Behandeling van spataderen 2 Onverzekerde zorg Er is vastgesteld dat u spataderen heeft. Hiervoor zijn verschillende behandelingen mogelijk. De meeste behandelingen worden echter niet vergoed door de zorgverzekeraar. Als u zich toch graag wilt laten behandelen, moet u de behandeling zelf betalen. De beoordeling door de arts en eventueel aanvullend onderzoek valt wel onder de verzekerde zorg. Als uw eigen risico nog niet gebruikt is, gaat deze beoordeling ten koste van het eigen risico. Behandelingen voor spataderen Voor spataderen zijn op de polikliniek Dermatologie van het Ommelander Ziekenhuis Groningen verschillende behandelingen mogelijk, afhankelijk van de aard en de ernst van de spataderen. De behandelingen die op de poli Dermatologie uitgevoerd kunnen worden, worden hieronder besproken. Sclerocompressietherapie (wegspuiten) Doel van de behandeling Verwijderen/dichtmaken van oppervlakkige zichtbare vaatjes in of net onder de huid. In het algemeen is deze behandeling bedoeld als cosmetische behandeling en zullen klachten in de benen die soms voorkomen bij mensen met spataderen door deze behandeling niet verdwijnen. In enkele gevallen wordt deze methode gebruikt voor iets dieper gelegen vaten, in dat geval kunnen bepaalde klachten wel verlicht worden. Procedure Kleine tot middelgrote vaten kunnen behandeld worden door een vloeistof in te spuiten waardoor deze verdwijnen. U neemt plaats op een onderzoekstafel. Zichtbare vaatjes kunnen met een dunne naald worden aangeprikt. Vervolgens wordt een vloeistof ingespoten. Deze vloeistof zorgt ervoor dat de vaatwand aan de binnenzijde beschadigd wordt, waardoor het vaatje dicht gaat. Nadien wordt van buitenaf druk op het vaatje uitgeoefend door een bol watten en een kous. Er kunnen meerdere vaatjes per keer behandeld worden. Met deze techniek is het ook mogelijk om wat dieper liggende spataderen te behandelen. Deze worden in beeld gebracht met een echo apparaat. Na het in beeld brengen van de spatader wordt deze aangeprikt, waarna de vloeistof wordt ingespoten. Soms wordt ervoor gekozen schuim in te spuiten. Ook dit schuim beschadigt de vaatwand, waardoor de spatader dicht gaat zitten. Direct na het inspuiten van de vloeistof wordt het vaatje van buitenaf dichtgedrukt met een bolletje watten of gaas, om dit effect te versterken. Hierover heen krijgt u een kous. Deze 3 kous moet tenminste 48 uur aanblijven. Daarna bij voorkeur nog tenminste 5 dagen overdag. Er is een maximum aan de hoeveelheid vloeistof die per behandeldag ingespoten mag worden. Als er veel vaatjes zijn, dan kan het nodig zijn meerdere afspraken te maken. Nazorg Door de beschadiging van de vaatwand ontstaat meestal een milde ontstekingsreactie. Dit veroorzaakt soms milde pijnklachten, ongeveer vergelijkbaar met een blauwe plek. Hiervoor mag u eventueel pijnstillers nemen in overleg met uw behandelend arts. Na behandeling is het belangrijk dat u veel loopt. Het is niet de bedoeling actief te gaan sporten. Het is belangrijk dat u de kous draagt zoals voorgeschreven door uw arts. Als er oppervlakkige vaatjes zijn ingespoten, is het verstandig de huid gedurende tenminste 6 weken te beschermen tegen de zon. Risico’s De risico’s van deze behandeling zijn beperkt en meestal mild. De behandelde vaatjes kunnen pijnlijk zijn, meestal voelt dit ongeveer als een blauwe plek. Als de pijn heftig is, of de behandelde plekken rood worden, kan het gebied ontstoken zijn of kan er een trombosebeen zijn ontstaan. Daarom is het belangrijk dat u bij hevige pijn contact opneemt. Als u koorts krijgt, is het ook verstandig om contact op te nemen. De behandeling kan bloeduitstortingen veroorzaken. Enkele weken tot maanden na de behandeling is het mogelijk dat er een bruine verkleuring van de huid ontstaat in het behandelde gebied. Dit kan blijvend zijn. Ook kunnen rond het behandelde gebied zeer kleine rode vaatjes ontstaan. In zeldzame gevallen kan een allergische reactie op de vloeistof ontstaan. Daarom moet u na de behandeling nog ongeveer een half uur op de polikliniek blijven. In deze tijd is het verstandig rond te lopen. Soms komen de vaatjes na de behandeling weer terug en er kunnen ook altijd nieuwe vaatjes ontstaan. Alternatieve mogelijkheden In het algemeen is het niet noodzakelijk om oppervlakkige zichtbare vaatjes te behandelen. Als de vaten iets dikker zijn en u kiest ervoor deze niet te laten behandelen, kan het voorkomen dat uw arts u aanraadt therapeutische elastische kousen te dragen (steunkousen). In dat geval krijgt u een verwijzing om deze te laten aanmeten. 