Zelfbeschikkingsrecht

advertisement
Zelfbeschikkingsrecht
Wereldleiders & het idee van zelfbeschikkingsrecht in de Eerste
Wereldoorlog
Door Youssou Haagsman en Judith Hof
Als gevolg van de Eerste Wereldoorlog zijn de grenzen in Europa grondig gewijzigd. Vooral
in Oost-Europa, waar de Oostenrijks-Hongaarse, Russische en Ottomaanse rijken instortten en
een groot aantal nieuwe staten als Polen en Tsjechoslowakije ontstonden. Net zo groot zijn de
veranderingen in het internationale systeem en de mores van de internationale gemeenschap.
Vooral het idee van nationaal zelfbeschikkingsrecht nam tijdens de oorlog een grote vlucht. In
de laatste jaren van de oorlog buitelden de leiders van de grote Europese rijken over elkaar
heen om de mooiste beloftes te doen aan de volken in Oost-Europa die een eigen land wilden;
met als uiteindelijk resultaat dat alle landen het zelfbeschikkingsrecht erkenden.
Het moderne recht op zelfbeschikking gaat in de politieke filosofie terug tot het einde
van de achttiende eeuw in het werk van Jean-Jacques Rousseau en de revoluties van die
periode, vooral de Amerikaanse. In de negentiende eeuw werd het zelfbeschikkingsrecht
geclaimd door vele Europese nationale bewegingen die hun eigen staat wilden, tegen het zere
been van de bestaande rijken. In 1848, het jaar van de revoluties, ontstond de vraag welke
naties er nu precies het recht hebben op zelfbeschikking. Zo was er het probleem dat
Hongarije zich af wilde scheiden van Oostenrijk, maar binnen Hongarije de Kroaten zich
weer van de Hongaren wilden afscheiden. Er ontstond het idee dat alleen de grote naties recht
hadden op zelfbeschikking en dat de kleinere ‘naties’, als de Slowaken en de Kroaten, hier
geen recht op hadden.1
Hier bracht de Eerste Wereldoorlog verandering in. Beide kampen hoopten door
nationale bewegingen te steunen in het rijk van de tegenstander deze te kunnen verzwakken.
Vooral de Polen en de Tsjechen werden beloftes gedaan en aan beide zijden van het conflict
vochten Poolse troepen in hun eigen eenheden. De Entente speelde hierin de grootste rol,
Frankrijk voorop. De Amerikaanse president Wilson staat bekend als de grootste voorstander
van het zelfbeschikkingsrecht, maar hij deed zijn uitspraken hierover niet als eerste. De eerste
die expliciet pleiten voor het zelfbeschikkingsrecht waren de bolsjewieken die in Rusland de
macht hadden gegrepen. Binnen een maand na hun uitlatingen spraken ook de Britse premier
1
D. Heater, National self-determination. Woodrow Wilson and his legacy (Londen 1994) 1-7.
1
Lloyd George en Wilson zich uit voor zelfbeschikking. Lloyd George en Wilson deden dit
binnen drie dagen van elkaar. De uitspraken van deze wereldleiders kunnen niet los van elkaar
worden gezien, maar zijn allemaal onderdeel van een discussie die in heel de Westerse wereld
speelde. De snelle verspreiding van het idee van zelfbeschikkingsrecht is hiermee duidelijk
een transnationaal fenomeen.
Wij zullen de vier belangrijkste regeringen in dit debat, die van de Verenigde Staten,
Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en revolutionair Rusland, onderzoeken hoe hun
standpunten over het zelfbeschikkingsrecht tijdens de oorlog zich ontwikkelden en welke rol
zij speelden in het wereldwijde debat. Uiteindelijk bleek de toepassing van het
zelfbeschikkingsrecht in de praktijk vele malen lastiger dan verwacht, waardoor de vrede voor
velen een teleurstelling was. Ook hier zullen wij kort aandacht aan besteden.
Verenigde Staten
‘National aspirations must be respected; people may now be dominated and governed
only by their own consent. ‘Self-determination’ is not a mere phrase. It is an
imperative principle of action which statesmen will henceforth ignore at their peril.’ 2 –
Woodrow Wilson
De Amerikaanse president Woodrow Wilson is onlosmakelijk verbonden met het concept
zelfbeschikkingsrecht. Van huis uit genoot Wilson een streng calvinistische opvoeding en
deze is duidelijk terug te vinden in zijn latere leven en ideeën over de politiek en de wereld.3
Wilson was een groot voorstander van democratie, zelfbestuur en nationaliteit.4 In deze
idealen kunnen we de eerste beginselen vinden van wat later zijn ideeën over nationaal
zelfbeschikkingsrecht zouden vormen. Het betekende echter niet dat als er een wens bestond
van een volk voor zelfbeschikking, dat deze dan ook direct werd verleend. Wilson was ervan
overtuigd dat democratie aangeleerd kon worden. Dit was een langzaam proces dat goed
begeleid moest worden; het volk diende klaargestoomd te worden om uiteindelijk ook
zelfbeschikkingsrecht te kunnen krijgen.5 Hierin voorzag hij een morele rol voor de
Verenigde Staten. In 1918 was hij er zelfs van overtuigd geraakt dat het de morele plicht was
van de Verenigde Staten om ‘volwassen volkeren’ te bevrijden van de autocratische bewinden
2
Geciteerd uit M. Hechter en K. Opp ed., Social Norms (New York 2001) 194.
