Modelteksten Kostendelersnorm en IIT

advertisement
Modelteksten Kostendelersnorm en Individuele inkomenstoeslag
Inleiding modelteksten
In dit document vindt u een aantal modelbrieven en -beschikkingen met betrekking tot de
kostendelersnorm en de individuele inkomenstoeslag. De teksten bestaan uit vaste tekst,
optionele tekst (clausules of bouwstenen genoemd) en vrije invulvelden. In de teksten wordt
met een code aangegeven waar clausules moeten/kunnen worden ingevoegd en welke serie
clausules het betreft. De betreffende series clausules vindt u achterin dit document.
Deze modelteksten zijn in opdracht van de Programmaraad door Stimulansz geschreven. Ze
zullen later dit jaar onderdeel uitmaken van de serie modelteksten Participatiewet. Die serie
is vanaf december 2014 te vinden in het Handboek Werk & Inkomen van Stimulansz.
Inhoudsopgave
Beschikking: Toekenning bijstand levensonderhoud – kostendelersnorm.............................. 3
Beschikking: Afwijzing bijstand levensonderhoud – kostendelersnorm .................................. 5
Kennisgeving: Aankondiging kostendelersnorm bestaande klanten....................................... 7
Informatieblad Kostendelersnorm .......................................................................................... 8
Beschikking: Wijziging bijstandsuitkering in verband met kostendelersnorm ........................10
Beschikking: Beëindiging bijstandsuitkering in verband met kostendelersnorm ....................12
Kennisgeving: Afspraakbevestiging aanvraag individuele inkomenstoeslag .........................14
Beschikking: Toekenning individuele inkomenstoeslag.........................................................15
Beschikking: Afwijzing individuele inkomenstoeslag .............................................................17
Clausules .............................................................................................................................19
2
Beschikking: Toekenning bijstand levensonderhoud – kostendelersnorm
Onderwerp: Uw verzoek om bijstand (WWB)
Geachte <@mevrouw/meneer_naam@>
Op <@datum_aanvraag@> vroeg u een bijstandsuitkering aan. In deze brief leest u onze
reactie.
Wat hebben wij besloten?
Wij hebben besloten dat u een bijstandsuitkering krijgt voor de noodzakelijke algemene
kosten die u hebt, zoals de kosten voor eten, kleding, huur en dergelijke.
U krijgt de bijstand vanaf <@ingangsdatum_uitkering@>.
Hoe hoog is uw uitkering?
Hoe hoog uw uitkering is, hangt af van uw persoonlijke situatie:
<@BS@>
<@NK@>
<@BK@>
<@IN@>
Wat dit betekent voor de hoogte van uw uitkering kunt u zien op het berekeningsoverzicht.
Hoe veel vermogen mag u hebben?
U hebt minder vermogen dan € <@vermogensgrens@>. Dat is het bedrag aan eigen
vermogen dat u met een bijstandsuitkering mag houden. <@Het gaat om het vermogen van
u, uw partner en uw minderjarige kinderen samen.@>
Met eigen vermogen bedoelen we uw geld en spullen die veel geld waard zijn, zoals een
auto. Hebt u schulden die u moet terugbetalen? Dan gaan die van uw eigen vermogen af.
Wij hebben uw vermogen <@voorlopig@> vastgesteld op € <@hoogte_vermogen@>.
Krijgt u vakantiegeld?
Ja, u krijgt ook vakantiegeld. Wij sparen uw vakantiegeld op. U krijgt het vakantiegeld in de
maand juni uitbetaald. Hebt u geen recht meer op een uitkering? Dan krijgt u het
vakantiegeld binnen drie maanden nadat wij de uitkering hebben stopgezet.
Hoe betalen wij de uitkering?
<@BU@>
Kunnen wij uw uitkering van u terugeisen?
Als blijkt dat u onterecht een uitkering hebt ontvangen, dan kunnen wij die van u terugeisen.
Dat wil zeggen dat u de uitkering moet terugbetalen. Dit kan bijvoorbeeld als u later geld
krijgt dat voor de periode bedoeld is waarover u uitkering hebt gekregen. Hebt u te veel
uitkering gekregen? Dan eisen wij het te veel ontvangen deel van u terug.
Bent u het er niet mee eens?
3
Bent u het niet eens met ons besluit? <@Neemt u dan eerst telefonisch contact
met ons op. We nemen dan samen met u deze brief door. Komen we er niet uit?@> Dan
kunt u ons een bezwaarschrift sturen. Dit is een brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft
wat uw bezwaar precies is.
Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de verzenddatum van dit
besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw bezwaarschrift niet meer
in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Bijstandsnormen: art. 20 t/m 24 Participatiewet.
 Kostendelersnorm: art. 22a Participatiewet
 Inkomen en vermogen: art. 31 Participatiewet
 Vermogengrens: art. 34 Participatiewet.
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
4
Beschikking: Afwijzing bijstand levensonderhoud – kostendelersnorm
Onderwerp: Uw verzoek om bijstand (WWB)
Geachte <@mevrouw/meneer_naam@>
Op <@datum_aanvraag@> vroeg u een bijstandsuitkering aan. In deze brief leest u onze
reactie.
Wat hebben wij besloten?
Wij hebben besloten dat u geen bijstandsuitkering krijgt.
<@AW@>
Bent u het er niet mee eens?
Bent u het niet eens met ons besluit? <@Neemt u dan eerst telefonisch contact met ons op.
We nemen dan samen met u deze brief door. Komen we er niet uit?@> Dan kunt u ons een
bezwaarschrift sturen. Dit is een brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft wat uw
bezwaar precies is. Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de verzenddatum van dit
besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw bezwaarschrift niet meer
in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Recht op bijstand: art. 11 Participatiewet.
