Werkinstructie Bijzondere Bijstand

advertisement
Werkinstructie Bijzondere Bijstand
Inclusief verstrekkingenlijst
Opdracht:
Portefeuillehouder:
Realisatie:
Datum:
Gemeentebestuur HELLEVOETSLUIS
Atie Koster
Afdeling Samenlevingszaken Team Sociaal Beleid
Mei 2006
INHOUDSOPGAVE
Richtlijnen verstrekkingen bijzondere bijstand
Inleiding
Bijzondere Bijstand
Voorliggende voorzieningen
Algemeen
Volksverzekeringen
Andere regelmatig voorkomende voorliggende voorzieningen
Draagkracht en vermogen
Draagkrachtjaar
Drempelbedrag
Alleen meerkosten
Omrekenmethodiek van week facturen naar een maandelijkse uitkering bijzondere bijstand
Aanvraag binnen een jaar
Vormen van Bijzondere Bijstand
Bijzondere bijstand ten behoeve van een kind
Bewijsstukken
GGD-advies
Aansluiting bij zorgverzekeraar OZ
Versnelde procedure
Individualiseren
Sociale indicatie
Te controleren onderdelen
3
3
3
3
3
3
4
4
5
5
5
5
5
5
5
5
6
6
6
6
7
7
Verstrekkingenlijst Bijzondere Bijstand
1)
Alarmeringsapparatuur
2)
Alternatieve geneeswijzen en homeopathische geneeskunde
3)
Babyuitzet
4)
Begrafenis
5)
Bevalling/kraamzorg
6)
Bewassing/ incontinentie
7)
Bewindvoerdersloon
8)
Bril/ Contactlenzen
9)
Dieetkosten
10)
Dagverzorging bejaarden
11)
Elastische kousen
12)
Garantietoeslag
13)
Hulp in de huishouding
14)
Jongeren 18 tot 21
15)
Peuterspeelzaal en (medisch) kinderdagverblijf
16)
Kosten deelname maatschappelijk verkeer
17)
Kunstgebit en tandheelkunde
18)
Leges vluchtelingen
19)
Maaltijdvoorziening per maaltijd
20)
Orthodontist
21)
Orthopedische schoenen
22)
Pedicure
23)
Psychologische hulp
24)
Rechtshulp
25)
Reiskosten
26)
Verhuiskosten
27)
Woninginrichting duurzame gebruiksgoederen
28)
Woonkostentoeslag huiseigenaren
29)
Woonkostentoeslag huurders
30)
Ziektekosten bij particuliere verzekering
31)
Identiteitskaart
32)
Borgstelling
33)
Persoongebonden budget chronisch zieken, gehandicapten en ouderen
8
8
9
10
11
11
12
12
13
13
14
15
16
17
18
19
20
20
21
21
21
22
22
23
23
24
25
26
28
31
31
32
33
Bijlage 1 De Rapportage en beschikking
34
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
2
RICHTLIJNEN VERSTREKKINGEN BIJZONDERE BIJSTAND
Inleiding:
De bijzondere bijstand is al lange tijd opgenomen binnen de sociale wetgeving. Ook met de komst van
de WWB is de mogelijkheid voor gemeenten blijven bestaan om extra ondersteuning te bieden aan
diegene die zich geconfronteerd zien met bijzondere noodzakelijke kosten van bestaan waarin de
algemene bijstand niet voorziet.
Bij de bijzondere bijstand staan de individuele bijzondere omstandigheden van de aanvrager centraal. De
in deze werkinstructie gepresenteerde verstrekkingen zijn dan ook niet uitputtend. Zij beschrijven slechts
de verstrekkingen die sowieso voor vergoeding in aanmerking komen. Middels het zogenaamde
individualiseren kunnen ook andere vergoedingen door de gemeente worden verstrekt.
Bijzondere Bijstand
Bijzondere bijstand wordt verstrekt op grond van artikel 35 lid 1 tot en met 4 van de Wet Werk en
Bijstand. Op grond van het gemeentelijk minimabeleid komen naast de uitkeringsgerechtigden op grond
van de WWB/IOAW/IOAZ en BBZ ook overige personen met een minimum inkomen in aanmerking voor
bijzondere bijstand.
Voorliggende voorzieningen
Algemeen
De WWB is het sluitstuk van het sociaal zekerheidsstelsel. Daarom moet altijd worden nagegaan of
toereikende hulp kan worden geboden via een voorziening, die aan de WWB vooraf gaat; een
zogenaamde voorliggende voorziening.
De wet spreekt in dit verband van: iedere voorziening buiten de WWB waarop de belanghebbende
aanspraak kan maken of een beroep kan doen ter verwerving van middelen of ter bekostiging van
specifieke uitgaven.
Alhoewel belanghebbenden zelf de verantwoordelijkheid dragen voor het aanvragen van een
voorliggende voorziening, dient er bij het eerste contact te onderzoeken of er een voorliggende
voorziening aanwezig is. Belanghebbenden moeten altijd verwezen worden naar de voorliggende
voorziening. Er is voor de belanghebbende pas sprake van een voorliggende voorziening als er
daadwerkelijk een beroep op kan worden gedaan.
Wanneer de belanghebbende bijvoorbeeld te laat huursubsidie heeft aangevraagd, kan voor dat tijdvak
geen bijstand worden geweigerd op grond van de aanwezigheid van een voorliggende voorziening.
Wanneer geen gebruik is gemaakt van een voorliggende voorziening en dit ook niet meer mogelijk is,
dan geldt in veel gevallen dat sprake zal zijn van tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de
voorziening in het bestaan. Dit zal echter door middel van een individuele afweging moeten komen vast
te staan. Rekening dient te worden gehouden met de ernst van de gedraging, de mate van
verwijtbaarheid en de omstandigheden waarin de belanghebbende verkeert. Indien sprake is van
tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan kan bijstand als lening
worden toegekend en kan afstemming van de uitkering plaatsvinden. In uitzonderlijke gevallen kan een
tekortschietend besef van verantwoordelijkheid zelf tot weigering van de bijstand leiden.
In het geval dat een beroep kan worden gedaan op een voorliggende voorziening die ontoereikend is,
bijvoorbeeld omdat kosten vanwege budgettaire redenen niet volledig worden vergoed, of waarvoor een
eigen bijdrage wordt gevraagd, kan wèl aanvullende bijstand worden verleend.
Volksverzekeringen
De onderstaande wetten zijn volksverzekeringen en relevant in het kader van voorliggende
voorzieningen voor bijzondere bijstand:
 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ en toekomstig de WMO);
 Algemene Kinderbijslagwet (AKW);
 Algemene Ouderdomswet (AOW);
 Algemene nabestaanden wet (Anw);
 Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ);
 Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering jonggehandicapten (Wajong).
De WAZ en Wajong wordt uitgevoerd door de Uitvoeringsinstellingen.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
3
De AWBZ (toekomstige WMO) wordt uitgevoerd door de ziekenfondsen en de erkende
ziektekostenverzekeraars en de gemeenten.
De AKW, AOW en de Anw worden uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Voor deze
wetten staat beroep open bij de administratieve kamer van de Rechtbank en de Centrale Raad van
Beroep.
Belastingdienst
Middels de belastingdienst worden een aantal voorliggende voorzieningen aangeboden. Hierbij kan
gedacht worden aan heffingskortingen maar ook aan de aftrek van buitengewone kosten. Aangezien
deze belastingregels regelmatig wijzigen in het verstandig het handboek Schulinck regelmatig te
raadplegen. Voorbeelden van buitengewone uitgaven zijn:



Algemene uitgaven:
o ziekenfondspremie werknemer
o ziekenfondspremie werkgever
o nominale premie Ziekenfondswet
o nominale deel van de premie AWBZ
o premie voor ziektekostenverzekeringen, zoals een particuliere of aanvullende
verzekering
Specifieke uitgaven:
o farmaceutische hulpmiddelen, zoals op recept voorgeschreven medicijnen en medicijnen
voor de huisapotheek; voor de huisapotheek mag een vast bedrag van € 23,00 per
persoon worden meegeteld
o (andere) hulpmiddelen, zoals brillen, lenzen, steunzolen, gehoorapparaten, kunstgebit,
rolstoel, krukken, aanpassingen van een woning of auto
o vervoer van een zieke of invalide
o extra gezinshulp
o dieet op medisch voorschrift, indien de uitgaven hoger zijn dan € 113,00
o extra uitgaven voor kleding en beddengoed
o 25% van de verplichte eigen bijdrage voor verblijf in een AWBZ-instelling
o de eigen bijdrage die is verschuldigd voor extramurale AWBZ-zorg
Overige uitgaven
o medische hulp en verpleging, zoals bijvoorbeeld uitgaven voor huisarts, tandarts,
specialist, verpleging in ziekenhuis, fysiotherapie of accupunctuur
o reiskosten voor bezoek van een zieke of invalide indien:
 deze persoon langer dan een maand wordt verpleegd wegens ziekte invalideit,
én
 de bezoeker bij aanvang van de ziekte of invaliditeit een gezamenlijke
huishouding voerde met deze persoon, én
 de afstand tussen de woning van de bezoeker en de plaats waar de verpleging
plaatsvindt groter is dan 10 kilometer
o kosten bevalling en kraamhulp
o kosten begrafenis of crematie
o kosten adoptie
Andere regelmatig voorkomende voorliggende voorzieningen
Voor woonkostentoeslag is de Huursubsidiewet (Hw) een voorliggende voorziening. De Hw wordt
uitgevoerd door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM), dat daarin
wordt bijgestaan door de gemeente (het woonservicecentrum).
Voor de inhoud van de Hw en de woonkostentoeslag wordt verwezen naar hoofdstuk 14.
Draagkracht en vermogen
Op basis van artikel 35 lid 1 kan het college bepalen op welke wijze er wordt omgegaan met de
vermogensbepaling en inkomsten.
Er dient altijd een draagkracht berekening gemaakt te worden. Deze berekening dient standaard bij de
toe- of afwijzingsbeschikking te worden meegezonden. Indien een aanvrager reeds een algemene
bijstandsuitkering ontvangt kan een draagkrachtberekening achterwege blijven.
Een draagkracht berekening wordt als volgt uitgevoerd.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
4
1) Van het totale maand inkomen van de aanvrager(s) wordt de voor hen geldende bijstandsnorm
afgetrokken.
2) Van het restant wordt een vrijlating van € 45,00 afgetrokken
3) Van het resterende bedrag tot € 200 wordt 25% als maandelijkse draagkracht beschouwd. Alles
boven € 200 wordt volledig als draagkracht aangemerkt.
4) 12 maal deze maandelijkse draagkracht is het bedrag dat door de aanvrager(s) zelf bijgedragen
dient te worden.
Wat betreft de berekening van het inkomen en het vermogen gelden de bepalingen van artikel 31 tot 34
van de WWB
Ten aanzien van het vermogen geldt dat het vrijgestelde vermogen van artikel 34 lid 3.
Vermogen dat tijdens de bijstand is gespaard dient altijd buiten beschouwing te blijven.