Heater, National Self-Determination, 15.
4
Ibidem, 22.
5
Ibidem, 23.
3
2
die hen overheersten. Deze volkeren moesten de mogelijkheid krijgen een eigen staat met
eigen regels en gewoonten te creëren.6
Het idee van zelfbeschikkingsrecht was onderwerp van veel discussie ten tijde van de
Eerste Wereldoorlog. Naast organisaties die zich in zouden zetten voor de vrede was het ook
een discussiepunt voor leiders van overheden die meevochten
en voor leiders van
7
nationaliteiten die wensten onafhankelijk te zijn. Toen de oorlog in 1914 nog geen drie
maanden onderweg was, waren er al gesprekken tussen de Amerikaanse ambassadeur in
Londen, Walter Hines Page, en de bevelhebber van de British Expeditionary Force (BEF),
John French, over zelfbeschikkingsrecht. Uit dit gesprek kwam naar voren dat elk land dat
zijn eigen nationaliteit moest behouden. België diende weer Belgisch te worden, ElzasLotharingen moest bij Frankrijk blijven als de inwoners daarvan dat wensten, Polen diende
opnieuw gecreëerd te worden en de Slavische Staten diende bij Rusland te worden gevoegd
enzovoort.8 President Wilson was bijzonder geïnteresseerd in het rapport van Page en kon niet
wachten om een rol te spelen in de vredesonderhandelingen:
‘It gives me much to think about. It would indeed be a very great privilege if I could
play any part in bringing settled peace to Europe’.9
Op 27 mei 1916 kwam Wilson voor het eerst publiekelijk naar buiten met zijn ideeën
over zelfbeschikkingsrecht. Op een bijeenkomst van de League to Enforce Peace zei hij het
volgende:
‘First, that every people has a right to choose the sovereignty under which they shall
live’.10
Verder gaf hij aan dat kleinere staten net zoveel recht hebben op respect voor hun
soevereiniteit dan de grote en machtige naties in de wereld. 11 In deze speech begint hij ook te
spelen met het idee van een raad waarin alle landen van de wereld zouden deelnemen, de
latere Volkenbond. Het startschot van Wilsons campagne over zelfbeschikkingsrecht was
6
Ibidem, 24.
Ibidem, 29.
8
Ibidem, 28.
9
Geciteerd uit Ibidem.
10
Geciteerd uit A. Heckscher ed., The politics of Woodrow Wilson. Selections from his speeches and writings
(New York 1956) 260. Tevens is de speech te raadplegen op http://www.presidency.ucsb.edu/ws/?pid=65391.
Geraadpleegd op 10 maart 2014.
11
Ibidem.
7
3
gegeven. In de jaren die volgden, gaf Wilson meer speeches waarin hij actief voor het concept
van zelfbeschikkingsrecht pleitte. Op 22 januari 1917 sprak hij de Amerikaanse Senaat toe
met zijn fameuze ‘Peace without Victory’-speech: de oorlog in Europa kon geen duidelijke
overwinnaar krijgen en daardoor moesten vredesonderhandelingen worden gestart.12 In zijn
toespraak voor de Senaat sprak hij over het recht om volkeren onder vreemd gezag te plaatsen
en had daarover het volgende te zeggen:
‘that no right anywhere exists to hand peoples about from sovereignty to sovereignty
as if they were property’.13
In april 1917 verklaarden de Verenigde Staten het Duitse keizerrijk de oorlog na het
uitlekken van het zogenaamde Zimmermanntelegram. Omdat Wilson Oostenrijk-Hongarije
nog te vriend probeerde te houden om zo een aparte vrede met dit land niet uit te kunnen
sluiten, verklaarden de Verenigde Staten Oostenrijk-Hongarije niet de oorlog Wilson wenste
de economische en politieke eenheid van het grote land te bewaren door een federale
eenheidsstaat op te richten binnen de bestaande grenzen van het rijk. In december 1917
bezweek hij toch onder binnen- en buitenlandse druk en verklaarde ook dit land de oorlog. 14
Aan het eind van 1917 nam de druk bij de geallieerden om concrete oorlogsdoelen te
stellen toe nadat ook de bolsjewieken dit hadden gedaan. In september 1917 was Wilson,
samen met een comité, begonnen met het opstellen van Amerikaanse oorlogsdoelen. 15 Op 8
januari 1918 gaf hij zijn Fourteen Points-speech voor het Amerikaanse Congres.16 In zijn
speech legde Wilson de nadruk op wereldvrede en die kon worden behaald door het volgen
van het Fourteen Points -programma dat hij zorgvuldig had opgesteld. Zelfbeschikkingsrecht
voor volkeren was een van de belangrijkste onderwerpen in het programma; maar liefst zeven
van de veertien punten gingen in op zelfbeschikkingsrecht.17 In punt vijf ging Wilson in op
het feit dat de belangen van de volkeren even zwaar mee moesten tellen als de aanspraak die
bepaalde overhedenop gebieden maakten.18 Naast België en Elzas-Lotharingen ging hij
achtereenvolgens van de punten negen tot en met dertien in op het zelfbeschikkingsrecht van
volkeren in Italië, in Oostenrijk-Hongarije, op de Balkan, in het Ottomaanse Rijk en in Polen.
