wereldbeeld - 1 - MAYA, AZTEKEN, TOLTEKEN… Van een andere planeet? Precolumbiaanse culturen uit Meso-Amerika en hun wereldbeeld Jos Martens CNO & Instituut voor Amerikanistiek Deel I DE AZTEKEN Dia’s 3 en 4 In het jaar Ce-Acatl (1-Rietstengel) van de Azteekse tijdrekening kwam de legende tot leven. Boodschappers meldden aan de heerser over Anahuac, de Tlatoani (Grote Spreker) Moctecuhzoma Xocoyotzin (de Jongere), het verschijnen van reusachtige kano’s met op witte doeken het rode kruis van Quetzalcoatl, de Gevederde Slang, god van wetenschap en licht, die lang geleden over zee was weggevaren en had voorspeld dat hij zou terugkeren in dat jaar, Ce-Acatl. Anno Domini 1519. Goede Vrijdag, 22 april. Hernan Cortés, Spaans hidalgo, ontdekte tot zijn verbazing een goed georganiseerde samenleving in plaats van naakte wilden. Met 508 man, 16 paarden, 13 haakbussen en 4 stukken licht geschut rukte hij op ter verovering van een rijk dat een leger van een kwart miljoen geharde krijgers kon mobiliseren. Hij bestreed de Tlaxcalteken, erfvijanden van de Azteken, won hun bondgenootschap en bereikte na enkele maanden Tenochtitlan, centrum van Anahuac, het Azteekse imperium. “Minder dan drie jaar later lag dit imperium in puin, een cataclysme dat in de geschiedenis zijn weerga niet kent en waarbij vergeleken de val van Constantinopel als een incident van betrekkelijk geringe proporties kan worden beschouwd.” (Jacques Soustelle (1912 - 1990), Frans amerikanist & minister van cultuur onder Charles de Gaulle) Binnen één generatie, in slechts enkele decennia werd ook hier de inheemse bevolking door moord, onderdrukking en Europese ziekten letterlijk gedecimeerd en teruggebracht tot 20 of zelfs slechts 10% van het oorspronkelijk aantal. Wat de Spanjaarden niet beseften, en wat de Oude Wereld zich niet realiseerde tot het midden van de 19de eeuw, was dat hiermee tevens het gordijn viel over een lange reeks beschavingen met een heel apart karakter. In het vaak ondankbare klimaat van Mexico zagen de Spanjaarden de laatste nabloei van culturen, die reeds oud waren toen Rome zich een weg worstelde naar een plaats op het wereldtoneel. Volkeren van wie vaak niet eens de echte naam gekend is: Olmeken, Tolteken, Maya… Volkeren met heel wat verschilpunten en veel gemeenschappelijk erfgoed. Zo zag een hedendaags kunstenaar de eerste ontmoeting tussen de Azteekse heerser en Cortés. Doña Marina stelt hen aan elkaar voor. Heel wat geleerden denken dat Doña Marina, tolk en minnares van Cortés de hele regie van de verovering ideologisch in scène heeft gezet. wereldbeeld - 2 - Daarover later meer. (Naar Orozco, samen met Diego Rivera een van de muralisten, begin 20ste eeuw) Rudolf van Zantwijk zegt over haar: “Malinalli Tepénal, Steppegras (of Dor Gras); vrouw afkomstig uit het uiterste zuidoosten van het Azteekse rijk; van vrij lage stand (dit is in tegenstelling met alle andere bronnen: o.a. Bernal Diaz noemt haar een 'prinses' en voegt een hele passage in om het belang van haar familie te beklemtonen); als slavin door Azteekse kooplieden verhandeld en vervolgens in Spaanse handen geraakt; beheerste het Nahuatlahtolli, de rijkstaal der Azteken, en enige Mayatalen; zij werd de belangrijkste tolk en ook de geliefde van Cortés en kreeg aldus grote invloed op de communicatie tussen Spanjaarden en Azteken. Zij koesterde een sterke haat tegen alles wat Azteeks was. Zij mat zichzelf het adellijke toevoegsel -tzin aan en verwierf later, na de verovering van Tenochtitlan, als doña Marina een deel van het paleis van Motecuzoma in eigendom.” (Van Zantwijk, R., De oorlog tegen de goden. Azteekse kronieken over de Spaanse verovering, Amsterdam, Meulenhoff, 1992, p. 263) Dia 5 3 afbeeldingen uit de Lienzo de Tlaxcala - De Azteken noemden Cortés én doña Marina: Malintzin. De illustratie is gebaseerd op een late 19de-eeuwse kopie door Chavero (1892) van de 'Lienzo de Tlaxcala', een lange rol beschilderd linnen, met taferelen uit de conquista van Mexico, die de Tlaxcalteken als klachtenboek naar de Spaanse koning zonden, om hem te herinneren aan de hun toegekende rechten als bondgenoten van Cortés tijdens de verovering. Dia 6 Zogenaamde Verenkroon van Moctezuma (nu in Wenen). Veren van de Quetzal. Wist je dat Margareta van Oostenrijk in haar Mechelse paleis een der oudste en grootste collecties precolumbiaanse voorwerpen uit Mexico bezat? Margareta was landvoogdes van de Nederlanden van 1507 tot bij haar dood in 1530. Zij was de dochter van Maria van Bourgondië (+1482) en de tante van Karel V, die aan haar hof is opgegroeid. Op 20 augustus 1523 schenkt de jonge keizer een deel van de ‘Schat van Moctezuma’, die Hernan Cortés hem in 1519 had opgezonden om hem gunstig te stemmen, aan zijn ‘bonne Tante et plus que mère.’, de allereerste verzameling exotica uit het pas veroverde Mexico… Albrecht Dürer, die in de zomer van 1520 in de Nederlanden verblijft, ziet de schat in Brussel en is ronduit verrukt over de voorwerpen. Zie: Dames met Klasse, Mechelen 2005, (onderaan) Margareta van Oostenrijk en de schat van Moctezuma http://users.telenet.be/joosdr/expomechelen.htm Dia 7 - 8: kaarten Misverstand rechtzetten: Meso-Amerika (Azteken, Maya); Inca’s: meer dan 4000 km naar het zuiden, Peru, Bolivia enz.! Bij een bezoek aan bijvoorbeeld de collectie van de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis in het Brusselse Jubelpark valt het onmiddellijk op: vergeleken met het oude Egypte vertonen de culturen van precolumbiaans Amerika een oneindige variatie in architectuur, kleding, taal, aardewerk, politieke instellingen. Toch hebben zij een aantal kenmerken gemeen: zij kennen geen ijzer, zijn in hoofdzaak steentijdculturen, kennen het wiel niet, noch voor het vervaardigen van potten, noch voor rijtuigen; kennen geen lastdieren of geld in onze betekenis; maïs is hun hoofdvoedsel … En -het belangrijkste voor ons betoog: zij deelden een gemeenschappelijk wereldbeeld, waarschijnlijk afkomstig van de (tot nu toe) oudste bekende cultuur: de Olmeken (Mexicaanse Golfkust, ca. 1500 v.C.) wereldbeeld - 3 - Dia 9. Tentoonstelling: Londen British Museum over Moctezuma tot 24 januari 2010. Voor de hoogculturen van het Amerikaanse vasteland begon de confrontatie niet in 1492, maar meer dan een kwart eeuw later. Veel hedendaagse onderzoekers zijn trouwens van mening dat de geschiedenis heel anders zou verlopen zijn, als Columbus op het vasteland van bijvoorbeeld Mexico zou geland zijn in plaats van op de Bahama’s bij de zeer eenvoudige Taino. De Maya of de Azteken zouden korte metten hebben gemaakt met de vreemdelingen en niemand in Europa zou nog ooit van de ontdekkingsreizigers hebben gehoord. Waarom is het later anders gegaan? De Conquista van Mexico door Cortés heeft voor velen altijd iets gehad van een sciencefictionverhaal, waarbij onmiddellijk de vraag rijst: hoe was het in hemelsnaam mogelijk? Het antwoord zit in het wereldbeeld van de Azteken en van hun heerser Moctezuma. Laten wij dus hier beginnen. Dat wereldbeeld was een van de meest complexe constructies die ooit door mensen werd uitgedacht. Het schiep een cultuur, die zo afwijkt van onze gedachtewereld, dat ze wel van een andere planeet kon komen. Met behulp van uniek en divers beeldmateriaal pogen wij een dieper en historisch inzicht te verschaffen in de mentale leefwereld van de belangrijkste hoogculturen. 10. Moctecuzoma Xocoyotzin (uitspraak: Motewksóma Shjokojótsien), Colhuatecuhtli (Colhua-heerser) van het Azteekse rijk van 1502 tot 1520; wordt kort daarop door de Spanjaarden gegijzeld. Tijdens een volksoproer tracht hij de meute te bedaren. Hij wordt door een steen aan het voorhoofd geraakt en vermoedelijk eind juni 1520 door de Spanjaarden gewurgd. De Tlatoani werd gekozen uit de vorstelijke familie. Een vrij uniek systeem: na zijn verkiezing regeerde hij als een halfgod, met in theorie onbeperkte macht. 11. Codex Mendoza. Aangestift: boren van het Nieuwe Vuur Moctecuzoma Xocoyotzin, 'Hij die zich Gebieder maakt door zijn Toorn, de Jongere' Zijn naamglief staat achter zijn hoofd. Het driehoekje in turkoois is zijn diadeem als heerser. Voor hem een rond schild met bovenaan een atlatl (speerwerper); door het schild: werppijlen. Samen vormen zij het begrip en chimalli en mitl, schild en pijlen = oorlog. De rest van de pagina is gevuld met de veroveringen van Moctezuma, telkens de naamglief van een plaats, gevolgd door een tempel waarvan het rieten dak in brand staat (rookwolkjes). Achter hem een jaarkalender. Aan de datum 2 - Riet is een horizontaal plankje verbonden met een verticale vuurboog en rookwolkjes: dit is het boren van het Nieuwe Vuur, het begin van een nieuw tijdvak van 52 jaar. Onderaan is de kalender onvoltooid gelaten door de Azteekse schrijver; niet ingekleurd: de jaren 1-Riet (Acatl) = 1519, aankomst van Cortés, 2-Tecpatl (Vuurstenen Mes) en 3-Calli (Huis) =1521, inname van Tenochtitlan, het einde. Merk dat een Spaanse klerk de plaatsnamen heeft ingevuld in ons alfabet, wat identificatie mogelijk maakte. 12. Templo Mayor 13. 1978 Toevallige ontdekking door arbeiders van de Steen van Coyolxauhqui (Belletjesgezicht), maangodin. Men wist: hier moest de Templo Mayor liggen, vlak bij de kathedraal. wereldbeeld - 4 - Dit is de herschepping van de mythe in steen: de opstand op de Slangenberg van de 400 onder leiding van Coyolxauhqui tegen hun moeder, Coatlicue (Zij met de Slangenrok), moeder van Huitzilopochtli, de krijgsgod. Deze versloeg de 400 (=de sterren), vierendeelde Coyolxauhqui en wierp haar gemutileerde lichaam naar beneden, waar het aan de voet van de heuvel bleef liggen. Opgravingen door Eduardo Matos Moctezuma tot 1982. Nu een apart museum. Ter verduidelijking, een min of meer vergelijkbaar voorbeeld uit het katholicisme: de kruisweg bij bedevaartsoorden als Scherpenheuvel of beter, Rocamadour (Frankrijk), op de weg naar Santiago de Compostela, waar de 14 staties in een moeilijke klim tegen de heuvel voor de gelovigen lijden en dood van Christus op Goede Vrijdag evoceren. 14-15-16-17. Templo en maquette, Londen. Bleek dat de tempel laag na laag was opgebouwd in niet minder dan 13 bouwfasen. De tempel was door de conquistadores verwoest. De onderste, oudste tempel was gedeeltelijk bewaard omdat hij in de moerassige grond was weggezonken. 16. Dubbeltempel, links Tlaloc (de regengod), rechts de oorlogsgod Huizilopochtli (Linkshandige, of Blauwe of Zuidelijke Kolibrie). Let op de oriëntatie: vergelijk met Egyptische tempels, zonsopgang tussen de pylonen, hier tussen de twee tempels. 18-19. Voor de tempel van Huizilopochtli: gevederde slangen, dit verwijst naar de mythische Slangenberg en tevens naar de god Quetzalcoatl (Gevederde Slang); Huizilopochtli heeft hem verdrongen, de Azteken wisten dat hij zou terugkomen om zijn rechtmatige plaats weer op te eisen. 20. Standbeelden uit een oudere tempel, zoals gevonden in situ. 21. Reliëfs in de oudste tempel, met gedeeltelijk bewaarde kleuren. 22. Stenen Tzompantli, schedelrek. Voor de Templo Mayor zagen de Spanjaarden een echt schedelrek met duizenden schedels van geofferden. 23. In de oudste tempel stond dit beeld van een Chacmool (Mayanaam zonder betekenis) nog in situ. Door de Azteken overgenomen van hun legendarische voorouders de Tolteken. De schaal op zijn buik is bestemd voor mensenharten. 24-25. De vondsten Leveren het bewijs dat de Azteekse heersers geschiedenis exploiteerden en zo nodig vervalsten voor propaganda-doeleinden. Het herbruiken van antieke relicten, de imitatie van oude beeldhouwwerken en de constructie van archaïsche gebouwen in Tenochtitlan passen in hun politiek van legitimatie als erfgenamen van de legendarische Tolteken. Dit blijkt ook uit de vondst van bijvoorbeeld Olmeekse maskers als offergaven in bergplaatsen bij de Templo Mayor. wereldbeeld - 5 - De juiste toedracht is niet meer te achterhalen. Want echte, originele historische bronnen bestaan niet! Elke variante op de stichtingsgeschiedenis is zelf een reconstructie post factum, een herziening van het verleden door de Azteken in het licht van hun latere roem. De eerste belangrijke heerser, Itzcoatl (Slang met Obsidiaanmessen, 1426-1440) had op aanraden van zijn mederegeerder Tlacayelel door boekverbranding ervoor gezorgd dat de officiële versie ook de enig mogelijke was. Analoge situaties zijn trouwens eveneens in andere culturen aan te wijzen: keizer Qin Shihuang Di (+210 v.Chr.) deed hetzelfde in China; de Inka’s in Peru; de Spanjaarden zouden het voorbeeld navolgen in Mexico. Een opvallende parallel levert de Romeinse geschiedenis: ook hier wordt de stichting herschreven en verheven tot mythe, nadat een boerenbevolking is uitgegroeid tot imperiumbouwers. Alleen beriep men zich hier op de inval van de Galliërs, die in 390 v.Chr. alle documenten zouden vernietigd hebben. 26 -29. De offers 26.Chicuei Acatl (8-Riet = 1487) Inhuldiging van de laatste uitbreiding van de Templo Mayor door Ahuitzotl (Water-Otter). 