Algemene informatie over Turkije Inleiding De Turkse economie presteert sinds jaar en dag heel goed met een gemiddeld groeicijfer van 5,3% in de periode 2002 tot en met 2011. Dit jaar groeit de Turkse economie met 3,5 tot 4% en in 2030 heeft Turkije naar verwachting de vijfde economie van Europa. De verwachting is dat de Turkse economie in 2014 de Nederlandse in zal halen. Bovendien transformeert de Turkse economie zich steeds meer van een economie afhankelijk van landbouw en zware industrie tot een meer gediversifieerde economie met een steeds grotere en internationale dienstensector. Daarbij beschikt Turkije over een jonge en goed opgeleide bevolking. Turkije heeft de beschikking over een aanzienlijke industriële basis en is gespecialiseerd in de medium and low technology industrie (automotive, consumer goods, chemie, textiel, voedsel etcetera). Na een gesloten en een importgebaseerde ontwikkelingsstrategie te hebben gevolgd sinds de jaren vijftig, heeft Turkije zich onder leiding van president Özal sinds de jaren tachtig ontwikkeld tot een open economie gericht op het buitenland. Liberalisatiebeleid omvatte maatregelen gericht op het bevorderen van export, het liberaliseren van import, het dereguleren van de financiële sector en het bevorderen van buitenlandse investeringen. Buitenlandse investeringen namen een vlucht sinds 2000 en sinds 1995 heeft Turkije een douaneunie met de Europese Unie (EU). De belangrijkste drijfveren van het Turkse economische beleid richten zich op het stimuleren van productie voor lokale consumptie, importsubstitutie en het bevorderen van de export. Dit zou moeten leiden tot meer werkgelegenheid en een kleiner tekort op de handelsbalans. De Turkse overheid richt zich daarbij op middel en hoogtechnologische producten zoals de productie van motorvoertuigen, machinebouw, medische hulpmiddelen, optisch gereedschap, vliegtuigen en elektrische auto’s, elektronica en geneesmiddelen. Daar komt bij dat er sinds 2002 geen grote politieke wisseling van de macht is geweest en dat de huidige machthebbers sinds 2002 een koers hebben uitgezet naar verdere economische hervorming en aansluiting bij de EU op tal van beleidsterreinen. Turkije is een parlementaire democratie met een sterk centraal georganiseerde overheid. De uitvoerende macht berust bij het parlement. De president fungeert als staatshoofd en heeft bevoegdheden op het gebied van uitvoering, wetgeving en benoeming van de rechterlijke macht. Hij deelt zijn macht met de Raad van Ministers, die wordt voorgezeten door de premier. Sinds 2002 is de AK Partij aan de macht, die een koers heeft uitgezet gericht op het stabiliseren van de economische groei, aansluiting bij de EU en een sterker buitenlands beleid. Daardoor is Turkije nu een economische en politieke factor van belang geworden, met een stevig fundament voor de toekomst. Het economische fundament, samengaand met een transitie naar een op de dienstensector gebaseerde economie, biedt de mogelijkheid om te investeren in duurzame economische groei. Deze duurzame economische groei zal voornamelijk het resultaat zijn van grotere investeringen in R&D en innovatie, iets waar de Turkse overheid stevig op inzet. Zo bedroegen in 2011 investeringen in Research and Development (R&D) 0,87% van het Bruto Binnenlands Product (BBP). In 2023 zouden deze gestegen moeten zijn naar 3%. De sectoren waar Turkije zich daarbij op richt, zijn: automotive, machinebouw, ICT, defensie, ruimtevaart, energie, water, voedsel en de gezondheidszorg. Ook zet Turkije sterk in op het verbeteren van samenwerking tussen verschillende actoren in het innovatielandschap, voornamelijk tussen de gouden driehoek overheid, bedrijfsleven en universiteiten. Zo krijgen universiteiten ondersteuning om hun Technology Transfer Offices in te richten