12
Heater, National self-determination, 31.
Geciteerd uit Heckscher ed., The Politics, 265. Tevens is de volledige speech te raadplegen op
http://www.firstworldwar.com/source/peacewithoutvictory.htm. Geraadpleegd op 10 maart 2014.
14
M. Ádám, The Versailles system and Central Europe (Hampshire 2004) 4.
15
Heater, National self-determination, 36.
16
Heckscher ed, The politics, 299.
17
Heater, National Self-Determination, 41.
18
E. D. Cronon ed., The political thought of Woodrow Wilson (Indianapolis 1965) 442.
13
4
Deze laatste leefde dat tot dan toe onder het juk van de Duitsers, Oostenrijkers en de
Russen.19 Het laatste punt van Wilsons plan ging over de Volkenbond:
‘A general association of nations must be formed under specific covenants for the
purpose of affording mutual guarantees of political independence and territorial
integrity to great and small states alike’.20
Ondanks de vrij grote aandacht voor de verschillende onafhankelijkheidsbewegingen
steunde Wilson tot mei 1918 deze bewegingen niet; alleen de Poolse beweging wist, na veel
moeite, steun te vergaren bij de Amerikaanse regering. Hoewel Wilson in zijn speech van 22
januari 1917 in ging op de Poolse kwestie en pleitte voor de onafhankelijkheid van het land,
meende hij er weinig van. De Poolse kwestie diende vooral als voorbeeld bij zijn verhaal over
de vrije keus van naties om onder een eigen regering te leven.21
Nadat Wilson in januari 1918 zijn veertien punten de wereld in bracht, kwamen er bij
de Amerikaanse regering honderden brieven binnen van onafhankelijkheidsbewegingen, maar
velen kwamen niet voorbij de persoonlijke secretaris van de president.22 Wilson wilde de
grote landen, waaronder Frankrijk en Groot-Brittannië, te vriend houden. Alle andere zaken,
als de vorming van nieuwe landen in het oosten van Europa, konden later opgelost worden
tijdens de vredesconferentie en nog later door de Volkenbond. In de veertien punten ging
Wilson niet nadrukkelijk in op het zelfbeschikkingsrecht voor minderheden als de
Tsjechoslowaken en de Joegoslaven. Hij sprak over een vrije manier die gezocht moest
worden voor autonome ontwikkeling en niet over directe onafhankelijkheid.23 Dit was veelal
om Oostenrijk-Hongarije te vriend te houden zodat er nog steeds hoop bleef om apart vrede te
sluiten. Pas nadat bleek dat een apart vredesverdrag met Oostenrijk-Hongarije niet meer
mogelijk was, begon Wilson de nationalistische doelen van de Tsjechoslowaken en de
Joegoslaven te steunen. Waarschijnlijk hadden deze twee landen ook onafhankelijk kunnen
worden zonder de Amerikaanse morele steun, maar om geen gezichtsverlies te lijden en zijn
19
Ibidem, 443-444.
Geciteerd uit Cronon ed. The political thought, 444. Tevens is de verkorte speech over de veertien punten te
raadplegen op http://www.firstworldwar.com/source/fourteenpoints.htm. Geraadpleegd op 10 maart 2014.
21
M.F. Boemeke en G.D. Feldman, The Treaty of Versailles: a reassessment after 75 years / ed. By (Cambridge
1998) 319.
22
E. Manela, The Wilsonian Moment. Self-determination and the international origins of anticolonial
nationalism (New York 2007) 5.
23
S. J. Kerknek, ‘Woodrow Wilson and national self-determination along Italy's frontier. A study of the
manipulation of principles in the pursuit of political interests’, Proceedings of the American Philosophical
Society 126:4 (1982) 243-300, 246.
