PNI Katern Binnen de Psycho-Neuro-Immunologie (PNI) bestaan er een aantal stromingen, die ieder op zich een meerwaarde bieden.De PNI binnen dit katern kan worden beschouwd als PNI in ruimere zin, waarbij alle processen in het menselijk lichaam uiteindelijk invloed hebben op het (epi)genetisch metabolisme. Zo ook, voeding in al zijn vormen. Dit magazine beschouwt PNI als een deel van de wetenschap van regeneratieve geneeskunde. Een wetenschap die ook voeding, beweging en andere natuurlijke en niet-natuurlijke interventies als klinisch waardevol beschouwt; interventies die via regulatie van communicatiemechanismen (PNI) het (epi)genetisch proces positief kunnen beïnvloeden. Bram van Dam en Leo Pruimboom dragen de PNI-kennis uit in o.a. hun werk als docent aan diverse internationale opleidingsinstituten en universiteiten. In samenwerking met Van Nature zijn in 1999 de opleidingen ‘Orthomoleculair therapeut volgens klinische Psycho-Neuro-Immunologie’ opgericht. Zo wordt hun waardevolle kennis aan medici en paramedici overgedragen. Binnen het PNI-Katern treft u uitsluitend PNI-artikelen aan, onder wetenschappelijke verantwoordelijkheid van Bram van Dam en Leo Pruimboom. De wetenschap die zij uitdragen verschilt van de klassieke PNI door het feit dat ze de PNI in ruimere zin toepassen in de kliniek en factoren zoals voeding, beweging en stoornissen van viscerale organen erbij betrekken. Stress is veel meer dan psychologische belasting: het is ook de belasting door foutieve voeding, milieufactoren en vele andere belastingsfactoren. Dit is reden voor het feit dat we spreken over klinische PNI. colofon Prof. dr. Bram van Dam (biochemicus, fysioloog, theoloog, invited associate professor aan de universiteit van Gerona en Lissabon) Leo Pruimboom (fysiotherapeut, fysioloog, invited associate professor aan de universiteit van Gerona) Reageren: [email protected] 24 Van Nature nr. 11 - 2008 kliNisch coNcept Tekst het skelet: spiegel van de osteo-immunologische as Fysiologie en klinische implicaties Robert van Esch (1968) heeft reeds enkele jaren een praktijk in de integrale geneeskunde, waarin hij klinische psycho-neuro- robert van esch immunologie (kPNI) integreert met ayurvedische geneeskunde en mesologie. het skelet is meer dan een beschermer van vitale organen en weefsels. botten en beenderen herbergen bijvoorbeeld het weefsel dat stamcellen voortbrengt. het beenmerg is de kraamkamer van het lichaam waar diverse bloedcellen worden gevormd, zonder welke leven niet mogelijk is. de solide bescherming van botcellen tegen fluctuaties in het interne milieu is hierbij van fundamenteel belang. het skelet heeft als mineralendepot bovendien een voorname functie bij de handhaving van een stabiele zuurgraad, die één van de peilers vormt waarop de homeostase van het interne milieu gefundeerd is. botcellen, adipocyten en immuuncellen maken deel uit van dezelfde familie, die haar oorsprong heeft in het beenmerg. in deze overeenkomst schuilt het ontstaan van de skeletgerelateerde pathosfysiologie, die onderhevig is aan combinaties van nutritionele gebreken, neuro-endocriene verstoringen en ongunstige levenstijl. Momenteel volgt hij de masteropleiding klinische PNI aan de universiteit van Gerona. Robert is woonachtig te Utrecht. Het skelet, dat uit meer dan tweehonderd verschillende botten en beenderen bestaat, is opgebouwd uit been- en kraakbeenweefsel. Kraakbeencellen of chondrocyten vormen de elastische component die flexibel en Botten worden gevormd door beencellen of osteocyten, minerale zouten toch stevig is. De chondrocyten zijn rijk aan water, glycogeen en vet en en een intracellulaire substantie, het osteoïd, dat collageen en een liggen ingebed in een intracellulaire substantie die eveneens water- waterrijke substantie bevat. De minerale zouten zijn gefixeerde verbin- rijk is en nauwelijks bloedvaten of zenuwen bevat. Het beenweefsel dingen van calcium, magnesium, kalium, natrium, chloor en fluor. is echter rijkelijk voorzien van bloedcapillairen en zenuwuitlopers als Deze zorgen samen met het collageen voor