20.000 mensenoffers. Links: gedenksteen, rechts tekening uit vroeg-koloniale codex. Eén aspect van de Meso-Amerikaanse cultuur heeft de Europeanen vanaf het begin met rillende sensatiezucht dan wel afkeer vervuld: de mensenoffers. Alle religies kennen vormen van offeren. Lees er de Bijbel maar op na. Maar waarschijnlijk nergens nam het offer een zulkdanige plaats in als hier. Al sinds de Mexicaanse oudheid ontwikkelden deze culturen een traditie van offeren, in de vorm van giften aan de voorouders en godheden. Het ging daarbij voornamelijk om objecten van aardewerk, stof, hout, been, metaal of andere materialen. Doorgaans werden deze in manden of gaten in de grond of in piramiden of paleizen geplaatst en later met aarde of stenen bedekt. Bij de Azteken, de jongste cultuur, ontaardde dit in een ware orgie van mensenoffers, duizenden ieder jaar. Nezahualpilli (1464 - 1515), Hongerige (= vastende) Prins, Grote Spreker van het met Tenochtitlan verbonden Texcoco, en vooral zijn vader Nezahualcoyotl (1402 - 1472), Hongerige Prairiewolf, de grootste dichter en ziener uit de voor-Spaanse periode, hadden de heersers van de Azteken reeds decennia eerder gewaarschuwd dat de overdaad van bloedoffers de gramschap van de goden zou oproepen. Voor mij is dit het sterkste voorbeeld van godsdienstige aliënatie (vervreemding), om met Karl Marx te spreken: verering van een Opperwezen wordt godsdienst; dit groeit uit tot een institutionele religie met rituelen, een kerk, een priesterkaste. Dit ‘bouwwerk’ gaat een eigen leven leiden, los en soms tegen de oorspronkelijke bedoeling in. Ook in het christendom is dit gebeurd. Denk maar aan kruistochten als heilige oorlog tegen de ongelovigen, de brandstapels voor ketters en heksen. De religieuze filosofie die hier in Mexico achter zit is de volgende: de goden hebben zich voor ons geofferd om het huidige tijdperk van de Vijfde Zon te scheppen. Daarom is het de hoogste en edelste plicht van de mens om zich op zijn beurt te offeren voor de goden. Dit offeren gebeurde voor of in de tempel die gebouwd was op een steile trappenpiramide. Nadat het hart van het nog levende offer met een stenen mes was uitgesneden, hief de priester het naar de zon als voedsel voor de zonnegod. (De zonnegod moest dagelijks gevoed worden met nog kloppende harten, om in beweging te kunnen blijven.) Dan deponeerde hij het hart in een zogenaamde Adelaarsvaas (quauxcicalli). Volgens de mythen vloog een adelaar met het hart van de geofferde naar de zonnegod en het hiernamaals. Het lichaam werd langs de wereldbeeld - 6 - trappen van de piramide naar beneden gegooid, aan de voet van de trap in stukken gesneden door de priesters en de stukjes verdeeld onder de gelovigen, die door deze “communie” een werden met de god en dus een beetje god werden. Een analoge gedachte vindt men eveneens weer in het christendom. Volgens de katholieke leer heeft Jezus, de Zoon van God, aan het kruis Zijn leven gegeven voor de redding van de mensheid tot het eeuwig leven. Dit wordt onbloedig herdacht in de eucharistie. Bij de woorden van de consecratie veranderen het brood en de wijn wezenlijk in het lichaam en bloed van Christus. Bij de communie eten de gelovigen een stukje brood (in de orthodoxe kerk brood én wijn), terwijl de priester zegt: “Het lichaam en bloed van Christus.” Met andere woorden: net als bij de Azteken eten de christenen het lichaam van hun God! Als men bedenkt wat al gruwelijkheden de inquisitie in naam van God heeft uitgehaald, kan men niet anders dan rillend concluderen dat we hier maar op het nippertje aan een Azteeks lot zijn ontkomen! Of hoe een volkomen analoge religieuze redenering, volkomen verschillend kan zijn in de uitwerking. Nota: Je zou geneigd zijn te zeggen dat de christenen de zaak symbolisch hebben aangepakt. Maar dat klopt niet: volgens het katholieke dogma is er geen sprake van symboliek, maar worden brood en wijn werkelijk het lichaam en bloed van Christus. Dit noemt men de transsubstantiatieleer. En voor het verschil tussen symbolisch en werkelijk zijn er in de 15de en 16de eeuw tijdens de reformatie oorlogen gevoerd en honderden zoniet duizenden mensen op de brandstapel gebracht!! 30-31. Kalendersteen of beter: Steen van de Vijfde Zon- gevonden in 1790, 3,60 m diameter, 24.000 kg - Centraal: de zonnegod Tonatiuh. Zijn tong: een vuurstenen mes, duidt op mensenoffers. - links en rechts: adelaarssnavel die tegelijk jaguarklauw is, met daarin mensenhart. - de hele centrale afbeelding vormt het teken Nahui Ollin, 4-Beweging, het huidige tijdvak van de geschiedenis, de Vijfde Zon, dat zal eindigen door een aardbeving en begonnen is op een datum 13-Riet (helemaal bovenaan, centraal). - In de rechthoeken rondom Tonatiuh, de vier voorgaande tijdperken van de geschiedenis, te lezen vanaf rechtsboven, in tegenwijzerzin. - Vier Jaguar, toen de mensen werden verslonden door jaguars; - Vier Wind, toen een storm de mensheid wegvaagde; - Vier Vuurregen; - Vier Water: vernietiging door zondvloed. - 20 dagtekens van de Azteekse maand: begint bovenaan met krokodil, dan in tegengestelde wijzerzin (naar links): wind, huis, hagedis, slang, dood, hert… - Buitenste ring: twee slangen met (onderaan) het gezicht van de vuurgod en de zonnegod. 32. Schelp met datum 1-Miquiztli (Dood). 33. Dagtekens, aangestift: begin van de maand: Cipactli, krokodil. 34-36: Teocalli van de heilige oorlog - Boren van het Nieuwe Vuur 1507. Vulkanische steen, 123 x 92 x 100 cm Een op zicht niet zo indrukwekkend, maar cultuurhistorisch enorm belangrijk monument. Ontworpen op bevel van Moctezuma zelf, ter gelegenheid van “het Verbinden van de Jaren en wereldbeeld - 7 - het Boren van het Nieuwe Vuur” in ons jaar 1507, de aanvang van een nieuwe Azteekse cyclus van 52 jaar - de allerlaatste keer in de geschiedenis dat die plechtigheid zou plaatsvinden. Het monument is gebouwd in de vorm van een miniatuurpiramide. (Teocalli betekent huis van de goden = tempel.) Het viert de triomf van de Zon in het universum en dient als legitimatie voor de macht van de Mexica na de stichting van de stad Tenochtitlan in het jaar Ome Calli (Twee Huis) 1325, die zo verbonden wordt met de kosmische orde. (Dit is identiek met de voorstelling op de Steen van de Vijfde Zon.) Bovenaan de trappen: Links . quauxcicalli (Adelaarsvaas bestemd voor mensenharten) met jaguarhuid - rechts met adelaarsveren, Onderaan: data - links: jaar 1 Tochtli (konijn) - rechts: 2 Acatl (Riet). Het boren van het Nieuwe Vuur geschiedt bij de overgang van het ene jaar naar het andere. - Centraal: het teken van de Vijfde Zon, Nahui Ollin (Vier Beweging), duidt op de triomf van de Zon - Links daarvan: Huitzilopochtli (god van dag en oorlog) met aan een voet de rokende obsidiaanspiegel van Tezcatlipoca, de tovenaar - god en vijand van Quetzalcoatl. Oorspronkelijk was hij het sterrenbeeld Grote Beer. Betekenis: de twee goden zijn hier versmolten tot één. (Vgl. Egypte, de diverse gedaanten van de god Ra.) - Rechts Moctezuma , herkenbaar aan zijn naamglief. Let op de versierde spreekvoluten die uit hun mond komen: dit duidt op de gewijde teksten die bij deze gelegenheid werden gereciteerd. - Daaronder op het horizontale vlak, het aardmonster, tweemaal geflankeerd door een schild met gevederde werppijlen, eenmaal met adelaarsveren (links), rechts vermoedelijk met jaguarhuid. Dit is het begrip en chimalli en mitl, schild en werppijl = heilige oorlog. 37. Nogmaals Moctezuma, boren van het Nieuwe Vuur 1507. 38. In de vroeg-koloniale Codex Borbonicus tekenden Azteekse scribenten de hele ceremonie van het Nieuwe Vuur of het Binden der Jaren, het ritueel van de kosmische vernieuwing. Bovenaan rechts: de bergtop (ten z-o van Tenochtitlan) waar de priesters de opkomst van de Pleiaden waarnamen. Zodra het Zevengesternte opkwam, offerden zij een jonge man en maakten dan vuur met een vuurboor in zijn geopende borstkas. De grappige zwarte voetjes duiden op ‘afgelegde weg’. Vier priesters ontsteken het Nieuwe Vuur aan gebundelde gedroogde rietstengels. Van daaruit dragen boden, gekleed als goden, bundels met het vuur uit over het gehele imperium. Overal werd het haardvuur ontstoken aan dit heilige vuur. De hele bevolking was bij de ceremonie betrokken. Zwangere vrouwen moesten zich gedurende de plechtigheid schuilhouden in de afgesloten opslagplaatsen voor maïs en turkooizen maskers voor hun gezicht houden om zich te beschermen tegen de afschrikwekkende neerdalende geesten van de vrouwen die in het kraambed gestorven waren, bovendien verdedigd door gewapende krijgers (rechts, onder). Kinderen (helemaal onder, rechts) werden wakker gehouden, want als ze in slaap vielen, zouden ze in muizen veranderen. De personificatie van een godheid, boven, voor de Tempel van de Gehesen Banier is Moctezuma. Voor hem: de datumglief 2-Riet. wereldbeeld - 8 - De hele aankleding van de plechtigheid diende om de politieke dominantie van de Mexica te verzekeren, als (zelf aangestelde) bewakers van de Vijfde Zon en zijn cyclische kosmische vernieuwing. Afschrikwekkende goden 39. Xipe Totec. Nog een historische getuigenis: op zijn rug de datumglief 2-Riet, Ome Acatl, 1507. Afbeelding van een zeer expressief Azteeks beeldhouwwerk: een krijger (of priester), gehuld in de afgestroopte huid van een geofferde. Ter ere van Xipe Totec, Onze Heer de Gevilde, god van de lente en het nieuwe leven in de natuur (!) werden krijgsgevangenen geofferd door hen levend te villen. Vooraf waren ze zwaar verdoofd. (Analogie: slangen werpen in de lente eveneens hun huid af.) 40. Tweekoppige slang, turkoois, British Museum. De hele Azteekse cultuur doet me in alle opzichten denken aan een tweekoppige slang: poëzie en schoonheid versus bloedvergieten en offers. Zoals gezegd: het Azteekse wereldbeeld was een van de meest complexe constructies die ooit door mensen werd uitgedacht. Fundamenteel hierin is de tweepoligheid die elk aspect van het maatschappelijk leven doordesemt. De tweevoudigheid, een voor Europeanen moeilijk te vatten gegeven, vond haar oorsprong in de scheppende oppergod Ometeotl, de Twee-God, die mannelijk én vrouwelijk tegelijkertijd was. Deze grondgedachte weerspiegelde zich tot in het dagelijkse taalgebruik, in de zogenaamde difrasismen: uitdrukkingen en beeldspraak waarmee één begrip (in onze ogen) werd weergegeven door twee verbonden elementen. Zo werd een plaatselijke of regionale gemeenschap benoemd met de woorden 'water en berg', omdat het leven in de vallei van Mexico zich altijd afspeelde tussen de tastbare tweedeling water en berg(en). In hun eigen taal, het Nahuatl, noemden de Azteken het gebied daarom Anahuac ('Bij het Water'); en chimalli en mitl, 'Schild en pijlen’ betekent oorlog en wordt in het Azteekse beeldschrift dan ook voorgesteld door een fraai getekend schild met een bundel werppijlen en daarboven meestal een atlatl, een speerwerper. Het dualiteitsprincipe werd doorgetrokken tot in het leiderschap, iets wat de conquistadores niet begrepen en blijkbaar zelfs nooit geweten hebben. Naast de Grote Spreker stond een tweede opperste gezagsdrager, die het vrouwelijke principe vertegenwoordigde en de titel droeg van Cihuacoatl (Vrouwelijke Slang), maar wel een man was. Tlacayelel (‘Helder is zijn lever’, d.i. Heldere Geest) (1398-1478), afkomstig uit de vorstelijke familie, was Vrouwelijke Slang van vier opeenvolgende vorsten gedurende 50 jaar en schepper van de omvattende Azteekse kosmologische staatsideologie. Hij lanceerde na een langdurige hongersnood (1450-54) de idee van de Bloemenoorlogen, rituele gevechten met als enig doel: gevangenen verwerven voor offers om zo de woede van de goden af te wenden en nieuwe rampen te voorkomen. Was eveneens verantwoordelijk voor de boekenverbranding onder Itzcoatl. wereldbeeld - 9 - 41. De scheppingsgod Ometecuthli: voorgesteld als de volwassen vuurgod: scheppingsgod & god van vernietiging: dit heeft te maken met het vulkanisch karakter van de hele streek. Als godheid afkomstig van Teotihuacan (zie verder) 42. Xochipilli (Bloemenprins), god van bloemen en schitterende poëzie. Bloedoffers en poëzie; hoe rijm je dat tezamen? Vandaar het beeld van de tweekoppige slang. Ongetwijfeld hebben we hier, net als in het Japan van de samoerai, te doen met een meervoudig gelaagde cultuur: een samenleving met eeuwenlang bloedige oorlogen en nog bloediger mensenoffers die steeds massaler werden. En even ongetwijfeld vormden de sublieme poëzie en de talloze rituelen in de omgangsvormen een sublimatie, een tegengewicht voor al dat bloed. 43-46. Quetzalcoatl, de Gevederde Slang, god van kunsten en wetenschappen. Toen Cortés in Anahuac aankwam, hield Moctezuma hem voor de teruggekeerde god Quetzalcoatl ('Vogel-Slang' of 'Kostbare Tweeling'). In zijn hemels aspect werd deze god vereenzelvigd met de planeet Venus als Morgenster, voorloper van de opkomende zonnegod. Maar tevens was hij als Avondster zijn monsterachtige tweelingbroer Xolotl. Vaak wordt Xolotl als skelet afgebeeld op de rugzijde van Quetzalcoatl, of omgekeerd, zoals hier: twee verschijningsvormen van eenzelfde figuur. Bij uitstek drukken de Azteken hiermee uit dat de dualistische polarisatie licht - donker en goed - kwaad niet enkel speelt tussen verschillende goden, maar in één en dezelfde persoon aanwezig is. We moeten immers het kwade niet zoeken in uiterlijke duivels of boze goden, het is in ieder van onszelf aanwezig. De achterzijde (rechts) heeft tot zeer diverse interpretaties aanleiding gegeven. O.i. stelt ze Quetzalcoatl voor als wegbereider van de Zon (centraal in het “turkooisen schild” = symbool voor de jonge Zonnegod). 47. Tlazolteotl ('Zij die vuil eet'), de godin van de zinnelijke liefde en van de geboorte, zij die leven geeft en leven neemt. Zoals alle goden is zij goed én kwaad. Bij de Azteken bestond een vorm van biecht. Men kon een keer in zijn leven biechten bij de Aardmoeder, de godin Tonantzin of bij Tlazolteotl. De Azteken geloofden dat de lotsbestemming van een mens bepaald werd door het kalenderteken waaronder men geboren werd. (Een vage schaduw daarvan vinden we in het hedendaagse geloof in horoscopen.) Meisjes die op een van de feestdagen van Tlazolteotl geboren werden, waren voorbestemd tot prostituee. De geboortedag van doña Marina was Malinalli (Steppegras), een dag gewijd aan Tlazolteotl. Hebben haar ouders haar verkocht aan slavenhandelaars, omdat zij haar wilden onttrekken aan haar Lotsbestemming? Verklaart dat haar door het Noodlot bepaalde rol bij de ondergang van haar volk en haar goden? 48-49-50. Tezcatlipoca de tovenaar-god, oorspronkelijk het sterrenbeeld Grote Beer, god van de dood en de nacht. Zijn naam betekent 'Rokende Obsidiaanspiegel'. Hij is in voortdurende oorlog met Quetzalcoatl, de goede scheppingsgod. Aan een been had hij een obsidiaanspiegel in plaats van een voet, waarin hij als in een kristallen bol kon kijken om het verborgene te zien. Bij de Azteken versmolt hij tot één godheid met Huitzilopochtli. Aan obsidiaanspiegels werd grote magische kracht toegeschreven. Na de Conquista belandden er zelfs enkele in Europa. Ze zijn te herkennen aan hun vorm, die vierkant is, terwijl die van de Azteken rond waren. Een van de drie nog bekende behoorde toe aan John Dee (1527-1608), geograaf, vriend van Mercator, astroloog-waarzegger van Koningin Elisabeth I van Engeland, die hieraan groot gezag ontleende (Catalogus De Azteken, Brussel,1988, nr. 342 en 343). 