20
5
positie als wereldleider te verstevigen, erkende Wilson deze onafhankelijkheidsbewegingen
alsnog.24 In september 1918 erkende hij de Tsjechoslowaakse nationale raad als de regering
en in december 1918 het Joegoslavische comité.25
Frankrijk
‘If you are to remake the map of the world it is in the name of the peoples and on
condition that you shall faithfully interpret their thoughts and respect the right of
nations, small and great, to dispose of themselves…’26 – Openingswoord
vredesconferentie van president Poincaré.
Frankrijk was het minst overtuigd van het concept ‘zelfbeschikkingsrecht’; behalve ElzasLotharingen had Frankrijk weinig interesse in andere zaken die te maken hadden met het recht
op zelfbeschikking.27 Frankrijk richtte zich met name op Rusland als belangrijke partner in de
oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Toen de Russen Polen hadden verloren aan
de Duitsers en Oostenrijkers begon Frankrijk bijzondere interesse te tonen voor de Poolse
kwestie. In januari 1916 noemde de Franse premier Aristide Briand Polen in een adem met
Servië, België en Elzas-Lotharingen als gebieden die (weer) onafhankelijk moesten zijn.28
Briand was overtuigd geraakt van het recht op zelfbeschikking en hij was dan ook de eerste
Entente-leider
die
officieel
Edvard
Beneš,
de
leider
van
de
Tsjechische
onafhankelijkheidsbeweging, ontmoette. Al in 1916 erkende Frankrijk de Tsjechoslowaakse
overheid in ballingschap. In december 1917 kwam daar een decreet bij: een autonoom
Tsjechoslowaaks leger werd erkend onder Frans militair gezag. Tevens erkende Frankrijk de
politieke autoriteit van de Tsjechoslowaakse Nationale Raad erkend.29
In januari 1917 overhandigde Briand de Amerikaanse ambassadeur in Parijs een brief
met daarin een opsomming van de oorlogsdoelen van de Entente-machten. Hierin verwees hij
naar de Slaven, Roemenen en de Tsjechoslowaken en hun recht op zelfbeschikking. 30 Toen in
datzelfde jaar Georges Clemenceau premier werd, kwam hij met de opmerking dat het
Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten minder snel tot territoriale aanspraken zouden
overgaan, omdat Duitse troepen hen niet hadden binnengevallen. Zij zouden meer voor
24
Ibidem, 247.
Ádám, The Versailles system, 5.
26
Geciteerd uit Heater, National self-determination, 57. Tevens te raadplegen op
http://www.firstworldwar.com/source/parispeaceconf_poincare.htm. Geraadpleegd op 10 maart 2014.
27
Heater, National self-determination, 29 en 55.
28
Boemeke, The Treaty of Versailles, 318.
29
D.S. Newhall, Clemenceau. A life at war (New York 1991) 384-385.
30
Heater, National self-determination, 29.
25
6
wereldvrede zijn en de wereld klaarstomen voor democratie, dan daadwerkelijke uitspraken
over territoriale verdelingen doen.31 In eerste instantie steunde Clemenceau het veertien
puntenplan van Wilson, maar na een maand begon hij toch te twijfelen over sommige punten.
Zeker als het ging over de koloniale claims en het recht op zelfbeschikkingsrecht voor
volkeren werd een lastig punt; ging dit namelijk ook over de koloniën die Frankrijk in zijn
bezit had?32 De realiteit bleef echter dat Frankrijk de Verenigde Staten voor wapens en
oorlogsfinanciering zeer hard nodig had waardoor echt tegensputteren weinig zin had.33
Het Verenigde Koninkrijk
‘I really think at first the idealistic president [Wilson] regarded himself as a
missionary whose function it was to rescue the poor European heathens from their
age-old worship of false and fiery gods.’ 34 – David Lloyd George
Het Verenigd Koninkrijk begon de Eerste Wereldoorlog met een immens koloniale rijk en
was daarom de grootste natuurlijke tegenstander van het zelfbeschikkingsrecht. Naast de vele
koloniën in Afrika en Azië zonder enige vorm van zelfbestuur had het ook nog een aantal
dominions, als Canada, Australië en Zuid-Afrika die volledige autonomie hadden, maar
waarvan Londen het buitenlands beleid bepaalde. Binnen het Verenigd Koninkrijk zelf
voelden de katholieke Ieren zich achtergesteld. Ook zij wilden een grotere mate van
zelfstandigheid. Ierland had vlak voor de oorlog autonomie gekregen, maar bij het uitbreken
van de Eerste Wereldoorlog schortte oorlogsminister Kitchener deze op. De Britse premier
David Lloyd George was daarentegen juist niet de grootste tegenstander van het
zelfbeschikkingsrecht, maar zocht naar consensus onder de grootmachten hierover. Bij het
uitbreken van de oorlog was de liberale Welshman Lloyd George nog minister van financiën,
maar nadat Kitchener in 1916 onderweg naar Rusland op een mijn was gevaren, werd hij de
minister van oorlog. In december van dat jaar viel de regering en wist Lloyd George premier
te worden.
