Utrecht, 14 augustus 2006

advertisement
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 1 van 9
Concept herziene onderwerpen Verloskundige Indicatielijst 2014
Update van 4 onderwerpen
Stoornissen in het nageboortetijdperk, zwangeren die toediening van bloedproducten weigeren,
schildklierproblematiek, pijnbehandeling rondom de baring.
Naam beoordelaar :…
E-mail adres:…
Tel nr.:….
Commentator namens (aankruisen wat van toepassing is)
 Beroepsorganisatie namelijk :  NVK NVOG NHG KNOV
 Andere organisatie namelijk :…………..
Tekstuele opmerkingen kunt u desgewenst noteren in het document.
Voor inhoudelijke opmerkingen gebruikt u bij voorkeur deze vragenlijst.
De vragenlijst richt zich op hoofdstuk 1 (algemene inleiding) en de vier onderwerpen die zijn
behandeld (hoofdstuk 2). De aanbevelingen voor het gewenste niveau van zorg worden hieronder
genoemd.
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 2 van 9
Onderwerp Stoornissen in het nageboortetijdperk*
Indicatie**
Haemorrhagia post partum (HPP) in de anamnese
Manuele placentaverwijdering
D
HPP >1.000 ml ten gevolge van atonie
B (gynaecoloog, verloskundige)
Bij een HPP in de anamnese dient in de 1e helft van de
zwangerschap overleg plaats te vinden over het beleid tijdens de
partus
HPP ten gevolge van laceraties van de tractus genitalis in de
A
anamnese
HPP ten gevolge van een placenta accreta in de anamnese,
C
maternale stollingsstoornissen of bepaald medicatiegebruik
Haemorrhagia post partum (HPP) in de huidige zwangerschap
HPP (klinisch beeld/ >1.000 ml)
C
Retentio placentae
Retentio placentae >60 minuten
C
* Zie hoofdstuk 2.1 voor toelichting ** A= Eerstelijns verloskundige zorg, B=Overlegsituatie (met
welke behandelaar(s) overleg plaats dient te vinden), C= Tweedelijns verloskundige zorg,
D=Verplaatste eerstelijns verloskundige zorg.
Onderwerp Schilklierproblematiek*
Er dient gescreend te worden op schildklierproblematiek indien een van onderstaande risicofactoren
aanwezig is:
geschiedenis van schildklierfunctiestoornissen of vroegere schildklierchirurgie;
symptomen van een schildklierfunctiestoornis of de aanwezigheid van struma;
TPOAb (=Anti-TPO) positiviteit;
type 1 diabetes of andere auto-immuunziekte;
geschiedenis van meerdere miskramen of vroegtijdige bevallingen;
geschiedenis van bestraling van hoofd of hals;
familiegeschiedenis van schildklierfunctiestoornissen;
gebruik van amiodaron of lithium, of recente toediening van jodium houdende
contrastmiddelen.
Bij een bestaande hypothyreoïdie en/of de ziekte van Graves in heden of verleden dienen aan het
begin van de zwangerschap TSH-receptorantistoffen bepaald te worden.
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 3 van 9
Onderwerp Schilklierproblematiek*
Hyperthyroïdie (TSH <0,05 en FT4 verhoogd)
Indicatie**
C (gynaecoloog, internist, en postpartum
kinderarts)
Hyperthyroïdie (TSH >4,05 en FT4 verlaagd)
Goed ingesteld met levothyroxine en TSH-receptorantistoffen
A
afwezig
Regelmatige schildkliercontrole
Goed ingesteld met levothyroxine en TSH-receptorantistoffen
C (postpartum consult kinderarts)
aanwezig
* Zie hoofdstuk 2.2 voor toelichting ** A= Eerstelijns verloskundige zorg, B=Overlegsituatie (met
welke behandelaar(s) overleg plaats dient te vinden), C= Tweedelijns verloskundige zorg,
D=Verplaatste eerstelijns verloskundige zorg.
Onderwerp: Zwangeren die toediening van bloed weigeren*
Indicatie**
Zwangeren die toediening van bloedproducten weigeren (zwangerschap)
Prenatale zorg
A
In de zwangerschap zijn geen extra complicaties te verwachten.
De prenatale zorg kan door de eerste lijn verricht worden, met
regelmatige controle van het Hb- en ferritinegehalte.
Counseling op risico HPP/ bespreken van bloedproducten en
B (verloskundige, gynaecoloog,
geneeskundige wilsverklaring
anesthesist, kinderarts)
(eenmalig consult in eerste helft van de zwangerschap)
Zwangeren die toediening van bloedproducten weigeren (partus)
Tijdens het multidisciplinair overleg dat plaatsvindt tijdens de
eerste helft van de zwangerschap wordt er ook een plan
opgesteld ten aanzien van de baring
Op basis van de lokale afspraken wordt er een C of een D
indicatie gesteld
C/D
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 4 van 9
* Zie hoofdstuk 2.3 voor toelichting ** A= Eerstelijns verloskundige zorg, B=Overlegsituatie (met
welke behandelaar(s) overleg plaats dient te vinden), C= Tweedelijns verloskundige zorg,
D=Verplaatste eerstelijns verloskundige zorg.
