Centrale Grondkamer, beschikking van 10 mei 2016, GP 11.756

advertisement
Centrale Grondkamer, beschikking van 10 mei 2016, GP 11.756
[artikel 7:311 BW]
Tussenbeschikking d.d. 10 mei 2016
Goedkeuring als pachtovereenkomst van een overeenkomst tot huur van een plantenkas te
Gelderland, groot 2.800 m2.
De ter goedkeuring ingezonden overeenkomst betreft het in gebruik geven van een plantenkas aan
een vaste plantenkwekerij voor de opslag van planten. Onweersproken is dat de kas voorheen in
gebruik is geweest voor de teelt van groenten (slabonen). Weliswaar zijn de verwarmingsbuizen
verwijderd, maar in de kas kan, al dan niet met behulp van de nog aanwezige heaters, een zodanig
klimaat worden bewerkstelligd dat de daarin geplaatste potplanten vorstvrij blijven en goed gedijen.
Potplanten zijn levend materiaal dat moet worden verzorgd om te kunnen overleven. Die verzorging
bestaat uit controle van het klimaat, het water geven en bemesten. De plantjes zijn geplaatst op
worteldoek, waardoor de wortels heen kunnen dringen en zo (aanvullende) voedingsstoffen uit de
grond kunnen halen. Dit is een proces dat minimaal een maand, soms een half jaar tot anderhalf jaar
in beslag neemt. Gelet op deze omstandigheden is geen sprake van uitsluitend opslag van planten,
maar van verzorging van potplanten. Omdat [appellant] een bedrijfsmatige exploitatie van vaste
planten nastreeft en voor het gebruik van de kas een gebruiksvergoeding betaalt, is naar het oordeel
van de Centrale Grondkamer voldaan aan de vereisten van een pachtovereenkomst. Het beroep dat
[geïntimeerde] doet op artikel 6:248 Burgerlijk Wetboek, dat de redelijkheid en billijkheid zich verzetten
de onderhavige overeenkomst als pachtovereenkomst aan te merken kan niet slagen. Daarvoor zijn
onvoldoende feiten of omstandigheden gesteld.
De Centrale Grondkamer ziet in de gegeven omstandigheden aanleiding de overeenkomst aan te
merken als pachtovereenkomst en deze goed te keuren voor de periode van één jaar, te weten van 1
november 2009 tot en met 31 oktober 2010 en goedkeuring te onthouden aan de artikelen 3.2 en 3.3.
Voorts ziet de Centrale Grondkamer, alvorens definitief op het beroep te beslissen, aanleiding om
deskundige leden van de Centrale Grondkamer de hoogst toelaatbare pachtprijs van de kas voor de
periode van 1 november 2009 tot 31 oktober 2010 te laten taxeren en hun bevindingen ter kennis van
partijen te brengen.
Download