Zelfbeschikking was geen natuurlijke zaak voor de Entente, omdat de Britten, Fransen
en Russen allemaal een groot rijk hadden met veel minderheden. Zeker in het geval van de
Russen was dit lastig, met een Europees rijk onder autocratisch bestuur, zou zelfbeschikking
hen het hardste raken. Toch begonnen de Entente-machten ook al voor de Russische
Revoluties beloftes te maken aan onderworpen volken in Oost-Europa en het Midden-Oosten.
31
Newhall, Clemenceau, 375.
Ibidem, 376.
33
Ibidem, 377.
34
Geciteerd uit D. Lloyd George, Memoirs of the Peace Conference I (New Haven 1939) 141.
32
7
Met de Duitse verovering van Russisch Polen werd het makkelijker om hun beloftes over
autonomie te doen beloftes die ook aan de Tsjechen werden gemaakt. Die beloften waren
echter nog niet ideologisch onderbouwd men hoopte er vooral soldaten mee te trekken, die
bijvoorbeeld in het Tsjechische Legioen, dat in 1917 was opgericht, konden vechten aan het
oostfront. Zowel bij de Polen als de Tsjechen waren het echter vooral de Fransen die hierop
aanstuurden, met hiervoor wel Britse steun. Na de Russische Revolutie in november 1917 en
de verklaringen over zelfbeschikkingsrecht van de bolsjewieken veranderd dit en komt het
Verenigd Koninkrijk ook met steun voor het zelfbeschikkingsrecht.
Drie dagen voor de speech van Woodrow Wilson in januari 1918 waarin hij zijn
veertien punten uiteenzette, hield Lloyd George de belangrijkste speech tot dan toe over de
Britse oorlogsdoelen. Het belangrijkste doel van de rede was het neerzetten van de Centrale
Machten als de agressoren van de oorlog en als hypocriet in hun beloftes van vrede.
Zelfbeschikking
speelde in deze rede van Lloyd George een grote rol en kwam veel
explicieter naar voren dan bij Wilson, die het woord niet in de mond nam. Niet alleen in
Europa zouden alle landen het recht moeten hebben op zelfbeschikking, ook het bestuur van
de niet-Turkse delen van het Ottomaanse Rijk en de Duitse koloniën hadden recht op
zeggenschap over hun bestuur. Lloyd George’s woorden zijn zorgvuldig gekozen om alle
uitkomsten nog open te houden en hij pleit zeker niet voor onafhankelijkheid:35
‘With regard to the German colonies, I have repeatedly declared that they are held
at the disposal of a conference whose decision must have primary regard to the
wishes and interests of the native inhabitants of such colonies. None of those
territories are inhabited by Europeans. The governing consideration, therefore, in
all these cases must be that the inhabitants should be placed under the control of
an administration, acceptable to themselves, one of whose main purposes will be
to prevent their exploitation for the benefit of European capitalists or
governments.’36
Een vrije hand had de premier niet in het formuleren van het Britse buitenlands beleid,
want de coalitiepartijen en de dominions hadden ook inspraak hadden in het beleid. Die
dominions hadden weinig interesse in Europa, maar des te meer in de Duitse koloniën in hun
35
D. Woodward, ‘The origins and intent of David Lloyd George’s January 5 War aims speech’, The Historian
34 (1971) 22-39.
36
Geciteerd van British War Aims, http://www.gwpda.org/1918/waraims.html, geraadpleegd op 11 maart 2014.