Voorbeeld van een draagkrachtberekening:
Voorbeeld 1
Totaal maandinkomen
Bijstandsnorm
Verschil
Aftrek van vrijlating
Beschikbaar voor draagkrachtberekening
Eigen draagkracht 25% (van maximaal € 200)
Restant (alles boven € 200)
Maandelijkse draagkracht
Jaarlijkse draagkracht op basis van inkomen
Indien er sprake is van vermogen1 (75% van dit vermogen)
Jaarlijkse draagkracht op basis van inkomen en vermogen
1
Voorbeeld 2 Voorbeeld 3
€ 885,00
€ 800.00 € 85,00
€ 45,00 € 40,00
€ 1,060.00
€ 800.00 € 260.00
€ 45.00 € 215.00
€ 885,00
€ 800.00 € 85,00
€ 45,00 € 40,00
€ 10,00
€ 0.00 +
€ 10.00
€ 50.00
€ 15.00 +
€ 65.00
€ 10,00
€ 0.00 +
€ 10.00
€ 120.00
€ 0.00 +
€ 120.00
€ 780.00
€ 0.00 +
€ 780.00
€ 120.00
€ 300.00 +
€ 420.00
Het meerdere boven het vrij te laten vermogen.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
5
Draagkrachtjaar
Er is sprake van een zogenaamd draagkrachtjaar. Dit houdt in dat de draagkracht voor een jaar wordt
vastgesteld. Het draagkrachtjaar start op de eerste dag van de maand waarin de bijzondere bijstand
wordt uitgekeerd. Deze draagkracht geldt dan ook voor de 12 daaropvolgende maanden. In geval van
een incidentele verstrekking bijzondere bijstand houdt de gemeente rekening met het gehele jaarlijkse
draagkracht.
Er dient zodoende het gehele jaar rekening gehouden te worden met de draagkracht. Slechts in
individuele uitzonderlijke gevallen kan er voor gekozen worden het draagkracht jaar te wijzigen. In
dergelijke gevallen dient er in de rapportage uitgebreid gerapporteerd te worden over de reden van
wijziging.
Drempelbedrag
De gemeente Hellevoetsluis maakt geen gebruik van artikel 35 lid 2 ten aanzien van het drempelbedrag.
Met andere woorden elke aanvraag dient in behandeling te worden genomen.
Alleen meerkosten
Middels de bijzondere bijstand komen alleen meerkosten in aanmerking. Hiermee wordt bedoeld dat
kosten die normaal gesproken voor rekening van de belanghebbende komen, worden afgetrokken van
de te verstrekken bijstand.
Omrekenmethodiek van week facturen naar een maandelijkse uitkering bijzondere bijstand
In sommige gevallen worden er facturen gestuurd door instellingen die diensten leveren die periodiek
worden geleverd en in rekening gebracht. Hierbij kan gedacht worden aan facturen voor thuiszorg. Indien
er een kostenvergoeding per week wordt berekend dient deze omgerekend te worden naar de kosten per
maand. De methodiek die hiervoor geldt is gelijk aan de omrekening van 4 wekelijkse inkomsten bij
bijstand voor levensonderhoud.
Uitgangspunt bij deze berekening is dat er in een week 5 werkdagen zitten. Gemiddeld telt een jaar 261
werkdagen, dit zijn 261/12 = 21,75 werkdagen in de maand. Om een correct maandbedrag te berekening
dient het weekbedrag vermenigvuldigd te worden met 21,75/5 = 4,35
Indien een 4 wekelijks factuurbedrag wordt gehanteerd geldt logischerwijs een
vermenigvuldigingsfactor van 4,35/4 = 1.0875
Aanvraag binnen een jaar
Slechts de aanvragen waarvan de nota’s niet ouder dan een jaar zijn komen in aanmerking voor
vergoeding. In sommige gevallen is het moeilijk om de noodzaak van de vergoeding vast te stellen indien
de kosten reeds zijn gemaakt. Hierbij kan gedacht worden aan het vervangen van een defecte koelkast.
Indien iemand in aanmerking komt voor verschillende geringe vergoedingen kunnen deze worden
opgespaard en gecumuleerd worden ingediend.
Vormen van Bijzondere Bijstand.
Bijzondere bijstand kan als lening en om niet verstrekt worden.
De verstrekkingen ten aanzien van verhuizing, woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen worden
altijd als lening verstrekt. De overige vergoedingen die in deze werkinstructie staan genoemd zijn in
principe om niet.
Indien de gemeente op individuele basis een vergoeding verstrekt die niet in deze werkinstructie staat
vermeld dan bepalen de omstandigheden of deze vergoeding om niet of als geldlening wordt uitgekeerd.
Bijzondere bijstand ten behoeve van een kind
Bijzondere bijstand wordt altijd uitgekeerd aan meerderjarigen. Indien de bijzondere bijstand wordt
verstrekt ten behoeve van een kind dient dit in de rapportage en beschikking vermeld te worden.
Bewijsstukken
In de verstrekkingenlijst staat opgenomen welke extra bewijsstukken noodzakelijk zijn om tot
verstrekking over te gaan. Deze genoemde bewijsstukken zijn in aanvulling op de reguliere
bewijsstukken. Let op dat er ten aanzien van nieuwe klanten een grotere gegevensuitvraag plaatsvindt
dan ten aanzien van reeds bekende bijstandclienten.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
6
Bewijsstukken niet-klant
 Gegevens over inkomen en vermogen
o Afschriften
o Salarisstrook/maandbericht uitkering
o Alimentatie
o Huursubsidie/vangnetregeling
o Waardevolle bezittingen
 Kopie identiteitsbewijs
 Uittreksel GBA waaruit de woonsituatie blijkt
GGD-advies
Bij een aanzienlijk aantal verstrekkingen is een verklaring van de GGD vereist. Het zogenaamde GGDadvies. Ten aanzien van de verstrekkingen bijzondere bijstand zullen schriftelijke verklaringen van de
huisarts van de aanvrager alsmede verklaringen van medisch specialisten gelijkgesteld worden aan een
GGD-advies. Deze gelijkstelling geldt ook ten aanzien van indicaties uitgevoerd door het CIZ en andere
door de gemeente aangestelde indicatieorganen.
Aansluiting bij de vergoedingenlijst van OZ.
Voor een aantal medische vergoedingen zoals onder andere alternatieve geneeswijzen wordt aansluiting
gezocht bij de vergoedingenlijst van het basispakket van OZ 2. OZ is van oudsher de grootste
zorgverzekeraar in de regio en nog steeds is het merendeel van de cliënten bij deze maatschappij
verzekerd. De vergoedingenlijst is te vinden op www.oz.nl.
Indien aansluiting bij de vergoedingenlijst van OZ een zeer sterke mate nadelig voor de klant uitvalt kan
er worden geïndividualiseerd.
Versnelde procedure
Er is in het kader van het vastgestelde normenkader voor 2005 een versnelde procedure ingericht voor
aanvragen bijzondere bijstand onder € 350,00. Deze versnelde procedure heeft invloed op de wijze
waarop onderzoek gedaan wordt naar het recht op de verstrekking.
Individualiseren
De kern van de bijzondere bijstand is dat het verstrekkingen op individuele basis betreffen. De
verstrekkingen die in deze werkinstructie zijn opgenomen zijn in principe altijd uit te keren indien de
aanvrager een inkomen heeft op of rond het Wettelijke Sociale Minimum.
In individuele gevallen is het mogelijk om buiten het vastgestelde beleid om vergoedingen toe te kennen.
In dergelijke gevallen dient er geïndividualiseerd te worden.
Wanneer er sprake is van individualisatie dient er aan de volgende onderdelen aandacht geschonken te
worden:







2
Er dient gerapporteerd te worden over het ontbreken van een voorliggende voorziening.
Indien het een medische voorziening betreft is een medisch indicatie noodzakelijk.
Er dient uitputtend gerapporteerd te worden over het nut en de noodzaak van de voorziening. In
deze rapportage komt aan de orde waarom er een noodzaak is en wanneer deze noodzaak is
ontstaan.
De consulent bijzondere bijstand dient zoveel mogelijk bewijsstukken op te vragen die het nut en
de noodzaak van de vergoeding onderschrijven. Waar mogelijk dient advies opgevraagd te
worden bij derden.
Er dient beargumenteerd te worden waarom een verstrekking als lening dan wel om niet wordt
toegekend.
Een toekenning van een niet in deze werkinstructie beschreven vergoeding dient altijd
geaccordeerd te zijn door de coördinator dienstverlening dan wel door de toetser. Hiermee wordt
voorkomen dat er ad hoc beslissingen worden genomen en er in gelijke gevallen
rechtsongelijkheid ontstaat.
Er dient altijd een gesprek met de klant plaats te vinden in de spreekkamer dan wel thuis om de
noodzaak vast te kunnen stellen
Let op het basispakket is reeds een aanvullend pakket op het minimale startpakket.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
7
Database Individualisering Bijzonder Bijstand
Bijzonder bijstand verstrekkingen waarbij wordt geïndividualiseerd worden opgeslagen in een lokale
database op de G schijf. Deze database zal gedurende de loop der maanden gevuld worden en zal
dienen als naslagwerk en waardoor een gemeentelijke richtlijn voor individualisering zal ontstaan. In de
rapportage bij individualisering dient altijd gemeld te worden dat de database is geraadpleegd en wat de
conclusies zijn.
De database dient van tijd tot tijd gerubriceerd te worden het geen de naslag vergemakkelijkt.
Sociale Indicatie
Voor sommige verstrekkingen is geen GGD-advies nodig maar een zogenaamde sociale indicatie. Een
sociale indicatie wordt door de gemeente, lees de consulent bijzondere bijstand, afgegeven. Het is
raadzaam hiervoor een goede procedure op te stellen om rechtsongelijkheid en willekeur tegen te gaan.
Een sociale indicatie betekent dat er zeer uitvoering gerapporteerd moet worden over de zelfde
onderdelen als bij individualisatie. Teneinde een sociale indicatie af te geven is het altijd raadzaam
externe deskundige te raadplegen. Ook dien er altijd een gesprek of huisbezoek afgelegd te worden om
de sociale noodzaak te kunnen beoordelen.
Te controleren onderdelen
Naast de instructies en procedures zoals die zijn beschreven in deze werkinstructie dient een aanvraag
bijzondere bijstand op de volgende onderdelen te worden beoordeeld. Deze onderdelen zijn tevens
standaard in de Interne Controle opgenomen. Elk bijzondere bijstandsdossier dat door de interne
controle wordt beoordeeld wordt middels deze vragen doorlopen. Het kan zijn dat in de toekomst nog
meer controle vragen worden opgenomen.
De onderstaande onderdelen van de interne controle zijn rechtstreeks uit de controle applicatie gehaald.
Door op het onderdeel te klikken opent de achterliggende vraagstelling.