51-53. Mayahuel, godin van de maguey. wereldbeeld - 10 - Een andere plant met veelzijdige toepassingen is de agave (sisal, Mex.: maguey). Hiervan bestaan een aantal verwante variëteiten. Tegenwoordig is het een industrieplant, geteeld op grote plantages. Yucatan, in het Mayagebied produceert de helft van de wereldproductie sisalvezels In de precolumbiaanse periode (net zoals nu nog) bezat elk huis wel een tuintje met een aantal planten voor eigen gebruik. De vezels van het stekelige blad zijn ongeveer 1m lang. Hiervan maakt men sandalen, zakken, touw, zonnehoeden, borstels… Enkele variëteiten bloeien slechts om de 20 jaar. Dan scheiden ze een sap af, dat men laat gisten tot pulque (octli in het Nahuatl), een verfrissende, licht alcoholische drank. Als men de naalden handig los trekt van het blad, komt er een dikke, draderige vezel los, die men kan gebruiken om voorwerpen uit magueyvezels te herstellen. De Azteken zegden: “De plant levert naald én draad.” In het huidige Mexico is pulque de laatste decennia helaas vervangen door … Coca-Cola. En gelukkig ook door uitstekend Mexicaans bier (merk: Montezuma, wat dacht je!) Kosmos en Stadsplanning 54-55. De kosmologische indeling in vier windstreken en het middelpunt van de wereld volgens Codex Féjervary-Mayer, blz.1. (Herkomst: Mixtekencultuur) Deze codex is -in tegenstelling tot de meeste andere- niet geschilderd op agavenbastpapier, doch op een soort perkament van hertenleer. De bladen werden aan elkaar bevestigd en gevouwen. Bij het wereldbeeld van de precolumbiaanse volkeren uit Meso-Amerika hoort hun tijdsbesef. Dat was cyclisch opgebouwd en kende geen lineaire chronologie, zoals wij tegenwoordig. Voor de Maya en de Azteken keerden dezelfde gebeurtenissen en personen terug na elke cyclus van 52 jaar. Na deze periode vielen de drie kalenders die zij gebruikten samen: een zonnekalender van 365 dagen, een religieuze maankalender van 260 dagen en een Venuskalender van 584 dagen. De geschiedenis vormt dus een cirkel, net zoals de seizoenen, dag en nacht, leven en dood, zaai- en oogsttijd telkens op elkaar volgen en telkens terugkeren. Bij de Azteken wordt het cyclische wereldbeeld gedetermineerd door het getal 4 dat de Vier Wereldrichtingen van de kosmos aanduidt. De Azteekse kosmos bestond uit een vierkant grondplan, met een centraal punt op het snijpunt van de diagonalen. Hierdoor liep een verticale as, die de aardse wereld verbond met de boven- en onderwereld. Op elke zijde van het vierkant lag een der windstreken, in twee gedeeld door een levensboom die de hemel stutte, met elke 'halve' windstreek onder de hoede van een godheid en een bijbehorende kleur. Deze ruimtelijke ordening (kleur inbegrepen) was steeds aanwezig in hun denken en bepaalde zelfs hun stedenbouw. Ook hierin gingen zij zeer ver. Zo weerspiegelden de Grote Tempel van Tenochtitlán en de stad in haar geheel letterlijk de kosmische ordening van het Azteekse wereldbeeld in hun opbouw. Dit is de tweedimensionale weergave van een driedimensionaal wereldbeeld: je moet je de zijkanten voorstellen als opgeklapt naar boven. Rondom het breedarmige kruis loopt de rituele kalender van 260 dagen (20 groepen van telkens 13 dagen), een maankalender. De duikende adelaars op de afgeronde tussenstukken stellen de jonge zonnegod voor, die naar de aarde duikt voor mensenharten. In het midden staat de vuurgod, als afgezant van Ometeotl. wereldbeeld - 11 - Van rechtsboven af, tegen de wijzers van een klok in, zie je de arm, het been, dan de ribben en vervolgens het hoofd van de god Tezcatlipoca (Rokende Obsidiaanspiegel - die spiegel zie je linksonder aan zijn been in de plaats van een voet). Uit zijn ledematen vloeien bloedstromen naar de vuurgod. Op het lichaam van de duikende adelaar: de vier ‘Jaardragers’: Tochtli (Konijn), Acatl (Rietstengel), Tecpatl (Vuurstenen Mes) en Calli (Huis). Betekenis: zoals Tezcatlipoca zich offerde voor ons, zo is het de hoogste bestemming van de mens zich te offeren voor het in stand houden van de kosmische orde. Verdere interpretatie: rechts heb je bijvoorbeeld het noorden. De boom in deze windstreek is begroeid met vuurstenen offermessen en rijst op uit de kaken van het aardmonster. Links van de boom heb je de dodengod Mictlantecuhtli (met een offermes als neus); rechts de maïsgodin Cinteotl. 56. Eerste bladzijde van de Codex Mendoza Jacques Soustelle, in Zo leefden de Azteken... geeft hierbij de volgende beschrijving: "In het midden de arend, gezeten op een cactus; beneden schild en pijlen (oorlogssymbolen). Rechts een Tzompantli (rek voor mensenschedels). De tien op matten zittende figuren vertegenwoordigen de stichters van Tenochtitlan; naast hen de hiëroglyfen die hun namen voorstellen. De hut boven geeft de eerste tempel van Uitzilopochtli weer; aan de aard van het terrein, waar deze tempel gebouwd werd, herinneren de kanalen die de tekening omgeven en doorsnijden en ook de bossen riet, die tussen de figuren staan afgebeeld." (Soustelle, J., Zo leefden de Azteken, Baarn, Hollandia, 4de druk, 1969.) 57. Dit is geen stratenplan, zoals Soustelle meende, doch een ideologische kaart. Merk de overeenkomst met de kosmologische voorstelling van Codex Féjervary-Mayer. Betekenis: het plan van Tenochtitlan stelt ook in werkelijkheid de kosmos voor, die nog eens verkleind hernomen wordt in de Grote Tempel. In de centrale afbeelding rust een klauw van de adelaar op de vrucht van de vijgencactus: een metafoor voor mensenoffer. Betekenis: Tenochtitlan moet de wereldorde in stand houden door heilige oorlog voor mensenoffers. Het tafereel is later opgenomen in het wapenschild en de vlag van Mexico. Met één wijziging: de adelaar heeft nu een slang in de snavel, wat in het origineel niet voorkomt. Na de verovering door de Spanjaarden hebben de Azteken de stichtingsmythe aangepast, zodat de verwijzing naar de offers verdwenen is. 58-59-60. Plan van Tenochtitlan: het Venetië van Mexico in het meer van Texcoco. In feite een reeks meren met verschillend zoutgehalte. De dubbeltempel weerspiegelt bovendien de twee hoogste vulkanen van de Vallei van Mexico: de Ixtaccihuatl (Liggende Vrouw, 5230 m) en de Popocatépetl (Rokende Berg, 5426 m) 61-62. Middeleeuwse OT-kaart en Zodiacman uit de Très Riches heures du duc de Berry (ca. 1415, Gebroeders van Limburg) Europees ideologisch denken: de Middeleeuwen zijn ons niet zo vertrouwd als we denken te weten uit de kathedralen en burchten. Een OT-kaart is even ideologisch als het plan van Tenochtitlan: georiënteerd, dit is: gericht naar het oosten, elk van de (toen gekende) werelddelen verbonden aan een der bijbelse zonen van Noah. Waardeloos om de weg te vinden op de planeet! wereldbeeld - 12 - Zodiacman: geeft de invloed van de sterrenbeelden weer op de verschillende organen. Weerspiegelt de leer van de 4 elementen (aarde, lucht, water en vuur) en de 4 temperamenten (zwarte en gele gal, wit flegma, bloed). Gebruikt in de geneeskunde: verband microkosmos (mens) en macrokosmos. (De Zodiacman is op een afzonderlijk perkament geschilderd en dan in het boek tussengevoegd.) Overblijfselen in hedendaags taalgebruik: flegmatisch, sanguinisch uiterlijk, choleriek… Op te merken valt dat het tijdsbesef van onze voorouders eveneens veel sterker cyclisch gebonden was aan de gang van de seizoenen. OORSPRONG VAN DE KOSMISCHE ORDE Nu is er in dit verband één hamvraag die we nog niet voldoende hebben behandeld. Een wereldbeeld is de bril waardoor de mensen de realiteit bekijken, zichzelf, hun leefwereld en hun relaties met medemensen, goden en de kosmos beschouwen. In Meso-Amerika is dit kosmologisch ingevuld, zoals reeds voldoende aangetoond. Als je in een etnologisch museum snel van cultuur naar cultuur wandelt en Tibet kunt vergelijken met bijvoorbeeld Japan en India, dan treft het je dat de basis van de religies en wereldbeelden overal identiek is: de relatie microkosmos - macrokosmos. Alleen is de vormentaal waarin die uitgedrukt wordt vaak zeer verschillend. Vanwaar dat blijkbaar universele basisprincipe? Het beroep op een sacrale kosmische orde vindt zijn oorsprong in het verlangen van de mens om aan de door hem opgebouwde cultuur een onaantastbare grondslag te geven. Hij heeft een ingeboren behoefte om zijn leven te grondvesten op een coherent wereldbeeld. Om de aardse constructie die hij moeizaam heeft opgebouwd een stevige fundering te geven, gaat hij ze vergelijken met de orde die hij in de kosmos meent te ontwaren. Zoals de sterrenbeelden en planeetstanden steeds terugkeren, zo keren op aarde de seizoenen terug in een vaste volgorde. De cyclus van de vrouw stemt duidelijk overeen met de cyclus van de maan. Zo komt de menselijke ordening van de wereld voor als de voortzetting van de kosmische orde. Daar deze laatste het werk is van de Schepper, krijgt meteen de door de mens geschapen orde een sacrale betekenis en wordt zij ontrukt aan de menselijke willekeur. Voortaan krijgen de wetten en instellingen een dieper, religieus fundament: zij zijn de uitdrukking van de wil van de Schepper en de weerslag van de orde die Hij in alle dingen heeft neergelegd. Het door de mens ontwikkelde socio-culturele paradigma verliest zijn toevallige en voorbijgaande karakter en krijgt de gedaante van een door God gewilde en onveranderlijke orde, waaraan de mens absolute eerbied en onderdanigheid verschuldigd is. Een opstand tegen deze ordening wordt aldus een opstand tegen God zelf. In het religieuze ritueel komt dit samenvloeien van ethos en wereldbeeld op symbolische wijze tot uitdrukking. Zie: Landbouw gebonden aan de seizoenen. http://users.telenet.be/joosdr/eeuwlandbouwstart.htm en: HOLSBEKE, M. & J. MONTOYA (red.), ‘Met hun handen en hun ogen.’ Maya-textiel, spiegel van een wereldbeeld, Antwerpen, Etnografisch Museum, 2003. http://www.amerikanistiek.org/bijdragen_mayatex.htm 63. Codex Mendoza Is een zeer belangrijke bron voor onze kennis van de Azteekse cultuur. En de meest toegankelijke, dankzij de Spaanse klerk die bijna het hele boek van commentaar in het Spaans heeft voorzien. (De Historia General de las Cosas de Nueva España (Geschiedenis van de Zaken van Nieuw Spanje) een complete encyclopedie door Bernardino de Sahagún is veel wereldbeeld - 13 - uitvoeriger, maar o.i. niet geschikt voor klasgebruik.) Zie:http://users.telenet.be/joosdr/eeuwconquis19.htm Geschiedenis Het manuscript werd opgesteld voor keizer Karel V op bevel van Don Antonio de Mendoza, eerste vice-koning van Nieuw Spanje (1535 - 1550), die de macht overnam van Cortés. De codex werd op papier geschilderd door een tlacuilo, een Azteekse boekverluchter, die daartoe de inheemse pictogrammen aanwendde. Deze werden ten behoeve van de vorst in het Spaans becommentarieerd door een Spaanse monnik. De stijl van de tekeningen is reeds niet meer zuiver Azteeks, maar Europees beïnvloed. Tekenend voor de toenmalige machtsverhoudingen is, dat het handschrift nooit zijn bestemming bereikte. Het schip dat het vervoerde, viel in handen van Franse kapers en de codex belandde bij André Thevet (1504 - 1592), kosmograaf van de Franse koning. (Zijn naam en titel staan bovenaan bijgeschreven.) In 1583 verkocht Thevet de codex aan de Engelse geograaf Richard Hakluyt, toen verbonden aan de Engelse ambassade in Parijs. Bij Hakluyts dood in 1616 kwam het manuscript in handen van de reisverhalenschrijver Samuel Purchas, en na diens overlijden werd het eigendom van John Selden. Nadat Selden in 1654 stierf, belandde de codex in de Bodleian Library te Oxford. De opdrachtgever, Don Antonio de Mendoza, mocht na het verstrijken van zijn ambtstermijn niet terugkeren naar Spanje, zoals hij gevraagd had. Hij werd naar Peru gezonden, waar hij in 1552 aan malaria bezweek. Over geografische staatsgeheimen, spionnen en oude kaarten, zie: Waldseemüller en de geboorte van ‘America’, vnl. deel 1: De wereld in kaart. http://users.telenet.be/joosdr/amerika/eeuwamerika.htm Inhoud. De codex bestaat uit 71 folio's, ingedeeld in drie delen. Deel 1 kopieert een ouder Azteeks manuscript dat niet bewaard is gebleven: De geschiedenis van jaar tot jaar van de Heren van Tenochtitlan, dat de periode bestrijkt van 1325 (officiële stichtingsjaar van de stad) tot 1521. Deel 2 is eveneens de kopie van een oudere Tribuutrol van Moctezuma, geschreven op magueypapier en nu bewaard in het Nationaal Museum van Mexico. Hierop de lijst van meer dan 400 schatplichtige steden. Vergeten we niet: het Azteekse rijk was een schattingstaat. (Zoals grotendeels ook Rome.) Deel 3 werd speciaal voor de vice-koning geschilderd en beschrijft de levenscyclus van de Azteken van jaar tot jaar. Meest toegankelijke deel en zeer bruikbaar bij leerlingen. 63-66. Codex Mendoza: Tribuut/Schattingslijsten, interpretaties en telsysteem. Links verticaal: de plaatsnamen per regio. Aangestift: Mictlan (huidige Mitla, staat Oaxaca) schedel met mummiebundel. Stad van Mictlantecuhtli, Heer van het Dodenrijk, werd beschouwd als reële ingang tot de onderwereld. Middendeel: de schattingen. - Bovenste rij: 402 en 400 tilmantli (mantels) van een bepaald type. - Midden: gewatteerde katoenen wapenrustingen en schilden. - Daaronder: jaden halssnoeren en 2 x 400 Quetzalveren. wereldbeeld - 14 - - Onderaan: links: 2 x 20 zakjes cochenille - daarnaast: 20 kommen stofgoud. 65. Pronkschild met trapmotief (escalera greca) - weefkunst met veelkleurige veren, stond zeer hoog in aanzien bij de Azteken. 66. Gewatteerde en doorstikte katoenen wapenrusting & helm van een jaguarridder (elitekorps). 67. Beeldhouwwerk: adelaarskop uit een rotstempel van de adelaarridders (elitekorps).Thans in Jubelpark Brussel. 68. Op derde lijn, onder de telkens 400 veren: twee merkwaardige staafjes. Dit zijn lipsieraden in goud, niet in werkelijke verhouding getekend. (Soort lippiercing) Op de lijn lager, aan weerszijden van de 20 jaguarhuiden: twee keer 5 x 20 balen cacaobonen: werden gebruikt als geld. 69. Op de bovenste regels: 402 en 400 mantels. De witte tilmantli zijn geweven uit sisal en niet uit katoen. Op de onderste rij tribuutvoorwerpen (boven een laatste reeks plaatsnamen), links o.a. 8000 (grootste Azteekse cijfer) ballen copal (om te gebruiken als wierook); rechts: telkens 20 potten honing 70. Militaire carrière. In dit rijk met weinig samenhang en veel opstanden van schatplichtige volken stonden de elitetroepen hoog in aanzien. Ook hun taak was tweevoudig: religieus en militair, mutatis mutandis te vergelijken met de hospitaalridders of tempeliers uit de westerse Middeleeuwen. Maatschappelijke rang moest in de eerste plaats verdiend worden. Je kon opklimmen van eenvoudige boer-krijger tot bevelhebber. Een eerste promotie werd steeds toegekend voor het maken van levende gevangenen voor de offers. Iedere rang was strikt aangegeven door zijn welomlijnde uitrusting, die door niemand daarbuiten mocht worden gedragen. Let op de kleine banieren met wuivende veren die de krijgers op de rug dragen: onderscheidingstekens voor de regimenten (net als bij de Japanse samoerai). Basiskleding, zowel voor de simpele boer als voor de Tlatoani was de lendendoek. Rang en stand werden aangegeven door de versiering op de voorkant van dit kledingstuk, het type van mantels, de oorschijven en lipstukken en de min of meer bewerkte sandalen. 