Report POLITIEK GEGEVEN TUSSEN EN GEVOEL Drie professionals van Balance over het spanningsveld tussen politieke sensitiviteit en resultaatgerichtheid binnen hun opdrachten. Als je de Van Dale erop na slaat, klinkt het simpel: politiek is alles wat met het besturen van een land, provincie of gemeente te maken heeft. Maar er is ook nog een ander soort politiek. Een onderhuidse politiek waar iedere organisatie mee te maken heeft, die niet in één zin te vangen is en waar je voelsprieten voor moet hebben. Het blijkt ook uit het rondetafelgesprek met Balance-professionals Leila van der Tak, Wim Jue en Percy Wong-A-Tjong. Over de exacte betekenis van het begrip politiek valt te twisten, maar over één ding zijn Leila, Wim en Percy het eens: je ontkomt er niet aan. Dus moet je er ook naar handelen. Een voorbeeld: een bepaald project heeft een lange doorlooptijd. In die tijd zijn nieuwe beslissers aangesteld en is het verwachtingspatroon van het project veranderd. Als je als projectmanager vasthoudt aan je oorspronkelijke doelstelling, is de kans groot dat conflicten ontstaan. Dus moet je bijsturen of teruggaan naar je opdrachtgever en je projectdoel herdefiniëren. Klinkt makkelijk, maar in de praktijk valt het soms tegen. Verpakte opdracht Percy heeft wel eens meegemaakt dat er achter het doel van zijn opdracht eigenlijk een andere opdracht schuilging. Als extern projectmanager is het heel belangrijk om meteen je voelsprieten uit te steken en te luisteren naar de gevoelens die er spelen binnen de organisatie. Soms beweegt de lijnorganisatie niet mee met de richting waar je als extern projectmanager naar toe wilt. Dat gebeurt niet zonder reden, dus moet eerst aan het licht komen wat er aan de hand is. Bijvoorbeeld door in gesprek te gaan met de opdrachtgever: luisteren is het toverwoord. Percy: ‘Ik moet snappen wat de achterliggende gedachte is van de opdracht die ik krijg. En samen met de opdrachtgever zoeken naar de gevoelige plekken – constructieve politiek noem ik dat. Dat heb ik trouwens wel moeten leren. Toen ik jong was, was ik te eenzijdig gericht op het resultaat van mijn oorspronkelijke opdracht.’ Tevreden Dat brengt ons automatisch op de vraag wanneer je tevreden bent met het resultaat. Is dat als je een sterk advies hebt geschreven, dat voldoet aan de opdracht die je kreeg? Of is dat als jouw advies, dankzij je politieke sensitiviteit, wordt overgenomen? Want als de analyse klaar is en de klant is tevreden, dan hoeft de externe adviseur dat nog niet te zijn. ‘Ik wil dat de organisatie er ook echt iets mee doet’, zegt Percy. Leila knikt instemmend. Bij het 11 Report POLITIEK GEGEVEN TUSSEN EN GEVOEL Drie professionals van Balance over het spanningsveld tussen politieke sensitiviteit en resultaatgerichtheid binnen hun opdrachten. Als je de Van Dale erop na slaat, klinkt het simpel: politiek is alles wat met het besturen van een land, provincie of gemeente te maken heeft. Maar er is ook nog een ander soort politiek. Een onderhuidse politiek waar iedere organisatie mee te maken heeft, die niet in één zin te vangen is en waar je voelsprieten voor moet hebben. Het blijkt ook uit het rondetafelgesprek met Balance-professionals Leila van der Tak, Wim Jue en Percy Wong-A-Tjong. Over de exacte betekenis van het begrip politiek valt te twisten, maar over één ding zijn Leila, Wim en Percy het eens: je ontkomt er niet aan. Dus moet je er ook naar handelen. Een voorbeeld: een bepaald project heeft een lange doorlooptijd. In die tijd zijn nieuwe beslissers aangesteld en is het verwachtingspatroon van het project veranderd. Als je als projectmanager vasthoudt aan je oorspronkelijke doelstelling, is de kans groot dat conflicten ontstaan. Dus moet je bijsturen of teruggaan naar je opdrachtgever en je projectdoel herdefiniëren. Klinkt makkelijk, maar in de praktijk valt het soms tegen. Verpakte opdracht Percy heeft wel eens meegemaakt dat er achter het doel van zijn opdracht 10 SENSE 1 MAART 2010 eigenlijk een andere opdracht schuilging. Als extern projectmanager is het heel belangrijk om meteen je voelsprieten uit te steken en te luisteren naar de gevoelens die er spelen binnen de organisatie. Soms beweegt de lijnorganisatie niet mee met de richting waar je als extern projectmanager naar toe wilt. Dat gebeurt niet zonder reden, dus moet eerst aan het licht komen wat er aan de hand is. Bijvoorbeeld door in gesprek te gaan met de opdrachtgever: luisteren is het toverwoord. Percy: ‘Ik moet snappen wat de achterliggende gedachte is van de opdracht die ik krijg. En samen met de opdrachtgever zoeken naar de gevoelige plekken – constructieve politiek noem ik dat. Dat heb ik trouwens wel moeten leren. Toen ik jong was, was ik te eenzijdig gericht op het resultaat van mijn oorspronkelijke opdracht.’ Tevreden Dat brengt ons automatisch op de vraag wanneer je tevreden bent met het resultaat. Is dat als je een sterk advies hebt geschreven, dat voldoet aan de opdracht die je kreeg? Of is dat als jouw advies, dankzij je politieke sensitiviteit, wordt overgenomen? Want als de analyse klaar is en de klant is tevreden, dan hoeft de externe adviseur dat nog niet te zijn. ‘Ik wil dat de organisatie er ook echt iets mee doet’, zegt Percy. Leila knikt instemmend. Bij het ‘Als extern projectmanager is het heel belangrijk om meteen je voelsprieten uit te steken en te luisteren naar de gevoelens die er spelen binnen de organisatie.’ adviseren vindt zij het een voordeel dat ze extern is. ‘Ik heb een meer beschouwende blik, ga anders om met politieke prikkels dan een intern adviseur. Ik kan risico’s onafhankelijker inschatten en kan makkelijker knopen doorhakken. En áls mijn advies niet wordt overgenomen, kan ik het wat makkelijker van me laten afglijden.’ Voor Wim is de opdracht geslaagd als er voldoende support is vanuit de lijnorganisatie, er oog is voor risico’s en als er vanuit de externe omgeving genoeg draagvlak is. Soms doen zich binnen de looptijd van een project veranderingen voor waardoor het doel van zijn opdracht verandert. In zo’n geval gaat hij terug naar de opdrachtgever om de opdracht te herdefiniëren. Als het té conflicterend is, trekt hij zijn handen er vanaf. Ook als de randvoorwaarden voor implementatie niet goed zijn, gaat Percy in gesprek met de opdrachtgever. En probeert hem te bewegen om die voorwaarden aan te passen. ‘Als dat niet gebeurt, dan kan noch ik noch Balance succesvol zijn. Dan bedank ik voor de opdracht.’ Een gegeven Goed, als externe kun je misschien wel beter omgaan met politiek in een organisatie. Je bent immers onafhankelijk, je bent nog niet opgezogen door de heersende bedrijfscultuur én je hebt een frisse blik waarmee je dingen obser- ONZE TAFELGENOTEN Leila van der Tak juridisch adviseur Balance Juridisch Management Wim Jue programmamanager en bouwprocesmanager Balance Technisch Management Percy Wong-A-Tjong projectconsultant Balance Financial Management veert die voor anderen al gewoon zijn. Moeilijk of frustrerend vinden onze tafelgenoten het politiek laveren allerminst. ‘Het is juist een uitdaging!’ vindt Wim. ‘Ik heb in mijn opdracht veel te maken met de externe maatschappelijke wereld en sta dus heel dichtbij de burger. Die maatschappelijke betrokkenheid maakt mijn werk zo leuk.’ ‘Ja, heerlijk!’ vindt ook Percy. ‘Het geeft me een kick om goede resultaten neer te zetten, rekening houdend met de omgeving en met de politieke krachten die er zijn. Want dát ze er zijn is een gegeven.’ maar doet eerst een stapje terug. ‘Ik maak een puntsgewijze opstelling van de opdracht, verken de organisatie en tast af of ik de opdracht goed begrepen heb.’ Hij probeert te ontdekken waar de in- en externe belangen liggen en wat de rollen zijn. Interesse in mensen en een open houding zijn volgens Leila belangrijke eigenschappen om in het politieke krachtenveld te kunnen opereren. ‘Luisteren, observeren – sensitief zijn dus – deels kun je het leren. Gewoon door heel veel gesprekken aan te gaan. Maar je moet ’t ook een beetje in je hebben.’ Gevoelens Wordt vervolgd? Politieke krachten, daar ontkom je niet aan, luidt de korte en krachtige conclusie van Percy, Wim en Leila. Maar hoe herken je ze, hoe ga je ermee om en is dat eigenlijk te leren? Langzaam krijgt het gesprek een psychologische wending. Want of je nu in een private of publieke organisatie werkt en of je nu een juridische, technische of financiële opdracht hebt, je hebt altijd te maken met mensen. ‘Daarom begin ik vooral met praten, luisteren en gevoelens opzoeken,’ zegt Percy – psychologie van de koude grond noemt hij dat. Als hij merkt dat er twee afdelingen een conflict hebben met elkaar, gaat hij op zoek naar het waarom en probeert beide partijen te begrijpen. Ook Wim begint nooit ‘blind’ met een project, Politiek: een gevoelig onderwerp dat ieders dagelijkse praktijk raakt. Onze tafelgenoten zijn er nog lang niet over uitgepraat. Helaas zitten we voor dit artikel vast aan een beperkt aantal woorden, want Leila gooit een vraag op tafel die schreeuwt om antwoorden: ‘Wie kunnen beter politiek bedrijven, mannen of vrouwen?’ Wellicht hierover meer in een volgend nummer... 13 ‘Als extern projectmanager is het heel belangrijk om meteen je voelsprieten uit te steken en te luisteren naar de gevoelens die er spelen binnen de organisatie.’ adviseren vindt zij het een voordeel dat ze extern is. ‘Ik heb een meer beschouwende blik, ga anders om met politieke prikkels dan een intern adviseur. Ik kan risico’s onafhankelijker inschatten en kan makkelijker knopen doorhakken. En áls mijn advies niet wordt overgenomen, kan ik het wat makkelijker van me laten afglijden.’ Voor Wim is de opdracht geslaagd als er voldoende support is vanuit de lijnorganisatie, er oog is voor risico’s en als er vanuit de externe omgeving genoeg draagvlak is. Soms doen zich binnen de looptijd van een project veranderingen voor waardoor het doel van zijn opdracht verandert. In zo’n geval gaat hij terug naar de opdrachtgever om de opdracht te herdefiniëren. Als het té conflicterend is, trekt hij zijn handen er vanaf. Ook als de randvoorwaarden voor implementatie niet goed zijn, gaat Percy in gesprek met de opdrachtgever. En probeert hem te bewegen om die voorwaarden aan te passen. ‘Als dat niet gebeurt, dan kan noch ik noch Balance succesvol zijn. Dan bedank ik voor de opdracht.’ Een gegeven Goed, als externe kun je misschien wel beter omgaan met politiek in een organisatie. Je bent immers onafhankelijk, je bent nog niet opgezogen door de heersende bedrijfscultuur én je hebt een frisse blik waarmee je dingen obser- 12 SENSE 1 MAART 2010 ONZE TAFELGENOTEN Leila van der Tak juridisch adviseur Balance Juridisch Management Wim Jue programmamanager en bouwprocesmanager Balance Technisch Management Percy Wong-A-Tjong projectconsultant Balance Financial Management veert die voor anderen al gewoon zijn. Moeilijk of frustrerend vinden onze tafelgenoten het politiek laveren allerminst. ‘Het is juist een uitdaging!’ vindt Wim. ‘Ik heb in mijn opdracht veel te maken met de externe maatschappelijke wereld en sta dus heel dichtbij de burger. Die maatschappelijke betrokkenheid maakt mijn werk zo leuk.’ ‘Ja, heerlijk!’ vindt ook Percy. ‘Het geeft me een kick om goede resultaten neer te zetten, rekening houdend met de omgeving en met de politieke krachten die er zijn. Want dát ze er zijn is een gegeven.’ maar doet eerst een stapje terug. ‘Ik maak een puntsgewijze opstelling van de opdracht, verken de organisatie en tast af of ik de opdracht goed begrepen heb.’ Hij probeert te ontdekken waar de in- en externe belangen liggen en wat de rollen zijn. Interesse in mensen en een open houding zijn volgens Leila belangrijke eigenschappen om in het politieke krachtenveld te kunnen opereren. ‘Luisteren, observeren – sensitief zijn dus – deels kun je het leren. Gewoon door heel veel gesprekken aan te gaan. Maar je moet ’t ook een beetje in je hebben.’ Gevoelens Wordt vervolgd? Politieke krachten, daar ontkom je niet aan, luidt de korte en krachtige conclusie van Percy, Wim en Leila. Maar hoe herken je ze, hoe ga je ermee om en is dat eigenlijk te leren? Langzaam krijgt het gesprek een psychologische wending. Want of je nu in een private of publieke organisatie werkt en of je nu een juridische, technische of financiële opdracht hebt, je hebt altijd te maken met mensen. ‘Daarom begin ik vooral met praten, luisteren en gevoelens opzoeken,’ zegt Percy – psychologie van de koude grond noemt hij dat. Als hij merkt dat er twee afdelingen een conflict hebben met elkaar, gaat hij op zoek naar het waarom en probeert beide partijen te begrijpen. Ook Wim begint nooit ‘blind’ met een project, Politiek: een gevoelig onderwerp dat ieders dagelijkse praktijk raakt. Onze tafelgenoten zijn er nog lang niet over uitgepraat. Helaas zitten we voor dit artikel vast aan een beperkt aantal woorden, want Leila gooit een vraag op tafel die schreeuwt om antwoorden: ‘Wie kunnen beter politiek bedrijven, mannen of vrouwen?’ Wellicht hierover meer in een volgend nummer...