0000 : Vaststelling identiteit
0200 : Personenkring bijstand
0203 : Uitsluitingsgronden
0204 : Buiten aanmerking laten van niet noodzakelijke kosten
0205 : Toepassing voorliggende voorzieningen
0208 : Toepassing individualiseringsbeginsel
0210 : Toepassing drempel bedrag bijzondere bijstand
0217 : Ingangsdatum
0231 : Normtoepassing
0240 : Categoriale bijzondere bijstand
0290 : Bepaling draagkracht bijzondere bijstand
0378 : Voorschotten
0407 : Noodzakelijke betaling/betaling in natura
0410 : Overige verplichtingen
0600 : Tijdigheid besluit
0610 : Juistheid / volledigheid / datering / consistentie besluit
0710 : Gebruik juiste formulieren
0713 : Volledigheid van gegevens
0714 : Verificatie en validatie
0770 : Inrichting dossier en archivering
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
8
VERSTREKKINGENLIJST BIJZONDERE BIJSTAND
1) Alarmering apparatuur
Foldertekst:
Het kan zijn dat u op voorschrift van de arts persoonsalarmeringsapparatuur dient aan te schaffen en
de zorgverzekeraar deze kosten niet vergoedt. In dat geval kunt u Bijzondere Bijstand aanvragen.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding
Bewijsstukken:
- Nota
- Brief afwijzing vergoeding door Zorgverzekeraar
- GGD-advies (eenmalig afgegeven)
Instructie
Als er sprake is van een GGD-advies kan alarmeringsapparatuur worden vergoed. Uitgangspunt is dat
gekozen wordt voor de goedkoopste èn de meest adequate apparatuur.
De gemeente gaat pas over tot vergoeding indien de zorgverzekeraar schriftelijk te kennen heeft
gegeven niet tot vergoeding over te gaan. Van deze schriftelijke verklaring dient een kopie in het dossier
gevoegd te worden.
2) Alternatieve geneeswijzen en homeopathische geneeskunde
Foldertekst
De zorgverzekeraar vergoedt niet altijd alle kosten voor alternatieve geneeswijzen. Voor de vereiste
eigen bijdrage kunt u bij de gemeente Bijzondere Bijstand aanvragen.
Deze bijstand betreft de kosten van maximaal 10 consulten op jaarbasis voor zover deze kosten meer
bedragen dan de verstrekte vergoeding vanuit de aanvullende verzekering. De kosten van meer dan 10
consulten komen slecht in aanmerking voor Bijzondere Bijstand wanneer hiervoor een medische
indicatie is afgegeven.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Brief zorgverzekeraar met de hoogte van de eigenbijdrage
- Eventueel een medische verklaring
Instructie
Alternatieve geneeskosten behoren in het algemeen niet tot de noodzakelijke kosten van bestaan. De
gemeente hanteert als uitgangspunt dat die behandelingen in aanmerking komen die door het
Basispakket van het OZ ziekenfonds worden vergoed.
Zie www.oz.nl.
Over de hoogte van het te vergoeden bedrag dient uitgebreid gerapporteerd te worden. Een recente
uitdraai van de vergoedingenlijst dient bij het dossier gevoegd te worden.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
9
3) Babyuitzet
Foldertekst
In principe dient zelf een babyuitzet aan te schaffen. Mocht u om bijzondere redenen in het verleden
hiervoor niet hebben kunnen reserveren, dan kunt u in aanmerking komen voor Bijzondere Bijstand.
Maximaal kan € 510,00 worden vergoed.
Bewijsstukken:
- Bankafschriften en eventuele leningen
- Nota van babyspullen winkel
Instructie
Zoals reeds beschreven zijn de kosten voor een babyuitzet in principe algemeen noodzakelijke kosten en
komt dit niet voor vergoeding in aanmerking. Het langdurig ontbreken van reserveringsruimte kan
aanleiding zijn om tot vergoeding over te gaan. Hierover dient uitvoerig gerapporteerd te worden en dient
de financiële situatie van de klant in het dossier inzichtelijk gemaakt te worden. Met andere woorden
slechts in uitzonderlijke individuele gevallen gaat de gemeente over tot verstrekking van een babyuitzet.
Voordat overgegaan wordt tot het verstrekken van middelen voor de babyuitzet dient geïnventariseerd te
worden waaraan behoefte is. Er wordt dus niet standaard € 510,-- uitgekeerd. Voor de te verstrekken
goederen geldt het Nubud handboek, voor de hoogte van de bijstand gelden de richtprijzen zoals de
gehanteerd worden in het Nibud handboek. Over de keuze van de te verstrekken middelen wordt
gerapporteerd in de rapportage bij het besluit.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
10
4) Begrafenis
Foldertekst
Wanneer iemand komt te overlijden, zijn de familieleden financieel verantwoordelijk voor de
begrafeniskosten. De gemeente verstaat onder familie:
- Echtgenoot;
- Ouders;
- Meerderjarige kinderen.
Ontbreken de financiële middelen om deze kosten te dragen, dan kan ieder familielid voor zijn of haar
eigen evenredige aandeel Bijzondere Bijstand aanvragen. De gemeente houdt bij deze aanvraag
rekening met uw vermogen en draagkracht.
Voor een begrafenis is de maximale vergoeding € 3.300,00 voor een crematie geldt het bedrag
van € 3.000,00.
Bewijsstukken:
- Akte van overlijden
- Gegevens over het inkomen en spaargeld van u en uw overleden partner of familielid
- Nota van de uitvaartorganisatie
Instructie
In principe geldt dat er geen bijstand wordt verstrekt voor begrafenissen en crematies. Deze kosten
behoren tot de algemene bestaanskosten waarvoor gereserveerd dient te worden. De vuistregel is dat de
persoon die de opdracht voor de begrafenis geeft ook de daarmee verbandhoudende kosten draagt.
In beginsel dienen de nabestaanden (echtgenoot, ouders of meerjarige kinderen) de kosten voor de
lijkbezorging op zich te nemen. Indien de middelen hiertoe ontbreken kunnen deze personen individueel
voor een evenredig aandeel bijzondere bijstand aanvragen.
Voordat tot verstrekking over wordt gegaan dient een grondig onderzoek plaats te vinden naar:
- Nabestaanden die in aanmerking komen de begrafeniskosten te dragen
- mogelijk bestaande overlijdensverzekeringen
- mogelijk vermogen van de overledene
Over al deze onderwerpen dient nadrukkelijk te worden gerapporteerd.
Opmerking:
Wet op de Lijkbezorging
Wanneer er geen nabestaanden zijn of wanneer deze weigeren de begrafenis of crematie te verzorgen,
dan is op grond van de Wet op de Lijkbezorging de gemeente verplicht te zorgen voor de lijkbezorging.
Deze wet wordt uitgevoerd door de Afdeling Burgerzaken.
Dient de aanvrager een aanvraag om bijstand in, na toepassing van de Wet op de Lijkbezorging, dan
hoeft de bijstandsaanvraag niet onverkort te worden afgewezen, omdat er al in de kosten is voorzien. De
situatie kan zich voordoen dat een nabestaande vanwege het ontbreken van financiële middelen geen
opdracht geeft om de uitvaart te verzorgen. Als in die gevallen de Wet op de Lijkbezorging wordt
toegepast, kan achteraf alsnog een aanvraag om bijzondere bijstand voor deze kosten worden
ingediend. De bijstandsaanvraag dient te worden beoordeeld alsof de Wet op de Lijkbezorging niet is
toegepast.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
11
5) Bevalling/kraamzorg
Foldertekst
Wanneer u een kind heeft gekregen, behoren de eigen bijdragen in de bevallingskosten en in de
kosten van kraamzorg tot bijzondere noodzakelijke kosten van het bestaan. In principe kunt u
Bijzondere Bijstand krijgen voor deze eigen bijdrage, mits u op basis van het ‘basispakket’ van OZ (of
vergelijkbaar) bent verzekerd.
De eigen bijdrage komt in aanmerking voor vergoeding, indien de client niet aanvullend is
verzekerd komen de gemaakte kosten in aanmerking.
Bewijsstukken:
-
Nota
Brief/beschikking zorgverzekeraar (de brief moet de hoogte van de eigen bijdrage vermelden)
Bewijsstuk zorgverzekeraar waaruit de wijze van verzekering blijkt.
Instructie
Er kan bijzondere bijstand worden verleend voor bevallings- en kraamzorg kosten. Deze kosten behoren
tot de bijzondere noodzakelijke kosten van bestaan.
Er dient eerst uitvoerig onderzoek plaats te vinden naar mogelijke voorliggende voorzieningen zoals de
ziekenfondswet en eventuele andere verzekeringen.
Indien iemand middels het zogenaamde “basispakket” is verzekerd komt de eigen bijdrage voor
vergoeding in aanmerking.
Het kan voorkomen dat het ziekenfonds de bevallings- en kraamkosten in zijn geheel niet vergoed. Ook
in dat geval kan er bijzondere bijstand worden verleend.
Zie voor de vergoedingenlijst en het basispakket van OZ. www.oz.nl.
6) Bewassing/ incontinentie
Foldertekst
Wanneer u aan incontinentie lijdt, kan dit extra waskosten met zich mee brengen. Deze kosten kunnen
door de gemeente worden vergoed.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- GGD-advies (eenmalig afgegeven)
Instructie
Ook voor bewassing geldt dat er in eerste instantie onderzocht moet worden of er aanspraak gemaakt
kan worden op een voorliggende voorziening. Indien een GGD advies aanwezig is en er kan geen
aanspraak gemaakt worden op een voorliggende voorziening kan tot verstrekking worden overgegaan.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
12
7) Bewindvoerdersloon
Foldertekst
Mocht u door lichamelijke- of geestelijke omstandigheden niet langer in staat zijn om uw vermogen te
beheren, dan kan de kantonrechter besluiten een bewindvoerder aan te wijzen. In een dergelijk geval
kunt u Bijzondere Bijstand aanvragen voor de kosten van deze bewindvoerder. Ook kosten voor
vermogensbeheer door het Budgettrefpunt kunnen in aanmerking komen voor Bijzondere Bijstand.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Besluit van de Kantonrechter
- Nota van de bewindvoerder
Instructie
Voor het bewindvoerdersloon geldt een rechtsbijstandsverzekering als voorliggende voorziening.
Bewindvoering wordt door de rechter ingesteld. Gelijktijdig met het instellen van het bewind benoemt hij
een bewindvoerder. In beginsel bedraagt het salaris voor de bewindvoerder 5% van de netto opbrengst
van de vruchten van de onder bewindgestelde. Omdat een uitkering niet onder vruchten valt is er, om
zowel de belangen van de onder bewindgestelde als die van de bewindvoerder te dienen, een
(landelijke) richtlijn opgesteld.
Als deze richtlijn wordt toegepast krijgt de bewindvoerder van de rechter toestemming om aan de onder
bewindgestelde een afgesproken vast salaris in rekening te brengen.
Als er meer kosten worden gemaakt moet er door de bewindvoerder schriftelijk en voldoende
gespecificeerd toestemming aan de rechter worden gevraagd om deze kosten aan de onder
bewindgestelde in rekening te brengen. Voor al deze kosten geldt: als de rechter daarvoor toestemming
geeft mag worden aangenomen dat het voor wat betreft de bijstand om bijzonder noodzakelijke kosten
van het bestaan gaat. Er kan dan bijzondere bijstand worden verstrekt. Omgekeerd is het zo dat als de
rechter het verzoek van de bewindvoerder niet inwilligt er sprake is van niet noodzakelijke kosten. Er kan
dan geen bijzondere bijstand worden verstrekt.
8) Bril/ Contactlenzen
Foldertekst
Brilkosten zijn pas aan te vragen als blijkt dat de ziektekosten verzekering de kosten niet of niet geheel
vergoed. De kosten worden pas als noodzakelijk aangemerkt wanneer u bij de aanvraag voor een
brilkostenvergoeding een gespecificeerde nota van een opticien overlegt. Voor glazen vanaf de
sterkten + of – 7 en multifocale glazen geldt een hoger vergoedingstarief. Voor beide tarieven geldt dat
de vergoeding door uw zorgverzekeraar in mindering wordt gebracht op de bijdrage Bijzondere
Bijstand. U kunt maximaal een keer per twee jaar een vergoeding voor een bril aanvragen.