 Geen recht op bijstand: art. 13 Participatiewet
5
 Voorwaarden bijstand: art. 19 Participatiewet
 Kostendelersnorm: art. 22a Participatiewet
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
6
Kennisgeving: Aankondiging kostendelersnorm bestaande klanten
Onderwerp: Mogelijke wijziging van uw bijstandsuitkering (WWB)
Geachte <@mevrouw/meneer_naam@>
U ontvangt een bijstandsuitkering (WWB) van de gemeente <@naam_gemeente@>. Vanaf
1 juli 2015 geldt voor u de kostendelersnorm. In deze brief leest u daar meer over.
Wat is de kostendelersnorm?
De kostendelersnorm wil zeggen dat uw bijstandsuitkering kan wijzigen als u een
huishouden vormt met meerdere volwassenen. Hoe meer volwassenen een woning delen,
hoe lager de bijstandsuitkering per persoon.
In de bijlage leest u meer over de kostendelersnorm.
Wat betekent de kostendelersnorm voor u?
De komende periode zullen wij bekijken wat de kostendelersnorm voor u gaat betekenen.
Het is mogelijk dat de hoogte van uw uitkering wijzigt. Die kan lager worden als u een
meerpersoonshuishouden hebt (zie ook de bijlage).
Wanneer krijgt u bericht van ons?
U krijgt vóór 1 juli 2015 een brief van ons met daarin de hoogte van uw bijstandsuitkering
vanaf 1 juli 2015. Ook leest u in die brief hoe wij de hoogte van uw bijstandsuitkering hebben
berekend.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Bijlage:
 Informatieblad kostendelersnorm
7
Informatieblad Kostendelersnorm
Wat is de kostendelersnorm?
Kort gezegd betekent de kostendelersnorm dat als u uw woning deelt met meer
volwassenen, uw bijstandsuitkering daarop wordt aangepast. Hoe meer personen van 21
jaar of ouder in uw huishouden, hoe lager uw bijstandsuitkering.
De reden hiervoor is dat als er meer personen in één woning wonen, zij de woonkosten
kunnen delen. Vandaar de kostendelersnorm.
Wat is een meerpersoonshuishouden?
De kostendelersnorm geldt voor volwassenen die samen een woning delen. Dit heet een
meerpersoonshuishouden. Dit kan bijvoorbeeld een gezin zijn met twee ouders en een
aantal volwassen inwonende kinderen. Er kan ook nog een inwonende (groot)ouder bij
horen, een broer of zus, neef of nicht. Of de aanhang van de volwassen zoon of dochter.
Voor de kostendelersnorm maakt het niet uit of u getrouwd bent en of u familie bent van
elkaar. Het maakt ook niet uit waarom u samen een woning deelt. Als één van u bijvoorbeeld
zorg nodig heeft en door de ander wordt verzorgd, dan geldt ook de kostendelersnorm.
De voordelen van woningdelen staan los van de redenen waarom u samenwoont. Daarom
geldt in alle meerpersoonshuishoudens de kostendelersnorm.
Wie telt er wel en niet mee voor de kostendelersnorm?
Niet alle volwassenen tellen mee voor de kostendelersnorm. Wie tellen niet mee?
 jongeren tot 21 jaar,
 studenten die een studie volgen die recht kan geven op studiefinanciering (Wsf 2000),
 leerlingen die de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgen,
 meerderjarige leerlingen die onderwijs volgen dat recht geeft op Wet tegemoetkoming
onderwijskosten schoolgaande kinderen (Wtos),
 kamerhuurders en kostgangers die een normale (commerciële) prijs betalen voor de
kamer en/of de kost en inwoning.
Dus inwonende kinderen die naar school gaan of studeren tellen niet mee voor uw
bijstandsuitkering. Inwonende kinderen van 21 jaar of ouder die niet studeren tellen wél mee.
Verhuurt u een kamer aan iemand die daarvoor aan u een normale huurprijs betaalt? Dan
telt deze persoon niet mee. U moet een zuiver commerciële relatie hebben met deze
persoon. Een normale huurprijs is een huurprijs die bijvoorbeeld via het puntensysteem van
de overheid is vastgesteld en die overeenkomt met de huurprijs voor vergelijkbare,
commercieel verhuurde woonruimtes.
Tellen de inkomsten van huisgenoten mee?
Waarschijnlijk hebben de volwassenen waarmee u uw huis deelt een eigen inkomen bijvoorbeeld uit werk of een andere uitkering - en eigen vermogen. Deze inkomsten en dit
vermogen hebben géén invloed op uw recht op een bijstandsuitkering. Alleen uw eigen
inkomsten en vermogen – en als u getrouwd bent of samenwoont ook die van uw partner zijn hiervoor van belang. Maar het feit dat u uw woning deelt met andere volwassenen maakt
dat uw bijstandsuitkering lager wordt. Bij de kostendelersnorm tellen de inkomsten van uw
gezinsleden dus niet mee, maar de gezinsleden zelf tellen wel mee voor de hoogte van uw
uitkering.
Hoe werkt de kostendelersnorm?
Hoe meer volwassen personen tot een meerpersoonshuishouden behoren, hoe lager de
bijstandsuitkering per uitkeringsgerechtigde.
8
In onderstaande tabel ziet u de hoogte van de bijstandsuitkering in percentages
per huishoudtype. Hierbij staat 100% voor de bijstandsuitkering voor gehuwden en
samenwonenden:
Huishouden
Bijstandsnorm per
Totale bijstandsnorm als
persoon
alle personen bijstand
ontvangen
Eénpersoonshuishouden
70%
70%
Tweepersoonshuishouden
50%
100%
Driepersoonshuishouden
43 1/3 %
130%
Vierpersoonshuishouden
40%
160%
Vijfpersoonshuishouden
38%
190%
Dus bij een huishouden met vier meetellende personen krijgt elke persoon die recht heeft op
een bijstandsuitkering een uitkering van maximaal 40% van de gehuwdennorm.