8
omgeving, die ze met het eigen leger hadden veroverd. Zuid-Afrika had in bloedige
campagnes Duits Zuidwest-Afrika
en Tanganyika, het huidige Namibië en Tanzania,
veroverd en Australië had, zonder zwaar te moeten vechten, de Duitse koloniën op NieuwGuinea en in de Stille Oceaan bezet. Deze gebieden wilden de dominions toevoegen aan het
eigen gebied en niet opgeven. De generaal die de Duitse gebieden had veroverd en de ZuidAfrikaanse gezant in de Imperial War Council Jan Smuts was voorstander van vrede zonder
zware sancties tegen Duitsland en had veel hoop in de Volkenbond. In Oost-Europa moest
deze bond volgens Smuts een grote rol spelen in het begeleiden van de nieuwe staten bij het
opzetten van een functionerend staatsapparaat. Buiten Europa zag Smuts dit echter heel
anders en was hij geen voorstander van onafhankelijke staten, zeker niet voor de oude Duitse
koloniën, maar ook niet voor bijvoorbeeld Georgië en de andere Kaukasische staten die na
Russische Revolutie de onafhankelijkheid hadden uitgeroepen. Deze gebieden moesten direct
worden geannexeerd, waarbij hij zelf vooral dacht aan Zuidwest-Afrika. Ook Australië en
Nieuw Zeeland wilden graag hun veroverde gebieden besturen zonder inmenging van een
Volkerenbond.37
Zowel in Europa als daarbuiten waren er flink wat compromissen nodig om het
zelfbeschikkingsrecht toe te passen. In Europa kwam dat omdat er daar geen sprake was van
duidelijke etnische grenzen, maar er toch levensvatbare staten moesten komen. In Afrika en
Azië werd op het idee van zelfbeschikking flink toegegeven door de manier waarop het
mandaatsysteem in elkaar werd gezet. Om aan de eisen van de Britse dominions te voldoen en
toch Wilson tevreden te houden bedacht Lloyd George een systeem waarbij er verschillende
soorten mandaatgebied waren. Klasse A-mandaten waren genoeg gevorderd om op korte
termijn onafhankelijk te worden, terwijl er voor Klasse B-mandaten een langere termijn van
westers bestuur noodzakelijk was voor de ontwikkeling van de volken hoog genoeg was voor
zelfbestuur. De mandaatgebieden van de dominions, werden echter een Klasse C-mandaat.
Deze gebieden zouden zo slecht ontwikkeld zijn dat er een hele lange tijd nodig was voor het
bijbrengen van beschaving. In de tussentijd konden de bezetters de gebieden beschouwen als
eigen grondgebied.38
Rusland
It is from this division that our definition of the “right of nations to selfdetermination” must follow, a definition that is consistently democratic,
37
38
A. Lentin, General Smuts’ South Africa (Londen 2010) 51-56, 58-63.
Ibidem; A. Sharp, David Lloyd George: Great Britain (Londen 2011) 143-148.
9
revolutionary, and in accord with the general task of the immediate struggle for
socialism.39 – Vladimir Lenin
De grenzen van Tsaristisch Rusland lagen in 1914 ver naar het westen, maar in 1917 waren de
legers van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije al diep doorgedrongen in het Russische gebied.
Onder andere heel Polen lag was inmiddels in Duitse handen. Door de grote verliezen waren
het Russische leger en de tsaar zwaar verzwakt, waardoor in maart 1917 een demonstratie van
vrouwen over voedsel in de hoofdstad Petrograd uit de hand kon lopen. Het leger weigerde de
opstand neer te slaan en de tsaar werd tot aftreden gedwongen. Hiermee begon een chaotische
periode waarin een Provisionele Regering en socialistische sovjets of ‘raden’ het gezag in
Rusland betwistten. De sovjet in Petrograd erkende het gezag van de regering, maar oefende
enorme druk uit op alle punten waar zij het mee oneens waren, en dat waren er veel. Duitsland
zag in deze chaos een kans om Rusland verder te verzwakken en vervoerde een aantal
Russische bolsjewisten onder leiding van Vladimir Lenin in een gesloten trein vanuit
Zwitserland, waar zij in ballingschap verbleven, naar Petrograd. Na zijn aankomst in april
1917 verkreeg Lenin aanhang met de belofte Rusland uit de oorlog te halen. Het lukte de
bolsjewieken niet om hun slag te slaan uit grootschalige protesten in juli na een mislukt
offensief, maar in november (oktober in de Juliaanse kalender) slaagde dit wel en kregen de
bolsjewieken macht in het merendeel van Rusland.40
Lenins had zijn ideeën over nationale zelfbeschikking al eerder ontwikkeld. In
artikelen uit 1915 en 1916 pleitte hij voor het recht van volkeren om hun eigen politieke lot te
bepalen. In tegenstelling tot het klassieke marxisme waarin alle vormen van nationalisme
worden afgedaan als een uitvinding van de bourgeoisie, vond Lenin dat nationalisme een
bestaand feit was waar communisten rekening mee dienden te houden. Sterker nog, hij vond
dat alle volken eerst een nationale ontwikkeling door moesten maken voordat ze rijp waren
voor de revolutie. De landen in West-Europa waren dit al, maar in Oost-Europa en in de rest
van de wereld moest er nog veel gebeuren. In de koloniën buiten Europa waar nog geen
nationale beweging was, was het volgens Lenin soms zelf nodig voor de arbeidersklassen om
samen met de lokale bourgeoisie te strijden voor hun onafhankelijkheid. Pas als landen
39
Geciteerd van The Revolutionary Proletariat and the Right of Nations to Self-Determination,
https://www.marxists.org/archive/lenin/works/1915/oct/16.htm, geraadpleegd op 11 maart 2014.