Voor een reguliere bril geldt een vergoeding van € 182,00 en voor een multifocale bril geldt
€ 342,00.
Bewijsstukken:
- (proforma) nota
Instructie
De kosten voor een standaardmontuur en standaardglazen behoren tot de bijzondere noodzakelijke
kosten van bestaan, hiervoor kan dan ook bijzondere bijstand worden verleend.
Voorliggende voorzieningen zijn de AWBZ en een particuliere ziektekostenverzekering.
Er is voor deze vergoeding geen medische verklaring nodig. Een (proforma) van de opticien is
voldoende.
Een aanvraag voor een nieuwe bril of contactlenzen kan eens in de twee jaar plaatsvinden. In dit dient
onderzocht te worden en hierover dient in de rapportage gerapporteerd te worden.
Vloeistof voor contactlenzen kunnen slechts worden vergoed indien er een medische verklaring van een
arts is.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
13
9) Dieetkosten
Foldertekst
De kosten voor een dieet op voorschrift van een arts, kunnen hoger zijn dan de kosten voor ‘normale’
voeding. Voor deze kosten kunt u Bijzondere Bijstand aanvragen voor zover ze de kosten van het
normale voedingspakket overschrijden. Onder dieetkosten vallen kosten voor dieetpreparaten en
dieetproducten.
De gemaakte meerkosten of de eigen bijdrage komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- GGD-advies (eenmalig afgegeven)
Instructie
Wanneer het volgen van een dieet op medische gronden noodzakelijk is vallen de meerkosten hiervan
onder de bijzondere noodzakelijke kosten van bestaan.
De voorliggende voorzieningen zijn de AWBZ en de ziektekosten verzekering.
Dieetpreparaten zijn preparaten die ten opzichte van normale voeding zowel een gewijzigde chemische
samenstelling als een gewijzigde fysische vorm hebben. Er bestaat alleen aanspraak in geval van een
ernstige slikstoornis, passagestoornis, voedselallergie of stofwisselingsstoornis. Deze preparaten worden
in principe door de AWBZ vergoed.
Dieetproducten zijn alleen wat betreft chemische samenstelling gewijzigd (bijvoorbeeld een zout-arm
dieet). De meerkosten van dieetproducten ten opzichte van een normaal eetpatroon worden vergoed via
de bijzondere bijstand.
In de medische verklaring dient aangegeven te zijn wat de meerkosten van het dieet bedragen. Indien dit
niet het geval is dienen de meerkosten berekend te worden aan de hand van de Nibud richtprijzen voor
voedsel.
10) Dagverzorging bejaarden
Foldertekst
Als u een zelfstandig wonende oudere bent en u neemt deel aan binnen een verzorgingshuis
georganiseerde activiteiten, dan kan de gemeente bijstand verlenen voor een deel van deze kosten.
Deze ‘verzorging’ heeft een sociale indicatie, een GGD-advies is dan ook niet nodig.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
Naast de reguliere bewijsstukken zijn er geen bewijsstukken noodzakelijk aangezien een sociale
indicatie noodzakelijk is.
Instructie:
Op basis van een sociale indicatie kunnen de kosten voor dagverzorging worden vergoed.
Iemand kan in aanmerking komen voor dagverzorging als iemand aan de volgende voorwaarden voldoet.
- de betreffende persoon is alleenstaand en:
- de betreffende persoon in 65+ en;
- de betreffende persoon dreigt in een sociaal isolement te geraken
De dagverzorging wordt voor maximaal 2 keer per week vergoed.
Een sociale indicatie wordt door de casemanager afgegeven. Hierover dient zorgvuldig gerapporteerd te
worden. Tevens dient onderzocht te zijn of er alternatieve oplossingen zijn binnen voorliggende
voorzieningen. Hierbij kan gedacht worden aan mantelzorg andere activiteiten ten behoeve van ouderen
binnen de toekomstige WMO.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
14
11) Elastische kousen
Foldertekst
Voor de eigen bijdrage voor elastische kousen kunt u Bijzondere Bijstand aanvragen. Ook als uw
zorgverzekeraar deze kosten geheel niet vergoedt, kunt u Bijzondere Bijstand aanvragen.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota
- GGD-advies (eenmalig afgegeven)
- Brief/beschikking zorgverzekeraar (de brief moet de hoogte van de eigen bijdrage vermelden)
Instructie
Elastische kousen of steunkousen worden vergoed indien er geen aanspraak gemaakt kan worden op
een voorliggende voorziening.
Slechts indien er een GGD-advies aanwezig is zal tot vergoeding worden overgegaan.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
15
12)Garantietoeslag
Foldertekst
Wanneer in een eenoudergezin het laatste in de gezinsbijstand begrepen kind niet langer ten laste van
de ouder komt, wordt de basisnorm-alleenstaande ouder gewijzigd in een basisnorm-alleenstaande.
Van de normwijziging is sprake als het betreffende kind de leeftijd van 18 jaar bereikt. Er kan dan naast
de reguliere toeslag een tijdelijke garantietoeslag voormalig eenoudergezin worden verstrekt.
Voorwaarde is wel dat het kind tot het huishouden blijft behoren. Deze toeslag is bedoeld om een te
plotselinge terugval in het inkomen op te vangen.
Het gaat in deze regeling om het laatste in de gezinsbijstand begrepen kind. Dit hoeft dus niet uw
jongste kind te zijn. Alleen kinderen waarvoor u kinderbijslag ontvangt, zijn in de gezinsbijstand
begrepen.
De hoogte van de bijzondere bijstand bedraagt het verschil tussen de norm alleenstaande ouder
en alleenstaande.
Bewijsstukken:
- Uittreksel GBA waaruit blijkt dat het 18 jarige kind nog inwonend is.
- Bewijsstukken inkomsten kind
- Bewijsstukken inkomsten ouder
Instructie:
Wanneer in een eenoudergezin het laatste in de gezinsbijstand begrepen kind niet langer ten laste van
de ouder komt, wordt de basisnorm-alleenstaande ouder (alleenwonende alleenstaande ouder) gewijzigd
in een basisnorm-alleenstaande.
Van de normwijziging is sprake als het betreffende kind de leeftijd van 18 jaar bereikt. Er kan dan naast
de 20%-toeslag een tijdelijke garantietoeslag voormalig eenoudergezin worden verstrekt. Voorwaarde is
dat het kind tot het huishouden blijft behoren. Deze toeslag is bedoeld om een te plotselinge terugval in
het inkomen op te vangen.
Het gaat in deze regeling om het laatste in de gezinsbijstand begrepen kind. Dit hoeft dus niet het
jongste kind te zijn. Alleen kinderen waarvoor kinderbijslag wordt ontvangen, zijn in de gezinsbijstand
begrepen.
De garantietoeslag garandeert een inkomen ter hoogte van de norm alleenstaande ouder. De toeslag is
van toepassing als het gezamenlijke inkomen van ouder en alle inwonende kinderen lager is dan de
norm voor een echtpaar. Het gaat hier ook om oudere kinderen die al dan niet op woningdelende basis
bij de ouder inwonen.
De toeslag wordt verstrekt gedurende maximaal 1 jaar zolang het gezamenlijk inkomen (ouder en
meerderjarig kind) onder de norm van een echtpaar blijft.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
16
13) Hulp in de huishouding
Foldertekst
Als u aanspraak maakt op thuiszorg, dan betaalt u hiervoor een eigen bijdrage. De eigen bijdrage die
door de thuiszorgorganisatie wordt berekend, kunt u door de gemeente vergoed krijgen.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota
- GGD-advies
Instructie
De eigen bijdrage voor de thuiszorg kan worden vergoed via de bijzondere bijstand. Indien de nota van
de thuiszorg en de indicatie wordt overlegd kan na de draagkrachtberekening over gegaan worden tot
gehele of gedeeltelijke verstrekking.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
17
14) Jongeren 18 tot 21
Foldertekst
Als jongere ontvang je een lagere bijstandsuitkering. Als je zelfstandig woont, is dit echter niet
voldoende. Ouders en verzorgers zijn verplicht om extra geld te geven. Als ze dat niet kunnen, kan je
Bijzondere Bijstand aanvragen
De hoogte van de bijzondere bijstand bedraagt het verschil tussen de jongerennorm en de norm
21 tot 65.
Bewijsstukken:
- Bewijsstukken inkomen en vermogen
- Huurcontract
- Energiekosten
- Zorgverzekering
- Weigering van ouder om te betalen (indien van toepassing)
- GBA
- Legitimatie
Instructie
In principe geldt voor jongeren de sluitende aanpak en hebben zij inkomsten uit arbeid. Wanneer dit niet
het geval is kan dit aanleiding geven jongeren in deze leeftijd een extra toeslag te verstrekken.
Voordat hiertoe overgegaan kan worden dient er uitputtend onderzocht te worden of er een beroep
gedaan kan worden op de ouders. Pas als de middelen van de ouders niet toereikend zijn of er andere
redenen zijn waardoor de persoon zijn onderhoudsrecht ten opzichte van zijn of haar ouders niet te gelde
kan maken kan de gemeente bijzondere bijstand verstrekken.
Voorwaarden:
1) Er moet met bewijsstukken aangetoond met worden dat aanvullende bijstand noodzakelijk is. Denk
hierbij aan:
- Huurcontract
- Energiekosten
- Zorgverzekering
2) Bovendien dient onderzocht te worden of het zelfstandig wonen van de belanghebbende noodzakelijk
is. In dit onderzoek dient vooral gekeken te worden naar de relatie met de ouders en de mogelijkheid bij
andere familieleden onderdak te krijgen. De ouders dienen in het kader van dit onderzoek
aangeschreven te worden.
3) Er kan pas aanspraak gemaakt worden op aanvullende bijstand indien:
- De relatie met de ouders zeer ernstig verstoord is
- De ouders geen draagkracht hebben
- De ouders overleden zijn.
De hoogte van de bijstand + toeslag wordt gelijk gesteld aan de norm die middels artikel 7 van de
toeslagenverordening geldt voor personen van 21 jaar.
Voor deze jongeren gelden de reguliere reïntegratieverplichtingen, deze dienen ook in de beschikking
opgenomen te worden.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
18
15) Peuterspeelzaal en (medisch) kinderdagverblijf
Foldertekst
Wanneer kinderopvang op medische of sociale gronden noodzakelijk is, kan de gemeente hiervoor
Bijzondere Bijstand verstrekken. Een arts kan een medische indicatie afgeven, een medewerker van de
afdeling Sociale Zaken kan een sociale indicatie vaststellen.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota
- GGD-advies (12 maanden geldig)
- Sociale indicatie (eventueel verklaring van derden)
Instructie:
De gemeente heeft in haar minimabeleid geregeld dat er voor kinderen kosten voor de peuterspeelzaal
of een (medische) kinderdagverblijf vergoed kunnen worden.
Voordat tot verstrekking wordt over gegaan dient uitgebreid onderzocht te worden of er gebruik gemaakt
kan worden van een voorliggende voorziening. Hierbij kan gedacht worden aan de WKO of de AWBZ.