Bovenstaande tabel stopt bij een vijfpersoonshuishouden, maar de kostendelersnorm geldt
ook voor huishoudens met nog meer personen.
Hoe zit het met de uitkering voor alleenstaande ouders?
Vanaf 1 januari 2015 is de uitkering voor een alleenstaande ouder met de kostendelersnorm
gelijk aan die van een alleenstaande. Maar als alleenstaande kunt u in aanmerking komen
voor een hoger kindgebonden budget van de Belastingdienst. U krijgt bij uw budget een
zogenoemde alleenstaande-ouderkop. Als u nog geen kindgebonden budget heeft, moet u
dit voor het einde van het jaar zelf aanvragen bij de Belastingdienst.
De Belastingdienst gebruikt een andere definitie van partner dan de gemeente. Het is
daarom mogelijk dat u voor de gemeente alleenstaande ouder bent, maar voor de
Belastingdienst niet. Dat kan het geval zijn als uw partner in een verpleeginrichting woont of
in detentie is. U komt dan niet in aanmerking voor de alleenstaande-ouderkop.
Voor alleenstaande ouders die op 31 december 2014 een bijstandsuitkering hebben is er
een overgangsregeling. Komt u daarvoor in aanmerking? Dan heeft u tot 1 januari 2016 recht
op een aanvulling van 20% op uw bijstandsuitkering. Daarna krijgt u geen aanvulling meer,
alleen een hoger kindgebonden budget. Het ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid en de gemeenten zoeken nog naar een oplossing voor de periode na 31
december 2015.
Alleenstaande ouders die niet in aanmerking komen voor de alleenstaande-ouderkop,
kunnen contact opnemen met de gemeente voor een aanvraag bijzondere bijstand.
Hoe zit het met jongeren tot 21 jaar?
Jongeren tot 21 jaar vallen niet onder de kostendelersnorm. De uitkering van een 18-, 19- of
20-jarige wordt niet volgens de kostendelersnorm berekend. Ook niet als deze jongere bij
zijn ouders inwoont. Voor hem of haar verandert er niets.
Wanneer gaat de kostendelersnorm in?
De kostendelersnorm is geregeld in de Participatiewet. Die gaat 1 januari 2015 in. Voor
mensen die (opnieuw) een bijstandsuitkering aanvragen na 1 januari 2015 en die in een
woning wonen met meerdere personen, zal de kostendelersnorm direct gelden. Als u op 31
december 2014 al een bijstandsuitkering ontvangt en deze in 2015 nog steeds ontvangt, valt
u onder het overgangsrecht. U krijgt tot 1 juli 2015 een bijstandsuitkering die op de oude
manier is berekend. Daarna geldt ook voor u de kostendelersnorm.
9
Beschikking: Wijziging bijstandsuitkering in verband met kostendelersnorm
Onderwerp: Wijziging van uw bijstandsuitkering (WWB)
Geachte <@mevrouw/meneer_naam@>
U ontvangt een bijstandsuitkering (WWB) van de gemeente <@naam_gemeente@>. Vanaf
1 juli 2015 geldt voor u de kostendelersnorm. In deze brief leest u wat dit voor u betekent.
Wat verandert er door de kostendelersnorm?
Voor de hoogte van uw uitkering is vanaf 1 juli 2015 het aantal personen in uw huishouden
van belang. Het gaat dan om huisgenoten die:
 21 jaar of ouder zijn;
 níet studeren, geen recht hebben op Wet tegemoetkoming schoolgaande kinderen
(Wtos) en geen beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgen; en
 die géén kamerhuurder of kostganger zijn.
Uw huishouden bestaat uit <@aantal_personen@> personen die meetellen voor de
kostendelersnorm. Dat betekent dat u een bijstandsuitkering zult krijgen die
<@lager_is_dan/even_hoog_is_als@> uw uitkering van de afgelopen maanden.
Vanaf wanneer geldt de nieuwe uitkering?
De kostendelersnorm gaat voor u in op 1 juli 2015. U krijgt voor het eerst op
<@datum_1e_uitkering_volgens_KDN@> een uitkering volgens de kostendelersnorm.
Hoe hoog wordt de uitkering?
<@NK_10-15@>
<@BK@>
<@IN@>
Wat dit betekent voor de hoogte van uw uitkering kunt u zien op het berekeningsoverzicht.
Hoe veel vermogen mag u hebben?
U hebt minder vermogen dan € <@vermogensgrens@>. Dat is het bedrag aan eigen
vermogen dat u met een bijstandsuitkering mag houden. <@Het gaat om het vermogen van
u, uw partner en uw minderjarige kinderen samen.@>
Met eigen vermogen bedoelen we uw geld en spullen die veel geld waard zijn, zoals een
auto. Hebt u schulden die u moet terugbetalen? Dan gaan die van uw eigen vermogen af.
Wij hebben uw vermogen <@voorlopig/eerder/onlangs@> vastgesteld op
€ <@hoogte_vermogen@>.
Krijgt u vakantiegeld?
Ja, u krijgt ook vakantiegeld. Wij sparen uw vakantiegeld op. U krijgt het vakantiegeld in de
maand juni uitbetaald. Hebt u geen recht meer op een uitkering? Dan krijgt u het
vakantiegeld binnen drie maanden nadat wij de uitkering hebben beëindigd.
Hoe betalen wij de uitkering?
<@BU@>
Kunnen wij uw uitkering van u terugvorderen?
10
Als blijkt dat u onterecht een uitkering hebt ontvangen, dan kunnen wij die van u
terugvorderen. Dat wil zeggen dat u de uitkering moet terugbetalen. Dit kan bijvoorbeeld als
u later geld krijgt dat voor de periode bedoeld is waarover u uitkering hebt gekregen. Hebt u
te veel uitkering gekregen? Dan moet u het te veel ontvangen deel terugbetalen. Als u zich
niet aan de inlichtingenplicht hebt gehouden, kunt u ook nog een boete krijgen.
