Het Arbeidshof zegt neen tegen uitsluiting van - LBC-NVK

advertisement
Het Arbeidshof zegt neen tegen uitsluiting
van kaderleden uit de syndicale delegatie
June Geuens
In haar arrest van 5 september 2014 heeft het arbeidshof te Bergen een aantal artikelen
uit een sectorcao, die kaderleden uitsluiten van de syndicale delegatie, onwettig verklaard.
De werkgever werd veroordeeld om opnieuw verkiezingen van de syndicale delegatie
te organiseren. Ditmaal moet hij rekening houden met de kaderleden om het aantal
mandaten te bepalen en de kaderleden moeten de mogelijkheid krijgen om zich te laten
opnemen op de kiezers- en kandidatenlijst.
Inleiding
Een werkgever weigerde om de niet-gebaremiseerde
of -baremiseerbare bedienden (hierna: kaderleden)
op te nemen op de kiezers- en kandidatenlijst voor
de verkiezing van de syndicale delegatie en hield
met hen geen rekening om het aantal mandaten te
bepalen.
Dit deed de werkgever op basis van de op hem toepasselijke sectorcao (paritair comité 209 van de bedienden in de metaalsector) die het statuut van de
syndicale delegatie regelde.
De vakbonden aanvaardden dit niet en ACV-CSC en
CNE maakten samen met de werknemers de zaak
aanhangig bij de arbeidsrechtbank. Zij vorderden de
nietigverklaring van de artikelen van de cao waarin
er een onderscheid gemaakt werd tussen kaderleden
en andere bedienden. De zaak kwam uiteindelijk bij
het Arbeidshof terecht.
dicale delegatie die aangeduid of verkozen wordt
onder het gesyndiceerd personeel. Het tweede artikel bepaalt de drempel voor het instellen van een
syndicale delegatie en in het derde artikel wordt het
aantal effectieve mandaten vastgesteld.
In deze drie artikelen wordt echter duidelijk bepaald
dat onder ‘gesyndiceerde bedienden’ enkel de bedienden begrepen worden op wie de cao’s houdende
de barema’s en functieclassificatie van toepassing
zijn. De kaderleden worden dus uitdrukkelijk uitgesloten.
Hoe kwam het Arbeidshof tot dit besluit?
In de Belgische Grondwet staat het gelijkheid- en
non-discriminatiebeginsel. Dit grondrecht is ook op
internationaal niveau verankerd.
Het gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel houdt
in dat ieder die zich in een gelijkaardige situatie
bevindt, in principe gelijk behandeld moet worden.
Een verschil in behandeling van categorieën van
De betwiste cao-bepalingen
Het arbeidshof heeft zich in deze zaak expliciet ge- personen die zich in gelijkaardige situaties bevinden,
is enkel toegelaten als er een objectieve en redelijke
bogen over drie artikelen van de sector-cao.
Het eerste artikel bepaalt dat de gesyndiceerde rechtvaardiging voor bestaat. Bovendien moet het
bedienden vertegenwoordigd worden door een syn- gebruikte middel, namelijk het invoeren van een
KADER |
13
© Daniël Rys
verschil in behandeling, in verhouding staan tot het
beoogde doel.
Het arbeidshof heeft in deze zaak dus onderzocht
of kaderleden en andere bedienden zich in gelijke of
vergelijkbare situaties bevinden, en in welke mate er
sprake is van een verschil in behandeling en desgevallend of dit verschil in behandeling gerechtvaardigd kan worden.
Kaderleden bevinden zich in een gelijke of vergelijkbare situatie als de andere bedienen
Het arbeidshof oordeelt dat kaderleden zich op het
vlak van syndicale delegatie in een vergelijkbare of
gelijkaardige situaties bevinden. Zowel kaderleden,
als bedienden in het algemeen vervullen voornamelijk intellectuele taken onder het gezag van dezelfde
werkgever. Bovendien bevatten beide categorieën
verschillende functies en niveaus van verantwoordelijkheid. Dat kaderleden andere functies uitoefenen
en meer verantwoordelijkheid dragen, doet hieraan
geen afbreuk.
Het arbeidshof stelt tevens vast dat de functieclassificatie in de sector van paritair comité 209 de laatste 60 jaar nauwelijks nog geëvolueerd is. Hierdoor
stemt de functieclassificatie niet meer overeen met
de realiteit en vallen steeds meer werknemers er
buiten. Al deze werknemers worden dan (onterecht)
kaderleden genoemd.
Er is sprake van een verschil in behandeling van
kaderleden op het niveau van grondrechten
De essentiële beginselen omtrent de bevoegdheid en
14 | JUL - AUG - SEP 2015
de werkingsmodaliteiten van de syndicale delegatie
zijn op nationaal niveau geregeld in cao nr. 5. De
paritaire (sub)comités hebben enkel ruimte om de
toepassingsmodaliteiten te specifiëren.
