fabrieksbrand mei 1941

advertisement
ZWARE FABRIEKSBRAND.
Uit het Nieuwsblad voor het Kanton Oosterhout en De Omroeper van zaterdag 10 Mei 1941
Een zware brand teisterde Dinsdag j.l. de Jabthaw nougatfabriek van de „De Hoogs Fabrieken
N.V." Ofschoon directie en personeel, voor een groot gedeelte het gebouw om ongeveer twaalf
uur verlaten hadden, en niets bemerkt hadden, stond om kwart over twaalf de geheele fabriek in
lichterlaaie. Toen reeds stegen zware rookkolommen op uit de verschillende tochtgaten van het
dak en stond het vast, dat van de fabriek en de machines weinig meer te redden zou zijn. Door
groote tegenwoordigheid van geest en bliksemsnel handelen van leden van de directie en het
personeel, konden de allervoornaamste boeken van de administratie, die op een
bovenverdieping lagen, aan de vlammen onttrokken worden. De inmiddels gearriveerde
brandweer kon met haar uiterst beperkt materiaal, niets tegen de vuurzee uitrichten. Ze moest
er zich toe bepalen enkele stralen op het vuur te richten, die natuurlijk maar weinig resultaat
hadden. Gelukkig slaagde zij er in de groote amoniakketel, die zich aan de buitenkant van de
fabriek bevindt, door voortdurend nat spuiten, te sparen; als deze tot ontploffing gekomen was,
zou de ramp nog veel grooter geweest zijn.
Door andere leden van het personeel en enkele soldaten kon nog heel wat aanwezige voorraad
uit de brandende gebouwen gesleept worden. De burgemeester en andere plaatselijke
autoriteiten waren persoonlijk op het fabrieksterrein aanwezig om hun belangstelling te toonen.
Nader vernemen wij dat de directie van de De Hoog's fabrieken alles in het werk stelt om
althans voor de gehuwde arbeiders van de getroffen fabriek een oplossing te vinden. Zij is zich
ten volle bewust van de zware lasten, die in deze tijden op de arbeidersgezinnen rusten.
Overigens blijft de directie ook niet bij de pakken neerzitten en staat de onvermoeibare energie
van de heeren de Hoog er borg voor dat, indien dit in verband met de uiterst moeilijke
omstandigheden van het oogenblik mogelijk is, een nieuwe fabriek op de asch van de oude en
alom bekende Jabthaw zal herrijzen.
Nochtans moet ons hier een pijnlijke opmerking van het hart. Deze hevige brand wierp wel een
schril licht op de onvoldoende outillage van de plaatselijke brandweer. Verre van te beweren, dat
hier iemand persoonlijk schuld treft, of dat b.v. de Bredasche brandweer, die in een kwartier
tijds ter plaatse had kunnen zijn, mits zij gewaarschuwd was geweest, de fabriek had kunnen
redden, denken wij er met ontzetting aan, dat een zoo hevige brand ook had kunnen uitbreken
midden in onze dichtbevolkte woonwijken en dan zou de ramp nog ontelbare malen grooter
geweest zijn.
Men denke er hierbij aan dat het blusschen van een brand niet hierin bestaat, dat men een paar
waterstralen op het vuur richt, maar dat er heel wat vakkennis, inzicht en snelheid van handelen
voor noodig is om een eenmaal uitgebroken brand zooveel mogelijk te beperken.
Laat de hevige brand, die nu een van onze plaatselijke industrieën zoo zwaar getroffen heeft,
voor de bevoegde instanties een aansporing zijn haar onvermoeibare activiteit ook op dit
probleem te richten. Het gaat om een algemeen Oosterhoutsch belang.
Download