de kenmerkende stevigheid locatie en functie hierom vragen. Kleine botten die veel beweeglijk- van botten. Gespecialiseerde mesenchymcellen uit het beenmerg, de heid nodig hebben, zoals wervels, gewrichtskoppen, middenhands- en osteoblasten, synthetiseren uit eiwit- en suikerketens het osteoïd, dat middenvoetsbeentjes, hebben een sponsachtige matrix (spongiosa) vervolgens geresorbeerd kan worden door osteoclasten. Wanneer een met veel doorbloeding. Lange beenderen, zoals het os femoris in het osteoblast zich heeft ingekapseld in het osteoïd, vormt dit zich om tot dijbeen, kennen meer massief bot (compacta). Compact botweefsel is een minder actieve osteocyt die voeding ontvangt vanuit matrixkanaal- te vinden in alle schachten van pijpbeenderen en grotendeels in de tjes, de canaliculi. Deze canaliculi staan in verbinding met capillairen schedelplaten. Om inwerking van buig- en rotatiekrachten het hoofd in het botweefsel en garanderen de osteocyten lokale stofwisseling en te kunnen bieden zijn de beenderschachten hol. In zowel de schachten communicatie met naburige soortgenoten. Osteocyten hebben voorna- als de spongiosa bevindt zich het bloedvormende systeem dat gewoon- melijk een depotfunctie voor calcium- en fosfaationen. >> lijk als beenmerg wordt aangeduid. De stamcellen van het beenmerg maken deel uit van het reticulo-endotheliale systeem. Deze stamcellen differentiëren tot rode en witte bloedcellen en verschijnen zo in het bloedplasma. In de loop van het volwassen leven verschuift de bloedvorming bij de mens van pijpbeenderen meer richting platte beenderen. Door de vetophoping in de schachten wordt het beenmerg daar meer ‘geel’ dan ‘rood’ [1,2]. pNi katerN Van Nature nr. 11 - 2008 25 Osteoblasten en osteoclasten zijn in tijd, ruimte en functie nauw op elkaar afgestemd en bepalen de turn-over en snelheid van remodeling waaraan het skelet onderhevig is. De dichtheid van de trabeculaire en corticale botstructuren waaruit het weefsel is opgebouwd, wordt aldus bepaald door het samenspel tussen osteoblasten en -osteoclasten. Corticaal bot dat zich in verticale richting als schors manifesteert, bereikt een optimale dichtheid tussen het 35e en 50e levensjaar. Trabeculair bot, dat kruislings structuur vormt, bereikt dit enkele jaren eerder. Na deze piek of plateaufase ontstaat langzaam een negatieve balans, waarbij osteoclasten de overhand krijgen [3,4]. Adipocyt Mesenchymale stemcel Myeloïde precursor Dendritische cel Osteoclasten zijn op macrofagen gelijkende cellen met meerdere kernen, voortgekomen uit het beenmerg. Door secretie van organische zuren, zoals citroenzuur en melkzuur, zijn ze in staat minerale verbindingen op te lossen. Afgifte van eiwitafbrekende hydrolasen zorgen daarnaast Stromale cel voor verdere osteolyse. De osteoclastenfunctie is aan een groot aantal Pre-osteoblast Macrofaag Pre-osteoclast stimulerende en remmende factoren onderhevig. Stimuli zijn bijvoorbeeld parathormoon (PTH), 1,25-dihydroxyvitamine-D3 (1,25(OH) D3), prostaglandine E2 (PGE2), thyroxine, vitamine A (retinol) en pro- Osteoblasten Osteoclasten inflammatoire factoren. Calcitonine en anorganisch fosfaat zijn belangrijke inhibitoren. Opvallend is dat osteoblasten ook receptoren bezitten voor PTH en 1,25(OH)D3, waardoor deze stimuli eveneens osteogenese kunnen bewerkstelligen. Bovendien bevat botweefsel specifieke mole- Bot culen met paracriene en autocriene eigenschappen, zoals IGF en TGFbèta, die bij osteolyse osteoblasten kunnen activeren. Tevens bezitten Osteocyt osteoblasten receptoren voor oestrogenen en testosteron [4]. Ofschoon de invloed van deze hormonen op het botmetabolisme aanzienlijk is, wordt het RANK/RANKL/OPG-systeem steeds vaker beschouwd als het speelveld waar de bothomeostase gereguleerd wordt. Figuur 1. Stamceldifferentiatie. Parathormoon RANKL "Het RANK/RANKL/OPG-systeem blijkt het scharnier waarmee de schommel van de bothomeostase heen en weer beweegt tussen osteogenese en osteolyse" Osteoclast precursors RANK raNk/raNkl/opg Osteoclasten ontspringen uit dezelfde stamcellen als dendritische