HERSENONTWIKKELING, COMMUNICATIE EN MOEILIJK VERSTAANBAAR GEDRAG Symposium ‘Verder met je (klein)kind. Zaterdag 13 oktober 2012, Ede. Hans van Dam, docent en consulent nah [email protected] PROGRAMMA • • • • • • • • Hersenen algemeen Hersenen in ontwikkeling Als epilepsie in de ontwikkeling valt….. Specifieke gevolgen vroeg hersenletsel, Specifieke gedragingen bij hersenverandering Hoe gedrag te begrijpen? (dreigende) overvraging Stress HERSENEN “WIJ ZIJN ONZE HERSENEN” Dick Swaab, hoogleraar neurobiologie Alles wat wij doen, denken, voelen loopt via onze hersenen. Met die kanttekening dat er geen orgaan is dat zo gevoelig is voor invloeden van buitenaf. HERSENEN: ZEER INGEWIKKELD NETWERK • Hersenen vormen een ingewikkeld nietlineair netwerk van 100 miljard cellen en 900 miljard steuncellen. • Er zijn ruim 1000 maal meer contactpunten dan cellen. • De totale bedrading omvat ongeveer 100.000 kilometer. • Centrale taak: informatieverwerking. HET BEWUSTZIJN: EEN VALSE BEDRIEGER! VRAAG • WIENS HERSENEN VAN DE VOLGENDE PERSONEN ZIJN INTERESSANT OM VEEL OVER DE NORMALE WERKING VAN DE HERSENEN TE WETEN TE KOMEN??? WIENS HERSENEN?? HERSENEN IN ONTWIKKELING (1) • Hersenontwikkeling is vanaf het begin bepaald door aanleg en omgeving. • Hormonale invloeden zijn belangrijk (o.a. schildklier), evenals alcohol, roken, voedingstoestand, medicijngebruik. • Langdurige heftige stress beïnvloeden hersenontwikkeling – mishandeling en verwaarlozing geven veel stress in het brein! HERSENEN IN ONTWIKKELING (2) • Aanmaak hersencellen in hoog tempo tijdens zwangerschap en, in wat lager tempo, na de geboorte. • Rondom vierde levensjaar is 90% van de hersencellen aanwezig. • De organisatie (rijping) gaat nog door tot 25. • De ontwikkeling gaat bottum-up BOTTUM-UP ONTWIKKELING HERSENEN IN ONTWIKKELING (3) • Testosteron stilmuleert de ontwikkeling van de rechterhersenhelft ten koste van de linker hersenhelft (Martine Delfos) . • Zo ontstaan verschillen tussen jongens en meisjes – sexegebonden voorkeurgedrag Verschillen ook in stoornissen, bijvoorbeeld dyslexie 60-80% jongens. HERSENEN IN ONTWIKKELING (4) • De hersenen van meisjes ontwikkelen sneller dan van jongens (o.i.v. oestrogeen) • In het algemeen zijn functies bij meisjes meer over de hersenen verdeeld. • De rechterhersenhelft ontwikkelt zich sneller dan de linkerhelft (evolutionair logisch) • De linker hersenhelft ontwikkelt zich deels vanuit de rechter hersenhelft HERSENEN EN IMMUUNSYSTEEM • Hersenontwikkelingsstoornissen en aanhoudende stress verhogen kans op ontregeling afweersysteem a. Onderreactie: vatbaar voor ziekten, moeilijker herstel, vaker bij jongens b. Overreactie: allergieën en autoimmuunziekten, vaker bij meisjes. c. Onrijpheid: atopisch syndroom (voedselallergie, atypisch exceem) , vaker bij jongens, vanwege trage rijping. OMGEVINGSINVLOEDEN • Hersenen zijn aangelegd op invloed van buitenaf. • In rijpingsperiode bijzondere gevoeligheid • Gedoseerde stimulering in veilige omgeving optimaliseert ontwikkeling • Verkeren in angst en onveiligheid remt ontwikkeling en kunnen venijnige hersenveranderingen veroorzaken. VERMINDERDE GROEI BIJ ERNSTIGE VROEGE VERWAARLOZING GEVOLGEN (1) • Langdurige stress in de hersenen • Remmen van groei hersenen: stresshormoon (cortisol) drukt groeifactoren en remt dus hersengroei) • Verstoring genetisch ‘geplande’ organisatie van de hersenen. • Hyperarousal – scannen omgeving! • Verminderd denken • Emotieregulatiestoornissen GEVOLGEN (2) • Hersenen reageren met aanpassingsgedrag – altijd