71 - 73. Mendoza - levenscyclus (een selectie) Jongens links, meisjes rechts. Leeftijd: bij ieder in blauwe cirkeltjes. De Mendoza start bij de geboorte. Wij Beginnen hier bij 8 jaar. Daaronder: dagelijks rantsoen, dat langzaam toeneemt met de leeftijd. Hier: anderhalve maïspannenkoek (tortilla). Elke leeftijd kende zijn welbepaalde taken voor jongens en meisjes. Kinderen werden vroeg gehard tegen pijn door draconische straffen die heden zeker onder kindermishandeling zouden vallen: boven een dampend vuur van bijtende chilipepers houden, pijnigen met doornen. Kenners menen nochtans dat het zo’n vaart niet loopt en dat de opvoeding meestal veel zachter verliep. Denk eraan dat er in ons land tot na W.O. II ook lustig op los gemept werd door onderwijzers en pianoleraressen en dat ouders regelmatig van op de preekstoel de bijbelse vermaning ingepeperd kregen: “Wie de roede spaart, haat zijn kind!!” wereldbeeld - 15 - Vanaf 13 jaar dienden de jongeren hun aandeel in het zware werk op te nemen. 74. Heupweefgetouw. Het meisje op de vorige dia weeft op een heupweefgetouw, dat door Mayavrouwen tot op de dag van vandaag gebruikt wordt. Dit soort weven mag niet door mannen gedaan. De motieven hebben heel vaak een kosmologische inslag of vertellen de mythen. Deze sacrale inhoud gaat helaas echter sinds enkele decennia in snel tempo verloren. Zie: HOLSBEKE, M. & J. MONTOYA (red.), ‘Met hun handen en hun ogen.’ Maya-textiel, spiegel van een wereldbeeld, Antwerpen, Etnografisch Museum, 2003. http://www.amerikanistiek.org/bijdragen_mayatex.htm 75. De pagina bevat twee taferelen. - Boven: van 15 tot 18 jaar bezochten de jongens ofwel (boven) de calmecac of priesterschool (seminarie) ofwel de cuicacalli: voltooiing opvoeding & militaire school. Ook de priesters kregen naast een theologische scholing een militaire opleiding. - Onder: het huwelijk was evenzeer een familiekwestie als een persoonlijk aangelegenheid. Men trouwde buiten de eigen clan. Man en vrouw werden verbonden, gezeten op een rieten mat, door het samenbinden van hun tilmantli. Vooraf was de bruid in een nachtelijk ritueel, dat sterk herinnert aan het Oude Rome, door de koppelaarster naar het huis van de bruidegom gedragen. Bovenaan: de haardsteen met brandend vuur, die heilig was. Midden: gepofte maïs (popcorn) en een stoofpot van kalkoen, om vruchtbaarheid en overvloed te brengen. Elk onderdeel wordt vergezeld van ellenlange gestandaardiseerde redevoeringen door ouderlingen. Onderaan in het huis: een kan pulque en een drinkschaaltje voor de ouderlingen. 76 - 78. Ook hier een dubbel tafereel. - Boven: Bij grote feesten was dronkenschap een religieuze plicht. Daarbuiten was het voor actieve mannen en vrouwen verboden. Bij een tweede overtreding werden ze kort en goed gestenigd. Dieven en vooral inbrekers werden eveneens gedood door steniging. - Ook overspel werd met steniging bestraft, indien de vrouw gehuwd was tenminste. Ongehuwde jonge mannen mochten seks hebben met prostituees. Getrouwde mannen ook, maar dus niet met gehuwde vrouwen. - Onder en dia 77: eens 70 jaar geworden mochten ouderlingen pulque drinken naar believen. De leeftijd staat boven het hoofd van de man: 3 jaden cirkels met een vlag (pantli) boven = 3 x 20 + (erboven) 10 blauwe cirkeltjes. Zeer weinigen bereikten deze eerbiedwaardige ‘leeftijd van de zeer sterken’. 79. Het Azteekse schrift, overgenomen van de Mixteken, was in volle evolutie van beeldschrift naar fonetisch (lettergrepenschrift). Voorbeeld: Chapultepec = Sprinkhaanberg (Waar nu het Nationaal Museum van Antropologie ligt en het paleis van keizer Maximiliaan (ca. 1865) 80-81. Pedro de Gante (Pieter van Gent) 2 bladzijden uit zijn catechismus Geboren in Idegem, 1479, gestorven in Mexico 1572. Vertrok vanuit het franciscanerklooster in Gent. (zie de gedenkplaat aan de gevel van het huidige Gentse justitiepaleis) Hij arriveerde, samen met twee andere Vlaamse franciscanen, Dekkers en Vander Auwera, reeds in Mexico in 1522, bijna twee jaar voor de 12 Spaanse franciscanen, 'de 12 apostelen', die door Spaanse bronnen steevast genoemd worden als de eerste missionarissen. wereldbeeld - 16 - Hij was stichter van werkplaatsen, van een koloniale school, van een muziekconservatorium en van meer dan honderd kerken. Ten behoeve van de missionering ontwikkelde hij een beeldschrift, het zogenaamde Testeriaanse alfabet (genoemd naar een Zwitserse franciscaan Tester, die er niets mee te maken had!). Voor de Spaanse conquistadores was hij als verdediger van de inheemsen een hinderlijke bemoeial, die hen belette hun gang te gaan. Tot op hoge leeftijd bleef hij een groot en onaantastbaar moreel gezag genieten, hoewel hij 'uit nederigheid' nooit de priesterwijding ontving en een benoeming tot bisschop afwees. Zowel onder Karel V als Filips II had hij rechtstreeks via zijn brieven toegang tot het hof. Daarom beschouwen vele geschiedschrijvers hem als een bastaardzoon van Maximiliaan van Oostenrijk (1459 - 1519), de grootvader van Karel V (1500 - 1558). Afgebeeld: het Onze Vader uit de catechismus van Pieter van Gent en de verdrijving van Adam en Eva. Als hulpmiddel bij het onderricht zette hij de catechismus eerst om in eerder onbeholpen pictogrammen, een nabootsing van het Azteekse beeldschrift. Daarna vertaalde hij hem in het Nahuatl en liet hem reeds in 1528 drukken in Antwerpen. Meer details: Joos de Rijcke-site http://users.telenet.be/joosdr/pedrodegante.htm en op zelfde site Columbus achterna http://users.telenet.be/joosdr/eeuwstart.htm 82. Chinampas - constructie: afgepaalde kunstmatige eilandjes, gevormd door opgebaggerde modder - zeer vruchtbaar vgl. met Nijloverstromingen in Oude Egypte. Het basisvoedsel in heel het gebied is maïs. Op de chinampa’s verbouwden de Azteken maïs, bruine bonen (frijoles), pompoenen en zonnebloemen, tomaten (van het Nahuatl tomatl), chilipepers = Nahuatlwoord, niets te maken met het land Chili. (Ons graan was onbekend in de Nieuwe Wereld; hier heel waarschijnlijk ingevoerd in 1535 door de Brabander Joos de Rijcke (1498-1578) ) Maïs is in Mexico in de Tehuacanvallei reeds 7000 jaar geleden gedomesticeerd. Alles van de plant werd benut: - jonge bladeren en scheuten bevatten veel suiker: ze werden gekauwd, waarna de vezels werden uitgespuwd; - onrijpe korrels werden zo gegeten; - rijpe korrels werden gemalen voor pap of tortillameel; - ze werden geroosterd en gepoft (popcorn); - stuifmeel diende als specerij; - vezels werden gerookt, als tabak; - meel werd ook gebruikt als babypoeder voor kinderbilletjes en als onderdeel voor make-up (gezichts- en lichaamsbeschildering). Een eenzijdig maïsdieet veroorzaakt voedselinsufficiëntie. Dit werd opgevangen door de korrels alkalisch te weken in water met verpulverde schelpen of kalksteen. Door chemische reacties worden de nodige aminozuren vrijgemaakt. Tot voor kort werden chinampas beschouwd als typisch Azteeks, uit nood geboren. In 1982 haalde een archeoloog een vriend over om een Venus-satelliet van de NASA te testen boven de jungle van Guatemala. Onder de dichte begroeiing ontdekte de satelliet een heel chinampa-systeem, maar veel eerder ontworpen door … de Maya! Dit wierp een nieuw licht op het zogenaamde verdwijnen van de klassieke Mayabeschaving omstreeks het jaar 900! Toen men gegevens uit heel Precolumbiaans Amerika ging samenbrengen, bleken alle volkeren van het zuiden van de huidige VS tot de woestijnen van Peru en Chili en de regenwouden van het Amazonebekken zeer eenvoudige doch vernuftige systemen van verhoogde of verlaagde velden gekend te hebben. In het eerst geval wordt vruchtbare moerasmodder gebruikt zoals bij wereldbeeld - 17 - de chinampa’s, in het tweede geval worden in droge streken de velden uitgegraven, zodat de ochtenddauw voor vocht kan zorgen. De UNESCO voert tegenwoordig promotie om deze oeroude landbouwsystemen toe te passen in ontwikkelingsgebieden in Afrika en Azië. 83-84. Xochimilco (ten zuiden van Mexico-stad). Enig overblijfsel van de precolumbiaanse meren van de Azteekse hoofdstad. Ontsnapt aan de totale drooglegging. De grote aardbeving van 19 september 1985 had een kracht van 8,1 op de schaal van Richter. De Mexicaanse hoofdstad werd bijzonder zwaar getroffen: “puddingeffect” van instabiele voormalige moerassen. Nu: druk bezocht oord voor ontspanning op zondag (bootjes, eten en muziek van mariachis). Op de eeuwenoude chinampas worden bloemen en groenten gekweekt voor de hoofdstad . Hier kun je nog de traditionele Azteekse platbodem kano’s vinden. 85. De grote markt van Tlatelolco (ten noorden van Mexico-stad). Uitvoerig beschreven door Bernal Diaz del Castillo, luitenant van Cortés. Alle goederen op gescheiden locaties. Politie en rechters voor snelrecht bij betwistingen of diefstal. Geen geld. Ruilhandel, cacaobonen en goudstof in ganzenveren als geld. (zeer grote maquette in het Nationaal Museum) 86-87. 1. 20 zakken cochenille. schildluis op nopalcactus (= vijgencactus); nijverheidsplant na conquista; kleurvast; teelt bijna verdwenen in de 20ste eeuw door synthetische kleuren. Terug, ingevoerd door kunstenaars voor weefsels en schilderijen op bast. Cochenille-rood wordt vervaardigd uit minuscule gedroogde en gemalen schildluis, een uitermate kieskeurig insect, dat uitsluitend leeft op slechts enkele welbepaalde varianten van de nopalcactus: daarop en nergens anders. Of juister: het zijn de zwangere vrouwtjes (herkenbaar aan een uitgroeisel als geel pluis) die de kleurstof leveren. In de 16de eeuw was de scharlakenluis na zilver het belangrijkste exportproduct van NieuwSpanje! Tegenwoordig beter bekend als E120 en zelfs voor snoep en drankjes gebruikt. Zie: Amy Butler Greenfield, Het volmaakte rood. http://www.amerikanistiek.org/bijdragen_cochenille.htm 87. 2. Ruilvoeten. 88. Tolteken, Teotihuacan, Olmeken. Het wereldbeeld van de Azteken was gevormd door drie voorafgaande culturen. Van een ervan waren ze zich min of meer historisch bewust; de tweede, behoorde tot de mythen; de derde, oudste en belangrijkste was totaal onbekend en zou dat blijven tot ver in de 20ste eeuw. Waarom min of meer historisch? Door hun cyclisch tijdsbesef wisten de Azteken op welke kalenderdatum iets was gebeurd, maar niet hoever die gebeurtenis in het verleden moest geplaatst worden. *** * wereldbeeld - 18 - Deel II TEOTIHUACAN: STAD DER GODEN, NAVEL VAN DE WERELD Dia 1. Tentoonstelling Musée du quai Branly, Parijs, eveneens tot 24 januari 2010. Ons eerste bezoek geldt de toeristische trekpleister Teotihuacan, niet ver van Mexico City (bloei ca. 150 v.Chr.- 700 n. Chr.). 2. Kaart: ligging: ten noord-oosten van Tenochtitlan. 3. Plan. De stad ligt op een hoogvlakte, 2300 m hoog. Noord-zuid as: ‘Avenue der Doden’ (Meer dan 2 km lang, 45 m breed) en de piramides; oost-west as: de ‘citadel’ (met tempel van Quetzalcoatl) enz. verdeelt de stad in 4 grote kwartieren. De stad bereikte haar grootste uitbreiding tussen 150 en 200 n.Chr. Oppervlakte: 22,5 km². Het bouwen ging 500 jaar door. Verdeeld in ordelijke ommuurde huizenblokken, met inwoners gegroepeerd volgens herkomst, elk met eigen heiligdom. Bewijs: de grafgiften, namelijk invloeden van elders bv Oaxaca; omgekeerd aardewerk en vormen elders: in Oaxaca (zoals we dadelijk gaan zien), tot in Mayagebied, o.a. Tikal en Copan. De doden werden begraven onder de vloer van de huizen. 4. Toen de Azteken op het wereldtoneel verschenen lag de majestueuze stad al eeuwen in puin. De bloei van de religieuze metropool was iets dat lang geleden had plaats gevonden. Hoe lang geleden, daarvan hadden zij geen idee. Waarom zou dat mythisch verleden dan niet samenvallen met het begin van de wereld? Zelfs de grote Spaanse kroniekschrijver, Bernardino de Sahagún (1499-1590) vermeldt nog dergelijke legenden over goden en reuzen, die de ontzaglijke bouwwerken van Teotihuacan hadden opgetrokken. 5. Wie ooit de plek bezocht is ongetwijfeld diep onder de indruk gekomen van de meesterlijke wijze waarop de onbekende bouwmeesters het landschap incorporeerden in hun urbanisatie. Hier bootsen de Piramide van de Zon en die van de Maan (gebouwd ca. 2500 jaar na de Grote Piramide van Khoefoe) exact de ligging van twee heilige bergen na, die vanuit de ruïnestad in de verte zichtbaar zijn. Weer piramiden, weer bergen, weer het reconstrueren in miniatuur (nou ja) van concrete geografische gegevens met kosmische betekenis. Het vierkante grondvlak van de Piramide van de Zon heeft praktisch dezelfde afmetingen (225 m) als Khoefoes eveneens vierkante piramide! Maar is veel minder hoog: Khoefoe: 146 meter, gedurende 4 millennia het hoogste gebouw ter wereld. 6 - 7. Piramide van de Zon: oorspronkelijk 72 m hoog, nu nog 63 m. wereldbeeld - 19 - Teotihuacan is immers méér dan grootse architectuur. De stadsplanning weerspiegelt een wereldbeeld, een welbepaalde opvatting over de ordening van de kosmos. NB. In de film Frida Kahlo (2002), brengen de hoofdpersonen in gezelschap van de Russische revolutionair Leon Trotski (1879-1940) een bezoek aan Teotihuacan. De situatie in de film is die van na 2000, niet die van voor 1940! Er is op korte tijd recent veel gerestaureerd. Alle geleerden zijn het - voor één keer - met elkaar eens dat de in Teotihuacan ontwikkelde principes een blijvende stempel hebben gedrukt op heel Meso-Amerika en dat voor vele eeuwen. Maar wat Teotihuacan zo heilig maakte, dat de latere volkeren hun kosmologisch tijdvak, dat van de Vijfde Zon, hier lieten beginnen, is niet langer een volledig onopgelost mysterie. De sacrale betekenis van Teotihuacan is ouder dan de Piramide van de Zon!! Sommige geleerden hadden reeds lang een primitievere structuur vermoed onder de grote piramide. In 1971 werd dan inderdaad onder de piramide een onderaardse grot ontdekt. De toegang, die verzegeld was door rotsen en puin, bleef eeuwenlang verborgen. Dat moet zo al geweest zijn in de tijd van Moctezuma. Totdat de opvulling instortte en het begin van een trap onthulde, uitgehakt in het moedergesteente, die 7 meter naar beneden ging en voerde naar een l00 meter lange tunnel. Eerste verrassing: deze tunnel liep, via enkele bochten, naar een spelonk in de vorm van een klavertje vier. Tweede verrassing: de ingang viel samen met de oorspronkelijke centrale trap en het hol zelf lag praktisch onder het middelpunt van de piramide. Derde verrassing: boven het hol werd, lang voor de bouw van de piramide, een eenvoudige structuur opgetrokken, die samen met de oudste gevonden voorwerpen, gedateerd werd op ongeveer 300 v. Chr.! De grot zelf was ontstaan, samen met talrijke andere in de vallei, toen ongeveer een miljoen jaar geleden een dikke lavastroom uitvloeide, waarin gasbellen openbubbelden. In de grot vond men sporen van een thans opgedroogde kleine bron. Meteen werd het hele patroon duidelijk: wanneer Teotihuacan de Spil van de Wereld was gedurende de hele periode van 150 v. tot 750 na Chr., dan vormde de grot de Navel, de axis mundi, van de hele religieuze metropool. De piramide was het richtsnoer voor de hele verdere stadsplanning. Maar het was de grot die de plaats en de oriëntatie van de piramide bepaalde! Een archeologische ontdekking van nauwelijks te onderschatten belang dus, die echter in 1978, toen wij voor het eerst Teotihuacan bezochten, noch tot de toeristische-, noch tot de voor ons toegankelijke wetenschappelijke literatuur was doorgedrongen. En waar wij wel het inwendige van El Castillo in Chichen Itza en de kunstmatige nabootsing van Teotihuacans Heilige Grot (en tunnel) onder de reuzenpiramide van Cholula bezochten, kwamen wij dé grot, hét oervoorbeeld en prototype niet in, toen niet noch later. Teotihuacan en het Wereldbeeld der Vijfde Zon Het is deze Heilige Grot, die hoogstwaarschijnlijk verbonden was met de oudste versie van de mythe van het ontstaan van de Vijfde Zon. En even waarschijnlijk is het deze mythe die uitgebeeld staat op verscheidene van de meest beroemde Teotihuacan-fresco's, die dan dienst zouden gedaan hebben als didactisch materiaal voor priesters én gelovigen. Als mensen een stad bouwen rond een centraal punt, in dit geval de grot, dan herscheppen zij hun reële wereld tot het beeld van de kosmos in imitatie van wat ze over goden en kosmos geleerd hebben doorheen hun mythen. De indrukwekkende piramide van de Zon is dan de wereldbeeld - 20 - letterlijke spil waarrond even letterlijk de hele schepping draait; de Levensboom, die uit de Aarde, de Heilige Grot groeit. De Azteken en hun tijdgenoten geloofden, zoals een paar keer gezegd, dat zij leefden in de Era van de Vijfde Zon. Nadat vier vroegere wereldperiodes waren ten onder gegaan in rampen, keerden Licht en Leven terug, doordat hier, in Teotihuacan, de goden zelf zich offerden. In Teotihuacan zouden bij het begin van het Laatste Tijdvak Zon en Maan uit een spelonk te voorschijn zijn gekomen.