Osteoblast Osteoprotogerine Osteoblast cellen, monocyten en macrofagen (zie figuur 1). Na stimulatie door een bindingsmolecuul of ligand, afgegeven door osteoblasten en door macrophag-colony-stimulating factor (M-CSF), differentiëren stamcellen zich tot osteoclasten. Onder fysiologische omstandigheden Figuur 2. Het RANK/RANKL/OPG systeem.De botdichtheid is afhankelijk van de produceren osteoblasten, die dezelfde precursor kennen als adipocyten modulatie en inhibitie van IL-6, INF-gamma, TNF-alfa en NF-kB die de balans en erytrocyten, het ligand (RANKL) dat zich onder invloed van de pro- tussen osteoblasten en osteoclasten reguleren. inflammatoire transsciptiefactor nuclear factor kappa bèta (NF-kB) bindt aan de receptor voor actief NF-kB (RANK) op de precursorcellen van osteoclasten. Dit gebeurt onder invloed van de pro-inflammatoire transscriptiefactor nuclear factor kappa bèta (NF-kB). Expressie van RANKL wordt eveneens aangetroffen in lymfeknopen, thymus, longweefsel en milt. NF-kB heeft een sleutelpostie bij de binding van het ligand RANKL aan de receptor die gevoelig is voor NF-kB (RANK). 26 Van Nature nr. 11 - 2008 o iNsd ek ecs No te N z icNeg k lWi N ctg h pt RANK = Receptor voor actief NF-kB RANKL = Ligand dat zich o.i.v. NF-kB Het is dan ook niet onlogisch dat zowel ongerijpte als gerijpte oste- bindt aan de receptor voor oclasten eveneens receptoren bezitten voor cytokinen. Zo is sprake actief NF-kB van belangrijke invloed van pro-inflammatoire cytokinen, zoals IL-1, IL-6, IL-11 en TNF-alfa, bij de ontwikkeling en differentiatie van osteoclasten. Anti-inflammatoire prostaglandines en modulerende cytokinen, zoals IL-4, IL-10 en TGF-bèta, kunnen op dezelfde wijze groei ceren interleukinen en interferonen en deze activeren weer monocyten en differentiatie van osteoclasten afremmen [5,6,7,8]. en macrofagen. Daarom kan over- of onderactivatie van T-regulatiecellen (Treg) verstoring in de balans tussen T-helpercellen (Th1 en Th2) Naast RANKL produceren osteoblasten osteoprotegerine (OPG), wat veroorzaken en het botmetabolisme ongunstig beïnvloeden. Tenzij letterlijk ‘beschermer’ of ‘hoeder’ van botweefsel betekent. OPG is een sprake is van een postmenstruele levensfase of aangeboren genetische bindingsmolecuul dat de werkzaamheid van RANKL op RANK kan defecten, kunnen externe factoren hetzelfde doen en zo osteoporose en blokkeren en tevens wordt aangetroffen in hart, nieren, lever en milt. een verhoogde kans op botfracturen veroorzaken. Productie van RANKL is ook geconstateerd bij actieve T-lymfocten, die onder invloed van interferon gamma (INF-gamma) en via Tumor darmdysbiose necrosis factor Receptor-Associated Factor 6 (TRAF-6) de werkzaam- De symbiotische gastro-intestinale flora heeft de eigenschap om heid van NF-kB op RANK stimuleren. De INF/TRAF-6 cascade is via Treg dominantie van non-inflammatoire T-helpercellen af te overigens dezelfde weg waarvan cytokinen zich bedienen. dwingen in het darmlumen. Diverse lichaamsvriendelijke bacterieculturen die normaliter deel uitmaken van de intestinale Het RANK/RANKL/OPG-systeem blijkt het scharnier waarmee de mucosa, zijn in staat Treg te moduleren. Via het Gut-Associated schommel van de bothomeostase heen en weer beweegt tussen osteo- Lymphoid Tissue (GALT), dat in directe verbinding staat met het genese en osteolyse (zie figuur 2). gehele lymfestelsel, kunnen zij indirect een systemische respons induceren [11]. Tegelijkertijd verenigt het in embryogenetische en fysiologische zin het botmetabolisme met het immuunsysteem. Deze osteo-immunologische as is hoogstwaarschijnlijk de dominante route waarlangs steroïdhormonen en vitamine D hun werking uitoefenen op de botdichtheid. Via modulatie en inhibitie van factoren als IL-6, INF- "Langdurige dysbiose in combinatie met progressieve hyperpermeabiliteit van de darmwand, is een permanente immuunstressor van het botmetabolisme" gamma, TNF-alfa en NF-kB kunnen zij de balans tussen osteoblasten Hetzelfde, maar dan in tegenovergestelde richting, geldt voor invasie en osteoclasten beïnvloeden [5,9,10]. van pathogene bacteriën, accumulatie van gisten en schimmels, virale Gezien de prominente aanwezigheid van cytokinen bij het functioneren of parasitaire infectie en intolerantie of allergie voor voedingsbestand- van RANK/RANKL/OPG is T-celregulatie onlosmakelijk verbonden delen lokken eveneens een systemische respons uit, zij het in tegen- met de bothomeostase (zie figuur 3). Lymfocyten induceren en produ- overgestelde richting: via Treg stimuleren zij T-cellen tot afgifte van pro-inflammatoire cytokinen en interleukinen. De cross-talk tussen afweereiwitten, signaalmoleculen en transcriptiefactoren verplaatst zich vervolgens van het maagdarmkanaal naar andere weefsels, waaronder het bot. Gerijpte osteoclasten worden actief nadat precursors T-cel vanuit de circulatie in het bot aankomen, mogelijkerwijs via migratie Osteoclast precursor + IL-1 IL-6 TNF-alfa RANKL door endotheelweefsel. Langdurige dysbiose in combinatie met RANKL RANK Osteoprotogerine + - + progressieve hyperpermeabiliteit van de darmwand, plaatst het GALT onder toenemende druk, waardoor het vervolgens een permanente immuunstressor wordt van het botmetabolisme [5,12]. TNF-alfa Steroïde + Daarnaast blijkt RANKL niet alleen de functie van osteoclasten te reguleren, maar blijkt het ook in staat de functie van zustercellen, in dit geval dendritische cellen, te beïnvloeden. Bij chronische ontstekingsprocessen bevordert RANKL de overleving van dendrieten en de Apoptose Osteoblast Osteoclast manifestatie van pro-inflammatoire cytokinen [5,13,14]. >> Figuur 3. Immuunsysteem en bothomeostase. pNi katerN Van Nature nr. 11 - 2008 27 factoren, daar 25(OH)D betrokken is bij de intestinale opname van fosfor en calcium. Bovendien worden receptoren voor de biobeschikbare vorm 1,25(OH)D3 aangetroffen op zowel osteoblasten als osteoDendritische cellen, gespecialiseerd in het presenteren van antigenen clasten. Ook mag de invloed van 1,25(OH)D3 op het immuunsysteem aan immuuncompetente cellen, zijn actief in het zenuwstelsel. Ze in relatie tot de bothomeostase niet onderschat worden. De module- creëren met hun lange uitlopers verbindingen in het hele lichaam en rende eigenschap van 1,25(OH)D3 bij expressie van vele componenten zijn zo in staat maag en darmen te verbinden met het skelet. Immu- van het immuunsysteem, zoals diverse interleukinen, IFN-gamma, nologische verstoringen in het maagdarmkanaal kunnen aldus langs TNF en NF-kB, kan de werkzaamheid van osteoblasten en -clasten diverse kanalen de relatieve balans van het RANK/RANKL/OPG beïnvloeden via de osteo-immunologische as. systeem in botweefsel provoceren. "Een hoge triglyceridenwaarde, schommelende bloedsuikerspiegels en verstoorde insulineregulatie promoten stamcellen richting adipocyten in plaats van osteoblasten" Een lage spiegel van 25(OH)D kan aanleiding geven tot diverse biochemische verstoringen met vertraagde osteogenese, versnelde osteolyse, botvergroeiing of verhoogde kans op fractuurvorming tot gevolg. Factoren die verminderde lichaamsproductie van 25(OH)D kunnen induceren, zijn premature geboorte, zwangerschap, getinte tot donkere huidskleur, wonen op het noordelijke halfrond boven Metabole acidose de 37e breedtegraad, veelvuldig gebruik van zonnebrandcrème met Het lichaam functioneert het beste bij een stabiele zuurgraad (pH) beschermingsfactor bij blootstelling aan zonlicht en het weinig of van het arteriële bloed. Biologische processen produceren voortdurend geheel bedekt met kledij in de buitenlucht vertoeven, zijn factoren die stoffen die de pH beïnvloeden en die geneutraliseerd worden door verminderde lichaamsproductie van 25(OH)D kunnen veroorzaken alkalische mineralen uit de voeding. Gebrekkige inname van mine- [16,17]. Terwijl het lichaam 25(OH)D gebruikt voor intestinale calcium- raalrijk vers fruit, gedroogde vruchten en verse groenten samen met absorptie, gebruikt het vitamine K om de renale calciumexcretie te dagelijkse consumptie van fosfaatrijke, dierlijke eiwitten en zwavel- beperken. Voorts is vitamine K als essentiële cofactor betrokken bij de