Ellenberg`s indicator waarden voor planten

advertisement
Ellenberg’s indicator waarden voor planten
Hierna vind je de tabel met de Ellenbergwaarden. In deze tabel zijn enkel de
soorten opgenomen met een Nederlandse naam. De meeste van de in
Vlaanderen voorkomende wilde plantensoorten zal je terug vinden in deze
tabel.
De tabel is afkomstig van een rapport van het “Institute of terrestrial Ecology”.
Dit rapport heeft volgende referentie: 1999, Mark Hill. Technical anex –
Ellenberg’s indicator values for British plants.
Hill herwerkte de oorspronkelijk Ellenbergwaarden (Ellenberg is een Duitse
plantkundige) zodat ze beter toepasbaar zijn voor Groot-Britanië. GrootBritanië heeft namelijk een ander klimaat dan Centraal Duitsland.
Vermits Vlaanderen wat klimaat betreft beter overeenkomt met GrootBrittanië. Kunnen wij in Vlaanderen best deze Ellenbergwaardes gebruiken. In
het rapport van Hill vind je zowel de oorspronkelijke Duitse waarden als de
nieuwe. In de tabel hierna geven we enkel de nieuwe waarden van GrootBrittanië.
Ellenberg gaf aan planten een indicatorwaarde voor licht (L), vochtigheid (F),
reactie of pH of zuurtegraad (R), voedselrijkdom (N). De verschillende
schalen staan hieronder uitgelegd.
Verklaring van de waarden
Licht, de L-waarde
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
plant van diepe schaduw (komt in vlaanderen niet voor)
tussen 1 en 3, vb. Vogelnestje
schaduwplant, vb. Dalkruid, Beuk
tussen 3 en 5, vb. Daslook, Slanke sleutelbloem
half schaduwplant, vb. Bosanemoon, Look-zonder-look
tussen 5 en 7, vb. Blauwe bosbes, Speenkruid
plant meestal in goed belicht plaatsen soms in een beetje schaduw, vb.
Gele lis, Smalle weegbree
8. lichtminnende plant, vb. Geone vogelmelk, Margriet
9. plant van volle zon, vb. Buntgras, Lamsoor
Vocht, de F-waarde
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
plant die tegen extreme droogte kan, vb. Buntgras
tussen 1 en 3, vb. Kleine tijm, Muurpeper
indicator van droge plaatsen, vb. Gewone vogelmelk, Zandzegge
tussen 3 en 5, vb. Sint-janskruid, Zandblauwtje
plant van frisse bodems, vb. Gele dovenetel, Knoopkruid
tussen 5 en 7, vb. Es, Hondsdraf
plant van bijna altijd vochtige maar niet natte bodem, vb. Wijfjesvaren,
Zilverschoon
8. tussen 7 en 9, vb. Bosbies, Moerasspirea
9. plant van natte, niet goed verluchte bodems, vb. Dotterbloem, Gele lis
10. plant van ondiep water, vb. Grote waterweegbree, Liesgras
11. plant die onder water worteld maar voor een deel boven water komt,
vb. Klein kroos, Witte waterlelie
12. plant die altijd onder water zit, vb. Brede waterpest, Puntkroos
Zuurtegraad, de R-waarde
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
indicator van zeer zure bodem, vb. Lavendelhei, Grote wolfsklauw
tussen 1 en 3, vb. Struikhei, Bochtige smele
indicator van zure bodems, vb. Adelaarsvaren, Tormentil
tussen 3 en 5, vb. Brem, Witte klaverzuring
indicator van zwak zure bodems, vb. Veldzuring, Grasmuur
tussen 5 en 7, vb. Jacobskruiskruid, Lelietje-van-dale
indicator van neutrale bodems, vb. Klimop, Kleine maagdepalm
tussen 7 en 9, vb. Grote tijm, Wilde kardinaalsmuts
indicator van basische meestal kalkrijke bodems, vb. Soldaatje,
Vliegenorchis
Voedselrijkdom, de N-waarde
1. Indicator van extrem voedselarme gronden, vb. Kleine zonnedauw,
Kruipbrem
2. Tussen 1 en 3, vb. Blauwe bosbes, Stekelbrem
3. Indicator van voedselarme gronden, vb. Gewoon biggenkruid,
Wateraardbei
4. Tuseen 3 en 5, vb. Kale jonker, Duizendblad
5. Indicator van matig voedselrijke gronden, vb. Echte valeriaan,
Korenbloem
6. Tussen 5 en 7, vb. Hazelaar, Riet
7. Indicator van voedselrijke plaatsen, vb. Kruipende boterbloem,
Fluitenkruid
8. Tussen 7 en 9, vb. Grote brandnetel, Liegsras
9. Indicator van zeer voedselrijke plaatsen, vb. Bilzenkruid, Grote klit
Download