40
C. Evtukov en R. Stites, A history of Russia. Peoples, legends, events, forces since 1800 (Boston 2004) 276–
290.
10
bevrijd waren van vreemde overheersing, kon het volk zich richten op de klassenstrijd en was
de weg vrij voor het ware socialisme.41
Nadat de bolsjewieken in november 1917 de macht hadden gegrepen in Rusland,
verklaarden ze de dag erop meteen een vrede met Duitsland te willen, zonder annexaties of
schadevergoeding. Op de vredesconferentie tussen de Centralen en Rusland die in december
begon in het door de Duitsers veroverde fort van Brest-Litovsk kwam zelfbeschikking
centraal te staan. Rusland eiste een vrede zonder annexaties, referenda over onafhankelijkheid
en een goede bescherming van minderheden. Zowel Duitsland als Oostenrijk-Hongarije was
zeker niet van plan zelfbeschikking te geven aan de vele volkeren in hun rijken, maar
accepteerden de Russische voorwaarden toch. Hiermee waren de westerse Entente-machten
de laatste die zich officieel achter het zelfbeschikkingsrecht schaarden, dit liet echter nog geen
maand op zich wachten.42 Trotski was op de vredesconferentie wel bereid te praten over
zelfbeschikking voor de Baltische staten en Polen, gebieden die al grotendeels door de
Duitsers waren veroverd. Trotski voerde het tempo van de onderhandelingen in een langzaam
tempo op, in de ijdele hoop dat de revolutie zou uitbreken voor de vrede was getekend.
De Duitsers gebruikten zelfbeschikking vooral als ideologisch middel in de oorlog,
zonder dat men daadwerkelijk in het idee geloofde, maar ook voor de bolsjewieken was macht
op dit punt belangrijker. Na de revolutie in 1917 hadden veel niet-Russische volken zich
onafhankelijk verklaard van de tsaar, waaronder Finland, de Baltische staten, Oekraïne,
Georgië en Azerbaijan. Met de onafhankelijkheid van Finland en de Baltische staten konden
de Russen wel leven, maar Oekraïne en de Kaukasus moesten koste wat kost worden
heroverd. Tegelijkertijd met de conferentie in Brest-Litovsk trok het bolsjewistische leger
daarom Oekraïne binnen. Het recht op zelfbeschikking bleef tot de val van de Sovjet-Unie
echter onderdeel van de officiële Sovjet-ideologie.43
Versailles en het falen van zelfbeschikkingsrecht
‘It is understood (…) that such territorial readjustments, if any, as may in future
become necessary by reason of changes in present racial conditions and aspirations or
present social and political relationships, pursuant to the principle of selfdetermination… may be effected, of agreeable to those peoples. …The Contracting
41
B. Chernev, ‘The Brest-Litovsk moment: self-determination discourse in Eastern Europe before
Wilsonianism’, Diplomacy & Statecraft 22 (2011) 369–387.
42
Ibidem.
43
Y. Slezkine, ‘The USSR as a communal appartment, or how a socialist state promoted ethnic particularism’,
Slavic Review 53 (1994) 414–452.
11
Powers accept without reservation the principle that the peace of the world is superior
in importance to every question of political jurisdiction or boundary.‘44 – Eerste
concept artikel tien over zelfbeschikkingsrecht Volkenbond.
Al
in
1918
wist
Woodrow
Wilson
dat
het
niet
mogelijk
was
om
alle
onafhankelijkheidsbewegingen die er waren zelfbeschikkingsrecht te verlenen. In het eerste
concept voor de Volkenbond was het zelfbeschikkingsrecht nog opgenomen, maar in het
daadwerkelijke plan was dit verdwenen. Tijdens de Vredesconferentie van Versailles kwamen
al snel de problemen op tafel als het ging om territoriale verdelingen; in enkele gevallen
faalde Wilson in zijn plan om minderheden niet onder vreemd gezag te plaatsen. Dit was het
geval bij de enkele groepen Bulgaren in Roemenië en verschillende groepen Duitsers in
Polen, België en Tsjechoslowakije. In enkele gevallen vocht Wilson een harde strijd voor
zelfbeschikkingsrecht van bepaalde gebieden. Zo was er de stad Danzig, die Wilson koste wat
kost uit handen probeerde te houden van de Polen. Ook de Britten zagen de problemen die het
Pools maken van deze voornamelijk Duitse stad zou veroorzaken; Lloyd George omschreef
het als een oostelijke Elzas-Lotharingen. Alleen de Fransen hoopten juist op een zo groot
mogelijk Polen, om in de toekomst de rol te vervullen die Tsaristisch Rusland altijd had
vervuld, het omringen van Duitsland aan twee fronten. Het uiteindelijke plan waarin Danzig
een vrije stad werd in een Poolse corridor naar de zee was een compromis waar niemand zeg
écht in kon vinden.45
Wilson en Lloyd George moesten wel vaker vechten tegen een dwarsliggende
Clemenceau, die bijvoorbeeld een soort bufferzone wilde creëren tussen Frankrijk en
Duitsland om problemen in de toekomst te voorkomen. Deze bufferzone zou bestaan uit de
linkeroever van de rivier de Rijn en het gebied rondom de rivier de Saar. Met name het laatste
gebied was rijk aan koolmijnen en kon als economische compensatie gelden voor het verlies
van de Franse koolmijnen tijdens de oorlog.46 Wilson kon dit niet accepteren:
‘I told him I could not agree (…) because it would mean giving 300,000 Germans to
France. I do not know whether the Peace Conference will continue. M. Clemenceau
called me pro-German and abruptly left the room.’47
44
Geciteerd uit Heater, National self-determination, 212.