houdende granen, kunnen op termijn de status en de verhouding van synthese van calciumbindende eiwitten die actief zijn bij het proces de mineralenhuishouding verstoren en verzuring van metabolische van botmineralisatie. Ofschoon de enkelvoudige naam anders doet processen in de hand werken. Vlees, eieren, granen, kaas en andere vermoeden, bestaat vitamine K uit een groep van vetoplosbare mole- melkproducten veroorzaken na inname, absorptie en vertering meer culen: phylloquinonen (K1), menaquinonen (K2) en menadionen (K3). pH-verlagende dan basische reacties in het lichaam, terwijl verse Vitamine K2, dat vooral in gefermenteerde plantaardige producten vruchten, groenten, peulvruchten, knolgewassen en noten grotendeels voorkomt is de meest potente vorm die bij de osteogenese betrokken de pH verhogen of neutraliseren [15]. Daar het hedendaagse menu van is. Voor zover bekend, ontleent K2 zijn bestaan aan de conversie van de gemiddelde West-Europeaan rijk is aan zuurvormende voedings- de andere vormen. Vitamine K1, fyto-nadion, komt voor in groene middelen en relatief arm aan basevormende voedingsmiddelen, komt groenten en het kan alleen geproduceerd worden met behulp van foto- de pH in de loop van het volwassen leven onder druk te staan. Voortdu- synthese. Aangezien fotosynthese bij mensen niet voorkomt - hoewel rende neiging richting een metabole acidose is een gegeven. Longen, de lichaamsproductie van vitamine D hier wel op lijkt - en wel gebruike- huid, nieren en botweefsel compenseren de acidose door inbreng van lijk is in de plantenwereld, zijn mensen voor hun lichaamsbehoefte K2 neutraliserende ionen, zoals CO2, H2O en calcium. De calciumdepots volledig afhankelijk van plantaardig voedsel. Temeer daar vitamine K1 in osteocyten worden aangesproken door verhoogde activiteit van oste- uit geconsumeerde planten, met hulp van intestinale bacterieculturen, oclasten. De langdurige, low grade metabole acidose verhoogt voorts de gedeeltelijk kan worden omgezet naar K3, die weer als provitamine afgifte van RANKL en M-CSF en remt de functie van osteoblasten [5]. kan dienen voor K2. Algen en groene bladgroenten zijn voor de mens Tevens vindt subklinisch verhoogde afgifte plaats van PTH en PGE2. de rijkste bronnen van vitamine K. Vooral spinazie, sla, broccoli en Kwalitatieve devaluatie van de botdichtheid is het gevolg. groene asperges zijn rijk aan K1. Bloedverdunners, zoals coumarine- lage spiegels van vitamine d en k heid van vitamine K en kunnen daarom de behoefte verhogen. Lage De dominante mineralen, betrokken bij de osteogenese, zijn magne- consumptie van ‘groenvoer’ garandeert in ieder geval lagere spiegels sium, fosfor en calcium. Ze staan in vaste verhouding tot elkaar. Hoge van K2 en dus kans op verminderde botmineralisatie [18,19]. derivaten, hebben een antagonistische werking op de werkzaam- inname van fosfor en calcium, verminderde absorptie van calcium en een relatief lage inname van magnesium, zoals waar te nemen in het hormonale verstoringen West-Europese voedingspatroon, kan de samenstelling van de botma- Het lichaam kent een aantal systemen dat invloed uitoefent op het trix verstoren. Vitamine D (25(OH)D) of cholecalciferol - feitelijk een botmetabolisme, namelijk de Hypothalamic Pituitary Adrenal (HPA), lichaamseigen steroïdhormoon - is hierbij één van de invloedrijke de Hypothalamic Pituitary Thyroid (HPT) en de Hypothalamic Pituitary Gonadal (HPG)-axis. Deze neuro-endocriene paden kennen 28 7 --2007 Van Nature nr. 11 2008 oiN g ecNoeN zc iN k lW iN sd ch eg pt gemeenschappelijke stations waar ze elkaar kruisen en beïnvloeden. De HPA-as, ook wel stress-as genoemd, vertegenwoordigt de wisselwerking tussen het centrale zenuwstelsel, de hypothalamus, hypofyse, bijniermerg en bijnierschors, bij de verwerking van en reactie op sensorische prikkels. Exogene of endogene waarneming van stressoren wordt biochemisch vertaald in afgifte van diverse hormonen, zoals cytokinen, CRH, ACTH, catecholaminen en glucocorticoïden. Milde stressverwerking kan al leiden tot functioneel verhoogde spiegels