(Deze spelonk?). Toen de stad verlaten werd, verzegelden de priesters de Heilige Grot. Men veronderstelt dat de bron was opgedroogd door het droogleggen van moerasland (en vermoedelijk een heel meer) ten behoeve van de stadsuitbreiding en dat dit feit bijdroeg tot het uiteindelijk verval van de theocratie. Maar de piramide bleef bekend als Montezuma's orakel. En inderdaad, nog de laatste Grote Spreker van de Azteken ondernam elke twintig dagen, vergezeld van zijn priesters, een pelgrimstocht naar de Stad der Goden om er op de top van de grote piramide te offeren. En dit brengt ons tot een laatste aspect. Een pelgrimstocht, volgens Mexicaanse begrippen, is het herbeleven van de sacrale tijd. En voor de herbeleving van de mythe, hier: de scheppingsmythe, is de sacrale ruimte essentieel. Die sacrale ruimte wordt bereikt door geheiligde structuren. In het tegenover elkaar stellen van de piramide van de Zon en de Maan kan men een toonaangevende uiting zien van die typische Mexicaanse dualiteit van mannelijk-vrouwelijk, goed en kwaad tezelfdertijd. (Ter herinnering: de namen, piramide van de Zon en de Maan, werden pas veel later gegeven; de oorspronkelijke benaming is verloren gegaan). 8 - 9-10. Als dat zo is, kan men begrijpen waarom de kleinere Piramide van de Maan zo angstvallig waterpas is gebracht door haar precies zoveel minder hoog op te trekken als de helling van de Processieweg vanaf de piramide van de Zon bedraagt, namelijk 22 m. En waarom aan de voet van de piramide een klein altaargebouwtje staat, dat een weergave is van de kosmos uit Codex Féjervary-Mayer. De contrapositie van piramiden werd veel later en meer dan 1000 km naar het zuiden overgenomen van Teotihuacan in de klassieke structuren van de Mayastad Tikal (in Guatemala) en nog later in de dubbelpiramide van het nabijgelegen Tenochtitlan (Mexicocity). 11. Mensenoffers in de Piramide van de Maan. Tot voor zeer kort werd Teotihuacan beschouwd als vredelievend, zonder spoor van mensenoffers, een religieus en cultureel centrum met zeer ruime geografische uitstraling. Nu: ook krijgszuchtig en militair. Zie verder bij de Maya, wordt als zekerheid gepresenteerd in de catalogus door Felipe Solis (1944-2009). 12 - 15. Piramide van het Quetzalcoatl, het Gevederde Serpent. Omstreeks 450 werden drie zijden van de piramide van Quetzalcoatl vernield, alleen de vierde zijde, overdekt met een ander gebouw overleefde tot nu toe. Oorspronkelijk waren er vermoedelijk 360 (of 365?) Gevederde Slangen. Het verband met de kalender is duidelijk. De tempel mat zonsopgang en equinoxen (lente- en herfstevening) en solstitia (winter- en zomerzonnewende). Friezen en hoofden werden opnieuw gebruikt als vulling voor andere gebouwen. Hier brachten in 1988-89 opgravingen mensenoffers aan het licht: individuele en groepen van vier, acht of meer wereldbeeld - 21 - 16 - 19. Tempel van Quetzalpapalotl (Quetzal-vlinder. 'Vlinder' : de zielen van de doden vergezellen de zonnegod op zijn baan langs de hemel als vlinders. 20 - 21. Muurschilderingen: de Grote Moedergodin Chalciutlicue, godin van het water? Vroeger geïnterpreteerd als regengod Tlaloc. 22 - 23. Obsidiaan. Nu kan men voor de bloei van Teotihuacan tevens heel wat profanere oorzaken aanhalen. De site beschikte over voldoende water, goede klei voor het voortreffelijke en zeer wijd verspreide Teotihuacan-aardewerk en last but not least: obsidiaan. Dit vulkanisch glas wordt terecht 'het staal van de Nieuwe Wereld' genoemd. En zeker is dat de groei van de metropool parallel liep met de groei van de obsidiaanmarkt in heel de vallei van Mexico. Obsidiaan werd zelfs vergoddelijkt, als geassocieerd met schepping, als incarnatie van het Hart der Aarde. Obsidiaan was de 'sprekende steen', het 'orakel der goden'. Tezcatlipoca, de tovenaar-god van Tolteken en Azteken heet in onze taal 'Rokende Obsidiaanspiegel'. Teotihuacan zou een (religieus geïnspireerd) monopolie bezeten hebben van obsidiaanverwerking en -verhandeling in heel Mexico. Dankzij de heilige bron in de nabijheid van de obsidiaanberg? Of hoe religie en negotie hand in hand gingen! Handelsbetrekkingen: schelpen van de kust, halfedelstenen van Oaxaca, het Mayagebied, cacaobonen uit het tropische Mayagebied als soort geld 24 - 26. maskers enz. Zeer mooie exemplaren van wierookdeksels (voor het branden van copal, wierookhars) in Jubelpark. Werden in serie vervaardigd in mallen. Er is steeds een kleine onvolmaaktheid aangebracht; volmaaktheid is alleen de goden gegeven. Bij 27: voorkant: maltezerkruis van wereldbeeld! DE OLMEKEN De moederbeschaving 27-28. In het ondankbare broeierig hete klimaat van de (oostelijke) Golfkust ontlook omstreeks 3500 jaar geleden de cultuur van de Olmeken. De naam is Azteeks en betekent “mensen uit het land van de rubber.”- werd door de Azteken gegeven aan eigentijdse bewoners. De naam van oorspronkelijke bewoners is nog steeds onbekend. Idem voor taal of afkomst. Dit is tot nu toe de oudste cultuur van Meso-Amerika. En de laatst ontdekte: pas net voor en na W.O. II. door Matthew Stirling. 29-31. Uit alles wat we wél weten leidt men af dat alle culturele kenmerken van het volledige wereldbeeld hier reeds aanwezig zijn. Typisch: de grote hoofden (zonder lichaam). Tot nu toe zijn er 18 ontdekt. Bij elkaar gebracht in openluchtmuseum. Vertonen Afrikaanse (of Aziatische?) trekken. 32 - 38. Figuren met ‘jaguarmuil’ (wijst op jaguarcultus), jadebewerking, prachtige beelden en maskers. Het cijfersysteem bestond punten en balken, zoals in Teotihuacan, bij de Maya en Monte Alban. Vermoedelijk ook twintigdelig stelsel. wereldbeeld - 22 - VERACRUZ, EL ZAPOTAL, HUAXTEKEN 40 - 41. Xochiquetzal, Veracruz 500-900 - hol, terracotta, 110cm (KMKG, Jubelpark, Brussel). Rondleiding door Sergio Purini, conservator in november 2009. Merk de verwijdering van later aangebrachte restauraties. 42. Zittende man en twee honden. Collectie Dora Janssen Aardewerk; zwarte harsverf. Man: h. 100 cm, b. 42 cm, d. 67 cm Staande hond: h. 52,3 cm, b. 35,5 cm, d. 44,2 cm Liggende hond: h. 21 cm, b. 40 cm, l. 57,8 cm EI Zapotal-stijl, Veracruz-cultuur, Mexico, Klassieke periode, 400-800 n.C. Tijdens de jaren 1960 werden in een omvangrijke aardheuvel op de site van El Zapotal in Veracruz resten van talloze grote keramieken sculpturen gevonden. Ze behoorden tot een belangwekkende artistieke traditie die bekend staat als de stijl van El Zapotal. Deze beelden van mensen, goden en dieren werden doorgaans opzettelijk stukgeslagen en zorgvuldig in heuvels of onder pleinen geplaatst. Sommige werden teruggevonden als afzonderlijke offergave, andere waren opgesteld als ensembles waarin religieuze, mythologische en historische thema’s tot uitdrukking kwamen. De zittende man en de twee honden zouden een krijger en zijn strijdmakkers kunnen verbeelden. De man draagt een volledig hoofdmasker dat een prairiewolf voorstelt. Een van de krijgsorden onder de latere Azteken van het Mexicaanse hoogland gebruikte de prairiewolf als embleem, een toepasselijk symbool van de felheid, het uithoudingsvermogen en de behendigheid van een goede krijger. Wellicht stelt deze serene figuur een gevangengenomen en tot rituele offering bestemde krijger voor; het gedraaide touw dat de plaats van oorsieraden inneemt, zou daarop kunnen wijzen. Honden vervulden verschillende rollen in het oude Meso-Amerika; zij waren een metgezel op het slagveld, een gezelschapsdier, een gids voor de ziel van de overledene en ook een bron van vlees. De twee sculpturen zijn een opmerkelijk natuurgetrouwe weergave van een liggende hond en zijn hijgende maat in aandachtige zithouding. Zwaar gerestaureerd, o.a. de armen. MIXTLAN HET BERGLAND VAN OAXACA Dia 44 - 45. De huidige staat Oaxaca (94 211 km², meer dan 3 x de oppervlakte van België) is antropologisch gezien een van de meest interessante gebieden van Mexico. Van zijn talrijke volkeren zijn er twee die ons uit archeologisch oogpunt het sterkst interesseren: de Zapoteken en de Mixteken. In Oaxaca worden meer dan 30 inheemse talen gesproken, waarvan sommige erg verwant zijn, als Nederlands en Duits, andere van elkaar verschillen als Nederlands en Chinees. (Mixteeks & Zapoteeks enerzijds, Nahuatl, de taal van de Azteken anderzijds.) Het Mixteeks is een ‘toontaal’, waarbij toonhoogte verschillen in woordbetekenis aangeeft. Het behoort met het Zapoteeks tot eenzelfde taalfamilie. wereldbeeld - 23 - Op de ongeveer 3,5 miljoen inwoners (2003) spreken heden nog ongeveer een miljoen mensen een van de inheemse talen. Ongeveer 300.000 spreken Mixteeks, ongeveer 250.000 Zapoteeks. Tenminste, dit zijn de officiële Mexicaanse cijfers. Volgens de Nederlandse specialist Martin Jansen is het Mixteeks bedreigd met totale verdwijning binnen één generatie, nadat dit volk in het ontoegankelijke hoogland van de Mixteca Alta gedurende eeuwen zijn culturele integriteit tegen de opdringende verspaansing heeft gehandhaafd. De agressieve ‘modernisering’ heeft de meeste herinneringen aan het verleden doen verdwijnen (waarbij het officiële onderwijs een bijzonder destructieve rol speelt. En nu de televisie natuurlijk) Slechts in enkele dorpen, aan de voet van de steile heuvels waarop overwoekerde ruïnes nog getuigen van vroegere dichtbevolkte steden, zijn Amerikaanse zendelingen erin geslaagd de fierheid voor het roemrijke verleden terug op te wekken. Pas sinds de laatste decennia hebben de Mixteken het iets beter gekregen, hoewel velen geëmigreerd zijn om in hun levensonderhoud te kunnen voorzien Zelfs in Californië in de Verenigde Staten woont een grote Mixteekse gemeenschap - naar schatting zo'n 100.000, waarmee het een van de talrijkste indianenvolkeren in de Verenigde Staten is geworden. In de stad Fresno bestaat zelfs een radiozender die in het Mixteeks uitzendt. De Zapoteken hebben beter weerstand geboden dan hun vroegere rivalen. Zij vormden een der belangrijkste cultuurvolkeren van Oud-Mexico, met een cultuur, die waarschijnlijk meer dan 2000 jaar onafgebroken continuïteit kende. Ook thans zijn zij nog een vitaal, gezond en zelfstandig volk met sterke nationale trots. Een stimulans voor die trots vormt hun nationale held Benito Juarez (1806-1872 ), vaak Mexico's bekwaamste staatsman genoemd, een volbloed Zapoteek, die de Fransen verdreef en de basis legde voor het moderne Mexico. Daar bij hen culturele en sociale strijd samengaan, komen zij voortdurend in conflict met de Mexicaanse staat en leveren een groot aandeel van de ‘verdwijningen’ waarmee Mexico zijn imago van liberale democratie bezoedelt. In 2006 was er nog een door Zapoteken geleide opstand van inheemse volkeren tegen de plaatselijke gouverneur. Die werd door het leger met geweld neergeslagen. Monte Alban Dia 46 - 47. Op 2000 meter hoogte torent Monte Alban (= Witte Berg) 400 meter boven de stad Oaxaca uit. Wie de indrukwekkende ruïnes in een al even indrukwekkend natuurkader op een prille zomerochtend bezoekt, begrijpt waarom de Azteken dit gebied Mixtlan, het Wolkenland noemden. Eens was Monte Alban de ceremoniële hoofdstad van de Zapoteken. Of zij ook de stichters van de stad zijn weet men niet. Want Monte Alban is oud, oeroud. De oorsprong gaat letterlijk verloren in de nevels der tijden. De stad werd zowat 2500 jaar geleden gebouwd. Een hele berg in de rol van piramide, als uitdrukking van een religieuze wereldbeschouwing! De keurig gerestaureerde resten geven een beeld van de stad, zoals die er moet uitgezien hebben tussen de zesde en de achtste eeuw van onze tijdrekening, toen de Zapoteken op het toppunt van hun macht stonden en de vruchtbare dalen van Oaxaca overheersten. Het totale archeologische areaal van Monte Alban bedraagt meer dan 40 km². Het rituele centrum ligt op de top van een helling, die eertijds volledig bedekt was met de huizen van de bewoners. Het blootgelegde gedeelte van de top meet ongeveer 700 bij 250 m. De heuvel werd kunstmatig genivelleerd, waartoe tonnen rots dienden weggebikt en op andere plaatsen muren en terrassen werden opgericht. wereldbeeld - 24 - Een indrukwekkende prestatie met een even indrukwekkend architecturaal resultaat. Nergens, zelfs niet in Teotihuacan werd het perspectief met zoveel vaardigheid kunstmatig gecorrigeerd door trappen, platforms, enz. De gebouwen bezitten een heel eigen schoonheid doordat hier, in tegenstelling met de meeste Maya-steden de verhoudingen van de gulden snede zijn toegepast, die op ons Europees gevoel voor harmonie zo een grote invloed hebben gehad. Afgezien van enkele gebouwen die een astronomisch - astrologische functie hadden zijn de overige alle tempels, elk met een eigen karakter. Het waarschijnlijkst is dat elke grote plaats van de Zapoteekse federatie hier een eigen heiligdom had, waar de bedevaarders bij bepaalde feesten konden samenkomen. Zo is het ook thans nog op vele plaatsen in Mexico. En zo was het ook in het Oudgriekse Delphi. 