veiligheidzoekend gedrag! • Bijvoorbeeld: agitatie, agressie,‘uitproberen’, ‘uitlokking’, automutilatie, dissociatie. • Gedragingen én adaptatiegedrag vaak gerelateerd aan ontwikkeling die gaande is tijdens ontstaan van ontsporing. • Gedragingen vaak verkeerd begrepen!! ALS EPILEPSIE ONTSTAAT…. • Ernstige epilepsie kan de hersenontwikkeling verstoren, omdat het brein in een ander patroon schiet. • Wat gezamenlijk vuurt, gaat patroon vormen (fire together, wire together). • Bijvoorbeeld frontaalepilepsie: veel verbindingen die herhaaldelijk worden geactiveerd, gaan patroon vormen EN KUNNEN STRUCTUUR VERANDEREN! MIJN HOOFD….. HERSENENFUNCTIES NIET GELOKALISEERD! • Hersenen realiseren hun functies NIET op basis van lokalisatie (voor elke functie een aparte hersengebied), maar door efficiënte samenwerking van diverse hersengebieden. • De verbindingen zijn essentieel. • Timing en snelheid van prikkeloverdracht moet nauwkeurig zijn afgesteld. SAMENWERKING • Functies in de hersenen zijn niet strikt gelokaliseerd • Elke functie wordt gerealiseerd door uitgebreide en efficiënte samenwerking van verschillende hersendelen • Hoe ingewikkelder de functie, hoe meer samenwerking in de hersenen nodig is. • Dus: hoe kwetsbaarder deze functies zijn INGEWIKKELDE FUNCTIES(1) • Empathie (invoelingsvermogen) • Vooruit kunnen kijken/zich een beeld van de toekomst kunnen vormen. • Nadenken over jezelf en je eigen gedrag (zelfevaluatie) – zeker door de ogen van de ander! • Aandacht en concentratie • Kunnen schakelen van het ene naar het andere onderwerp INGEWIKKELDE FUNCTIES(2) • • • • • • De ander aanvoelen Strategisch denken Weloverwogen beslissen Gedrag uitstellen Interne motivatie Gedrag aanpassen op basis van wisselende omstandigheden • Emotieregulering BELANGRIJKE GEDRAGSPROBLEMEN(1) • Vertraagde informatieverwerking • Behoeften en gedrag niet kunnen uitstellen • Gedrag niet kunnen beheersen – ontremming, impulsief gedrag • Emoties niet kunnen beheersen • Egocentrisch denken en handelen • Verminderd of ontbrekend ziekte-inzicht • Verminderde zelfbijsturing (flexibiliteit) BELANGRIJKE GEDRAGSPROBLEMEN(2) • Moeite met ADL en HDL. • Initiatiefverlies – geen handelen zonder aanzet van buitenaf (Mangel an Antrieb) • Emotionele vervlakking, vooral in dagelijkse omgang met anderen (Mangel an Ernstwertung). • Niet kunnen kiezen. • Niet (goed) kunnen vertellen waarom men iets (niet) doet/deed. BELANGRIJKE GEDRAGSPROBLEMEN(3) • • • • • • • • Onfatsoenlijk gedrag Dwangmatig gedrag Achterdocht Geheugenproblemen Verminderd probleemoplossend vermogen ‘Somberen’, soms tot depressie Euforisch gedrag (kijken door roze bril) Risicogedrag BELANGRIJKE GEDRAGSPROBLEMEN(4) • Niet creatief omgaan met tijd en ruimte • Motorische en mentale traagheid of onhandigheid • Snel uit evenwicht, emotioneel instabiel • De ander pijn doen (geen zicht op gevolgen, wel effectief!) • ‘Claimend’ gedrag – sterke behoefte aan aandacht, die vaak wordt genegeerd. GEDRAG TE BEGRIJPEN UIT: • • • • • • Verstoring van chemische homeostase in brein Veranderde hersendynamiek De hiërarchische hersenorganisatie. Wetmatigheden in de hersenen (Dreigende) overvraging of ondervraging Omgevingsinvloeden: bedreigend of beschermend – nooit neutraal! • Stress – persoonlijke en omgevingsstress • Persoonlijke copingstijl HIERARCHISCHE HERSENORGANISATIE nivo 4 Input nivo 3 Output (reactie) nivo 2 nivo 1 waarneming gedrag WEL-DOORDACHT GEDRAG nivo 4 Input nivo 3 Impulsief Output Reactie nivo 2 nivo 1 Waarneming Reactie/gedrag DUS