Bent u het er niet mee eens?
Bent u het niet eens met ons besluit? <@Neemt u dan eerst telefonisch contact met ons op.
We nemen dan samen met u deze brief door. Komen we er niet uit?@> Dan kunt u ons een
bezwaarschrift sturen. Dit is een brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft wat uw
bezwaar precies is.
Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de verzenddatum van dit
besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw bezwaarschrift niet meer
in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Bijstandsnormen: art. 20 t/m 24 Participatiewet.
 Kostendelersnorm: art. 22a Participatiewet
 Inkomen en vermogen: art. 31 Participatiewet
 Vermogengrens: art. 34 Participatiewet.
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
11
Beschikking: Beëindiging bijstandsuitkering in verband met
kostendelersnorm
Onderwerp: Beëindiging van uw bijstandsuitkering (WWB)
Geachte <@mevrouw/meneer_naam@>
U ontvangt een bijstandsuitkering (WWB) van de gemeente <@naam_gemeente@>. Vanaf
1 juli 2015 geldt voor u de kostendelersnorm. In deze brief leest u wat dit voor u betekent.
Wat verandert er door de kostendelersnorm?
Voor de hoogte van uw uitkering is vanaf 1 juli 2015 het aantal personen in uw huishouden
van belang. Het gaat dan om huisgenoten die:
 21 jaar of ouder zijn;
 níet studeren of een beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgen; en
 die géén kamerhuurder of kostganger zijn.
Uw huishouden bestaat uit <@aantal_personen@> personen die meetellen voor de
kostendelersnorm. Dat betekent dat voor u een bijstandsnorm geldt die lager is dan uw
uitkering van de afgelopen maanden
Wat hebben wij besloten?
Wij hebben besloten uw uitkering per 1 juli 2015 te beëindigen. De reden hiervoor is dat u
<@samen@> meer inkomen hebt dan het nieuwe uitkeringsbedrag dat voor u geldt.
De voor u geldende bijstandsuitkering is per 1 juli 2015 volgens de kostendelersnorm bij een
<@aantal@>-persoonshuishouden € <@normbedrag_kostendelersnorm@> <@per
persoon@>.
U ontvangt <@samen@> € <@bedrag_inkomen@> per maand aan inkomen. U hebt
daarom geen recht meer op een bijstandsuitkering.
Bent u het er niet mee eens?
Bent u het niet eens met ons besluit? <@Neemt u dan eerst telefonisch contact met ons op.
We nemen dan samen met u deze brief door. Komen we er niet uit?@> Dan kunt u ons een
bezwaarschrift sturen. Dit is een brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft wat uw
bezwaar precies is.
Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de verzenddatum van dit
besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw bezwaarschrift niet meer
in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
12
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Recht op bijstand: art. 11 Participatiewet.
 Bijstandsnormen: art. 20 t/m 24 Participatiewet.
 Kostendelersnorm: art. 22a Participatiewet
 Inkomen en vermogen: art. 31 Participatiewet
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
13
Kennisgeving: Afspraakbevestiging aanvraag individuele
inkomenstoeslag
Onderwerp: Bevestiging afspraak (Individuele inkomenstoeslag)
Geachte <@heer/mevrouw_naam@>,
Op <@datum_aanvraag@> vroeg u een individuele inkomenstoeslag aan. Wij hebben met u
een afspraak gemaakt. In deze brief bevestigen wij onze afspraak.
Afspraak
We nodigen u uit voor een gesprek op:
<@datum_afspraak@> om <@tijdstip@> uur.
U praat dan met <@naam_medewerker@>. Het gesprek is bij de <@afdeling/dienst@>. Het
adres is @adres@.
Kunt u echt niet komen?
Misschien kunt u echt niet komen op de afspraak. Maak dan vóór
<@datum_nieuwe_afspraak@> een nieuwe afspraak. U kunt ons bellen op @werkdagen@
van @tijdstip_tot_tijdstip@ uur op telefoonnummer @telefoonnummer@.
Wat moet u doen?
Tijdens het gesprek wordt uw aanvraag besproken. Voor het gesprek moet u het volgende
doen:
 U moet het aanvraagformulier dat u van ons hebt gekregen invullen. U moet ook uw
handtekening zetten.
 U neemt het ingevulde formulier mee naar het gesprek.
 U moet de bewijsstukken die op het formulier staan vermeld meenemen.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
14
Beschikking: Toekenning individuele inkomenstoeslag
Onderwerp: Uw aanvraag van een individuele inkomenstoeslag
Geachte <@heer/mevrouw_naam@>,
Op <@datum_aanvraag@> vroeg u een individuele inkomenstoeslag aan. <@Op
<@datum_gesprek@> hebben wij deze aanvraag met u besproken@>. In deze brief leest u
wat wij hebben besloten.
Wat hebben wij besloten?
Wij hebben besloten dat u een individuele inkomenstoeslag krijgt. U voldoet namelijk aan de
voorwaarden voor deze toeslag.
Hoeveel krijgt u?
U bent @getrouwd/alleenstaand/alleenstaande_ouder@. De individuele inkomenstoeslag is
voor u € @bedrag_iit@.
Welke voorwaarden zijn er?
Een individuele inkomenstoeslag is een extraatje voor mensen die al lang een laag inkomen
hebben. Om de toeslag te kunnen krijgen moet u op de peildatum aan de voorwaarden
voldoen of hebben voldaan. Deze voorwaarden zetten wij hier nogmaals voor u op een rij:
 U bent 21 jaar of ouder maar jonger dan de AOW-leeftijd.
 Uw inkomen was de laatste <@aantal_jaar@> jaar niet hoger dan
<@percentage_bijstandsnorm@>% van het voor u geldende bijstandsuitkeringsbedrag.