van cytokinen, catecholaminen en cortisol. Chronische overstimulatie van de HPA-as zorgt echter voor hypersecretie van cortisol en een verlaagde spiegel van DHEA, een ander bijnierschorshormoon dat omgekeerd evenredig aan cortisol afgegeven wordt. Emotionele en fysieke traumata, chronisch slaapgebrek, overtraining en sociale stress en medicinaal gebruik van corticosteroïden, kunnen hyperactiviteit van de HPA-as induceren. Een chronisch verhoogde cortisolspiegel kan directe gevolgen hebben voor de calciumhuishouding, daar glucocorticoïden de intestinale calciumabsorptie en renale reabsorptie onderdrukken. Bovendien bevorderen zij, net als pro-inflammatoire cytokinen, de apoptose van osteoblasten en osteocyten en verlengen zij de levensduur van osteoclasten. Tevens onderdrukken zij de afgifte van DHEA, de precursor van androgenen "De geslachtshormonen zijn de belangrijkste regulatoren van de bothomeostase" en oestrogenen. Indirect stimuleren corticosteroïden de HPT-as tot afgifte van PTH. Voorts is cortisol in staat de productie van schild- adipositas klierhormoon trijoodthyronine (T3) te reduceren door onderdrukking In functie en ontwikkeling vertonen osteoblasten en adipocyten veel van het enzym dejodinase [20,21,22]. overeenkomst. Beide zijn afkomstig van dezelfde precursor uit het beenmerg en hebben in het weefsel waar ze actief zijn een anabole Naast bijschildklierhormoon PTH spelen ook schildklierhormonen taak te vervullen. In deze overeenstemming ligt de connectie tussen een rol van betekenis bij de bothomeostase. Het meest potente osteolyse en adipositas. Adipositas of obesitas kenmerkt zich door hormoon T3 en TSH, afgegeven door de hypofyse, zijn de voornaamste relatieve groei en toename van adipocyten (adipocytose) in relatie modulatoren van het botmetabolisme. Langdurige onderactiviteit van tot andere celsoorten en is een oprukkend fenomeen in de westerse de HPT-as of hypothyreoïdie wordt in verband gebracht met vermin- samenleving. Afhankelijk van het milieu waarin het beenmerg zich derde botdichtheid. Naast een gestegen cortisolspiegel kunnen onder bevindt, differentiëren stamcellen tot osteoblasten of adipocyten. Hoge andere vasten, metabole acidose, belasting met zware metalen en bloedspiegels van vrije vetzuren, verstoorde insulineregulatie en sterk chemicaliën, lever- en nierziekten, zink- en seleniumgebrek (belang- schommelende glucosespiegels dwingen stamcellen tot de ontwikke- rijke componenten van dejodinase), hypothyreoïdie induceren [22]. ling van adipocyten ten koste van osteoblasten. Zij doen dit door de aanwezigheid van een specifieke receptor: PPAR-gamma. Zoals vermeld, is een verhoogde productie van corticoïden gekoppeld aan verminderde secretie van DHEA, die normaliter wordt geconver- De PPAR’s zijn nucleaire receptoren die vetzuren als hun ligand teerd naar geslachtshormonen. Geslachtshormonen, die fundamentele beschouwen. Van de drie soorten is PPAR-gamma betrokken bij schakels zijn in de HPG-as, zijn de belangrijkste regulatoren van de bot- differentiatie van adipocyten, vetopslag en glucosemetabolisme. homeostase. Niet alleen spelen zij een rol bij de calciumhuishouding Samen moduleren de PPAR’s op moleculair niveau het vetzuren- en bij modulatie van het immuunsysteem, ook hun directe invloed op metabolisme en zijn ze nauw betrokken bij ziektebeelden waarbij osteoblasten is bekend. Aldus kan hyperactiviteit van de HPA-as leiden sprake kan zijn van afwijkende lipidenspiegels, zoals cardiovascu- tot lagere spiegels van vooral oestrogenen. Verminderde osteoblasten- laire aandoeningen, diabetes en het metaboolsyndroom. Langdu- functie en toegenomen activiteit van pro-inlammatoire cytokinen is rige overactivatie van PPAR-gamma door een chronisch verstoorde het gevolg, gekoppeld aan de evenredige toename van RANKL, NF-kB energiestofwisseling en osteoclasten [5]. Overexpressie van de HPA-as kan klaarblijkelijk heid van osteoblasten en vetstapeling in het beenmerg [5,23]. >> kan leiden tot verminderde aanwezig- ontregeling van zowel de HPT- als de HPG-as teweeg brengen