God zit tussen de oren

advertisement
God zit tussen de oren
Aan een vriend sturen
Print
Wat gebeurt er in de hersenen als we een religieuze ervaring hebben? Om dat
te achterhalen observeerden Andrew Newberg en zijn collega Eugene d’Aquili
de hersenen van acht Tibetaanse monniken en evenveel katholieke nonnen
tijdens de meditatie of het gebed.
Op het moment dat de monniken het gevoel hadden op te gaan ‘in een tijdloos en
eindeloos geheel’ en de zusters meenden ‘heel dicht bij God’ te komen, werd hen via een
infuus een radioactieve vloeistof ingespoten. Zo konden de wetenschappers precies zien
wat er op het hoogtepunt van de godservaring in de hersenen gebeurde. Conclusie:
tijdens de religieuze piek nam de activiteit in de pariëtaalkwab sterk af. Zonder dat
hersengebied zouden we ons niet kunnen oriënteren, en ook niet associëren met andere
wezens en voorwerpen.
Volgens Newberg en d’Aquili vervalt dan ook het onderscheid tussen het Zelf
en het niet-Zelf, en gaan we inderdaad op in een hogere werkelijkheid.
Newberg, een ‘gerenommeerde’ neuroloog, internist en cardioloog,
publiceerde de bevindingen in zijn recent verschenen boek ‘Why God won’t
go away’, zonder dat hij de ultieme vraag wenst te beantwoorden. “Ik kan u
helaas niet vertellen of de proefpersonen daadwerkelijk de aanwezigheid van
God ervaren,” zegt hij. “Over het waarheidsgehalte van hun ervaring kan de hersenscan
geen uitsluitsel geven.”
Maar Newberg beweert wel sporen gevonden te hebben van “een neurologisch proces dat
geleidelijk is ontstaan met als oogmerk ons, mensen, de gelegenheid te bieden het
materiële bestaan te overstijgen en contact te maken met een dieper, spiritueel deel van
onszelf, dat waar te nemen is als een absolute, universele werkelijkheid die ons verbindt
met alles wat er is.” Toch nog een beetje godsdienst dus, deze nieuwe wetenschap, de
neurotheologie.
Download