Open Vragen Hoofdstuk 1

Open Vragen Hoofdstuk 1
1. Noem de 3 categorieën waarin software meestal wordt ingedeeld en geef een
beschrijving van elke categorie.
1: Systeemsoftware. Dit regelt en ondersteunt de werking van de computer. Met andere
woorden: het gaat om software die zelf, dus zonder tussenkomst van iemand of iets , de
hardware laat werken.
2:Applicatiesoftware. Dit is programmatuur die meer gericht is op het directe gebruik
van de gebruiker. Programma’s die gericht zijn voor alledaags gebruik.
3: Embedded software. Dit is een elektronisch systeem waarbij de hardware en sofware
in 1 apparaat zitten.
2. Noem de 3 categorieen applicatiesofware
Standaard- en specialistische pakketten
Pakketten voor specifieke toepassingen
Maatwerktoepassingen
3. A. Wat verstaan we onder een grafische gebruikersinterface?
Bij moderne programma’s communiceer je via een grafische gebruikersinterface met de
applicatie. Je gebruikt de programma’s grafisch , met een muis en via kleine
afbeeldingen op je scherm.
B. Wat was de voorganger van de grafische gebruikersinterface en hoe werkte die?
Tekstuele interface. Je voerde commando’s en tekstregels alleen met een toetsenbord
in.
C. Wat betekent het wanneer een gebruikersinterface WYSIWYG is?
Bij WYSIWYG is er sprake van dat hoe je pagina op een scherm uitziet , dat het ook zo
word uitgeprint. Dit word mede mogelijk gemaakt door de GUI.
4. A. Leg in je eigen woorden kort uit wat een webbrowser doet.
Een webbrowser haalt informatie van het internet en verwerkt die informatie tot beeld.
B. Noem 3 veelgebruikte webbrowsers.
Google Chrome
Mozilla Firefox
Internet Explorer
5. Wat zijn cookies en waar worden ze voor gebruikt?
Cookies zijn kleine tekstbestandjes die door sommige websites tijdelijk op een computer
worden achtergelaten. Ze bevatten informatie over de gebruiker. Ze worden gebruikt
om informatie te registreren.
6. Wat houdt open-sourcesoftware in?
Open-sourcesoftware is een software waarvan de broncode openbaar is. Bij opensourcesoftware kan iedereen die de broncode begrijpt , de software aanpassen en zo
die code uitbreiden of verbeteren.
7. Wat is het verschil tussen freeware en shareware?
Freeware is software die je gratis kunt gebruiken. Shareware is een software waar je
voor moet betalen.
8. Een gescande foto wordt vaak opgeslagen als jpg. Ook de digitale camera slaat meestal
fotos op als jpg.
A. Is een jpg-afbeelding een bitmap-afbeelding of een vectorafbeelding?
Bitmap-afbeelding
B. Wat is het verschil tussen een bitmap-afbeelding en een vectorafbeelding?
Een vectorafbeelding slaat afbeeldingen op door de vormen van de afbeeldingen ,
en niet , waar bij een bitmap-afbeelding sprake van is, opgeslagen door pixels.
9. Leg uit wat virtual reality is en waarvoor het gebruikt wordt.
Virtual reality is een simulatie door de computer van een echte wereld of fantasiewereld
,wordt gebruikt voor verschillende toepassingen.
10. Noem 2 situaties waarin het gebruik van een compressieprogramma nodig of nuttig is.
1. Bij het versturen en downloaden via het internet.
2. Bij het opslaan van een foto.
11. A.Niet alle software is even duur in aanschaf.
Zet de volgende typen software in volgorde van prijs: de duurste eerst en de
goedkoopste laatst: Standaardsoftware, specialistische software , maatwerksoftware.
Maatwerksoftware
Specialistische software
Standaardsoftware
B.Licht toe waardoor het verschil in prijs veroorzaakt wordt.
Door te kijken naar hoeveel mensen deze software daadwerkelijk goed kunnen
gebruiken. Hoe meer mensen het kunnen gebruiken , hoe goedkoper.
12. Wat is het verschil in functie tussen applicatiesoftware en systeemsoftware?
Systeemsoftware regelt en ondersteunt de werking van de Computer.
Applicatiesoftware is programmatuur die meer gericht is op de gebruiker.
13. De laatste versie van de tekstverwerker Microsoft Word heeft veel meer mogelijkheden
dan de eerste versie.
Noem een paar nadelen van het telkens uitbreiden van functionaliteit.
Mensen moeten steeds opnieuw geld verspillen en opnieuw wennen aan de nieuwe
software.
14. Geef 3 verschillen tussen een DTP-programma en een programma voor tekstverwerking
als Word.
- Meer layout mogelijkheden
- Maken van folders
- Maken van tijdschriften
15. A. Wat is er beschreven in een licentieovereenkomst?
Alle regels
C. Waarom geldt ook bij een open-sourcesoftware een licentieovereenkomst?
Zodat de broncode niet oneigenlijk word.
Meerkeuze
1.C
2.D
3.B
4.B
5.A
6.B
7.C
8.A
9.D