Planten en hun omgeving vmbo-b34 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 december 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/73584 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt. Inhoudsopgave Planten en hun omgeving Kennisbank Toepassingen Saguaro Planten en hun omgeving Verwerken Examenopgave Antwoord Begrippenlijst Begrippenlijst Over dit lesmateriaal Pagina 1 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Planten en hun omgeving Kennisbank Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel 'Aanpassing aan de omgeving'. KB: Aanpassing aan de omgeving Test je kennis Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank. Aanpassing aan de omgeving kn.nu/k7zhn 1 van 8 Op welke manier zorgen planten ervoor dat ze in droge gebieden toch voldoende water hebben? a. Door weinig huidmondjes en een klein wortelstelsel. b. Door veel huidmondjes en een klein wortelstelsel. c. Door weinig huidmondjes en een groot wortelstelsel. d. Door veel huidmondjes en een groot wortelstelsel. 2 van 8 Hieronder staan zes planten soorten genoemd met een omschrijving van hun leefgebied. Welke soorten bevatten veel luchtkanalen in hun stengels? Pagina 2 Planten en hun omgeving vmbo-b34 a. Oleander, een plant in droge gebieden. b. Waterpest, een waterplant. c. Prairiegras, een plant in droge gebieden. d. Paardenbloem, een plant die in het weiland staat. e. Cactus, een woestijnplant. f. Riet, een moerasplant. 3 van 8 Een plant kan veel huidmondjes hebben of weinig tot geen. Welke van de onderstaande planten hebben veel huidmondjes? a. bomen b. kruiden c. vetplanten d. waterplanten e. moerasplanten f. cactussen 4 van 8 Welke eigenschap hoort bij een cactus? a. Haalt koolstofdioxide uit het water. b. Groeit snel. c. Luchtkanalen. d. Geen bladeren. 5 van 8 Welke eigenschap hoort bij een klimplant? a. Haalt koolstofdioxide uit het water. b. Groeit snel. c. Luchtkanalen. d. Geen bladeren. 6 van 8 Juist of onjuist? Een plant in een droge omgeving heeft altijd lange wortels. a. juist b. onjuist 7 van 8 Juist of onjuist? Een klimplant groeit meestal sneller dan zijn gastheer. Pagina 3 Planten en hun omgeving vmbo-b34 a. juist b. onjuist 8 van 8 Juist of onjuist? Een cactus neemt koolstofdioxide op via de huidmondjes in zijn stengel. a. juist b. onjuist Pagina 4 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Toepassingen Saguaro In de woestijn is weinig water en veel zon. Woenstijnplanten zijn aangepast om in deze omstandigheden te kunnen leven. De saguaro op de foto is zo'n woestijnplant. Hij is niet alleen aangepast om te kunnen leven met weinig water en veel zon, hij heeft ook maatregelen genomen om niet opgegeten te worden door planteneters. Je krijgt een aantal zinnen over de aanpassingen van de saguaro. Geef bij elke zin aan waarvoor de aanpassing dient. a. De saguaro heeft dikke bladeren waarin hij, na een regenbui, veel water kan opslaan. Aanpassing tegen te veel zonlicht. Aanpassing tegen de droogte. Aanpassing tegen planteneters. b. Het 'huid'oppervlak van de saguaro dat aan het licht is blootgesteld is relatief klein. Aanpassing tegen te veel zonlicht en de droogte. Aanpassing tegen te veel zonlicht en planteneters. Aanpassing tegen de droogte en planteneters. c. Het wortelstelsel van de saguaro is heel groot. Aanpassing tegen te veel zonlicht. Aanpassing tegen de droogte. Aanpassing tegen planteneters. d. Daarmee kan hij, als het regent, veel water opnemen. e. De saguaro heeft een dikke waslaag hierdoor kan er weinig water verdampen. Aanpassing tegen de droogte. Aanpassing tegen te veel zonlicht. Aanpassing tegen planteneters. f. De bladeren van de saguaro bevatten gifstoffen. Aanpassing tegen de droogte. Aanpassing tegen te veel zonlicht. Aanpassing tegen planteneters. Planten en hun omgeving Pagina 5 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Bekijk de aflevering Planten en hun omgeving van Focus op biologie: http://www.ntr.nl/player?id=NPS_1219729 Welke aanpassingen hebben planten om te overleven bij extreme omstandigheden? Maak tijdens het filmpje een lijst met verschillende aanpassingen. Vergelijk jouw antwoorden met een klasgenoot. Hebben jullie dezelfde aanpassingen gevonden? Vul zo nodig de antwoorden aan. Pagina 6 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Verwerken Examenopgave Beantwoord ter afsluiting van deze module de volgende examenvragen. VMBO KB 2006-1 Vraag 38 Bromelia's Bromelia’s zijn tropische planten. Ze groeien in de toppen van bomen. Ze hebben normale bladeren. Maar ze hebben wortels zonder wortelharen. De wortels dienen dus niet voor het opnemen van water. Ze zorgen ervoor dat ze goed vast blijven zitten op de takken van een boom. In de bladeren vindt fotosynthese plaats. De bladeren vormen een koker waarin water blijft staan. Zo komt de plant dus toch aan water voor de fotosynthese. Welke abiotische factor is gunstiger in de top dan op de grond? a. b. c. d. Meer vocht (water). Een hogere temperatuur. Meer licht. Meer voedingstoffen. Antwoord Bromelia's c. Meer licht. Pagina 7 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Begrippenlijst Begrippenlijst Huidmondjes Opening in bladeren waardoor gassen (zuurstof, koolstofdioxide, waterdamp) in en uit de plant kunnen gaan. (Vaat)plant Landplanten met vaatbundels (houtvaten en bastvaten). Wortels Ondergronds deel van een plant met de functies: water en mineralen uit de bodem opnemen, reservestoffen opslaan en de plant vastzetten in de grond. Zuurstof Molecuul bestaat uit twee zuurstof atomen; gas dat ontstaat bij fotosynthese in planten en nodig is voor verbranding. Luchtkanalen Luchtkanalen brengen zuurstof naar de wortels, omdat er in moeras weinig zuurstof is. Op deze manier wordt het verkrijgen van zuurstof makkelijker voor de plant. Fotosynthese Proces waarbij water en koolstofdioxide met behulp van zonlicht worden omgezet in suikers (glucose). Dit gebeurt in planten (bladgroenkorrels). Licht Licht is een kiemingsfactor en kan bij een tekort de groei van een plant dus ook beperken. Klimplanten Klimplanten zijn planten die zich optrekken aan muren of andere planten, waardoor ze meer energie overhouden om te groeien. Dat verklaart de hoge groeisnelheid van klimplanten. Hechtwortels Wortels die in staat zijn zich te hechten aan dood materiaal. Pagina 8 Planten en hun omgeving vmbo-b34 Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 december 2016 om 14:50 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Dynamisch evenwicht; Biologie; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 1 uur en 40 minuten Trefwoorden leerlijn, reangeerbare Pagina 9 Planten en hun omgeving vmbo-b34