Indien er geen GGD-advies door een arts is afgegeven kan er op basis van een door de casemanager
afgegeven sociale indicatie tot verstrekking worden overgegaan. Voor een medische indicatie is het
noodzakelijk dat er uitvoerig wordt stilgestaan bij de bestaande situatie en waarom het betreffende kind
naar een peuterspeelzaal of (medisch) kinderdagverblijf moet. Er dient daartoe uitvoerig gerapporteerd te
worden over de sociale achtergrond van het kind, de te verwachten voordelen van een peuterspeelzaal
of kinderdagverblijf etc. Verklaringen van derden zijn daarbij een waardevolle ondersteuning
Het vergoeden van deze kosten op sociale indicatie is een uitzondering een brede contextuele
beschrijving van de situatie is daarom vereist. Maximaal komen er 3 dagdelen voor vergoeding in
aanmerking, op basis van een medische indicatie kunnen meer dagdelen worden vergoed.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
19
16) Kosten deelname maatschappelijk verkeer
Foldertekst
De gemeente vindt het van belang dat mensen met een minimum inkomen volwaardig kunnen
deelnemen aan het maatschappelijke verkeer. Wanneer u extra reiskosten maakt, kunt u Bijzondere
Bijstand aanvragen als deze kosten in een van de volgende categorieën vallen.
- Vervoerskosten in verband met geneeskundige behandeling;
- Reiskosten voor een bezoek aan gezinsleden in het ziekenhuis, een inrichting of de gevangenis;
- Bijzondere (noodzakelijke) reiskosten;
- Thuiswonende ouderen met dagverzorging.
De gemaakte kosten (eigen bijdrage) komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
-
Oproep voor medische behandeling
Veroordeling rechtbank bij detentie
Sociale indicatie of GGD-advies (12 maanden geldig)
Treinkaartjes, strippenkaarten
Instructie
In beginsel dient men zelf te voorzien in de kosten voor maatschappelijk verkeer. De doelstelling van
deze vergoeding is een sociaal isolement wordt voorkomen.
Ten aanzien van de kosten voor maatschappelijk verkeer bestaan de volgende voorliggende
voorzieningen: AWBZ en de WVG (WMO) en de zorgverzekering.
Ten aanzien van de vervoerskosten voor geneeskundige behandeling geldt dat hiervoor de
zorgverzekering opdraait. Een eventuele eigen bijdrage wordt door de bijzondere bijstand vergoed.
Ten aanzien van reiskosten voor bezoek aan gezinsleden in het ziekenhuis, inrichting of gevangenis
geldt dat een keer per twee weken de reiskosten kunnen worden vergoed. Slecht middels een
schriftelijke verklaring van de inrichting/reclassering kan tot frequentere vergoeding worden overgegaan.
Voor alle reiskosten geldt dat de goedkoopste mogelijkheid van vervoer wordt vergoed. In de praktijk zal
dit altijd een buskaart zijn.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
20
17) Kunstgebit en tandheelkunde
Foldertekst
Medisch geïndiceerde kosten van tandheelkundige hulp behoren tot de bijzondere noodzakelijke
kosten van het bestaan. Voor de meeste van deze kosten bestaat een voorziening, zoals een
ziektekostenverzekering. Eigen bijdragen voor medisch geïndiceerde kosten komen voor vergoeding
via Bijzondere Bijstand in aanmerking.
De eigen bijdrage komt in aanmerking voor vergoeding. en de eigen kosten indien de maximale
vergoeding door het ziekenfonds is bereikt.
Bewijsstukken:
- (proforma) nota
- verklaring/uitkeringsspecificatie zorgverzekeraar (deze moet de hoogte van de eigen bijdrage
vermelden)
- Medische indicatie/GGD-advies
Instructie
Medisch geïndiceerde kosten van tandheelkundige hulp komen in aanmerking voor Bijzondere Bijstand.
Voor de meeste van deze kosten bestaat een voorliggende voorziening. Zie hiervoor de vergoedingenlijst
van OZ www.oz.nl. Indien hantering van de vergoedingenlijst van OZ voor de betreffende
belanghebbende een nadeel zal opleveren kan middels individualisering een passende vergoeding
worden toegekend.
18) Leges vluchtelingen
Foldertekst
Als u vreemdeling bent, tot Nederland bent toegelaten en in de gemeente Hellevoetsluis gaat wonen,
moet u zich inschrijven bij de afdeling Burgerzaken. Soms moet u kosten maken voor officiële
documenten. Alleen vluchtelingen en asielgerechtigden kunnen voor deze kosten Bijzondere Bijstand
krijgen.
Als uw gezinsleden in Nederland aankomen, dan moeten ook zij zich laten inschrijven bij de afdeling
Burgerzaken op het gemeentehuis en hebben zij een verblijfsvergunning nodig. Zij moeten dan leges
betalen. Vluchtelingen en asielgerechtigden kunnen voor de leges van de verblijfsvergunning
Bijzondere Bijstand krijgen. Andere toegelaten vreemdelingen betalen deze kosten zelf.
De gemaakte kosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota van de leges
- Kopie van verblijfsdocument
- Huwelijksverklaring en geboorte akte kinderen
Instructie
Aangezien vluchtelingen en asielgerechtigden niet kunnen reserveren voor verblijfsdocumenten
gedurende hun eerste verblijf in Nederland kan de gemeente hiervoor bijzondere bijstand verstrekken.
De vergoeding geldt eenmalig en slechts voor personen die behoren tot de personenkring uit de WWB.
Na de toekenning van de vergoeding dient de belanghebbende zelf te reserveren voor deze algemene
kosten voor bestaan.
Slechts in het geval waarbij de asielgerechtigde niet in staat is geweest om binnen een jaar zijn familie
over te laten komen kunnen de leges meerdere malen worden vergoed, aangezien de asielgerechtigden
zich in die situatie jaarlijks geconfronteerd ziet met te betalen leges.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
21
19) Maaltijdvoorziening per maaltijd
Foldertekst
Wanneer u aangewezen bent op de warme maaltijdvoorziening, kunt u aanspraak maken op een
vergoeding per warme maaltijd.
De gemaakte meerkosten komen in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
GGD-advies (eenmalig afgegeven)
Instructie
De maaltijdvoorziening wordt verzorgd door het SBO. Het SBO heeft een medewerker in dienst die de
aanvragen bijzondere bijstand middels een verkort aanvraagformulier invult en aan de gemeente
verstuurt. Deze procedure wijk enigszins af van de regulier procedure.
In principe geldt er een leeftijdsgrens van 55 jaar voor deze maaltijdvoorziening en is er een GGD-advies
vereist. Echter een aanvraag voorzien van een GGD-advies kan nooit op basis van leeftijd worden
afgewezen.
Maximaal worden er 5 maaltijden per week verstrekt.
De hoogte van de vergoeding wordt jaarlijks vastgesteld en direct aan het SBO uitgekeerd.
20) Orthodontist
Foldertekst
Mocht u of uw kind op medische gronden genoodzaakt zijn tot een behandeling door een orthodontist,
dan kan ook de eigen bijdrage hiervoor worden vergoed.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding en de eigen kosten indien de
maximale vergoeding door het ziekenfonds is bereikt.
Bewijsstukken:
- (proforma) nota
- verklaring/uitkeringsspecificatie zorgverzekeraar (moet de hoogte van de eigen bijdrage vermelden)
Instructie
Medisch geïndiceerde kosten voor orthodontie komen in aanmerking voor Bijzondere Bijstand. De
vergoeding betreft uiteraard slechts de eigen bijdrage die betaald dient te worden. Voor de meeste van
deze kosten bestaat een voorliggende voorziening. Zie hiervoor de vergoedingenlijst van OZ www.oz.nl.
Indien hantering van de vergoedingenlijst van OZ voor de betreffende belanghebbende een nadeel zal
opleveren kan middels individualisering een passende vergoeding worden toegekend.
21) Orthopedische schoenen
Foldertekst
Voor de aanschaf van (semi-)orthopedische of allergeenvrije schoenen moet u een eigen bijdrage
betalen. De eigen bijdrage kunt u via de Bijzondere Bijstand terugkrijgen.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- brief/beschikking ziekenfonds (moet de hoogte van de eigen bijdrage vermelden)
- Kopie van de factuur
- Medische indicatie
Instructie
Orthopedische schoenen worden vergoed indien er geen aanspraak gemaakt kan worden op een
voorliggende voorziening.
Slechts indien er een GGD-advies aanwezig is zal tot vergoeding worden overgegaan.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
22
22) Pedicure
Foldertekst
Als u in verband met persoonlijke omstandigheden op medische gronden aangewezen bent op
pedicure, dan kunt u voor de eigen bijdrage Bijzondere Bijstand aanvragen.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota
- GGD-advies (eenmalig afgegeven)
Instructie
De kosten van een behandeling door een pedicure zijn geen bijzonder noodzakelijke kosten en komen
daarom niet voor vergoeding in aanmerking. Vindt echter behandeling plaats op advies van een huisarts
of specialist (belanghebbende lijdt bijvoorbeeld aan suikerziekte) dan kan voor dergelijke kosten
bijzondere bijstand worden verstrekt voor maximaal 6 behandelingen op jaarbasis.
23) Psychologische hulp
Foldertekst
Normaal gesproken zijn er andere voorzieningen die kosten voor psychologische hulp betalen. Het kan
echter voorkomen dat de kosten niet worden vergoed. De kosten van de eigen bijdrage van
psychotherapie, gevolgd bij een andere psychotherapeut/instelling dan behorend bij de GGZinstellingen, te weten vrijgevestigde psychiaters en aangewezen zelfstandig werkende, geregistreerde
psychotherapeuten, kunnen alleen voor vergoeding in aanmerking komen, wanneer:
- de hulp deel uitmaakt van een door een medisch specialist (psychiater of neuroloog) vastgesteld
hulpverleningsplan (zie toelichting bij verwijzing door huisarts);
- de GGZ van oordeel is, dat de hulp noodzakelijk is, maar zelf niet of niet tijdig in staat is deze te
verlenen.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- Nota
- GGD-advies (geldig voor 12 maanden)
- Brief/beschikking zorgverzekeraar (moet de hoogte van de eigen bijdrage vermelden)
Instructie
Kosten van psychotherapeutische behandelingen, die niet door de voorliggende voorzieningen worden
gedekt, worden in het algemeen niet tot de noodzakelijke kosten van het bestaan gerekend. Voor
psychologischehulp gelden de volgende voorliggende voorzieningen. Ziekenfondsverzekering,
particuliere ziektekostenverzekering, AWBZ.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
23
24) Rechtshulp
Foldertekst
Wanneer u gebruikmaakt van een advocaat kunt u een toevoeging krijgen van de Raad voor
Rechtsbijstand voor rechtshulp. Als u nog een eigen bijdrage moet betalen, dan kunt u hiervoor
Bijzondere Bijstand aanvragen. Voorwaarde is wel dat de gemaakte kosten noodzakelijk zijn en in
verhouding staan tot het belang van de procedure. Mocht u veroordeeld worden tot het betalen van de
juridische onkosten van tegenpartij, dan komen deze kosten niet in aanmerking voor Bijzondere
Bijstand.
De te betalen eigenbijdrage komt in aanmerking voor vergoeding.