48. Een van de grootste raadsels van deze mysterieuze stad vindt men, wanneer men naar het zuiden kijkt, aan de rechterkant. Hier werden in de muur van een gebouw rechtopstaande stenen platen ingewerkt met eigenaardige kronkelende figuren, de zgn. danzantes (dansers). Deze kunnen in geen enkele gekende cultuur worden ingepast. Het meest vertonen ze nog gelijkenis met de al even oude en raadselachtige stenen van Cerro Sechin, aan de kust van Peru, enkele duizenden km naar het zuiden. De danzantes vertonen trekken die aan de Olmeken doen denken. Maar in een paar stenen, hier en in een andere tempel ingewerkt, staan onmiskenbare Maya-cijfergliefen ingebeiteld. Of hier werkelijk sprake is van verminkte gevangenen is onzeker. Maar niet meer onzeker dan een hele reeks andere hypothesen. De kans bestaat alleszins dat Monte Alban ouder is dan de Zapoteken en contacten verraadt met proto-Olmeken of proto-Maya. Maar in dat geval staan we hier voor een der alleroudste heilige plaatsen van heel Meso-Amerika. En met de langste continuïteit. Want modern vaatwerk, in de grond gevonden, bewijst dat hier tot in de huidige tijd aan de oude goden werd geofferd. 49 - 50. Zapoteekse beelden. De belangrijkste godheid is hier de regen- en stormgod Cocijo. 50. Beeld van krijger - beschadigd. 51 - 57. Tussen 800 en 1200 n. C. moest de Zapoteekse macht wijken voor de invallen van een nieuw volk: de Mixteken. De Zapoteken verlieten Monte Alban en trokken zich terug naar Mitla. De overwinnaars namen - omwille van de religieuze betekenis van de plaats? - de graven van de Zapoteken in beslag. Edelsmeedwerk: laagwaardig goud, 14 karaat, legering van koper en goud, kunst ingevoerd in de 12de eeuw uit het zuiden (Columbia?). Beheersten alle technieken, verloren-wastechniek, granuleren, tumbaga (=door zuur goudmoleculen aan de oppervlakte brengen). Kenmerkend: belletjes. De Mixteken werden zo dé goudsmeden van Mexico. In 1932 ontdekte dr. Alfonso Caso het beroemde graf nr. 7. Dit graf bevatte de grootste en kostbaarste schat die tot dan toe in Mexico door een archeoloog is gevonden, en kan qua betekenis vergeleken worden met de ontdekking van het graf van Toetanchamon door Carter in 1922. Tot verrassing van de archeologen waren de sieraden van dit graf niet Zapoteeks doch Mixteeks. 58. Werppijlen lanceren met atlatl. 59. Codices: vouwcodices uit hertenleder. Zeer picturale stijl, overgenomen door Azteken. Vóór de Spaanse conquista waren de Mixteken beroemd om hun fraaie vouwcodices in beeldschrift. Martin Jansen heeft met zijn assistenten van de universiteit van Oaxaca kunnen wereldbeeld - 25 - aantonen dat de taal ook in de 16de en 17de eeuw nog werd geschreven in ons alfabet, waarmee hij een belangrijke bijdrage leverde tot het Mixteekse culturele reveil. 60. Codex Nutall, herkomst: Tilantongo, avonturen van cultuurheld 8-Hert. DE TOLTEKEN EN TULA 856 - 1168 Dia’s 62 - 67. In de Spaanse kronieken van kort na de conquista duikt geen naam zo vaak op als die der Tolteken. Voor de Azteken en hun tijdgenoten waren de Tolteken zowat halfgoden, dragers van een Gouden Tijdperk. En ieder volk dat zich respecteerde trachtte zijn afkomst op deze cultuurheroën terug te voeren. Een dergelijke handelswijze kwam de Spanjaarden niet vreemd voor. De analogie met hun eigen Europese renaissancetijd en zijn quasi-verafgoding van de Griekse en Romeinse Oudheid lag voor de hand. Alleen jammer dat deze Tolteken van de aardbodem verdwenen waren en niemand precies leek te weten waar hun hoofdstad Tula gelegen had. Dit Tula of Tollan (Biezenstad ) werd pas begin 1941 weergevonden door Jorge Acosta, 80 km ten noorden van Mexico, in de huidige staat Hidalgo. Volgens de Geschiedenis van Ixtlilxochitl (koning van Texcoco), die na de conquista werd geschreven, zou de stad gesticht zijn in 856 door Nahuatl-sprekende volken en in 1168 na een periode van burgeroorlog en invallen van nieuwe golven Chichimeken (barbaren) verlaten zijn. Van de oorsprong en de ontwikkeling van de Toltekencultuur is zeer weinig met zekerheid bekend. Wat deze mensen en hun stad zo belangrijk maakte, weten we niet. In Tula bouwden zij piramiden van geringe hoogte, maar de tempels op de top moeten heel groot zijn geweest, te oordelen naar de vier 4,80 m hoge atlanten die, samen met vierhoekige zuilen, de balken boven de deuropeningen hebben gedragen. Het zijn geen monolieten: zij bestaan uit trommels (schijven). Een nok midden in de bovenzijde van het ene stuk past in een gat in het stuk erboven. Zowel de atlanten als de zuilen bestaan uit vier delen. Opmerkelijk zijn vooral de zuilen die Quetzalcoatl, de Gevederde Slang voorstellen: het zijn cilinders met gebeeldhouwd verendecor, de kop met wijd opengesperde muil rustend op de vloer, terwijl de eveneens in een hoek verlopende staart de balk boven de ingang draagt. De atlanten van Tula gaven aanleiding tot de wildste speculaties. Zeker is dat zij geen straalpistolen dragende ruimtevaarders zijn! In de hand houden zij de atlatl, de speerwerper waarmee zij de werppijlen, hun favoriete wapen, lanceerden. Achterzijde: lendendoeken (‘string’) als bij Japanse sumoworstelaars. 68 - 69. Traditionele opvatting (ca. 1980): “Zeker is dat met hen nieuwe, krijgshaftigere en wredere cultuur- en cultuselementen hun intrede deden. Dit blijkt duidelijk uit de reliëfs op hun tempels, waar krijgers een voorname rol speelden. De geleerden zijn het er niet over eens of deze militaristische kastenmaatschappij ook werkelijk een imperium voortbracht, zoals het Romeinse. Of waren er alleen handelscontacten en korte, jaarlijkse expedities om gevangenen te maken voor de mensenoffers? De muurversieringen, reliëfs met afbeeldingen van jaguars, prairiewolven en adelaars die harten uit elkaar rukken, spreken van nieuwe tijden. Van een nieuw wereldbeeld getuigt ook een fries waarvan de decoratieve elementen bestaan uit ratelslangen - tot kop en staart vereenvoudigd - die skeletten verslinden. Zelfs als het zulke verheven gestalte als de planeet Venus of de lievelingsgod der Tolteken, Quetzalcoatl betreft, blijken de ‘goede goden’ van het nieuwe tijdperk nog het meest op hun tegendeel te lijken. Van hen schijnt ook die preoccupatie met de dood te stammen, die hun nakomelingen nog steeds obsedeert. Tot in de huidige hoofdstad toe komt die dodencultus tot uiting in de viering van de ‘Dagen der Doden’ met een hoogtepunt rond Allerheiligen - Allerzielen (1-2 november).” wereldbeeld - 26 - Ondertussen is dit volkomen achterhaald, nu we meer weten over bijvoorbeeld Teotihuacan. Wat wel klopt: afbeelding van elitekrijgers, zoals bij de Azteken! Quetzalcoatl, de leider, vorst, god, vormt een zeer ingewikkeld historisch probleem. In het verwarde kluwen is één draad te volgen. Een aanvoerder met deze naam heeft zijn volk naar het zuiden geleid toen het Tula moest opgeven. Hij werd mythologie: een god die zou terugkeren om een nieuw gouden tijdperk in te luiden. De legende werd werkelijkheid voor de Azteken, toen Cortés aan land stapte op de voorspelde dag. Onder leiding van hun vorst, Quetzalcoatl, stichtten de Tolteken meer dan 1000 km naar het zuiden in Yucatan de Tolteekse bloeiperiode van Chichen Itza (zie verder bij Maya). Maar ook deze stelling wordt de laatste decennia betwist. Deel III DE MAYA KINDEREN van de TIJD Dia’s 1 - 2 - 3. Situering in tijd en ruimte. Een nieuw beeld van de Maya De Maya-beschaving is een van de meest intrigerende en wellicht de meest ontwikkelde in Precolumbiaans Amerika. Ze beleefde een lange periode van bloei tijdens de zogenaamde klassieke periode, van de derde tot de negende eeuw van onze tijdrekening. In wat nu ondoordringbare, hete en ongezonde jungle is in het huidige Guatemala, Belize en ZuidMexico, floreerden tientallen en tientallen stadstaten en koninkrijken. Op geen enkel ander terrein van de archeologie zijn kennis en ideeën binnen zeer korte tijd zo sterk veranderd als in het Maya-onderzoek. Iedere hypothese, ieder model is volledig op zijn kop gezet. Jarenlang hebben wij initiatiecursussen gegeven over de culturen van MesoAmerika, o.m. afwisselend in samenwerking met de universiteiten van Leuven, Antwerpen en Gent. Om de syllabus, waarvan de eerste druk uit 1982 stamt, te actualiseren zouden wij voor het deel over de Azteken voldoende hebben aan drie bladzijden. Het deel over de Maya dient echter volledig herschreven. Om te beginnen is de oorsprong van de cultuur meer dan 1500 jaar achteruit gezet, tot op zijn minst 3000 v.C., waarmee die misschien nog ouder is dan die van de Olmeken. Enkele decennia geleden geloofde men nog dat de Maya vreedzame, maïs verbouwende boeren waren, die door priesters werden gemaand de hemellichamen in de gaten te houden en de tijd te vereren. Nu is gebleken dat zij werden geregeerd door koningen en adel, die net zo machtswellustig en ijdel waren als alle potentaten elders in de wereld. Nog steeds valt in veel boeken te lezen dat de Maya eenvoudige brandrooilandbouw bedreven en uitsluitend maïs verbouwden, maar inmiddels is reeds meer dan 25 jaar bekend dat ze al sinds het preklassiek vormen van intensieve landbouw hadden ontwikkeld: in moerasgebieden legden zij dijken en kanalen aan en bedreven tuinbouw met gebruik van complexe irrigatiesystemen -volkomen gelijk aan het beter bekende chinampa-systeem van de Azteken; in de bergen van Guatemala bedreven zij op grote schaal terrasbouw en bemesting was hun al wereldbeeld - 27 - evenmin onbekend. Sterker, de hele indeling in preklassiek, klassiek, postklassiek... is volkomen irrelevant geworden. 4 - 5 - 6 - 7. Vergeten we in de eerste plaats niet dat de Maya geen uitgestorven volk zijn. In Mexico, Guatemala en Honduras leven nog steeds miljoenen Maya, die een van de meer dan 20 Mayatalen spreken, veel oude tradities in ere houden, traditionele klederdrachten weven … Vergelijk deze foto’s van hedendaagse Mayavrouwen met beeldjes van het dodeneiland Jaina. De totale Maya-bevolking wordt tegenwoordig op meer dan 6.000.000 geschat, iets meer dan er Vlamingen zijn. Zij bewonen een gebied dat zich uitstrekt van de zuidelijke staten van Mexico over Guatemala en Belize tot het noorden van Honduras en El Salvador. In Guatemala, waar ze bijna de helft van de bevolking uitmaken werden ze in de jaren 1980 andermaal slachtoffer van een afschuwelijke 'burgeroorlog' die 36 jaar duurde, tot 1996, in feite een genocide uitgevoerd door de regering, met 100.000 doden en meer dan 40.000 'verdwijningen' onder de inheemse bevolking. Het werd een dubbeltje op zijn kant voor de Maya-civilisatie die vijfhonderd jaar onderdrukking amper had overleefd. Nota: Guatemala: 3,5 x België, 13 miljoen inwoners. Niet alleen de traditionele klederdrachten, maar ook de ontcijfering van de gliefen speelt een rol in de wanhopige strijd voor de redding van de aloude cultuur. Paradoxaal genoeg, want die ontcijfering is praktisch volledig het werk geweest van westerse geleerden. De hedendaagse onderzoekers werken met de even hedendaagse afstammelingen van de oude Maya en proberen hun gesproken taal te linken aan het schrift van hun voorouders. Volwassenen en kinderen leren met gelijk enthousiasme het gliefenschrift en ontdekken zo de eigen geschiedenis, die hen al die eeuwen was onthouden. Ook op school, waar ze gestraft werden als ze hun “apentaaltje” durfden “brabbelen” in de plaats van het “beschaafde” Spaans. (Vlamingen die hun geschiedenis kennen, komt dit allicht bekend voor.) 8 - 9 - 10. 200 jaar geleden zou niemand geloofd hebben dat er een verband kon bestaan tussen de eenvoudige Indio’s en de verdwenen hoogcultuur. De steden waren al vele eeuwen verlaten en overwoekerd door de jungle, de cultuur raakte vergeten … tot in 1839 en volgende jaren de Amerikaanse ontdekkingsreiziger en diplomaat John Lloyd Stephens en de tekenaar Catherwood de steden een na een vinden, tekenen en bekend maken via een uitermate succesrijke reeks boeken. Zelden is het cliché van een verloren, onbekende cultuur zo beeldend en dramatisch poëtisch verwoord als juist door Stephens. Toen hij in 1839 in het tropische oerwoud op de overwoekerde ruïnes van de stad Copan stootte, kwam meteen de metafoor van een verzonken beschaving bij hem op: “De stad lag voor ons als een op de klippen gelopen, kapot gebeukt schip in de oceaan, de masten gebroken, de naam onbekend, de bemanning omgekomen. Er was niemand in leven gebleven, die kon vertellen van wie het schip was geweest, hoe lang het onderweg was geweest, en wat uiteindelijk tot zijn ondergang had geleid. Een compleet raadsel, een duister onoplosbaar raadsel...” En de litho’s van Catherwood zijn al even dramatisch. Dia 11 PALENQUE wereldbeeld - 28 - Palenque (Chiapas, Mexico) leidt ons binnen in het gebied van de Maya. Hun religieuskosmologische opvattingen waren nauw verwant aan die van de Azteken, duidelijk aan een gemeenschappelijke oudere bron ontsproten, vermoedelijk de Olmeken. 12. Palenque ligt in het regenwoud van Chiapas en is pas sinds de jaren 1980 per auto over de weg bereikbaar. In 1978 moest je nog een vliegtuigje huren. Stephens legde in 1840 het steilste stuk van de bergweg af in een draagstoel op de rug van een inheemse drager! Vergeleken met de strakke stadsplanning van Teotihuacan gold dit als hét voorbeeld van een ordeloos aangelegde stad, met tempels in een willekeurige losse formatie verspreid over niveauverschillen van niet minder dan 150 meter. 13. Lange tijd dacht men dat de Mayapiramide, in tegenstelling tot Egypte, alleen als fundament diende voor een tempel, totdat in 1949 een Mexicaanse archeoloog, Alberto Ruz Lhuillier (1906-79) een ontdekking deed in de tempel der inscripties… 14. … een niet zo erg hoge piramide. Binnenin kwam een steen los, waaronder een met puin volgestorte gang langs een steile trap naar beneden voerde... 15. …een zeer steile trap... 16. …met gevaarlijk glibberige treden. Tegen de muur zat een gipsen slang, als een soort leuning. Die is echter bij het uithakken van het vastgekoekte puin vernield. 17. Diep onder de piramide stootten de archeologen na 3 jaar graven, in 1952 op een grafkamer met een sarcofaag, bedekt met een tonnen zware deksteen. Hieronder lag in de merkwaardig gevormde en rood geschilderde sarcofaag het skelet van een belangrijk personage. Rechts: reconstructie in het Nationaal Museum, Mexico-Stad. 18. De deksteen. 