en vele metabolische routes verstoren, waardoor eveneens verstoring van de bothomeostase plaats heeft. pNi katerN Van Nature nr. 11 - 2008 29 Natuurlijke varianten zijn extract of olie van oregano, knoflook, rozemarijn, kruidnagel of extract van berberine, pau d’arco en artemisia of een combinatie. Vermijd voedingsmiddelen met een Afgenomen botdichtheid en grotere kans op botbreuken kan dus hoge glycemische lading, zoals zetmeelhoudende en gistdragende omgekeerd evenredig zijn aan toegenomen adipocytose. De discussie graanproducten en geraffineerde suikers. Zij kunnen de bloed- die zich vervolgens opdringt, is of het ontstaan van ‘geel’ beenmerg in suikerregulatie verstoren, en ongunstige darmfloracomponenten de beenderschachten van volwassenen wel zo’n vanzelfsprekend deel is van het natuurlijke verouderingsproces van de mens of dat het een zoals gisten, schimmels of parasieten voeden [24]. • Ondersteun de zuurgraad en de energiestofwisseling van het weerspiegeling is van een gekozen levensstijl gedurende de loop van lichaam door dagelijkse aërobe beweging in een zuurstofrijke het leven. omgeving, dagelijkse consumptie van minstens 1,5 liter water, verse groenten, fruitsoorten, noten en matigheid bij de consumptie conclusies van dierlijke eiwitten met een ongunstige calcium/fosfor/magne- Het skelet blijkt een integraal onderdeel te zijn van een complex immuno-neuro-endocrien netwerk, onderhevig aan tal van bood- sium-ratio (zuivelproducten van koemelk!) [15]. • Zorg voor dagelijkse vervulling van de fysiologische behoefte schappers die via een samenspel van actie, reactie en terugkoppeling aan calcium (50-1200 mg), magnesium (vrouw minimaal 320 hun invloed op de bothomeostase doen gelden. Diverse fysiologische mg; man minimaal 420 mg), kalium, zink/koper (mimimaal assen spelen direct of indirect mee op het veld van het RANK/RANKL/ 15/2 mg), selenium (minimaal 100 mcg), vitamine A, D3 (2.000- OPG-systeem. Langdurige verstoring van dit systeem en chronische 10.000 IE, 50-250 mcg) en K (minimaal 100 mcg). Naast verse over- of onderactivatie van één of meerdere assen kan de bothomeo- voeding met de specifieke micronutriënten is het dagelijkse of stase verstoren. De factoren die hiervoor verantwoordelijk zijn, zijn wekelijkse gebruik van gerichte medicinale dosering zeker te grotendeels exogeen van oorsprong en afhankelijk van levensomstandigheden. Om ziektebeelden van het skelet te kunnen begrijpen en te overwegen [16,19,25]. • Help de patiënt bewust te worden van eventuele stressoren in het behandelen, is daarom een holistische zienswijze nodig, die niet alleen sociale of maatschappelijke leven die langdurige hyperactiviteit het interne milieu als een geheel beschouwt, maar ook de externe van de HPA-as kunnen uitlokken. Reik als het nodig is, handvatten disharmonie onder de loep neemt. aan (zoals meditatie, coaching, yoga, sauna, massagetherapie en beweging) die de stressas positief kunnen beïnvloeden. In geval de volgende interventies zijn te overwegen: van postmenopausale klachten kan hormoonvervangende therapie • als extra ondersteuning overwogen worden. << Gebruik dagelijks voedingsmiddelen die pro-inflammatoire cascades kunnen afremmen. Denk daarbij aan gunstige omegavetzuren (vette vis, extra vierge olijfolie) en anti-inflammatoire kruiden en specerijen, zoals geelwortel of kurkuma, gember, referenties tijm, komijn en salie. Gestandaardiseerde suppletie met visolie 1. (EPA>DHA) én vitamine E-complex, levertraan in combinatie met extracten van zingiber officinalis en curcumine, is hierbij te 2. overwegen [24]. • Optimaliseer de orale tolerantie, met andere woorden zorg voor 3. 4. 5. 