 U hebt al het voor u mogelijke geprobeerd om met betaald werk een hoger inkomen te
krijgen. U hebt bijvoorbeeld – voor zover dat mogelijk was - gesolliciteerd, uw vakkennis
bijgehouden, uw re-integratietraject gevolgd of vrijwilligerswerk gedaan.
 U kunt aantonen dat u echt uw best hebt gedaan om met betaald werk een beter inkomen
te krijgen, óf u kunt aantonen dat u een beperking hebt en hierdoor niet actief naar werk
kunt zoeken.
 U hebt naar ons oordeel geen uitzicht op een hoger inkomen.
 U hebt in de laatste <@aantal_jaar@> jaar geen verlaging van uw uitkering gehad
vanwege het niet nakomen van de verplichting om zo snel mogelijk aan het werk te gaan
(sollicitatieplicht en re-integratieplicht).
 U heb minder vermogen dan de vermogensgrens die voor u geldt.
 U kreeg in de afgelopen 12 maanden niet eerder een individuele inkomenstoeslag of een
langdurigheidstoeslag;
De peildatum is de dag dat u aan alle voorwaarden voldoet. Op die dag moet u dus minstens
<@aantal_jaar@> jaar een laag inkomen hebben gehad. Er moet dan ook geen uitzicht zijn
op verbetering van uw inkomen.
Kunt u hierna nog een individuele inkomenstoeslag aanvragen?
U hebt recht op de individuele inkomenstoeslag vanaf de peildatum <@peildatum_recht@>.
U kunt 12 maanden na deze datum opnieuw een aanvraag doen voor de individuele
inkomenstoeslag.
Bent u het er niet mee eens?
Bent u het niet eens met ons besluit? Dan kunt u ons een bezwaarschrift sturen. Dit is een
brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft wat uw bezwaar precies is.
Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
15
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de verzenddatum van dit
besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw bezwaarschrift niet meer
in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Individuele inkomenstoeslag: art. 36 Participatiewet en de Verordening Individuele
inkomenstoeslag gemeente <@naam_gemeente@>.
 Vermogensgrens: art. 34 lid 2 sub b en lid 3 Participatiewet.
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
16
Beschikking: Afwijzing individuele inkomenstoeslag
Onderwerp: Uw aanvraag van een individuele inkomenstoeslag
Geachte <@heer/mevrouw_naam@>,
Op <@datum_aanvraag@> vroeg u een individuele inkomenstoeslag aan. <@Op
<@datum_gesprek@> hebben wij deze aanvraag met u besproken@>. In deze brief leest u
wat wij hebben besloten.
Wat hebben wij besloten?
Wij hebben besloten dat u geen individuele inkomenstoeslag krijgt. U voldoet namelijk niet
aan de voorwaarden voor deze toeslag.
Welke voorwaarden zijn er?
Een individuele inkomenstoeslag is een extraatje voor mensen die al lang een laag inkomen
hebben. Om de toeslag te kunnen krijgen moet u op de peildatum aan de voorwaarden
voldoen of hebben voldaan. Deze voorwaarden zetten wij hier nogmaals voor u op een rij:
1. U bent 21 jaar of ouder maar jonger dan de AOW-leeftijd.
2. Uw inkomen was de laatste <@aantal_jaar@> jaar niet hoger dan
<@percentage_bijstandsnorm@>% van het voor u geldende bijstandsuitkeringsbedrag.
3. U hebt al het voor u mogelijke geprobeerd om met betaald werk een hoger inkomen te
krijgen. U hebt bijvoorbeeld – voor zover dat mogelijk was - gesolliciteerd, uw vakkennis
bijgehouden, uw re-integratietraject gevolgd of vrijwilligerswerk gedaan.
4. U kunt aantonen dat u echt uw best hebt gedaan om met betaald werk een beter
inkomen te krijgen, óf u kunt aantonen dat u een beperking hebt en hierdoor niet actief
naar werk kunt zoeken.
5. U hebt naar ons oordeel geen uitzicht op een hoger inkomen.
6. U hebt in de laatste <@aantal_jaar@> jaar geen verlaging van uw uitkering gehad
vanwege het niet nakomen van de verplichting om zo snel mogelijk aan het werk te gaan
(sollicitatieplicht en re-integratieplicht).
7. U hebt minder vermogen dan de vermogensgrens die voor u geldt.
8. U kreeg in de afgelopen 12 maanden niet eerder een individuele inkomenstoeslag of een
langdurigheidstoeslag;
De peildatum is de dag dat u aan alle voorwaarden voldoet. Op die dag moet u dus minstens
<@aantal_jaar@> jaar een laag inkomen hebben gehad. Er moet dan ook geen uitzicht zijn
op verbetering van uw inkomen. En uw vermogen moet dan lager zijn dan de vrijlatingsgrens
van de Wet werk en bijstand (WWB).
U voldoet niet aan de voorwaarden die staan bij <@kies_nummer@>.
<@Toelichting_op_afwijzingsgrond@>
Bent u het er niet mee eens?
Bent u het niet eens met ons besluit? Dan kunt u ons een bezwaarschrift sturen. Dit is een
brief waarin u zo duidelijk mogelijk beschrijft wat uw bezwaar precies is.
Het bezwaarschrift stuurt u naar:
College van burgemeester en wethouders van de gemeente <@naam_gemeente@>
Postbus <@postbusnummer@>
<@postcode_en_plaats@>
17
Zorg ervoor dat u het bezwaarschrift verstuurt binnen zes weken na de
verzenddatum van dit besluit (datum bovenaan de brief). Daarmee voorkomt u dat we uw
bezwaarschrift niet meer in behandeling kunnen nemen, omdat het te laat binnen is.
In het bezwaarschrift zet u:
 uw naam en adres;
 de datum van uw bezwaarschrift;
 een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;
 waarom u het niet met ons besluit eens bent.
Vergeet u niet het bezwaarschrift te ondertekenen! Stuur een kopie van deze brief mee met
uw bezwaarschrift.
