HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN BESTRIJDINGSMIDDELEN BIJLAGE I bij het wijzigingsbesluit van de toelating van het middel BotaniGard WP, toelatingsnummer 12612 N A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als insectenbestrijdingsmiddel toegepast door middel van een gewasbehandeling in de teelten onder glas van: a. aardbeien; b. aubergines, courgettes, komkommers, meloenen, paprika's en tomaten; c. bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen en vaste planten. Het is niet uitgesloten dat er na toepassing van het middel bij hoge luchtvochtigheid nuttige insecten geïnfecteerd worden met Beauveria bassiana . Raadpleeg hiervoor de technische informatie van de leverancier. Het effect van dit middel op nuttige insecten dient te worden gevolgd om schade aan het systeem van geïntegreerde bestrijding te voorkomen. Gevaarlijk voor bijen. Verwijder of bedek bijenkorven en hommelkasten tijdens het gebruik van het product en gedurende 16 uur na de behandeling. B. GEBRUIKSAANWIJZING Algemeen Het middel is een biologisch insecticide op basis van sporen van de schimmel Beauveria bassiana. Het middel bevat een specifieke stam van deze schimmel die een goede werking vertoont tegen wittevlieg. Het middel heeft uitsluitend een contactwerking. Het volwassen stadium wordt niet bestreden. Gebruik van bepaalde fungiciden kan de werking van het middel negatief beïnvloeden (informeer voor nadere informatie bij uw leverancier). Voor gebruik het middel goed schudden. Maak de oplossing kort voor het gebruik aan. Voer de bespuiting in de namiddag uit. Gebruik voldoende water om zowel de bovenzijde als de onderzijde van het blad goed te bevochtigen. Attentie Het verdient aanbeveling door middel van een proefbespuiting vast te stellen of het te behandelen gewas het middel kan verdragen. Het middel kan zichtbaar residu geven. Schade bij toepassing op jonge vruchtgroentegewassen is niet uitgesloten. Toepassingen Teelten onder glas van aardbeien, aubergines, courgettes, komkommers, meloenen, paprika's en tomaten, ter bestrijding van de larven van de kaswittevlieg (Trialeurodes vaporariorum) en de tabakswittevlieg (Bemisia argentifolii) Een gewasbehandeling uitvoeren zodra wittevliegen worden waargenomen. De behandeling 3 tot 4 keer herhalen met een interval van 5 tot 7 dagen. Het is belangrijk de onderkant van de bladeren goed te raken. Dosering: 0,0625% (62,5 g middel per 100 liter water) 1 Teelten onder glas van bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van de larven van de kaswittevlieg (Trialeurodes vaporariorum) en de tabakswittevlieg (Bemisia argentifolii) Een behandeling uitvoeren zodra de eerste insecten worden waargenomen. De behandeling 3 tot 4 keer herhalen met een interval van 5 tot 7 dagen. Het is belangrijk de onderkant van de bladeren goed te raken. Dosering: 0,0625% (62,5 g middel per 100 liter water) Wageningen, 11 maart 2005 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN BESTRIJDINGSMIDDELEN, (voorzitter) 2