Bewijsstukken:
- brief van Raad voor Rechtsbijstand inzake de toevoeging
- Nota van advocaat of van Rechtshulp Rotterdam
Instructie
De eigen bijdrage in de kosten van rechtshulp en de bijkomende griffierechten worden tot de bijzondere
noodzakelijke kosten van het bestaan gerekend. Bijstandsverlening is mogelijk.
Kosten, die samen hangen met een veroordeling van de bijstandsaanvrager in de proceskosten van de
tegenpartij, komen niet voor bijstandsverlening in aanmerking.
Als voorliggende voorziening geldt een rechtsbijstandsverzekering en de wet tarieven in burgerlijke
zaken. Deze wet regelt dat driekwart van de eigen bijdrage kan worden kwijtgescholden.
Zie voor de wet tarieven in burgerlijke zaken www.wetten.nl.
Als op grond van een toevoeging door de Raad voor Rechtsbijstand rechtshulp is verleend, kan de
noodzaak voor het verlenen van rechtshulp worden aangenomen. Dit heeft tot gevolg dat voor de eigen
bijdrage in de kosten van rechtshulp en de bijkomende griffierechten etc. bijstand kan worden verleend,
zowel in bezwaar- als beroepsprocedures. Of het een zaak tegen de gemeente betreft is niet van belang.
Voor kosten van rechtshulp in strafrechtelijke procedures kan ook bijstand worden verleend, als er een
toevoeging door de Raad van Rechtsbijstand is verleend.
25) Reiskosten
Foldertekst
Zie kosten deelname maatschappelijk verkeer.
De hoogte van de vergoeding hangt af van de individuele situatie van de belanghebbende.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
24
26) Verhuiskosten
Foldertekst
De gemeente kan Bijzondere Bijstand verlenen voor een niet-voorziene noodzakelijke verhuizing.
Voorwaarde is echter wel dat u niet heeft kunnen reserveren en de mogelijkheid van een lening bij een
(krediet)bank eveneens niet aanwezig is. Van een noodzakelijke verhuizing is sprake wanneer daaraan
een medische of sociale indicatie ten grondslag ligt. Een medische noodzaak kan worden bepaald naar
aanleiding van een medisch indicatie. Een eventuele sociale noodzaak stelt de gemeente vast na
onderzoek door de bijstandsconsulent.
De hoogte van de verstrekking is afhankelijk van uw individuele situatie
-
GGD-advies (geldig voor deze specifieke vergoeding)
Sociale indicatie
Instructie
Verhuiskosten behoren in beginsel tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van
het bestaan waarvoor, behoudens bijzondere omstandigheden, geen afzonderlijke bijstand wordt
verstrekt. Men wordt geacht voor dergelijke kosten te reserveren dan wel een betalingsregeling te treffen.
Onder verhuiskosten worden verstaan: kosten die rechtstreeks verband houden met de verhuizing. Een
duidelijk voorbeeld daarvan zijn de kosten van de huur van een busje.
Met betrekking tot medisch geïndiceerde verhuizingen geldt de Wet Voorzieningen Gehandicapten
(WVG, als voorliggende voorziening. Het moet dan wel gaan om een situatie waarin de belanghebbende
aangeeft dat hij door lichamelijke beperkingen niet meer in de woning kan wonen. De WVG onderzoekt
of de woning kan worden aangepast op de beperking.
Verhuiskosten in verband met woningverbetering of krotopruiming worden vergoed via de
woningcoöperaties.
Indien in het kader van een voorliggende voorziening een eigen bijdrage wordt gevraagd, kan voor de
eigen bijdrage in beginsel bijzondere bijstand worden verleend.
Wanneer er sprake is van bijzondere omstandigheden kan bijzondere bijstand in de verhuiskosten
worden toegekend. In de volgende gevallen kan er vanwege bijzondere omstandigheden gesproken
worden van een noodzakelijke verhuizing:
medische noodzaak, deze kan worden bepaald naar aanleiding van een medisch attest. De sociale
noodzaak, wordt door de bijstandsconsulent vastgesteld.
Lening
Bijzondere bijstand in de kosten van een noodzakelijke verhuizing wordt verstrekt als lening en moet
worden aangevraagd in de gemeente van vertrek. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de
aanwezige draagkracht.
Sociale indicatie
Zie voor de handelswijze voor een sociale indicatie het kopje “Sociale indicatie” in het hoofdstuk
Richtlijnen verstrekkingen bijzondere bijstand.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
25
27) Woninginrichting/duurzame gebruiksgoederen
Foldertekst
Wanneer er sprake is van een niet-voorzienbare verhuizing en/of inrichting en de mogelijkheid om te
reserveren door bijzondere omstandigheden ontbrak én een lening bij een (krediet)bank wordt niet
verleend, dan kan de gemeente Bijzondere Bijstand voor deze kosten verstrekken. Bijzondere Bijstand
voor woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen wordt altijd als lening verstrekt. De gemeente
verstrekt mogelijk Bijzondere Bijstand voor onder andere:
- Witgoed;
- Meubilair;
- Linnengoed.
De hoogte van de lening is afhankelijk van de goederen waarvoor een verstrekking verleent dient
te worden.
Bewijsstukken:
Afhankelijk van uw individuele situatie
Instructie
In principe geldt dat voor de aanschaf en vervanging van duurzame gebruiksgoederen gereserveerd
dient te worden. Indien de belanghebbende tenminste beschikt over een inkomen op het niveau van het
sociaal minimum, dus ook indien men een algemene bijstandsuitkering ontvangt, wordt in principe
voldoende ruimte in het inkomen aanwezig geacht om hiervoor te reserveren. Via de algemene
normbijstand wordt dus tevens reeds bijstand verstrekt voor duurzame gebruiksgoederen.
Slechts indien een lening bij een (krediet)bank (voorliggende voorziening) niet mogelijk is, kan
een beroep worden gedaan op de WWB.
Indien de kosten/uitgaven niet voorzienbaar zijn geweest en de mogelijkheden om te reserveren door
bijzondere omstandigheden niet aanwezig waren en de mogelijkheid van een lening bij de GKB
eveneens ontbreekt, kan bijstand worden verleend in de vorm van een geldlening of borgtocht.
Dat de GKB niet in een lening kan voorzien moet blijken uit een brief van de kredietbank, waarin de
reden van de afwijzing staat vermeld.
Bij verzoeken om een geldlening moet worden onderzocht:
- of de aanschaf van het goed noodzakelijk is;
- de hoogte van het voorzienbaarheid van de uitgave;
- de reserveringsmogelijkheden;
- de mogelijkheid van een lening bij de GKB;
- het betoonde besef van verantwoordelijkheid voor de eigen bestaansvoorziening.
Hierover dient tevens gerapporteerd te worden.
Voor de hoogte van de verstrekking wordt aansluiting gezocht bij de bedragen zoals die door het NIBUD
worden gehanteerd.
De hoogte van de verstrekking is in principe nooit hoger dan datgene wat de belanghebbende in 3 jaar
kan aflossen (36* 10% van de geldende bijstandsnorm).
Verstrekking om niet kan in principe NOOIT plaatsvinden.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
26
28) Woonkostentoeslag huiseigenaren
Foldertekst
Als u bewoner bent van een eigen woning (of woonboot), dan kunt in aanmerking komen voor een
woonkostentoeslag. Deze woonkostentoeslag is in het leven geroepen om te voorkomen dat u hogere
woonlasten heeft dan iemand met een huurhuis en huursubsidie. Wanneer de woonkosten hoger zijn
dan de maximum huur voor huursubsidie in de huursubsidietabel, zal de gemeente de
woonkostentoeslag in beginsel slechts gedurende een jaar verstrekken. Voorwaarde daarbij is wel dat
men omziet naar goedkopere huisvesting waarvan de kosten beneden de maximale huur voor
huursubsidie liggen.
De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de individuele situatie.
Bewijsstukken:
Afhankelijk van uw individuele situatie
Instructie
a. Algemeen:
Bewoners van een eigen woning (of woonboot) kunnen ook in aanmerking komen voor een
woonkostentoeslag. Daarmee wordt bereikt dat zij, nu er voor deze categorie geen recht bestaat op
huursubsidie, hetzelfde deel van hun inkomen aan woonkosten voldoen als huurders. Ook de
woonkostentoeslag eigen woning wordt verstrekt als bijzondere bijstand.
Indien de woonkosten hoger zijn dan de maximum huur voor huursubsidie van de huursubsidietabel, kan
de woonkostentoeslag in beginsel slechts gedurende een jaar worden verstrekt.
Voorwaarde daarbij is dat men omziet naar goedkopere huisvesting waarvan de kosten beneden de
maximale huur voor huursubsidie liggen. Verlenging van de woonkostentoeslag is slechts mogelijk,
indien betrokkene in redelijkheid geen goedkopere woonruimte heeft kunnen verkrijgen. Dit zal bij een
nieuwe aanvraag beoordeeld dienen te worden.
De woonkosten waarmee bij de berekening van de woonkostentoeslag rekening wordt gehouden, zijn:
hypotheekrente (geen aflossing); eigenaarsdeel onroerende zaakbelasting (OZB); premie brand- en
opstalverzekering; waterschapslasten; rioolrechten; erfpachtcanons; groot onderhoud (voor-/naoorlogs);
onderhoud centrale verwarming.
En voorzover van toepassing:
liftinstallatie; algemeen beheer en administratie (bij flatgebouw en appartementen).
b. Hypotheekrente
De hoogte van de rentelasten wordt bepaald door het rentepercentage te vermenigvuldigen met de
restant hypotheekschuld.
c. Onderhoudsbedragen
Voor de hoogte van de mee te nemen onderhoudsbedragen wordt verwezen naar het normenboekje.
Ten aanzien van vooroorlogse woningen geldt een hoger bedrag.
d. Woonkostentoeslag
De berekeningswijze van de woonkostentoeslag is gelijk aan die bij huurwoningen. Dat geldt ook voor de
vraag in hoeverre met een eigen inkomen boven de norm en de inkomsten van huisgenoten rekening
moet worden gehouden. Zie hiervoor de vorige paragraaf.
Als voorwaarde bij de toekenning van een woonkostentoeslag geldt, dat de bewoner bij de
belastingdienst een verzoek om voorlopige teruggaaf moet indienen of een teruggave
'Inkomstenbelasting' en/of 'Premies volksverzekeringen' moet aanvragen. Dit in verband met de fiscale
aftrekbaarheid van te betalen of betaalde hypotheekrente.
Wanneer er een woonkostentoeslag is verstrekt, wordt de teruggave wegens hypotheekrente (als die
volledig betrekking heeft op het bijstandstijdvak) beschouwd als inkomen. Dit inkomen wordt verrekend
met de uitkering tot maximaal het bedrag dat aan woonkostentoeslag verstrekt is gedurende het
belastingjaar. Wanneer dit niet meer mogelijk is, dient door middel van het aanmaken van een
debiteurenpost de aflossing middels bijvoorbeeld een verlaging van de woonkostentoeslag bewaakt te
worden.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
27
Is er sprake van een teruggave in verband met hypotheekrente, terwijl geen woonkostentoeslag is
verstrekt, dan vindt er geen terugvordering plaats. Wanneer door de teruggave oververmogen ontstaat,
moet daarop worden ingeteerd.
e. Premies/subsidies aankoop eigen woning
De door het rijk verstrekte premies op de aankoop van een woning zijn bedoeld als een tegemoetkoming
in de verschuldigde bedragen voor rente èn aflossing. Deze premies dienen voor zover ze moeten
worden toegerekend aan de verschuldigde rentelasten, op het bedrag van de woonkosten en niet op de
woonkostentoeslag in mindering te worden gebracht. De toerekening dient plaats te vinden aan de hand
van de verhouding van de voor een bepaald jaar verschuldigde bedragen voor rente en aflossing.