Vragen?
Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt ons bereiken op werkdagen
van <@tijdstip_tot_tijdstip@> uur op telefoonnummer <@telefoonnummer@>.
Met vriendelijke groet,
namens het college van burgemeester en wethouders,
Naam
functie
Artikelen:
 Individuele inkomenstoeslag: art. 36 Participatiewet en de Verordening Individuele
inkomenstoeslag gemeente <@naam_gemeente@>.
 Vermogensgrens: art. 34 lid 2 sub b en lid 3 Participatiewet.
 Gegevens bezwaarschrift: art. 6:5 Awb.
18
Clausules
Afwijzing uitkering.................................................................................................................20
Clausulesoort: AW ................................................................................................................20
Berekening kostendelersnorm ..............................................................................................21
Clausulesoort BK..................................................................................................................21
Betaling uitkering ..................................................................................................................22
Clausulesoort: BU ................................................................................................................22
Burgerlijke staat....................................................................................................................23
Clausulesoort: BS.................................................................................................................23
Inkomsten.............................................................................................................................25
Clausulesoort IN ...................................................................................................................25
Normering / Kostendelersnorm .............................................................................................26
Clausulesoort NK .................................................................................................................26
19
Afwijzing uitkering
Clausulesoort: AW
voldoende middelen
AW 01 – te veel inkomsten, geen kostendeler: art. 19 lid 1 WWB
De reden hiervoor is dat u meer inkomsten hebt dan het uitkeringsbedrag dat voor u geldt.
Dat normbedrag is namelijk netto € <@normbedrag@>. U hebt € <@bedrag_inkomen@>
aan inkomsten per maand. U hebt daarom geen recht op een bijstandsuitkering.
AW 01a – te veel inkomsten, kostendeler: art. 19 lid 1 en art. 22a WWB
De reden hiervoor is dat u meer inkomsten hebt dan het uitkeringsbedrag dat voor u geldt.
U deelt uw woning met <@aantal@> personen van 21 jaar en ouder die meetellen voor de
hoogte van uw bijstandsuitkering. Die bijstandsuitkering zou voor u netto
€ <@normbedrag_kostendeler@> per maand zijn. U hebt € <@bedrag_inkomen@> aan
inkomsten per maand. U hebt daarom geen recht op een bijstandsuitkering.
20
Berekening kostendelersnorm
Clausulesoort BK
BK 01- berekening kostendelersnorm: art. 22a WWB
Berekening van de hoogte van uw uitkering
Wij hebben de hoogte van uw bijstandsuitkering op deze manier berekend:
(40% + aantal personen x 30%)
aantal personen
Bij deze berekening is het uitgangspunt het maximale bijstandsbedrag voor gehuwden en
samenwonenden, € <@bedrag_gehuwdennorm@>. Dit is de rekennorm, en die is 100%.
De berekening start met 40% van deze rekennorm, dat is de basis. Voor iedere meetellende
volwassene met wie u uw woning deelt, komt er 30% van de rekennorm bij. Dit totale
percentage wordt gedeeld door het aantal meetellende volwassenen. Nu hebt u het
percentage van de rekennorm dat voor u geldt. Dit percentage maal het bedrag van de
bijstandsuitkering voor gehuwden, is de hoogte van uw bijstandsuitkering.
Bij <@aantal@> personen:
40% + (<@aantal@> x 30%) = <@percentage@>%.
<@percentage@>% : <@aantal@> = <@percentage@>%
<@percentage@>% van € <@bedrag_gehuwdennorm@> = € <@kdn_aantal_personen@>
21
Betaling uitkering
Clausulesoort: BU
BU 01 - met inkomstenverklaring
U krijgt van ons elke maand een <@naam_inkomensverklaring@>. Die moet u volledig
ingevuld en ondertekend en vóór de aangegeven datum bij ons inleveren. Daarna maken wij
de uitkering over op de manier zoals u dat hebt aangegeven. De data waarop wij de uitkering
uitbetalen kunt u zien op <@vermelding_betaaldata@>.
De hoogte van uw uitkering kunt u zien op de specificatie die u <@maandelijks_van_ons_
krijgt/iedere_keer_van_ons_krijgt_als_uw_uitkering_verandert@>.
BU 02 - geen inkomstenverklaring
Wij maken de uitkering over op de manier zoals u dat hebt aangegeven. De data waarop wij
de uitkering uitbetalen kunt u zien op <@vermelding_betaaldata@>.
De hoogte van uw uitkering kunt u zien op de specificatie die u <@maandelijks_van_ons_
krijgt/iedere_keer_van_ons_krijgt_als_uw_uitkering_verandert@>.
22
Burgerlijke staat
Clausulesoort: BS
BS 01 – Getrouwd
U bent getrouwd.
BS 02 – Alleenstaand
U bent alleenstaand.
BS 04 – Gescheiden
U bent gescheiden.
BS 05 – Samenwoning
U woont met <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. U hebt een gezamenlijke
huishouding. Dat betekent dat u voor elkaar zorgt. U betaalt bijvoorbeeld allebei voor de
boodschappen en eet samen. Dan gelden dezelfde regels als voor mensen die getrouwd
zijn.
BS 06 – Met ex-echtgenoot
U woont met uw ex-echtgenoot, <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. U hebt een
gezamenlijke huishouding. Dan gelden dezelfde regels als voor mensen die getrouwd zijn.
BS 07 – Met ex-partner
U woont met <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. U hebt de afgelopen twee jaar al
eerder met <@hem/haar@> samengewoond. En nu woont u weer in hetzelfde huis. Dan
hebt u een gezamenlijke huishouding en gelden dezelfde regels als voor mensen die
getrouwd zijn.
BS 08 – Met vader/moeder kind
U woont met uw ex-partner <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. Bovendien hebt u
samen een kind. Dat betekent dat u een gezamenlijke huishouding hebt. Dan gelden
dezelfde regels als voor mensen die getrouwd zijn.