NIET: • Gedrag is intentioneel: weloverwogen, strategisch, berekend: “Hij doet het express”. • Normaal gedrag is mogelijk • Afwijkend gedrag kan worden afgeleerd • Het is een kwestie van motivatie • Waar een wil is, is een weg • Het is een kwestie van aandacht vragen MAAR: • Onvermogen om te realiseren wat logisch, goed, tactisch is! • Gedrag is veel meer, of zelfs uitsluitend, gestuurd door impulsen, die meestal een reactie zijn op omgevingsinvloeden of gebeurtenissen in de omgeving • Motivatie ontstaat waar iets aantrekkelijk wordt gemaakt of de ervaring van plezierig er is. EN: • Gedrag is vrijwel altijd adaptatiegedrag/ veiligheidzoekend gedrag: pogingen zich te handhaven in een situatie die als bedreigend wordt ervaren omdat controle (deels) ontbreekt. • Controle en voorspelbaarheid stellen gerust en zijn dus sturend in gedrag • Hoe meer hersenschade, hoe meer ongevingsafhankelijkheid. DUS: • Zorgvuldig kijken naar niveau waarop iemand functioneert. • Niet oordelen! • Oog hebben voor wetmatigheden bij hersenschade (verlies hoge functies!) • Kritisch kijken naar inrichting omgeving • Kritisch kijken naar onszelf: zijn wij beschermende of bedreigende factor? VROEGE HERSENBESCHADIGING: DRIE PROBLEMEN 1. Ontwikkeling die gaande is op moment letsel wordt verstoord – vaak aardig gecompenseerd door hoge flexibiliteit jonge hersenen 2. Ontwikkeling die volgt kan vertraagd en anders in volgorde verlopen 3. Laatste rijping (van frontale hersenen, in puberteit) moeizaam/haperend/onvolledig. IN DE PUBERTEIT…. • Bij hersenbeschadiging in de puberteit vallen de drie problemen samen – problematisch! • Bij matig en ernstig letsel vaak stagnatie of teruggang van sociaal-emotionele ontwikkeling. • Patroon sociaal-emotioneel functioneren na hersenletsel: terugval – enig herstel – fixatie • Bij goede verbale vermogens: groot risico op (zelf)overschatting. DUBBELFUNCTIE FRONTALE BREIN • De realisatie van ingewikkelde functies gebeurt deels door het frontale brein zelf en deels door inschakeling aantal andere hersengebieden. • Deze dubbelslag is alleen mogelijk als frontale brein is uitgerijpt, dus nog niet in pubertijd! • Hoge functies vaak wel van pubers gevraagd, waardoor frontale brein overbelast raakt. AANPASSINGSGEDRAG • Hersenen passen zich voortdurend aan (adpatatie) – veiligheidzoekend gedrag in situaties van stress, dreigend controleverlies en (dreigend) overvragen. • Bij kinderen en jongeren is leven in ontwikkeling, waardoor groot risico op overvagen: door zichzelf en omgeving. • Kinderen/jongeren hebben interne ‘drive’ en ouders stimuleren – NORMALE REACTIES! BIJ DREIGENDE OVERVRAGING : • Dwangmatig gedrag (ordenen en voorspelbaar maken) • Ontkenning van tekortkomingen/stoornissen • Voortdurend bezig zijn met eenvoudige taken • Ontrekken (steeds naar toilet willen) • Claimend vragen om (onnodige) hulp ADAPTATIE BIJ AANWEZIGE OVERVRAGING (1) Prikkelbaarheid, onrust, agitatie Angst en paniek Agressie Aanhoudende ontevredenheid Persoonlijke afwijzing, krenkende kritiek Manipulatief gedrag (wie begrijpt en helpt mij?) ADAPTATIE BIJ AANWEZIGE OVERVRAGING (2) Aanhoudend claimgedrag (kom bij me, help me, stop me) Zich terugtrekken Somberheid, soms tot depressie Automutilatie Risicogedrag/ flirten met het gevaar Weglopen Middelengebruik 51 LEES BRUCE PERRY!! DANK VOOR UW GEDULDIGE AANDACHT! WAT ER GEBEURT ONDER DRUK… • • • • • • • ACHTEREENVOLGENS: Wegvallen humor Vermindering denken Vermindering van sociaal gedrag Achterocht Dwangmatigheid ‘Hysterisch’ gedrag. Apathie