Ibidem, 71-76; L. Oberdorfer, ‘The Danzig question in British foreign policy, 1918-1920, Diplomacy &
Statecraft 15 (2004) 573-592, aldaar 574-584.
46
Heater, National self-determination, 58.
47
Geciteerd uit Ibidem, 72.
45
12
Dit zou betekenen dat een grote groep Duitse inwoners onder Frans gezag kwam te staan
terwijl ze dit hoogstwaarschijnlijk niet eens wensten.
Wilson kon niet om het feit heen dat in sommige gevallen zelfbeschikkingsrecht niet
de beste oplossing was. In Oostenrijk was er bijvoorbeeld een roep voor een Anschluss met
Duitsland. Als dit de wens was van de Oostenrijkers, dan moest de Volkenbond dit
uiteindelijk accepteren. Dat strookte natuurlijk absoluut niet met het doel van de geallieerden
om Duitsland militair zwak te houden, dus werd dit expliciet verboden. En er waren natuurlijk
wel veel meer plaatsen waar zelfbeschikking voor de geallieerden politiek niet aanvaardbaar
was, in Oost-Europa en in Azië en Afrika. Wilson weigerde dan ook om meer sympathie te
tonen voor
sommige delegaties die naar Parijs waren gekomen om hun plan voor
zelfbeschikking te presenteren aan de president. Hij was zich wellicht erg bewust van de
gevaren die het concept met zich mee zou brengen voor de wereld. Het principe van
zelfbeschikkingsrecht werd immers toegepast op bepaalde gebieden waar etnische grenzen
een zeldzaamheid waren.48
48
Ibidem, 72-77; Boemeke, The Treaty of Versailles, 332.
13
Literatuurlijst
Ádám, M., The Versailles system and Central Europe (Hampshire 2004).
Boemeke, M.F. en G.D. Feldman ed., The Treaty of Versailles: a reassessment after 75 years
(Cambridge 1998).
Chernev, B., ‘The Brest-Litovsk moment: self-determination discourse in Eastern Europe
before Wilsonianism’, Diplomacy & Statecraft 22 (2011) 369-387.
Cronon, E.D. ed., The political thought of Woodrow Wilson (Indianapolis 1965).
Evtukov, C. en R. Stites, A history of Russia. Peoples, legends, events, forces since 1800
(Boston 2004).
Heater, D., National self-determination. Woodrow Wilson and his legacy (Londen 1994).
Hechter, M. en K. Opp ed., Social Norms (New York 2001).
Heckscher, A.
ed., The politics of Woodrow Wilson. Selections from his speeches and
writings (New York 1956).
Kerknek, S.J., ‘Woodrow Wilson and National Self-Determination along Italy's Frontier: A
Study of the Manipulation of Principles in the Pursuit of Political Interests’, Proceedings of
the American Philosophical Society 126:4 (1982) 243-300.
Lentin, A., General Smuts' South Africa (London 2010).
Lloyd George, D., Memoirs of the Peace Conference I (New Haven 1939).
Manela, E., The Wilsonian Moment. Self-determination and the international origins of
anticolonial nationalism (New York 2007).
Newhall, D.S., Clemenceau. A life at war (New York 1991).
Oberdorfer, L., ‘The Danzig question in British foreign policy, 1918-1920, Diplomacy &
Statecraft 15 (2004) 573-592.
Sharp, A., David Lloyd George: Great Britain (Londen 2011).
14
Slezkine, Y., ‘The USSR as a communal appartment, or how a socialist state promoted ethnic
particularism’, Slavic Review 53 (1994) 414-452.
Woodward, D., ‘The origins and intent of David Lloyd George’s January 5 War aims speech’,
The Historian 34 (1971) 22-39.
15
Download