BS 10 – Geregistreerde partners
U bent als partners geregistreerd. Dan gelden dezelfde regels als voor mensen die getrouwd
zijn.
BS 11 – Kind erkend
U woont met <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. Bovendien heeft <@hij/zij@> uw
kind erkend. Dat betekent dat u een gezamenlijke huishouding hebt. Dan gelden dezelfde
regels als voor mensen die getrouwd zijn.
23
BS 12 – Samenlevingscontract
U woont met <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. Bovendien hebt u samen een
samenlevingscontract waarin staat dat u allebei een bijdrage levert aan het huishouden. Dat
betekent dat u een gezamenlijke huishouding hebt. Dan gelden dezelfde regels als voor
mensen die getrouwd zijn.
BS 13 – Geregistreerde samenwoning
U woont met <@de_heer/mevrouw_naam@> in één huis. Ook staat er
<@in/bij_registratie_instantie@> dat u een gezamenlijke huishouding hebt. Dan gelden
dezelfde regels als voor mensen die getrouwd zijn.
BS 14 – Alleenstaande ouder 1 kind
U zorgt voor uw <@zoon/dochter@> die jonger is dan 18 jaar. Ook krijgt u voor
<@hem/haar@> kinderbijslag, of kunt u dat krijgen.
BS 15 – Alleenstaande ouder meer kinderen
U zorgt voor uw kinderen die jonger zijn dan 18 jaar. Ook krijgt u voor hen kinderbijslag, of
kunt u dat krijgen.
24
Inkomsten
Clausulesoort IN
IN 01 – Inhouden inkomsten
Wat gebeurt er met uw inkomsten?
U hebt eigen inkomsten. De bijstandsuitkering vult uw inkomsten aan tot het bedrag waar u
recht op hebt. Anders gezegd, we trekken uw inkomsten af van de bijstandsuitkering.
IN 02 – Gedeeltelijke vrijlating inkomen
Wat gebeurt er met uw inkomsten?
U hebt eigen inkomsten. De bijstandsuitkering vult uw inkomsten aan tot het bedrag waar u
recht op hebt. Anders gezegd, we trekken uw inkomsten af van de bijstandsuitkering. Maar
niet alles. U mag maximaal zes maanden een bedrag van 25% van uw inkomsten houden,
met een maximum van <@max_bedrag_vrijlating@>. Dat is omdat u werk doet waarmee u
uw kans op een betaalde baan vergroot.
IN 03 – Gedeeltelijke vrijlating inkomen alleenstaande ouder
Wat gebeurt er met uw inkomsten?
U hebt eigen inkomsten. De bijstandsuitkering vult uw inkomsten aan tot het bedrag waar u
recht op hebt. Anders gezegd, we trekken uw inkomsten af van de bijstandsuitkering. Maar
niet alles. U mag maximaal dertig maanden een bedrag houden van 12,5% van uw
inkomsten, met een maximum van <@max._bedrag_vrijlating_all.staande_ouder@> houden.
Dat is omdat:
 u zorgt voor één of meer kinderen die jonger zijn dan 12 jaar;
 al gedurende zes maanden een deel van uw inkomen is vrijgelaten;
 u werk doet waarmee u uw kans op een betaalde baan vergroot.
Inkomen partner
IN 10 – inkomen niet-rechthebbende partner
Inkomsten van uw partner
Wij houden rekening met de inkomsten van uw partner, <@de_heer/mevrouw_naam@>. We
doen dat alleen als u samen meer inkomsten hebt dan het bedrag van de bijstandsuitkering
voor een echtpaar. Dat is € <@normbedrag_echtpaar@>.
IN 11 – studiefinanciering partner
De studiefinanciering van uw partner
Uw partner krijgt studiefinanciering. Een deel van dit bedrag is bedoeld voor uw dagelijkse
kosten. Dat is € <@normbedrag_wsf@>. Wij houden dit bedrag in op de bijstandsuitkering
voor u en uw partner.
IN 15 – inkomen partner
Inkomsten van uw partner
U en uw partner, <@de_heer/mevrouw_naam@>, wonen tijdelijk niet bij elkaar. We houden
ook rekening met de inkomsten van uw partner. We doen dat alleen als uw partner meer
inkomsten heeft dan de bijstandsnorm die hij zou kunnen krijgen. Dat is €
<@normbedrag_alleenstaande/alleenstaande_ouder@>.
25
Normering / Kostendelersnorm
Clausulesoort NK
Gehuwden en samenwonenden
NK 01 – gehuwden: art. 21 onder c WWB
U krijgt netto € <@gehuwdennorm_art._21_onder_c_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor mensen die getrouwd zijn of samenwonen en die aan de volgende
beschrijving voldoen:
 U bent beiden 21 jaar of ouder, maar niet ouder dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning niet met nog een of meer andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
NK 02 – jongerennorm gehuwden, beiden 18, 19 of 20 jaar: art. 20 lid 1 onder b WWB
U krijgt netto € <@gehuwdennorm_art._20_lid_1__onder_b_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor mensen die getrouwd zijn of samenwonen en die aan de volgende
beschrijving voldoen:
 U bent beiden 18, 19 of 20 jaar;
 U hebt geen kinderen;
NK 03 – jongerennorm gehuwden, een van beiden 18, 19 of 20 jaar: art. 20 lid 1 onder c
WWB
U krijgt netto € <@gehuwdennorm_art._20_lid_1_onder_c_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor mensen die getrouwd zijn of samenwonen en die aan de volgende
beschrijving voldoen:
 Eén van u beiden is 18, 19 of 20 jaar;
 De ander is 21 jaar of ouder is maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U hebt geen kinderen;
 U deelt uw woning niet met nog een of meer andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
NK 04 – jongerennorm gehuwden met kinderen, beiden 18, 19 of 20 jaar: art. 20 lid 2
onder b WWB
U krijgt netto € <@gehuwdennorm_art._20_lid_2_onder_b_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor mensen die getrouwd zijn of samenwonen en die aan de volgende
beschrijving voldoen:
 U bent beiden 18, 19 of 20 jaar;
 U hebt een of meer kinderen;
NK 05 – jongerennorm gehuwden met kinderen, een van beiden 18, 19 of 20 jaar: art.
