – Egypte, Sicilië, Noord-Afrika (graanschuren) – Campanië, Gallië (wijn) – Spanje, Noord-Afrika (olijven + olijfolie) – India (specerijen, bv. peper en kaneel) 3) Romeinse maaltijden Ontbijt? 3) Romeinse maaltijden Ontbijt? Klein (wat brood, gedoopt in melk, met honing, olijven, rozijnen, kaas, fruit, noten) Stad: snel langs bakker (honingbroodjes, krentenbollen, dadelbroodjes, bladerdeeggebakjes) Lunch? (tussen werk en badhuis) Kleinigheid, vaak in de taberna Diner? = cena Belangrijkst! 17u of vroeger → klaar tegen zonsondergang (want olie voor lampen is duur) 4) Eenvoud en overvloed • Armen? 4) Eenvoud en overvloed • Armen? Koken gewoonlijk niet Gaan naar een taberna Reden? Ze wonen opeengepakt in insulae Stamppot van granen, bonen / linzen Geroosterd vlees Kleine gerechten (omelet, gehaktballetjes) 4) Eenvoud en overvloed • Rijken? 4) Eenvoud en overvloed • Rijken? Eigen keuken Soms oven en stromend water Triclinium: aanligbedden in U-vorm (met kussens) Gerechten op mensae (tafeltjes) of dienbladen 4) Eenvoud en overvloed • Rijken? Drie gangen = mensae 0) aperitief mulsum = honingwijn 1) voorgerecht hapjes: spek, slakken, gezouten visjes, paddenstoelen, eiergerechten, olijven 2) hoofdgerecht vlees of vis 4) Eenvoud en overvloed • Kok maakt indruk (duur, uitzonderlijk eten): Pauwenhersentjes Vissenlevers Indrukwekkende braadschotels van pelikaan, giraf, beer Met uitgelezen wijnen (Beste wijn: uit Falernum) 4) Eenvoud en overvloed Gang 3) Nagerecht Fruit, noten, gebak (van honing en verse kaas) 5) Etiquette aan tafel Cena: Toga (mannen) Stola (vrouwen) Handen wassen Voeten gewassen door slaaf (sandalen op stoffige wegen) Aanligbedden (volwassenen) Stoeltjes aan afzonderlijke tafels (kinderen) Slaven dienen op en ruimen af 6) Schaduwen en parasieten • Umbra: Een gast mag zich laten vergezellen door een vriend die als umbra achter hem plaatsneemt. • Parasiti: Parasiti (tafelschuimers) laten zich uitnodigen → gratis maaltijd of leren kennen van belangrijke mensen • Vermaak? De gastheer wil zijn gasten vermaken: Zangers, danseressen, begeleid door lier of fluit Acrobaten Humor door dwergen met fratsen • PS. Toilet midden in de keuken! • PS. Mozaïekvloer met tekeningen van etensresten • Voedsel dat op de grond valt, behoort toe aan de geesten van overledenen en mag niet worden opgeveegd. Om deze geesten gunstig te stemmen, maar tegelijk de vloer schoon te houden, beelden de Romeinen soms etensresten af op een vloermozaïek. Bronnen Ppt o.b.v. Pelckmans Pegasus 2, Cultuurboekje, Caput 6 Eten en drinken