Het uitsluiten van kaderleden, waardoor hen het
recht op syndicale vertegenwoordiging en het recht
om deel te nemen aan de verkiezing ervan worden
ontzegd, is in strijd met cao nr. 5.
De werkgevers erkennen dat het gesyndiceerd personeel vertegenwoordigd wordt door een syndicale
delegatie en dat de vakbondsafgevaardigden aangeduid of verkozen worden onder de werknemers.
De syndicale vertegenwoordiging mag uitgebreid
worden naar het geheel van het personeel, zelfs naar
de niet gesyndiceerde werknemers. Dit betekent natuurlijk niet dat het toepassingsgebied beperkt mag
worden tot bepaalde personeelscategorieën zolang
deze maar gesyndiceerd zijn.
Door de kaderleden rechten te ontzeggen die verbonden zijn aan hun lidmaatschap bij een vakbond
wordt hun keuzevrijheid onder druk gezet en wordt
er geraakt aan de vrijheid van vereniging, hetgeen
een grondrecht is.
Bovendien wordt ook het grondrecht op collectief
onderhandelen geschonden. Het is namelijk de
syndicale delegatie die tot taak heeft te onderhandelen met de werkgever om collectieve akkoorden
en overeenkomsten te sluiten. Als bepaalde werknemers het recht wordt ontzegd mee te stemmen over
de aanduiding van de syndicale delegatie en zich
niet kandidaat kunnen stellen, kan er geen sprake
zijn van een volledige, objectieve en onpartijdige
syndicale vertegenwoordiging. Hierdoor worden de
kaderleden dus niet vertegenwoordigd tijdens de
collectieve onderhandelingen, wat hun recht op collectief onderhandelen uitholt.
Het onderscheidscriterium is niet voor objectieve
en redelijke rechtvaardiging vatbaar
Dat een bediende een functie uitoefent die niet is
opgenomen in de functieclassificatie kan volgens
het arbeidshof niet op een objectieve en redelijke
wijze verantwoorden dat deze bediende wordt uitgesloten van de mogelijkheid zich door een syndicale
delegatie te laten vertegenwoordigen.
Het verschil in behandeling is een discriminatie
en in strijd met hogere rechtsbronnen
Het arbeidshof oordeelde dat de werkgever het gelijkheids- en niet-discriminatiebeginsel schendt in
combinatie met het recht op collectief onderhandelen en de vrijheid van vereniging.
De caobepalingen van de sectorcao waarop de
werkgever zich baseerde en die dit onderscheid invoerden, worden door het arbeidshof dan ook nietig
verklaard. Ze worden dus geacht niet te bestaan. Het
arbeidshof veroordeelde de werkgever op straffe van
een dwangsom om nieuwe verkiezingen van de syndicale delegatie te organiseren, ditmaal met in acht
name van de wettelijke regels.
Wat betekent dit?
Het arrest vormt een zeer belangrijke hefboom in
onderhandelingen en vergroot het de slaagkans van
gelijkaardige procedures aanzienlijk. Werkgevers
kunnen zich nu niet meer achter sectorcao’s, zelfs
als ze algemeen verbindend verklaard zijn, verschuilen om kaderleden van de syndicale delegatie uit te
sluiten.
Ook al werkt u in een sector waar de functieclassificatie niet gedateerd is, kan u dit arrest gebruiken om
aan te tonen dat de rechtspraak discriminatie van
kaderleden niet tolereert.
Natuurlijk zal er op veel vlakken nog wel een andere
behandeling van kaderleden mogelijk zijn, maar
enkel als dit verschil objectief en redelijk gerechtvaardigd is.
Maar als het over vertegenwoordiging door de syndicale delegatie gaat, zijn er duidelijk zeer belangrijke
argumenten om zich te verzetten tegen deze ongelijke behandeling, tegen deze discriminatie. En zelfs
als er in een specifieke situatie geen sprake zou zijn
van een discriminatie, is het uitsluiten van kaderleden uit de syndicale delegatie strijdig met cao nr. 5,
het recht op collectief onderhandelen en de vrijheid
van vereniging en dus niet toegelaten.
Het arrest is helaas wel enkel bindend voor de partijen. Dit wil in theorie zeggen dat een rechtbank of
hof in een ander dossier anders zou kunnen oordelen. Toch is het arrest van groot belang, want rechtbanken en hoven houden wel rekening met eerdere
rechtspraak.
De eerste stap in de juiste richting is gezet. Laat u
niet langer uw rechten ontzeggen en zet deze evolutie mee voort.
KADER |
15
Download