Met de premies/subsidies wordt rekening gehouden als ze betrekking hebben op een periode van
bijstandsverlening.
f. Procedures/beschikking
Ter vaststelling van de woonkosten dienen bewijsstukken aanwezig te zijn, zoals: kopie hypotheekakte,
stand van de hypotheekschuld, kopie van het taxatierapport, beschikking van de belastingdienst inzake
rente teruggave en betalingsbewijzen.
In de toekenningsbeschikking woonkostentoeslag dienen de volgende verplichtingen te worden
opgenomen:
 indienen van een aangiftebiljet inkomstenbelasting;
 directe informatie bij ontvangst van de beslissing op het verzoek tot teruggave;
 medewerking om tot terugbetaling te komen van maximaal het ontvangen bedrag.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
28
29) Woonkostentoeslag huurders
Foldertekst
In een beperkt aantal gevallen kan de gemeente een woonkostentoeslag verstrekken om de
woonlasten te verlagen. Dit kan slechts als u om specifieke redenen niet of nog geen aanspraak kunt
maken op huursubsidie of de vangnetregeling. Er gelden strenge regels ten aanzien van de
woonkosten toeslag, de gemeente kan u hierover meer informatie geven.
De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de individuele situatie.
Bewijsstukken:
- huurspecificatie (vermeldt de hoogte van de huur en de eventuele huursubsidie)
Instructie
a. Algemeen
Ondanks de voorliggende voorzieningen van de Huursubsidiewet en Vangnetregeling huursubsidie kan
het voorkomen dat vanuit de bijzondere bijstand een bijdrage in de woonkosten moet worden verstrekt.
Bijvoorbeeld:
De huursubsidie is gelet op het inkomen te laag en er kan geen gebruik worden gemaakt van de
Regeling bijdrage woonlasten, omdat de daling in het inkomen kleiner is dan 20%;
wegens een huur boven de maximum huur bestaat er geen recht op huursubsidie;
verhuizing naar subsidiabele woning halverwege de maand.
Voor de berekening van de woonkostentoeslag wordt aangesloten bij de systematiek van de
Huursubsidiewet.
Er wordt geen woonkostentoeslag verstrekt wanneer deze minder bedraagt dan € 4,54 per maand
(overeenkomstig art. 22 Hw)
b. Te weinig huursubsidie wegens daling inkomen in het lopende jaar
Het betreft hier de situatie van een huurder die getroffen is door een tussentijdse daling van het inkomen
van hemzelf of een medebewoner, waardoor een reeds toegekende huursubsidie (gebaseerd op een
hoger inkomen) te laag is geworden. Of wanneer door het vertrek van een medebewoner de
huursubsidie te laag is geworden.
Wanneer de daling méér bedraagt dan 20% dan kan de huurder een beroep doen op de Vangnetregeling
huursubsidie en kan dus geen woonkostentoeslag worden verstrekt.
Bij een daling in het inkomen van minder dan 20% kan voor de duur van het resterende
huursubsidietijdvak een aanvullende woonkostentoeslag worden verstrekt.
c. Te hoge huur
Wanneer de huur van een woning hoger is dan de maximale huur voor huursubsidie, bestaat er geen
recht op huursubsidie. In dat geval kan voor de duur van één jaar woonkostentoeslag worden verstrekt.
Voorwaarde daarbij is dat men moet omzien naar een goedkopere woning. Dit wordt in de beschikking
opgenomen.
Indien betrokkene in redelijkheid geen goedkopere woonruimte kan verkrijgen, is verlenging van de
woonkostentoeslag mogelijk.
Er dient rekening gehouden te worden met het eventuele oververmogen/inkomen boven de
bijstandsnorm.
De te verstrekken woonkostentoeslag is aanvullend op het voor eigen rekening blijvende deel van de
woonkosten. Dat deel is gelijk aan het verschil tussen de maximumhuur in de Huursubsidiewet en de
daarbij behorende maximale huursubsidie.
d. Verhuizing halverwege de maand
Wanneer de belanghebbende op bijvoorbeeld de 15e van de maand een huis huurt, dan gaat de
huursubsidie pas in op de 1e van de volgende maand. In een dergelijk geval kan woonkostentoeslag
worden verstrekt over deze halve maand. Wel dient rekening te worden gehouden met de huursubsidie
die nog wordt ontvangen voor de oude woning gedurende de gehele lopende maand.
e. Nalatigheid aanvragen huursubsidie
Indien men te laat huursubsidie aanvraagt kan niet worden afgewezen omdat geen gebruik is gemaakt
van een voorliggende voorziening.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
29
Wel kan bijstand geheel of gedeeltelijk worden geweigerd omdat sprake is van tekortschietend besef van
verantwoordelijkheid. Bij deze overweging bepalen de individuele omstandigheden of en in welke mate
een woonkostentoeslag kan worden verstrekt.
f. Zelfstandige woonruimte
Evenals bij de huursubsidie kan er slechts een woonkostentoeslag worden verstrekt als men 18 jaar of
ouder is en zelfstandige woonruimte bewoont.
Van een zelfstandige woonruimte is sprake ingeval van: ééngezinswoningen, appartementen, flats e.d.
met een eigen toegang, toilet en keuken.
Bewoners van door de minister aangewezen wooneenheden (geen zelfstandige woonruimte) kunnen
echter wel in aanmerking komen voor huursubsidie/woonkostentoeslag.
Kamerbewoners, bewoners van verzorgingstehuizen/bejaardentehuizen komen niet voor een
woonkostentoeslag in aanmerking.
Bewoners van woonbotenkomen niet in aanmerking voor huursubsidie, woonkostentoeslag is wel
mogelijk.
g. Vaststelling hoogte woonkosten
art. 5 Hw
Uitgangspunt voor de vaststelling van de woonkosten c.q. de woonkostentoeslag is de 'subsidiabele
huur'. Dit is de kale huur minus de kosten van een eventuele garage en/of bedrijfskosten en vermeerderd
met de servicekosten, die voorkomen op de zgn. positieve lijst.
h. Gezamenlijke huur
Indien er sprake is van gezamenlijke huur dienen de woonkosten (=huur) naar evenredigheid te worden
vastgesteld.
Bij twee huurders is de in aanmerking te nemen huur dan 50%, bij drie 33,33% en bij vier 25% van de
totale huurprijs.
Van gezamenlijke huur kan worden gesproken als de woning door meer personen (geen partners,
huisgenoten of onderhuurders) is gehuurd met een gezamenlijk huurcontract.
i. Onderhuur/kostgangers
art. 5 lid 4 Hw
Als de huurder een deel van de woning heeft verhuurd aan een onderhuurder of kostganger wordt het
huurbedrag verminderd met een bedrag dat evenredig is met het gedeelte van de woning dat is
onderverhuurd. De uitkering wordt in deze gevallen bij de berekening van de woonkostentoeslag getoetst
aan de bijbehorende bijstandsnorm en maximale toeslag.
j. Geen dubbele korting
Ontvangt bovenstaande huurder een bijstandsuitkering, dan behoeft het huurbedrag niet verminderd te
worden. Bij de vaststelling van de hoogte van de toeslag is namelijk al rekening gehouden met het
kostenvoordeel.
Indien de bovenbedoelde huurder een andersoortig inkomen geniet, dient de vermindering van het
huurbedrag in verband met onderhuur of kostgangerschap wel plaats te vinden.
Bij de berekening van deze woonkostentoeslag wordt het andersoortig inkomen afgezet tegen de van
toepassing zijnde norm en volledige toeslag.
k. Oververmogen
Het vermogen boven het vrij te laten vermogen wordt volledig van de woonkostentoeslag afgetrokken.
l. Inkomen boven bijstandsnorm (surplus)
Het gedeelte van het inkomen (incl. dat van de partner) dat de geldende bijstandsnorm overtreft - het
surplus - wordt volledig op de theoretische woonkostentoeslag in mindering gebracht. Dat geldt ook voor
de woonkostentoeslag die wordt verstrekt in geval van een te hoge huur.
Om het surplus vast te stellen wordt het inkomen afgezet tegen de bijstandsnorm (basisnorm plus
volledige toeslag).
Volledige toeslag, omdat de inkomsten uit onderhuur/kostgangers worden meegenomen bij de bepaling
van de huurprijs en het inkomen van de medebewoners mee wordt geteld (zie onder).
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
30
m. Samenloop woonkosten en bijzondere bijstand bij inkomen boven de norm
Als er naast de woonkostentoeslag ook voor andere zaken bijzondere bijstand wordt aangevraagd, dan
kan het gedeelte van het surplus inkomen dat volledig wordt aangewend voor de woonkosten, geen
draagkracht opleveren. Over het resterende inkomen, dus na aftrek van de geldende norm en de extra
zelf te dragen woonlasten kan de normale draagkrachtberekening worden toegepast.
n. Inkomen medebewoners
Bij de vaststelling van de woonkostentoeslag wordt op dezelfde wijze rekening gehouden met inkomsten
van medebewoners als bij de bepaling van huursubsidie.
Onder medebewoner wordt verstaan een persoon die op hetzelfde adres als de huurder woonachtig is
en geen onderhuurder is of tot huishouden van de onderhuurder behoort.
Het inkomen van de huurder en alle medebewoners wordt bij elkaar opgeteld tot één rekeninkomen.
Het inkomen van kinderen tot 23 jaar wordt slechts meegenomen, zodra het meer bedraagt dan (bruto) €
4084,02 per jaar.
o. Premies op grond van premiebeleid
Bij de berekening van de huursubsidie worden alle belaste inkomsten in aanmerking genomen, dus ook
de op grond van het premiebeleid verstrekte premies.
Bij de vaststelling van de hoogte van de woonkostentoeslag blijven de premies buiten beschouwing. Dat
geldt ook wanneer er een woonkostentoeslag wordt verstrekt in geval van een huur die hoger is dan de
van toepassing zijnde maximumhuur. Wanneer iemand door de verstrekte premies minder huursubsidie
ontvangt, kan een aanvullende woonkostentoeslag worden verstrekt.
p. Woonkostentoeslag en studerende partner
Als de gezamenlijke huishouding waarvan één van beide partners een HBO-/WO-dagopleiding volgt
waarvoor studiefinanciering wordt verkregen, aanspraak maakt op een woonkostentoeslag, kan 50% van
de theoretische woonkostentoeslag worden verstrekt.