die verantwoordelijk zijn voor het bevorderen van samenwerking tussen academici en bedrijven, worden er steeds meer zogenaamde Technoparks opgericht waarbinnen start ups en bedrijven incentives krijgen om aan R&D activiteiten te doen en krijgen Regional Development Agencies een grotere rol in het bepalen van regionaal innovatiebeleid. Hoewel de Turkse innovatiecapaciteit volgens de internationale innovatieranglijsten nog niet op een hoog niveau is, maakt de Turkse ambitie alsmede politieke en economische drijfveren (o.a. verminderen van afhankelijkheid van buitenlandse energiebronnen, importsubstitutie en de sterke regionale rol die Turkije zichzelf toedicht) Turkije een interessant land om Nederlandse kennis en expertise te introduceren en samenwerking aan te gaan op het gebied van R&D en innovatie op relevante terreinen. Turkije neemt sinds 2004 ook actief deel aan de EU Kaderprogramma’s (FP6, FP7, EUREKA, CIP en vanaf 2014 Horizon 2020) en verschillende universiteiten, bedrijven (ook MKB) en kennisinstellingen hebben inmiddels ervaring opgedaan met het werken in dergelijke internationale projectconsortia. De logistieke sector in Turkije Door de unieke ligging van Turkije tussen Europa en Azië, is Turkije bij uitstek geschikt om goederenstromen tussen Europe, het Midden-Oosten en Azië te verzorgen. Nieuwe deep sea ports en treinverbindingen (o.a. BALO verbinding naar Duitsland en de VIKING verbinding naar Litouwen) maken Turkije een aantrekkelijk alternatief voor non-bulk goederen. De Turkse overheid heeft dan ook de ambitie uitgesproken om een regionale logistieke hub van formaat te worden. Initiatieven en projecten die daarbij aan moeten bijdragen zijn bijvoorbeeld het EU Twinning Project Strengthening Intermodal Transportation in Turkey, deelname in Transport Corridor Europe-Caucasus-Asia (TRACECA), de BALO treinverbinding naar Duitsland, de Viking treinverbinding naar Litouwen, de inrichting van het Transport Cluster of East Marmara (TRaceM), de Kars Tiflis Baku treinverbinding, de Samsun-Kavkaz Train Ferry Project, het Tekirdağ-Derince Ferryboat Project, het Van-Tatvan Train Ferry Projec,t investeringen in verschillende havens (Mersin, Filyos, Candarli) en de constructie van 16 logistieke terminals in Turkije (waarvan er al 7 gereed zijn). Traditioneel maakt het wegtransport een groot deel uit van het Turkse logistieke netwerk. In 2003 werd 93% van alle goederen via de weg vervoerd. Andere methoden van vervoer werden nauwelijks gebruikt. Het ontbreken van effectieve wetgeving, standaarden en stimuleringsregelingen ten aanzien van intermodaal goederenvervoer gekoppeld aan een ineffectief management van de sector lagen daaraan ten grondslag. Sinds 2003 heeft de Turkse overheid zich ten doel gesteld de transportsector te moderniseren en te werken naar een effectief werkende intermodale vorm van goederenvervoer in Turkije. Hoewel intermodaal transport nu steeds meer gebruikt wordt door de goederenvervoerders, is er behoefte aan een allesomvattende strategie met betrekking tot intermodaal transport. De uitdagingen waarvoor Turkije zich momenteel gesteld ziet, zijn als volgt: Turkije moet een National Master Plan opstellen dat het raamwerk vormt voor het stimuleren van intermodaal transport en ontwikkelingen in de logistieke sector. Naar verwachting komt dit plan uiterlijk 2016 beschikbaar. Binnen het ministerie van Transport, Maritime Affairs and Communication moet een afdeling zich specifiek bezighouden met logistiek en intermodaal transport. Deze afdeling is inmiddels ingericht. Er moet meer overlegd worden met relevante actoren die actief zijn in intermodaal transport (bedrijfsleven, overheid, universiteiten). Er moet worden geïnvesteerd om de infrastructuur van grote havens groeibestendig te maken. Er moeten maatregelen