OVEREENKOMST 13 SUBSIDIEOVEREENKOMST PROJECT LOKALE DIENSTENECONOMIE Tussen enerzijds STAD X, hier vertegenwoordigd door: De stadssecretaris, De schepen van sociale zaken, werk en studentenzaken; en anderzijds VZW Y, hier vertegenwoordigd door: De directeur, De voorzitter; hierna de projectpartner genoemd wordt overeengekomen wat volgt: I. SITUERING Artikel 1. Deze subsidieovereenkomst kadert binnen: II. het decreet Lokale Diensteneconomie van 22 december 2006 en het uitvoeringsbesluit van 5 oktober 2007 totdat het nieuwe decreet Lokale Diensteneconomie van 22 november 2013 in voege treedt. het subsidiereglement lokale diensteneconomie van de stad X zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van xx.xx.xxxx DOELSTELLING EN BEOOGDE RESULTATEN Artikel 2. Het project heeft meerdere doelstellingen. Naast de tewerkstelling van kansengroepen wordt er in dit project ook gestreefd naar afvalvoorkoming, hergebruik, recyclage en duurzaam omgaan met materialen. Artikel 3. De projectpartner engageert zich om het project uit te voeren zoals omschreven in het aanvraagdossier Lokale diensteneconomie dat door de Vlaamse overheid werd erkend volgens alle modaliteiten opgelegd door de bevoegde overheden en instanties. De kwalitatieve en kwantitatieve resultaten die behaald moeten worden staan in de projectaanvraag omschreven. Artikel 4. De organisatie is gevestigd te X en verleent diensten op het grondgebied van de Stad X. Deze diensten omvatten minstens: het ophalen van fietsen bijv. bij de fietsendienst van de politie fietsen demonteren onderdelen selecteren herbruikbare onderdelen opkuisen herbruikbare onderdelen stockeren in het magazijn Artikel 5. De diensteneconomie beoogt een kwaliteitsvolle begeleiding en de competentieversterkende inschakeling van doelgroepmedewerkers met het oog op doorstroom. De projectpartner engageert zich om 2 voltijdse doelgroepmedewerkers uit de Stad X te begeleiden en in te schakelen. Er moeten garanties geboden worden inzake de kwaliteit van de arbeid voor kansengroepen met het perspectief op duurzaamheid, waarbij bij de organisatie van het werk rekening wordt gehouden met de behoeften van de werknemers. De projectpartner zal de nodige opleidingen voorzien en oog hebben voor de doorstroom- en doorgroeimogelijkheden van de werknemers. Artikel 6. De partijen stellen een contactpersoon aan die verantwoordelijk is voor de deskundige, inhoudelijke, administratieve, kwalitatieve opvolging en eventuele bijsturing van deze subsidieovereenkomst. De contactpersoon van de projectpartner zal deelnemen aan de overlegvergaderingen Lokale Diensteneconomie georganiseerd vanuit de Stad X. Het project zal opgevolgd worden door volgende personen: Voor vzw:.... Voor stad X:..... III. SUBSIDIE. UITBETALING VAN DE SUBSIDIE. MODALITEITEN Artikel 7. Voor de uitvoering van het project subsidieert de stad X aan de projectpartner een bedrag van € 6.000 per voltijdse doelgroepwerker voor de duur van deze subsidieovereenkomst. In concreto gaat het over een tussenkomst in de begeleiding en de competentiegerichte inschakeling met het oog op doorstroom van 2 VTE doelgroepwerknemers uit de Stad X. Het juiste bedrag van de subsidie zal bepaald worden à rato van de effectief gepresteerde arbeidstijden. Artikel 8. De projectpartner verbindt er zich toe om op vraag van de stad X een inhoudelijk en financieel rapport op te maken en trimestrieel de prestatiestaten te bezorgen. Artikel 9. De rapporten moeten minstens volgende elementen bevatten: inhoudelijk overzicht van de werking, kwantitatieve gegevens, aantal duurzame tewerkstellingen, aantal bereikte klanten, profiel van de klanten, aantal prestaties, overzicht van de besteding van de middelen, eigen inkomsten van het project. Artikel 10. Na ondertekening van deze subsidieovereenkomst worden volgens de prestatiestaten en de afrekening van de Vlaamse overheid als volgt voorschotten uitbetaald: 45 % na voorlegging van de ondertekende arbeidsovereenkomsten 45% na een tussentijdse evaluatie 10 % na indiening en goedkeuring door de stad van een financieel en inhoudelijk eindrapport Artikel 11. De projectpartner engageert zich om de nodige contacten te leggen om de klaverbladfinanciering te verwezenlijken en verbindt er zich toe om de subsidies zo efficiënt en effectief mogelijk te besteden, overeenkomstig de bepalingen van subsidieovereenkomst en op eerste verzoek alle mogelijke uitleg over de besteding te verstrekken, alle mogelijke controle toe te laten en er daadwerkelijk aan mee te werken. Artikel 12. De projectpartner zal aan de stad onmiddellijk melding maken van alle bijkomende financiële middelen die ze verwerft om de doelstellingen van deze subsidieovereenkomst te realiseren. Er kan nooit sprake zijn van overcompensatie. Artikel 13. Bij het niet-behalen van resultaten of het niet langer voldoen aan de voorwaarden opgelegd in het subsidiereglement Lokale Diensteneconomie kunnen de voorschotten (geheel of gedeeltelijk) worden teruggevorderd indien de bepalingen van deze subsidieovereenkomst niet worden nageleefd of de vooropgestelde resultaten niet of slechts gedeeltelijk werden behaald. Indien de voorschotten niet worden opgevraagd of indien de voorwaarden tot het verkrijgen van een voorschot niet worden nageleefd binnen de afgesproken termijn vervalt het recht op dat voorschot. IV. INWERKINGTREDING VAN DE SUBSIDIEOVEREENKOMST Artikel 14. Deze subsidieovereenkomst loopt van 1 januari 2014 tot 31 december 2014 Opgemaakt in ……… exemplaren te X op ………….. Op last van het college: de stadssecretaris, Namens de VZW: directeur, burgemeester en schepenen, voorzitter,