20 lid 2 onder c WWB
U krijgt netto € <@gehuwdennorm_art._20_lid_2_onder_c_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor mensen die getrouwd zijn of samenwonen en die aan de volgende
beschrijving voldoen:
 Eén van u beiden is 18, 19 of 20 jaar;
 De ander is 21 jaar of ouder is maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U hebt een of meer kinderen;
26

U deelt uw woning niet met een of meer andere personen van 21 jaar of ouder,
die meetellen voor de kostendelersnorm.
Alleenstaande ouder
NK 06 – alleenstaande ouder: art. 21 onder b WWB
U krijgt netto € <@norm_alleenstaande_ouder_art._21_onder_b_WWB@> bijstand per
maand.
Dit is het bedrag voor een alleenstaande ouder die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning niet met nog een of meer andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
NK 07 – alleenstaande ouder, 18, 19 of 20 jaar: art. 20 lid 2 onder a WWB
U krijgt netto € <@norm_alleenstaande_ouder_artikel_20_lid_2_onder_a_WWB@> bijstand
per maand. Dit is het bedrag voor een alleenstaande ouder van 18, 19 of 20 jaar.
Alleenstaande
NK 08 – alleenstaande: art. 21 onder a WWB
U krijgt netto € <@norm_alleenstaande_art_21_onder_a_WWB@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een alleenstaande die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning niet met nog een of meer andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
NK 09 – alleenstaande, 18, 19 of 20 jaar: art. 20 lid 1 onder a WWB
U krijgt netto € <@norm_alleenstaande_artikel_20_lid_1_onder_a_WWB@> bijstand per
maand.
Dit is het bedrag voor een alleenstaande van 18, 19 of 20 jaar.
Kostendelers
NK 10 – kostendelersnorm, twee personen: art. 22a WWB
U krijgt <@ieder@> netto € <@kdn_twee_personen@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog een andere persoon van 21 jaar of ouder, die meetelt voor de
kostendelersnorm.
NK 11 – kostendelersnorm, drie personen: art. 22a WWB
U krijgt <@ieder@> netto € <@kdn_drie_personen@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog twee andere personen van 21 jaar of ouder, die meetellen
voor de kostendelersnorm.
27
NK 12 – kostendelersnorm, vier personen: art. 22a WWB
U krijgt <@ieder@> netto € <@kdn_vier_personen@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog drie andere personen van 21 jaar of ouder, die meetellen
voor de kostendelersnorm.
NK 13 – kostendelersnorm, vijf personen: art. 22a WWB
U krijgt <@ieder@> netto € <@kdn_vijf_personen@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog vier andere personen van 21 jaar of ouder, die meetellen
voor de kostendelersnorm.
NK 14 – kostendelersnorm, variabel aantal personen: art. 22a WWB
U krijgt <@ieder@> netto € <@kdn_aantal_personen@> bijstand per maand.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog <@aantal@> andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
NK 15 – kostendelersnorm, variabel aantal personen, belanghebbende is
alleenstaande ouder: art. 22a lid 3 WWB
U krijgt netto € <@kdn_aantal_personen@> bijstand per maand. Hierbij krijgt u 20% van de
gehuwdennorm extra, in totaal € <@kdn_aantal_personen_plus_20%@>.
Dit is het bedrag voor een persoon die aan de volgende beschrijving voldoet:
 U bent 21 jaar of ouder, maar jonger dan de AOW-leeftijd;
 U deelt uw woning met nog <@aantal@> andere personen van 21 jaar of ouder, die
meetellen voor de kostendelersnorm.
 U bent alleenstaande ouder.
Personen in inrichting
NK 20 – persoon in inrichting, alleenstaande: art. 23 lid 1 onder a WWB
U krijgt netto € <@alleenstaande_in_inrichting_art._23_lid_1_onder_a_WWB@> bijstand per
maand.
Dat is het bedrag voor een alleenstaande die in een instelling verblijft. Dit bedrag verhogen
wij met € <@alleenstaande_in_inrichting_art._23_lid_2_onder_a_WWB@> bijstand per
maand.
NK 21 – persoon in inrichting, alleenstaande ouder: art. 23 lid 1 onder a WWB
U krijgt netto € <@alleenstaande_ouder_in_inrichting_art._23_lid_1_onder_a_WWB@>
bijstand per maand.
Dat is het bedrag voor een alleenstaande die in een instelling verblijft. Dit bedrag verhogen
wij met € <@alleenstaande_ouder_in_inrichting_art._23_lid_2_onder_a_WWB@> bijstand
per maand.
28
NK 21 – personen in inrichting, gehuwden: art. 23 lid 1 onder b WWB
U krijgt netto € <@gehuwden_in_inrichting_art._23_lid_1_onder_b_WWB@> bijstand per
maand.
Dat is het bedrag voor gehuwden, waarvan beide partners in een instelling verblijven. Dit
bedrag verhogen wij met € <@gehuwden_in_inrichting_art._23_lid_2_onder_b_WWB@>
bijstand per maand.
Diversen
NK 25 – totaalbedrag bijstandsnormen
U krijgt netto € <@bedrag@>.
Dit is het totaalbedrag van de bijstand waarop u samen recht hebt.
NK 26 – afstemming persoonlijke situatie: art. 18 lid 1 WWB
U krijgt netto € <@bedrag@>.
Dit bedrag hebben wij afgestemd op uw persoonlijke situatie.
<@toelichting_persoonlijke_situatie@>.
29
Download