genomen worden om privaat kapitaal aan te trekken om diensten ten aanzien van intermodaal transport te ontwikkelen en te versterken. Het Turkse Ro-Ro1 systeem en de verbinding met Zuid-Europa zijn succesvol. Deze verbindingen moeten worden uitgebouwd met name als het gaat om binnenlandse goederenstromen, andere delen van het Middellandse Zeegebied en de Zwarte Zee. Verbindingen vanuit de havens naar het hinterland moeten worden verbeterd, met name de treinverbindingen. Om het aandeel van het spoor te vergroten in goederenvervoer, moet het spoornetwerk worden verbeterd. Er staan projecten op stapel om hogesnelheidslijnen te ontwikkelen (een aantal zijn al in operatie), deze infrastructuur moet ook ten goede komen aan goederenvervoer. Om aan een aantal van deze punten tegemoet te komen, voert Spanje in samenwerking met het Turkse ministerie van Transport, Maritime Affairs and Communication een EU Twinning project uit getiteld Strenghtening Intermodal Transport in Turkey dat eind 2013 afgerond moet zijn. De doelstelling van dit project is om Turkse wetgeving op het gebied van intermodaal transport in lijn te brengen met relevante EU richtlijnen. Daarnaast stimuleert het project het gebruik van 1 Ro-Ro (Roll-on/Roll-off) zijn schepen ontworpen om auto’s, vrachtwagens, trailers en treinwagons te vervoeren die bij aankomst gelijk van het schip afgerold kunnen worden en zo hun weg kunnen vervolgen. Dit in tegenstelling tot Lo-Lo (Lift-on/Lift-off) schepen, waarbij cargo via een kraan op en af het schip wordt geladen. andere vormen van goederentransport en om de verschillende vormen van transport beter te combineren. Het project wordt eind 2013 afgerond, waarbij nieuwe wetgeving en relevante regelingen ook klaar moeten zijn die er toe moeten leiden dat er een naadloze transportketen ontstaat, waarbij de meest efficiënte manier van transport wordt gekozen voor elke stap in de keten. Vanwege de coördinatie die dat vereist tussen de verschillende spelers en de ontwikkeling van intermodale transport terminals, zal dat nog enige tijd in beslag nemen. Andere ontwikkelingen die relevant zijn voor de ontwikkeling van de logistieke sector, zijn de privatiseringsprojecten van de havens en de spoorwegen in Turkije. Zo ontwikkelt APM Terminals (hoofdkantoor in Den Haag) in samenwerking met Turkse chemiegigant Petkim de Petkimhaven in Izmir, die geschikt gemaakt gaat worden voor grote deep sea containers. Ook wordt het mogelijk voor private ondernemingen om spoorwegdiensten te exploiteren en spoorweginfrastructuurprojecten op te zetten. Conclusie Hoewel innovatie in de Turkse logistieke sector nog geen hot item is, maakt het bovenstaande duidelijk dat Turkije ten eerste de potentie heeft om uit te groeien tot een belangrijke regionale logistieke hub en dat ten tweede de sector de komende jaren behoorlijk gaat veranderen als gevolg van harmonisatie met EU wetgeving. Kansen voor innovatieve oplossingen en het overdragen van Nederlandse kennis en expertise liggen met name in de uitvoering en realisatie van alle nieuwe wetgeving en het Logistieke Masterplan. Zo zal er een follow up van het Twinning project komen: de ontwikkelde wetgeving moet immers geïmplementeerd worden en Turkije zal voor deze implementatie middels IPA Technical Assistance projecten de expertise van EU landen zoeken. Bovendien moeten alle infrastructuurprojecten en privatiseringsinitiatieven zodanig op elkaar gaan aansluiten dat inderdaad een naadloze transportketen ontstaat. Ook kunnen de verschillende privatiseringsinitiatieven interessant zijn voor Nederlandse ingenieursen planningsbureaus. De Turkse autoriteiten staan in ieder geval open om kennis te nemen van de Nederlandse expertise op deze gebieden en de Innovatie Adviseur kan indien gewenst daar een voortrekkersrol in spelen.