19. Het gelaat was bedekt met een masker uit jadeschilfers, met ogen uit ingelegd obsidiaan. Merk de scheelkijkende ogen, een schoonheidsideaal van de Maya! Dit masker werd, met een aantal andere schatten, uit het antropologisch museum van Mexico gestolen op kerstnacht 1985. Door een toeval werd het vier jaar later teruggevonden. 20. In en rond de grafkamer zijn prachtige hoofden uit stucwerk gevonden, waarvan u een prachtig voorbeeld vindt in de collectie van het Jubelparkmuseum. 21. Maar de meeste aandacht ging toch naar de sarcofaag zelf. Het merkwaardig bewerkte deksel riep wilde geruchten in het leven over ‘goden die van de sterren kwamen.’ Men ziet de overledene, zittend op de levensboom, die oprijst uit de kaken van het aardmonster. De armen van de kruisboom zijn ratelslangen, waaruit een vreemdsoortig godenhoofd te voorschijn komt. De boom is bekroond door een ‘zonnevogel' met hetzelfde vreemd gevormde hoofd. Het stelt vermoedelijk een van de verschijningsvormen van Kukulcan (Gevederde Slang in het Maya) voor. 22. Ondertussen weten wij dat de vergoddelijkte priesterkoning, die hier begraven ligt K’inich Hanab Pakal de Grote is (603-683), die regeerde vanaf 615 n.C., de elfde heerser van Palenque. Zijn naam betekent Zonne - Schild. In onze streken is dit de periode van de wereldbeeld - 29 - Merovingers en de ‘vadsige koningen’, een absolute vervalperiode op alle terreinen, met één lichtpuntje: regering van Dagobert (603-639). 23. De tempels op de kunstmatige heuvels in de omgeving zijn alle gewijd aan de opvolgers van Pakal. Bij sommige is de opengewerkte, holle stenen kam nog bewaard 24. Binnen de tempels zit een tweede kleiner tempeltje. De ingang hiervan is geflankeerd door prachtige stenen reliëfs. Het linker stelt Chan Bahlum voor, de zoon van Pakal, die de macht overneemt van zijn dode vader, die kleiner voorgesteld is, als bewoner van Xibalba, het Dodenland. Rechts: een sigaarrokende (of wierook blazende) god. 25. Doorsnede van de Tempel van het Kruis met de constructie van de dakkam, vals gewelf en inwendig heiligdom. Gearceerd is de lichtinval weergegeven bij het wintersolstitium. Stephens had zich in 1840 al afgevraagd wat die prachtige reliëfs kwamen doen in een stikdonkere kamer, waar geen sprankeltje licht binnenviel. Ondertussen weten wij ook hier wat de bedoeling was: eens per jaar, op 21 december, de kortste dag van het jaar, vielen de laatste zonnestralen onder de uitstekende dakkammen door binnen en belichtten eerst de opvolger, dan Pakal, om tenslotte de god met de sigaar in het licht te zetten en dan te verdwijnen. In een andere tempel is een soortgelijke afbeelding wel nog bewaard, doch zwaar aangetast door de zure regen als gevolg van asse, afkomstig van een vulkaanuitbarsting in 1982 (vulkaan El Chinchon, op 60 km afstand over de grens van Guatemala.) Het lijdt geen twijfel dat de voornaamste associaties met wereldbeeld en oriëntatie verbonden zijn met de drie eerste heersers uit de Laat-klassieke periode: Pakal, Chan Bahlum en Kan Xul (Hok). Deze drie volgden elkaar op, wat met herhaalde en ononderbroken gliefeninscripties kan gestaafd worden. Politieke macht en mythologie lagen erg verstrengeld. Een tegenhanger van dit fenomeen is de beroemde Egyptische rotstempel van Aboe Simbel, die ten tijde van Ramses II (ca. 1250 v. Chr.) werd uitgehouwen, zodanig dat tweemaal per jaar (20 februari en 20 oktober) bij zonsopgang één lange horizontale straal door de ingang glijdt en in de gangen doordringt, tot ze als met een schijnwerper een beeldengroep verlicht van de farao en Amon-Ra en Ra-Harachte, de zonnegoden, tegen de muur van het achterste heiligdom, 54 meter diep in de rots. De tempel is daarbij zo geprojecteerd dat de vierde god, Ptah, aan de rechterhand van Amon gezeten, in het duister blijft. Daar Ptah niet alleen de scheppende god is, maar tevens geïdentificeerd wordt met Osiris, god van de onderwereld, mocht zijn beeld geen licht ontvangen. Bij de aanleg van de Assoeandam zijn de tempels door UNESCO tussen 1964 en 1968 in grote blokken gezaagd en opnieuw opgebouwd op een locatie die 65 meter hoger en 200 meter verder van de rivier lag. Doordat de oriëntatie lichtjes gewijzigd is, is het fenomeen nu twee dagen verschoven, naar 22 februari en 22 oktober. 26. Reconstructie. De dynastie beriep zich, net als in het Oude Egypte, Japan en Tawantinsuyu (het Incarijk) op een goddelijke oorsprong. Voor de samengestroomde menigte buiten was dit het bewijs, dat de zon diep neeg voor zijn zonen, hun vorsten, alvorens de volgende dagen terug te gaan klimmen. Nu begreep men ook wat de bedoeling was van de vernielde slang onder de tempel van de inscripties naar het graf van Pakal toe: hier viel de zon op de steen, net boven de muil van de slang, die hier de onderwereld met de bovenwereld verbond. Ook de Maya projecteerden hun kosmologie op hun concrete wereld. Palenque werd beschouwd als de westelijke ingang van de onderwereld. Mitla, ver in het noorden, in het Mixtekengebied was blijkbaar ook voor de Maya een andere concrete ingang. Als dit klopt is wereldbeeld - 30 - dit een voorbeeld van een projectie van een gemeenschappelijk wereldbeeld over grote afstand. En tenslotte begreep men nu ook de schijnbare wanorde van de tempels, als je vergelijkt met de stadsplanning in Teotihuacan: zij waren wél zeer geordend ontworpen, maar volgens totaal andere urbanisatiewetten dan wij gewend zijn, namelijk in functie van de zonsondergang bij de winterzonnewende! 27. Om afscheid te nemen van Palenque: deze prachtige wierookbrander. Ruz Lhuillier overleed in 1979 en ligt begraven tegenover de Tempel der Inscripties in een verkleinde replica van de tempel. TIKAL 28. Kaart Tikal, Guatemala Aan het eertijds zo belangrijke centrum Tikal, brengen we slechts een heel kort bezoek. Tikal ligt in het noorden van Guatemala, in het oerwoud van de Petén. Tot ca. 1980 was Tikal moeilijk bereikbaar: ofwel per DC3 vanuit Guatemala stad ofwel over een zeer slechte onveerharde weg vanuit Flores, de 2de stad van Guatemala. (Het kostte bijna een halve dag om de 28 km te overbruggen!) Tikal ligt op een kalksteenplateau, ca. 600 m hoogte, weinig of geen oppervlaktewater, dat is verdwenen in de ondergrondse cenotes (dolines). 29- 30- 32- 33. Dit is de hoogste tempel, Tempel 1 of de Tempel van de Grote Jaguar. Drie redenen voor ons korte bezoek: 1ste architectuur; de Maya vormden geen rijk: stadstaten, enorme verschillen; 2de Hier in Tempel 1, vondst van het tweede graf van een vorst met dit prachtige jaden masker; 3de keerpunt in de geschiedenis: In Vuur Geboren, een legeraanvoerder uit het ver noordelijk gelegen Teotihuacan, doodt in 378 Grote Jaguarklauw, vorst van Tikal en installeert met Speerwerper Uil een nieuwe dynastie op de troon. (art. in Nat. Geogr. aug. 2007. Bevestigd op tentoonstelling Parijs door Felipe Solis.) Tot nu toe wisten we (en eveneens recent): Toh-Chak-Ich’ak, Grote Jaguarklauw, (regeerde ca. 317-378); stierf aan verwondingen in oorlog met Waxaktun - stèle in 2000 ontcijferd door David Stuart. In 1979 deed ons instituut hier opgravingen in Tempel 1 om de methode Lerici te testen die tot dan toe alleen toegepast voor korte boringen in Etruskische graven in Italië. Werd aangepast tot lengte van 45 m; een mini-camera (toen pas ontwikkeld) in holle buis vond geen graf maar wel een plunderaarsgang. 34. CHICHEN ITZA Met Chichén Itzá zijn we weer terug in Mexico, op het schiereiland Yucatan, maar dan ettelijke honderden jaren na de bloei van Tikal. Chichen Itza (Mond van de bron der Itza) is sterk beïnvloed door de Tolteken, afkomstig van meer dan 1100 km naar het noorden. Toen ik in 1987 voor mijn tweede bezoek in Chichén Itzá arriveerde, herkende ik de ingang niet. In 1978 was er alleen een gammel houten hekje geweest, in een omheining van kippengaas. En als je, zoals wij, voor openingstijd toekwam, kon je onder de draad door kruipen. In 1987 had het hekje een complete metamorfose ondergaan en was veranderd in een groot futuristisch betonnen bouwwerk, geïnspireerd op wereldbeeld - 31 - de Maya-architectuur en zo weggelopen uit een James Bondfilm. Bij de splinternieuwe toiletten stond een merkwaardige kleine tentoonstelling opgesteld: een antieke duikersuitrusting en tegen de wand een aantal oude foto’s, (nog) zonder onderschriften. Het duikerspak bestond uit een koperen helm, een volledig waterdicht pak, schoenen met loden zolen en een lange luchtslang. Eertijds was ze gebruikt door de Amerikaan Edward Herbert Thompson (1856-1935) die in 1904 begon met zijn historische duikexpeditie in de Heilige Cenote van Chichén Itzá. 35 - 36. Deze piramide werd door de Spanjaarden El Castillo, het kasteel genoemd (in 1545 plaatsten zij hierop kanonnen, maar zij werden verdreven door de Maya). Zoals alle Meso-Amerikaanse piramides is dit een kalender in steen: er zijn vier trappen, elke trap telt 91 treden, de 365ste trap is de kleine tempel op de top. De negen terrassen verwijzen naar de negen verdiepingen van het dodenrijk. Elke zijde van de piramide wordt als het ware door een trap in tweeën gedeeld, de resulterende 18 delen komen overeen met de 18 maanden van het Mayajaar. Het aantal afzonderlijke vlakken op de zijkanten van de piramide is 52, gelijk aan het aantal jaren van een Mayatijdperk. Vlak voor de zonsondergang op de dag van de lente- en herfstevening lijkt er een slang van licht af te dalen naar de kop van de Gevederde Slang beneden. Dit is dan weer een voorstelling van Quetzalcoatl, die in het Maya Kukulcan heet. 37. Dit is een verkleinde voorstelling van hun wereldbeeld en hun kosmische opvattingen die quasi gelijk zijn aan die van de Azteken (Codex Féjervary - Mayer). Het is een (in onze ogen) platgedrukte piramide. Aan de voet van de piramide ligt de Tempel van de Krijgers. Hij dankt zijn naam aan de vele (klaarblijkelijk Tolteekse) krijgers die zijn afgebeeld op de vierkante zuilen. 38. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vonden archeologen onder de tempel een identieke kleinere piramide. De Maya braken nooit een tempel af, net als de Azteken. Na een kalenderperiode van 52 jaar werd klaarblijkelijk een nieuwe piramide over de oude gebouwd, die exact dezelfde verhoudingen behield. In 1987 konden we het inwendige van El Castillo bezoeken, via een klein deurtje in de voet van de piramide. In de tempel van deze bedolven piramide vond men deze stenen jaguar, met ingelegde vlekken uit jade en op zijn rug een offerschaal met daarin nog verdroogde bloemen en vruchten. Waarom waren de Maya zo geobsedeerd door wiskunde en de kalender? "Wiskunde is de taal waarin God het heelal heeft geschreven", zei een Arabische filosoof. Hiermee zouden de Maya-astronomen het volkomen eens geweest zijn. Net als wij waren zij bezeten door de tijd en het tijdsverloop. Niet die van kwartshorloges om de pols, maar van het grote astronomische uurwerk in de hemelen. Maya vergoddelijkten de tijd: elk dagteken werd gedragen op de rug van een god. Zoals alle culturen die we tot nu toe bezochten, hadden zij een cyclische opvatting van de tijd dit wil zeggen, alles komt altijd terug: zon, maan, seizoenen en dus ook gebeurtenissen. De Maya gebruikten drie kalenders: - een rituele maankalender van 13 x 20 dagen = 260 dagen (zoals eveneens bij de Azteken en nu nog bij de moslims); - een zonnekalender van 18 x 20 = 360 dagen; - een Venuskalender (gebaseerd op de omlooptijd van de planeet Venus) die 584 dagen telde. De kalender vormde de bepalende factor in mensenleven en religie. De kalender van de ‘lange telling’ van de klassieke Mayaperiode begon op 4 Ahau 8 Kumku, 13 augustus 3114 v.C. De laatste datum in de ‘lange telling’ van de kalender is te vinden op een stèle uit Toniná. Hij vermeldt (in onze kalender) 18 januari 909. wereldbeeld - 32 - 1 kin 20 kin = 18 uinals 20 tun s 20 katuns = 1 dag = 1 uinal (maand) = 1 tun = 360 dagen = 1 katun = 20 jaar = 1 baktun = 400 jaar Overal ter wereld is het voor landbouwvolkeren letterlijk een zaak van leven en dood om de kalender juist te bepalen. Hiervan hangt immers het juiste ogenblik af van het zaaien van de gewassen. Ook de astrologie, dit is de mening dat de bewegingen van de hemellichamen het menselijk leven beheersen en bepalen, is vrij algemeen verspreid. Vandaar naar de godsdienst, is slechts een kleine stap. De priesterkaste gaat die astronomische kennis monopoliseren om macht uit te oefenen over het gewone volk, gaat een goddelijke wetmatigheid zoeken in de vaste banen van sterren en planeten. Als die bepalen wanneer er moet gezaaid worden, is het dan niet normaal dat zij tevens grote invloed hebben op alle aspecten van het aardse leven? Op de mens woog als ultieme plicht door het offer de kosmische cyclus in stand houden. Zonder offers zou de kosmos vergaan in chaos. Offers konden bestaan uit planten of dieren. Maar het belangrijkste offer was het bloedoffer. In de eerste plaats het offeren van het eigen bloed. Dat deed men door de tong of de geslachtsorganen te doorboren met de doorn van een agave, waarna het bloed werd opgevangen op boombastpapier. Ook mensenoffers werden gebracht: kinderen of jonge maagden die in de cenote van Chichen Itza werden geworpen; 39. Een Chacmool, een typische Tolteekse figuur. Men gelooft dat de schaal op zijn buik bestemd was voor het offeren van mensenharten. Achter hem de Gevederde Slangen. In hun ratels rustte eertijds het dak van de tempel. Ook voor de Maya had de schepping twee polen: een actieve mannelijke en een passieve vrouwelijke. De jaguar was het symbool van de aarde, het vrouwelijke en de nacht; de arend dat van de hemel het mannelijke principe en de dag; de slang (met de veren van de vogel) verbond de hemel met de aarde. Vandaar dat de kop altijd naar beneden is gericht. Merkwaardig dat juist de ratelslang, het meest giftige serpent, hier een goedgunstige godheid is. 40. In Yucatan bestaat de bodem uit kalkgrond. Alle water verdwijnt door gaten in de bodem (dolines), zoals in ons land de Lesse ondergronds de grotten van Han heeft gevormd. Daarom werden hier de steden gebouwd rond dergelijke natuurlijke putten, de cenotes. Chichen Itza was in het hele Mayagebied voornamelijk beroemd voor zijn heilige cenote. Een breed voetpad, een verhoogde processieweg, leidt naar de Heilige Cenote. Deze put heeft een diameter van 60 meter en is ongeveer 35 meter diep. Hier werden mensen geofferd aan de regengod die bij de Maya Chac heet, samen met allerlei kostbaarheden. 