Onderwerp: Pijnbehandeling rondom de partus*
Niet-medicamenteus
Indicatie**
A
Medicamenteus
Relivopan
A
Pethidine
B, er kunnen lokale afspraken gemaakt
worden over terug verwijzing naar D na 3
uur
Remifentanil
C
Epidurale anesthesie
C
* Zie hoofdstuk 2.5 voor toelichting ** A= Eerstelijns verloskundige zorg, B=Overlegsituatie (met
welke behandelaar(s) overleg plaats dient te vinden), C= Tweedelijns verloskundige zorg,
D=Verplaatste eerstelijns verloskundige zorg.
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 5 van 9
Algemene inleiding (pag. 9)
1) Is de algemene inleiding helder en duidelijk geschreven?
 Ja
 Nee want: …………………
2) Hebt u opmerkingen bij paragraaf 1.1 (aanleiding voor de herziening) of 1.2: doelstelling en
gebruikers?
 Ja, namelijk: …………………
 Nee
3) Hebt u opmerkingen bij de werkgroep (paragraaf 1.3) of de werkwijze van de werkgroep
(paragraaf 1.4)?
 Ja, namelijk: …………………
 Nee,
4) Hebt u opmerkingen bij de methoden (paragraaf 1.5) of de juridische betekenis (paragraaf 1.6)?
 Ja, namelijk: …………………
 Nee,
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 6 van 9
Onderwerp: Stoornissen in het nageboortetijdperk (pag. 14)
1)
Zijn de uitgangsvragen relevant voor het maken van verwijsafspraken?
 Ja
 Nee want:………………
2)
Zijn de juiste literatuur en/of richtlijnen gevonden?
 Ja
 Zo nee: welke literatuur ontbreekt (1e auteur, titel, tijdschrift en jaartal):
………
3) Sluiten de conclusies aan bij de besproken literatuur/richtlijnen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke conclusie(s), met argumentatie
……
4) Zijn de overwegingen begrijpelijk en relevant voor de Nederlandse situatie?
 Ja
 Nee want: ……
5) Sluiten de aanbevelingen aan bij de bespreking van de literatuur en de overwegingen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke aanbeveling, met argumentatie
…….
6) De aanbeveling over het gewenste niveau van zorg voor stoornissen in het nageboortetijdperk zijn
weergegeven in bovenstaande tabel (blz. 2).
Kunt u zich vinden in deze aanbeveling?
 Ja
 Nee want: ……
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 7 van 9
Onderwerp: Schildklierproblematiek (pag. 22)
1)
Zijn de uitgangsvragen relevant voor het maken van verwijsafspraken?
 Ja
 Nee want:………………
2)
Zijn de juiste literatuur en/of richtlijnen gevonden?
 Ja
 Zo nee: welke literatuur ontbreekt (1e auteur, titel, tijdschrift en jaartal):
………
3) Sluiten de conclusies aan bij de besproken literatuur/richtlijnen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke conclusie(s), met argumentatie
……
4) Zijn de overwegingen begrijpelijk en relevant voor de Nederlandse situatie?
 Ja
 Nee want: ……
5) Sluiten de aanbevelingen aan bij de bespreking van de literatuur en de overwegingen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke aanbeveling, met argumentatie
…….
6) De aanbeveling over het gewenste niveau van zorg schildklierproblematiek zijn weergegeven in
bovenstaande tabel (blz. 2).
Kunt u zich vinden in deze aanbeveling?
 Ja
 Nee want: ……
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 8 van 9
Onderwerp: Zwangeren die toediening van bloedproducten weigeren (pag. 37)
1)
Zijn de uitgangsvragen relevant voor het maken van verwijsafspraken?
 Ja
 Nee want:………………
2)
Zijn de juiste literatuur en/of richtlijnen gevonden?
 Ja
 Zo nee: welke literatuur ontbreekt (1e auteur, titel, tijdschrift en jaartal):
………
3) Sluiten de conclusies aan bij de besproken literatuur/richtlijnen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke conclusie(s), met argumentatie
……
4) Zijn de overwegingen begrijpelijk en relevant voor de Nederlandse situatie?
 Ja
 Nee want: ……
5) Sluiten de aanbevelingen aan bij de bespreking van de literatuur en de overwegingen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke aanbeveling, met argumentatie
…….
6) De aanbeveling over het gewenste niveau van zorg voor zwangeren die bloedproducten weigeren
zijn weergegeven in bovenstaande tabel (blz. 3).
Kunt u zich vinden in deze aanbevelingen?
 Ja
 Nee want: ……
Commentaarfase herziene VIL 2014
Pag. 9 van 9
Onderwerp: Medicamenteuze pijnbehandeling rondom de partus (pag. 44)
1)
Zijn de uitgangsvragen relevant voor het maken van verwijsafspraken?
 Ja
 Nee want:………………
2)
Zijn de juiste literatuur en/of richtlijnen gevonden?
 Ja
 Zo nee: welke literatuur ontbreekt (1e auteur, titel, tijdschrift en jaartal):
………
3) Sluiten de conclusies aan bij de besproken literatuur/richtlijnen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke conclusie(s), met argumentatie
……
4) Zijn de overwegingen begrijpelijk en relevant voor de Nederlandse situatie?
 Ja
 Nee want: ……
5) Sluiten de aanbevelingen aan bij de bespreking van de literatuur en de overwegingen?
 Ja
 Nee: graag aangeven welke aanbeveling, met argumentatie
…….
6) De aanbeveling over het gewenste niveau van zorg voor pijnstilling zijn weergegeven in
bovenstaande tabel (blz. 4).
Kunt u zich vinden in deze aanbeveling?
 Ja
 Nee want: ……
Hartelijk dank voor uw medewerking!
Download