4 Ambulante flebectomie volgens Muller Doel van de behandeling Het verwijderen van dikke kronkelende aders die net onder de huid liggen. Deze behandeling kan ingezet worden ter verfraaiing van de benen, maar ook om klachten in de benen die kunnen voorkomen bij mensen met spataderen te verlichten en om het risico op een open been op de langere termijn te verkleinen. Procedure Het vat of de vaten die behandeld worden, worden gemarkeerd met een stift. Eventueel wordt met het echo apparaat gekeken naar het verloop van de vaten. De tafel wordt klaargelegd en u neemt plaats. Het been wordt gedesinfecteerd en ingepakt in steriele doeken. Vervolgens wordt de huid boven het te behandelen vat verdoofd met injecties met lokale verdovingsvloeistof. Er worden kleine sneetjes in de huid gemaakt, waarbij de afstand tussen de sneetjes ongeveer 5 cm is. Via deze sneetjes wordt het vat losgemaakt van het omliggende weefsel en met een haakje naar buiten gehaald. Als het hele vat verwijderd is, worden de sneetjes dichtgemaakt met hechtpleisters. In het algemeen is hechten van de sneetjes niet nodig. Het been wordt verbonden en u krijgt een steunkous aan. U moet ongeveer 30-60 minuten op de poli blijven, waarbij het belangrijk is dat u rondloopt. Voordat u naar huis gaat, moet het verband gecontroleerd worden. Als er bloed doorheen lekt, moet er een nieuw verband worden aangelegd. Nazorg Het is belangrijk dat u het verband en de kous draagt zoals voorgeschreven door uw arts. Meestal moet het verband 48 uur blijven zitten en de kous tenminste een week overdag. Het is belangrijk om na de behandeling veel te lopen, maar geen intensieve inspanning te leveren. Meestal is er weinig pijn na de behandeling. Risico’s Na behandeling ontstaan bijna altijd bloeduitstortingen. Als deze toenemend pijnlijk worden en u krijgt koorts, is het belangrijk contact op te nemen omdat bloeduitstortingen ontstoken kunnen raken. Ook vaten die in de buurt van het behandelde vat liggen kunnen ontstoken raken. Doordat de zenuwen in de buurt van de vaten liggen, kan tijdens de behandeling een zenuw aangehaakt worden. Dit kan leiden tot schade aan de zenuw. Als er schade aan een zenuw ontstaat kunnen gevoelsveranderingen optreden zoals een doof gevoel in een deel van de huid. Ook kan het voorkomen dat een deel van de huid overgevoelig wordt en pijnklachten geeft bij lichte aanraking. Meestal herstelt dit in de loop van enkele maanden, maar niet altijd. Dit komt weinig voor en het risico is het grootst als u behandeld wordt rond de knie en enkel. Het komt in zeldzame gevallen voor dat na de 5 behandeling een trombosebeen ontstaat. Meestal is het been dan pijnlijk en gezwollen, soms ook rood. Enkele weken tot maanden na de behandeling is het mogelijk dat er een bruine verkleuring van de huid ontstaat in het behandelde gebied. Dit kan blijvend zijn. Ook kunnen rond het behandelde gebied zeer kleine rode vaatjes ontstaan. De sneetjes laten kleine littekens achter. Soms komen na de behandeling in hetzelfde gebied of elders op het been nieuwe vaten terug. Alternatieve mogelijkheden Het is mogelijk om u niet te laten behandelen. Als u ervoor kiest om uw spataderen niet te laten behandelen, zal uw arts u in het algemeen aanraden therapeutisch elastische kousen (steunkousen) te dragen. In dat geval krijgt u een verwijzing om deze te laten aanmeten. Bij vragen voorafgaand aan de behandeling Mocht u na het lezen van de folder nog vragen hebben, dan kunt u deze stellen aan uw behandelend arts. Ook als er bij u bijzonderheden zijn, zoals medicatiegebruik of andere aandoeningen, die van belang zouden kunnen zijn voor de behandeling en die nog niet aan bod zijn gekomen tijdens het eerste polibezoek, raden wij u aan deze voorafgaand aan de behandeling met uw arts te bespreken. Bij problemen na de behandeling Als er problemen ontstaan na de behandeling, zoals een bloeding of ontsteking, kunt u tussen 8.00 uur en 16.30 uur contact opnemen met de polikliniek Dermatologie via het algemene nummer van het ziekenhuis: 088-0661000. Als er buiten deze tijden problemen optreden kunt u contact opnemen met de huisartsenpost. Meestal kan het probleem dan opgelost worden. Zo niet, dan kan contact opgenomen worden met de dienstdoende dermatoloog. 6 7 Locatie Delfzicht Jachtlaan 50 Postbus 30.000 9930 RA Delfzijl Locatie Lucas Gassingel 18 Postbus 30.000 9670 RA Winschoten Telefoon: 088 - 066 1000 E-mail: [email protected] Website: www.ozg.nl OZG (05-17) DER 483 8