12(2): 113-134 6. Maak de darm eventueel vrij van verstorende micro-organismen, zoals candida en parasieten, met behulp van antimycotica of anti- Boyce BF, Xing L. Biology of RANK, RANKL and osteoprotegerin. Arthritis Res. & Therapy 2007, 9(1): 1-7 7. biotica. Reguliere interventie kan eventueel plaatsvinden met behulp van suikervrije (!) nystatine, paromomycine of clioquinol. McCormick RK. Osteoporosis: Integrating Biomarkers and Other Diagnostic Correlates into the Management of Bone Fragility. Alternative Medicine Review 2007, dagelijkse voeding [15,24]. Denk hierbij ook aan belasting met • van der Meer J, Stehouwer CDA, den Ottolander GJH. Interne geneeskunde. Bohn Staf leu Van Loghum, elfde druk, derde oplage 1999: 953-954 melkeiwit en gluten) en elimineer deze zo veel mogelijk uit de gebitsamalgaam. Bernards J, Bouman LN. Fysiologie van de mens. Bohn Staf leu Van Loghum, vijfde druk, derde oplage 1993: 270-274 schild fruit) en gebruik een afgestemd probioticum, als de darmflora dysbiotisch is. Speur allergenen op (bijvoorbeeld lactose, de Morree JJ. Dynamiek van het menselijk bindweefsel. Bohn Staf leu Van Loghum, derde druk, derde oplage 2000: 40-47 een gezonde darmfunctie. Laat de patiënt voldoende natuurlijke prebiotica consumeren (vezels van zaden, verse groenten en onge- Platzer W. Sesam Atlas van de Anatomie. Deel 1 Bewegingsapparaat. Bosch & Keunig, 17e druk 1998: 14-16 Vega D, Maalof NM, Sakhaee K. The Role of RANK/RANKL/OPG: Clinical Implications. J Clin Endocrin Metab 2007, 10: 3-10 8. Asagari M, Takayanagi H. The molecular understanding of osteoclast differentiation. Bone 2007, 40(2): 251-264 9. Takayanagi H. Osteoimmunology: shared mechanisms and crosstalk between the immune and bone systems. Nat Rev Immunol 2007, 7(4): 292-304 30 7 --2007 Van Nature nr. 11 2008 k lWi N o iNsdc g he cNoe N z icNeg pt 10. Lorenzo J. Interactions between immune and bone cells: new insights with many remaining questions. The Journal of Clinical Inestigation 2000, 106(6): 749-752 11. Neurath M, Finotto S, Glimcher LH. The role of Th1/Th2 polarization in mucosal immunity. Nature Medicine 2002, 8(6): 567-572 12. Williams JE. Mucosal Immunity – Portal to the Interior: Viral Pathogenesis and Natural Compounds that Restore Mucosal Immunity and Modulate Inf lammation. Alternative Medicine Review 2003, 8(4): 395-405 13. 19. Winkler P, Ghadimi D, Schrezenmeir J, et al. Role et al. Molecular and Cellular Basis of Microf lora-Host Interactions. The Journal of Nutrition 2007, 137: Physician 2004, 50: 993-997 20. 756-768 14. McEwen B. Physiology and Neurobiology of Stress and Adaptation: Central Role of the Brain. Physiol Rev 2007, 87: 873-895 Rodriguez-Bores L et al. Basic and clinical aspects of osteoporosis in inf lamma- 21. tory bowel disease. World Journal of Gastroenterology 2007, 13(46):6156-6161 15. Ryan-Harshman M, Aldoori W. Bone health, New role for vitamin K, Can Fam Cordain L, Boyd Eaton S, Sebastian A, et al. Origins and evolution of the Wes- ced Osteoporosis. Yonsei Medical Journal 2005, 46(4): 456-462 22. tern diet: health implications for the 21st century. Am J Clin Nutr 2005, 81: 341-354 Iwamoto J, Takeda T, Sato Y. Prevention and Treatment of Corticosteroid-Indu- Kelly G. Peripheral Metabolism of Thyroid Hormones: A Review. Alternative Medicine Review 2000, 5(4): 306-327 23. Lee CH, Olson P, Evans RM. Minireview: Lipid Metabolism, Metabolic Diseases 16. Vitamin D, Monograph. Alternative Medicine Review 2008, 13(2): 153-160 and Peroxisome Proliferator-Activated Receptors. Endocrinology 2003, 144(6): 17. Muskiet FAJ, van der Veer E. Vitamine D: waar liggen de grenzen van deficiën- 2201-2205 18. tie, adequate status en toxiciteit? Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2007, 24. van As S. Darmparasieten. De epidemie van parasitaire infecties. Pica 2005 32: 150-158 25. Nieves JW. Osteoporosis: the role of micronutrients. AM J Clin Nutr 2005, 81: Plaza SM, Lamson DW. Vitamin K2 in Bone Metabolism and Osteoporosis. Al- 1232-1236. ternative Medicine Review 2005, 10(1): 24-32 Sanmovan is verdeler van Bonusan producten in België Beauduinstraat 91 3300 Tienen (België) tel.+32 (0)16/448158 fax+32 (0)16/440771 [email protected] www.sanmovan.be Nieuw Bonusan logo www.bonusan.be Rood vierkantje (pms 032) en grijze tekst (pms 430) Bonusan logo zonder 'R' in het vierkantje voor logo's kleiner dan 4,2 x 0,63 cm Van Nature nr. 11 - 2008 Rood vierkantje (pms 032) en grijze tekst (pms 430) 31