Er wordt slechts een volledige woonkostentoeslag toegekend als de opleiding noodzakelijk is en met
behoud van uitkering kan worden gevolgd.
q. Vorm van bijstand
In het algemeen wordt de woonkostentoeslag om niet verstrekt. Als er sprake is van een tekortschietend
besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan, wordt de woonkostentoeslag in
beginsel afgewezen. Ingeval van zeer dringende redenen, kan eventueel bijstand in de vorm van een
geldlening worden verleend.
r. Hoogte bijstand
De hoogte van de te verstrekken woonkostentoeslag wordt mede bepaald door de vermogenstoets en de
draagkrachtberekening. Het inkomenssurplus wordt volledig op de theoretische woonkostentoeslag in
mindering gebracht. Hetzelfde geldt voor vermogen boven de vermogensgrens.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
31
30) Ziektekosten bij particuliere verzekering
Foldertekst
Wanneer u een eigen bedrijf heeft, dan bent u volgens de ziekenfondswet (ZFW) verzekerd of u heeft
een particuliere ziektekostenverzekering. Dat hangt af van de hoogte van het inkomen. Als de zaken
minder goed lopen, moet er soms tijdelijk een beroep worden gedaan op de bijstand. Via de Bijzondere
Bijstand kunt u een gedeeltelijke vergoeding van de ziekenfondspremie of premie particuliere
ziektekostenverzekering aanvragen.
De hoogte van de verstrekking bijzondere Bijstand bedraagt het verschil tussen de premie
Ziekenfonds en Particulier.
Bewijsstukken:
- bewijs van de zorgverzekeraar
- polis particuliere ziektekostenverzekering
Instructie
Voor de kosten van een noodzakelijke particuliere ziektekosten- of arbeidsongeschiktheidsverzekering
kan bijzondere bijstand worden verstrekt. De hoogte daarvan wordt verkregen door de kosten van een
standaardpolis en de wettelijke eigen bijdrage bij elkaar op te tellen en daarop in mindering te brengen
de nominale premie en een eventueel surplus in het inkomen.
31) Identiteitskaart
Foldertekst
De wet de identificatieplicht verplicht iedereen vanaf 14 jaar om een identiteitsbewijs bij zich te dragen.
Om huishoudens met een minimum inkomen tegemoet te komen in de kosten voor een ID-kaart kunt
tot 31 december 2006 bijzondere bijstand aanvragen voor de aanschaf van deze kaart voor kinderen
tussen de 14 en 18 jaar. Deze kaart dient wel voor 31 december 2005 aangevraagd te zijn. Bovendien
kan voor de kosten van de benodigde pasfoto’s bijzondere bijstand worden aangevraagd
Meerderjarigen komen niet voor deze vergoeding in aanmerking. Vanaf 1 januari 2006 krijgen
personen die 14 jaar worden vanuit het rijk gratis een id-kaart verstrekt.
De hoogte van de vergoeding is gelijk aan de leges voor de Europese Identiteitskaart
vermeerderd met € 6,-- voor de benodigde pasfoto’s.
Bewijsstukken:
- kopie nota van de afdeling burgerzaken (of een kopie van het betreffende ID- document
Instructie:
Indien een kopie van het betreffende document wordt opgevraagd kan direct bezien worden of de
betreffende persoon in de leeftijdscategorie valt. Let hier bij op dat de leeftijd geldt van het moment van
afgifte van het document. Voor de benodigde pasfoto’s zijn geen bewijsstukken nodig aangezien
pasfoto’s noodzakelijk zijn voor het ID-document.
Wanneer iemand besluit een Paspoort aan te schaffen in plaats van de goedkopere ID-kaart dan worden
toch slechts de kosten voor de ID-kaart vergoed.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
32
32) Borgstelling
Algemeen
Belanghebbenden, die zich melden voor het aanvragen van een lening of schuldenregeling, worden
verwezen naar de GKB. De GKB is een voorliggende voorziening.
Onder borgstelling wordt verstaan het sluiten van een overeenkomst tussen de dienst en de GKB,
waarbij de dienst zich verbindt de aflossingen en bijkomende kosten van een GKB-lening van een
belanghebbende te voldoen, wanneer laatstgenoemde in gebreke blijft.
Als borgstelling wordt verleend, gebeurt dit op basis van bijzondere bijstand. Borgstelling komt meestal
voor bij de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen. De GKB stuurt een aanvraagformulier voor de
borgstelling naar de dienst.
Beoordeling GKB
De GKB beoordeelt de aanvraag om een geldlening op grond van de volgende criteria:
minderjarigheid/meerderjarigheid
- aflossingscapaciteit
- kredietverleden
- lopende inhoudingen
- doel van de lening.
De looptijd van de lening wordt door de GKB in het algemeen vastgesteld op 36 maanden. In bijzondere
omstandigheden kan hiervan worden afgeweken, zowel naar boven als naar beneden.
De borg aanspreken
Indien belanghebbende niet aan zijn aflossingsverplichting voldoet wordt hij door de GKB in gebreke
gesteld. De GKB stelt de borg (de dienst) daarvan tegelijkertijd middels een kopie op de hoogte. Als de
betaling door belanghebbende nog uitblijft, dan spreekt de GKB de borg aan, door de borg te sommeren
de volledige openstaande schuld aan de GKB te voldoen. De dienst vordert daarna de schuld terug van
belanghebbende.
Aanvullende bijstand
Als het door de GKB gevraagde maandelijkse rente- en aflossingsbedrag hoger is dan de ruimte in het
inkomen (na aftrek van maximaal de beslagvrije voet), kan voor het meerdere aanvullende bijzondere
bijstand worden verstrekt. Voor personen met een bijstandsuitkering wordt 6% van de geldende norm
(inclusief VT) als ruimte in het inkomen beschouwd. Aanvullende bijstand is alleen mogelijk indien de
lening is aangegaan in verband met de aanschaf voor duurzame gebruiksgoederen. Voor de hoogte van
het aflossingsbedrag wordt verwezen naar het normenboekje.
Tussentijdse wijziging in de hoogte van de aanvulling is mogelijk.
Onderzoek dienst
Bij verzoeken om borgstelling of om aanvullende bijstand voor rente en aflossing moet worden
onderzocht:
- of de kosten van het duurzame gebruiksgoed behoren tot de algemeen noodzakelijke kosten van het
bestaan;
- of de aanschaf van het goed noodzakelijk is;
- de hoogte van het benodigde bedrag;
- de voorzienbaarheid en de reserveringsmogelijkheden;
- het betoonde besef van verantwoordelijkheid voor de eigen bestaansvoorziening.
Bij de bepaling van de aanvullende bijstand worden verstrekte incentive-premies en
arbeidskostenvergoedingen niet meegenomen.
Inhouding/doorbetaling
Rechtstreekse betaling (door middel van inhouding aan de GKB vindt in ieder geval plaats als er sprake
is van een borgstelling of aanvullende bijstand voor de aflossingen. Bij het verzoek om aanvullende
bijstand of borgstelling wordt een machtiging overgelegd.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
33
33) PGB
Foldertekst
De gemeente Hellevoetsluis heeft een Persoonsgebonden Budget (PGB) in het leven geroepen voor
zogenaamde kwetsbare doelgroepen met een inkomen op of rond het Wettelijk Sociaal Minimum. Het
Persoonsgebonden Budget voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen. Dit budget stelt de
doelgroep in staat om extra kosten te dragen.
Indien iemand een PGB heeft ontvangen komt hij of zijn niet langer in aanmerking voor vergoeding van
de hierboven genoemde kosten.
Om voor dit Persoonsgebonden Budget in aanmerking te komen gelden voor Chronisch Zieken en
Gehandicapten de volgende criteria:
- Ouder dan 18 jaar en;
- Gedurende een jaar 65% tot 100% arbeidsongeschikt en/of;
- Gebruikmakend van langdurige thuiszorg (langer dan 6 maanden) en/of;
- Het ontvangen van een voorziening op grond van de Wet Voorzieningen Gehandicapten in het
voorgaande jaar.
Voor Ouderen geldt alleen de leeftijd van 65 jaar als criterium. Voor beide doelgroepen geldt dat het
inkomen gedurende het voorgaande jaar niet hoger is geweest dan 110 % van het Wettelijk Sociaal
Minimum.
Hoogte van de verstrekking:
De hoogte van het Persoonsgebonden Budget voor 2005 is:
- € 450,00 voor gehuwden;
- € 300,00 voor alleenstaanden en alleenstaande ouders.
De gemeente keert het Persoonsgebonden Budget één keer per jaar uit. Wanneer u in beide
doelgroepen valt, kunt u slechts eenmaal aanspraak maken op dit Persoonsgebonden Budget
Instructie
Op basis van artikel 35 lid 3 heeft het college besloten categoriale bijzondere bijstand te verstrekken aan
de bovengenoemde doelgroep.
Het gaat dan vooral om de zogenaamde “verborgen” kosten. Dit zijn kosten voor zaken die zowel voor
mensen met een chronische ziekte of handicap, en ouderen een kostenpost zijn, maar waarvan de
kosten voor mensen die tot deze doelgroep behoren, vaak hoger liggen. Beperkte mobiliteit en/of
verminderde energie noodzaken betrokkenen tot het inroepen van hulp en dienstverlening van familie,
buren, vrienden of andere vrijwilligers. Bij verborgen
kosten moet men bijvoorbeeld denken aan:








hogere telefoon- en portikosten i.v.m. het regelen van aangelegenheden
rondom de beperking of ziekte;
extra kosten in verband met voedingsmiddelen;
extra kosten in verband met energieverbruik;
extra kledingslijtage;
verhoogde (risico)premies;
extra kosten in verband met klusjes rondom huis;
bloemetje mantelzorg;
lidmaatschapskosten van belangenverenigingen en/of patiëntenorganisaties.
Het persoonsgeboden budget wordt een keer per jaar uitgekeerd. Categoriaal waar mogelijk of
incidenteel op aanvraag.
Voor een verstrekking PGB is geen vermogenstoets nodig.
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
34
Bijlage 1: De Rapportage en beschikking:
De rapportage is een belangrijk deel van het toekennings- dan wel afwijzingsbesluit. In deze rapportage
dienen alle aspecten die in de afweging een rol spelen meegenomen toe worden. Een goede opbouw in
de rapportage is dan ook van groot belang.
Wanneer er sprake is van een reguliere verstrekking die opgenomen is in de verstrekkingen lijst kan
volstaan worden met een relatief korte maar volledige rapportage. Ten aanzien van een verstrekking op
basis van individualisering dient deze rapportage zeer uitgebreid te zijn conform de uitgangspunten die in
deze werkinstructie zijn genoemd.
Rapportage checklist aanvraag bijzondere bijstand
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Doelgroepbepaling middels draagkrachtberekening?
Van welke voorliggende voorziening kan de klant wel of niet gebruik maken?
Versnelde of reguliere procedure?
Aanvraag binnen een jaar?
Benodigde bewijsstukken?
Alleen meerkosten?
Verstrekking uit verstrekkingenlijst of individualisering/sociale indicatie?
a. Waarom kan er geen aanspraak gemaakt worden op een voorliggende voorziening
b. Is er een GGD-advies
c. Wat is het nut en de noodzaak van de verstrekking
d. Zijn er overige bewijsstukken dan wel adviezen van derden
e. Verstrekking als lening of om niet
f. Is de verstrekking akkoord bevonden door de coördinator
g. Is de database individualisering geraadpleegd en wat zijn de bevindingen
8. Is de instructie gevolgd?
9. Staat alle noodzakelijke informatie in de beschikking
a. Draagkrachtberekening
b. Hoogte van de verstrekking
c. Om niet of als lening
d. Artikel van de WWB
e. Melding doel uitkering en gevolgen bij onjuiste uitgave
f. Bezwaarclausule
Werkinstructie verstrekkingen bijzondere bijstand WWB maart 2005
Pagina
35
Download