41. In het begin van de 20ste eeuw bewees de Amerikaan Thompson dat het geen legende was. Hij dook uit de cenote talrijke skeletten en jaden, gouden en zilveren voorwerpen op, afkomstig uit heel Mexico, die nu in het museum van Merida berusten. Noteer dat edele metalen in het Mayagebied niet voorkomen en dus door handel waren verkregen. 42. Niet ver van El Castillo vind je deze stenen nabootsing van een tzompantli of schedelrek. In tegenstelling met wat de archeologen verwachtten, werden hierbinnen geen echte schedels gevonden. COPAN wereldbeeld - 33 - 44. Copan, net over de grens van het huidige Honduras, is vooral bekend om zijn prachtige stèles, waarvan we nu sinds kort eindelijk met zekerheid weten dat het gedenkstenen zijn van heersers, zoals Stephens in 1839 al vermoedde. Vergeleken met de tekeningen van Catherwood valt de slechte staat van de beelden op: tot begin jaren 1980 had men de stupide gewoonte om de paar jaar de vegetatie in brand te steken om het onkruid te vernietigen, waardoor ook de kalkstenen beelden beschadigd werden. Afmetingen: meestal iets meer dan 3 m hoog 45. De figuur links werd afwisselend beschreven als een priester of vrouw met geborduurde rok. Nu weten we dat het Vorst 18-Konijn voorstelt, 13de heerser van de dynastie, die regeerde 695 – 738. De namen zelf konden pas zeer recent ontcijferd worden (waarover verder). Hun beeldhouwers hanteerden een zo barokke vormentaal dat de begaafde tekenaar Catherwood, die met Stephens in 1839 Copan ontdekte, dagen nodig had (en een camera lucida) om zijn eerste schets van een gebeeldhouwde zuil op papier te krijgen. (Stephens kocht de ruïnestad voor de luttele som van 50 gouden dollars!) 46 - 47. Altaar Q: In een gids uit 1975 lezen we dat hier een congres van astronomen uit alle Mayasteden was vereeuwigd. Toentertijd was nog geen enkele stèle ontcijferd. Nu vertellen de gidsen nog steeds hetzelfde verhaal, hoewel we al bijna 20 jaar weten dat hier de 16 heersers van een dynastie zijn afgebeeld, van de eerste Kinich Yax K’uk Mo (Zonogige groene Quetzal Ara) tot Yax Pak (Eerste Dageraad) = ironisch: hij is de laatste grote heerser, na zware militaire nederlaag en dood van zijn voorganger. Dit is religieus-politieke propaganda: de vergoddelijkte eerste heerser geeft de staf door aan de laatste! Deze heerste naar schatting over 20.000 onderdanen. (één analoog voorbeeld uit vele mogelijke: beroemde standbeeld van Augustus van de Prima Porta) 48. Hiërogliefentrap en Grote Collaps. Ironisch genoeg is de langste bewaarde inscriptie in Copan te vinden, namelijk de beroemde hiërogliefentrap. Maar de blokken met tekst waren naar beneden gestort en werden door vroegere archeologen voorlopig in een verkeerde volgorde terug opgestapeld. Toen we de site in 1978 voor het eerst bezochten, werd net een begin gemaakt met de inventarisatie, die nu wordt verder gezet met behulp van de computer (en ondertussen voltooid zou moeten zijn). De trap is eveneens een en al politieke propaganda, na de nederlaag en dood van Vorst 18Konijn tegen een naburige stadstaat. Het is een voorbeeld van hoe koningen zich bezighielden met prestigeprojecten en oorlogvoering in plaats van de echte problemen aan te pakken. Geleerden dachten tot voor kort namelijk dat de Maya uitsluitend primitieve brand en haklandbouw beoefenden, zoals nu nog steeds gebeurt. Met dit systeem kan de bevolkingsdichtheid nooit erg groot zijn. Het was dus een verrassing voor de archeologen toen hun schattingen, op grond van het aantal stenen fundamenten van woningen, op een veel hoger aantal uitkwamen. Over de precieze aantallen bestaat geen eensgezindheid, maar 300 inwoners (of nog meer) per km² in de streek van Copan lijkt plausibel. Dan komen we in de buurt van het huidige België of Nederland! Zoals reeds gemeld: proefnemingen met een satelliet boven moerassig oerwoud van Guatemala wezen uit dat de Maya hier het zogenaamde chinampa-systeem toepasten, dat tot dan toe alleen bekend was van bij de veel later levende Azteken. wereldbeeld - 34 - In de loop van de negende eeuw raakten de meeste grote centra in Guatemala in verval. Het raadsel van deze Grote Collaps is tot op heden niet volkomen opgelost en zorgt nog steeds voor polemieken onder de archeologen. Als we mogen afgaan op het paradigma Copan, werd ze het slachtoffer van haar eigen succes. De bevolkingsexplosie zorgde voor ontbossing. Die leidde weer tot erosie en tot een druk op het milieu met toenemende spanningen en vernietigende oorlogen tussen de stadstaten. Te veel Maya-boeren verbouwden te veel maïs op een te groot deel van het land. Kort voor de ondergang nam het oorlogsgeweld tussen de Maya-koninkrijkjes toe: steeds meer mensen streden om de gestaag slinkende hulpbronnen. De Maya waren natuurlijk voor een groot stuk het slachtoffer van hun leefmilieu. Ze bewoonden een gebied van Centraal-Amerika waar de regenval bijna onvoorspelbaar grillig is. Dus toen er omstreeks 800 n. Chr. een aantal opeenvolgende droge jaren kwamen, waren de gevolgen niet te overzien. Hongersnood brak uit, steden werden halsoverkop verlaten. Een hele beschaving stortte in. Die klimaatverandering was slechts het eindpunt van een crisis die zich al langer aankondigde. Vooral omdat recente vergelijkende studies uitwijzen dat de droogteperiode misschien wel 50 jaar duurde en gelijktijdig verschillende geografisch erg verspreide gebieden teisterde. 49. reliëf Yaxchilan. 50. Stèle met ‘Vrouwe Alligatorvoet, voedstermoeder uit Pomoy’, Mayacultuur. Kalksteen met sporen van rode pigmenten. Chiapas, Mexico, laatklassieke periode, 600 – 800 n.C. h. 170 cm, b. 82 cm, d. 8,5 cm. Collectie Dora Janssen. Voorlopig nog in Jubelpark, Brussel. Uitvoerige uitleg in de tentoonstelling. De vrouw op het paneel is een incarnatie van de vruchtbare aarde die de maïs baart. Haar kleed verwijst duidelijk naar de schilpad (de aarde). De Xoc-vis aan haar riem herinnert aan de geboorte van de plant in de rivier en aan het feit dat in verschillende versies van de mythe de jonge maïs eerst in een vis veranderde. Het waterlelie-monster verwijst naar de waterige omgeving. De ‘gevederde slang’ in haar hoofdtooi symboliseert de aar van de maïs. Op aardewerk uit deze periode vinden we taferelen van het scheppingsverhaal waarbij de jonge maïsgod te voorschijn komt uit een barst in het schild van een schildpad. Het lijnenpatroon van de schilpad vinden wij terug op de afbeeldingen van ceremoniële kledingstukken die de hofdames droegen bij speciale rituelen in verband met de vruchtbaarheid van de aarde. Sommige hedendaagse Maya-kledingstukken tonen vergelijkbare lijnpatronen. 51-52. Door de jarenlange arbeid van mensen als David Stuart, Linda Schele en anderen kunnen de geleerden op dit ogenblik meer dan 80% van de opschriften te lezen. Linda Schele (1942-1998), was een goede vriendin van Dora Janssen. Was in 1992 in België voor de tentoonstelling annex colloquium Schatten uit de Nieuwe Wereld. Er ontbrak echter voor de ontcijfering nog één belangrijke schakel. Die zou op conto komen van David Stuart, zoon van George, zelf een belangrijk Mayanist en auteur van boeken. Zoon David kreeg de Mayagliefen letterlijk met de paplepel ingegoten. Op een dag bracht zijn moeder hem bij Linda Schele in Palenque. Zij stond verbaasd over zijn inzicht in het schriftsysteem. “In één dag gaf hij de structuur van een reliëf in de Tempel van het Kruis. Evengoed als mijn eigen werk. Maar (lacht ze), mij had het drie jaar gekost!” Op zijn twaalfde presenteerde Stuart zijn eerste wetenschappelijke paper in een lezing voor geleerden. Op zijn achttiende kreeg hij als jongste laureaat ooit een MacArthur Grant (de ‘genieënbeurs’). wereldbeeld - 35 - Stuart ontdekte dat het al zo ingewikkelde gliefenschrift nog eens extra gecompliceerd wordt doordat de Mayascribenten homoniemen (= dezelfde klanken) door verschillende tekens weergaven en tot zestien verschillende symbolen gebruikten voor eenzelfde woord, verschillende tekens integreerden in één glief of net een teken uit elkaar haalden in zijn verschillende samenstellende componenten, naargelang het gebouwen of stela’s betrof, dan wel beschilderd aardewerk of boeken! Of gewoon uit esthetische overwegingen (zoals bij Egyptische hiërogliefen). Langzamerhand komen de Maya nu los uit de nevelige prehistorie en duiken de contouren op van een heuse geschiedschrijving met ‘goddelijke’ monarchieën, talloze wrede oorlogen, opgang en verval. Weg het beeld van de vredelievende hemelaanbidders! Nu is gebleken dat zij werden geregeerd door koningen en adel, net zo machtswellustig en ijdel als alle potentaten elders in de wereld. Waarop berustte hun macht? Op het geloof. Het geloof dat de koning door het offeren van zijn eigen bloed, als enige bemiddelaar, bij de goden het welzijn voor zijn onderdanen verkreeg en verzekerde. 53. De Maya zijn het enige volk uit precolumbiaans Amerika dat een volwaardig schrift ontwikkelde, een ingewikkeld en fraai hiëroglifisch schrift dat ze gebruikten in stenen reliëfs, uitgehouwen op monumenten en geschilderd op vazen... of geschreven in boeken, codices, uit de bast van een wilde vijgenboom (te vergelijken met papyrus ). Dan werden ze bedekt met een dun gipslaagje en beschilderd. Gevolg: zeer kwetsbaar!! Ze werden niet opgerold of ingebonden, doch gevouwen. Er zijn slechts vier van dergelijke boeken bewaard, zoals deze Codex Dresdensis, die meestal te maken hebben met de kalender en de met de kalender verbonden goden. De rest, hele bibliotheken, werd door overijverige missionarissen verbrand, als werk van de duivel. In 1562 liet de franciscaan Diego de Landa, de eerste bisschop van Yucatán, hele bibliotheken met Mayaboeken verbranden, een ramp zonder weerga. Merkwaardig genoeg zou hij de rest van zijn leven doorbrengen met ons het belangrijkste werk over de verdwenen Mayacultuur na te laten: zijn Relación de las Cosas de Yucatán (Verslag over de zaken van Yucatan), dat echter de ontcijfering eeuwenlang op een verkeerd spoort zou zetten, omdat zijn zogenaamde ‘Landa-alfabet’ vertrok van onze schrijfwijze en niet die van de Maya. Zoals vele andere boeken van de pioniers uit de 16de eeuw bleven zijn manuscripten eeuwenlang vergeten, tot ze in 1862 eerder toevallig werden teruggevonden in de Koninklijke Bibliotheek van Madrid door de Fransman abbé Brasseur de Bourbourg, dat godenkind in priestergewaad, dat om de haverklap struikelde over verdwenen Precolumbiaanse schatten. De schaarste aan gedifferentieerde bronnen is de reden waarom het schrift nog steeds niet helemaal ontcijferd is. Het Mayaschrift was veel verder ontwikkeld dan het veel later ontworpen beeldschrift van de Azteken, en nog ingewikkelder van structuur dan het Egyptische hiërogliefenschrift. - gewoon even aanduiden van cijfers. - godin van de zelfmoord, een maangodin. Zelfmoordenaars gingen recht naar hoogste hemel; uiting van een heel andere geest dan het christendom. Waarom maangodin? Heeft te maken met de verschijningsvormen van de maan, hier nieuwe maan = zelfmoord. 54. korte uitleg over het twintigdelig telsysteem: meesterlijke astronomen, wiskundigen, ontdekten het cijfer 0 eeuwen voor de Hindoes (van wie wij ons systeem overnamen via de Arabieren) vgl. met het omslachtige Romeinse optelsysteem. Dit liet hen toe een kalender te ontwikkelen, veel nauwkeuriger dan die der Spaanse invallers, nauwkeuriger zelfs dan de verbeterde, Gregoriaanse kalender, die wij nu gebruiken. wereldbeeld - 36 - 55. Nog een voorbeeld van een Mayacodex. 56. Copanproject met William en Barbara Fash. Startte al in 1975: interdisciplinaire opgravingcampagne nieuwe stijl, model voor Sagalassos (Turkije), Tell Beidar (Syrië), Sjenhoer (Egypte). Vandaar de eerder vermelde informatie over bevolkingsdichtheid enz. 57 - 60. Rosalila-tempel De ontdekking van de tempel, diep onder jongere bouwwerken, betekende een archeologische revelatie. Rosalila bleek opgericht door Maan Jaguar, de tiende heerser van Copan in het jaar 571 van onze tijdrekening, en bevatte de tombe van zijn voorganger, de vergoddelijkte stichter van de dynastie van zestien opeenvolgende priester-koningen, die het 400 jaar zou uithouden. Deze Kinich Yax K’uk Mo (Zon-ogige groene Quetzal Ara), was in 426 op de troon gebracht vanuit Tikal, en zo onder invloed gebracht van Teotihuacan! Dit laatste is eenzeer recente ontdekking, revolutie in de geschiedenis van de Maya - m.i. nog onvoldoende bevestigd. De oorspronkelijke onderaardse site is niet toegankelijk voor bezoekers: veel te gevaarlijk. Er is een zeer nauwkeurige reconstructie gemaakt die sinds 1996 te bezichtigen is in het museum van Copan. De originele vlammende kleuren waren nog bewaard! 61 - 63. Hoe zagen die koningen en priesters van de stèles en muurschilderingen er in werkelijkheid uit? Een goede bron: de omstreden film Apocalypto van Mel Gibson (2007). 64-65. Bonampak in 1946, aangewezen aan Amerikaanse expeditie door een Lacandon als dank voor genezing met nieuwe ‘wondermiddel’ penicilline: onaanzienlijke tempeltjes, prachtige muurschilderingen, oorlogsscènes: einde van de mythe van de vreedzame Maya. (Hier: digitale restauratie uit National Geographic - originelen zijn volledig vervaagd.) 66-67. Lacandones, de ‘verdwenen stam’ (foto bij de ruïnes van Palenque). Hebben snel de geneugten van de moderne beschaving ontdekt! Zijn echter met volledig uitsterven bedreigd. Annex De Grote Maya Collaps Volgens Jared Diamond storten beschavingen in als gevolg van vijf (meestal interfererende en complementaire) factoren: 1. Milieuschade. Door overbevissing, ontbossing of bodemproblemen verminderen de voedselopbrengsten op het land en uit de zee. 2. Klimaatverandering. Nu is de opwarming actueel, maar het kan ook afkoelen zoals in de ijstijden. Het afwisselen van klimaten beïnvloedt de oogsten en de hoeveelheid beschikbaar water. wereldbeeld - 37 - 3. Vijandige buurlanden. Lijkt vaak een hoofdreden van het ineenstorten van een rijk, maar wordt meestal veroorzaakt door een andere factor. Honger door milieuschade bijvoorbeeld leidt tot vijandigheid en tot verzwakking van het eigen leger. 4. Het wegvallen van handelspartners. Daardoor kan plotseling een tekort ontstaan aan voedsel of waren. Als Europa bijvoorbeeld ruzie krijgt met het Midden-Oosten leidt dat tot het dichtdraaien van de oliekraan. 5. De reacties op milieuproblemen. Hoe reageren de mensen op problemen? Zien ze de schade aankomen of negeren ze die? Bron: Diamond, J., Ondergang. Waarom zijn sommige beschavingen verdwenen en hoe kan de onze haar ondergang voorkomen?, Utrecht, Spectrum, 2005, 702 blz Webster, D. e.a., Levend verleden. Een inleiding in de archeologie, Houten, Unieboek & Teleac, 1993 + bijbehorende videoreeks. Bibliografie Een uitvoerige bibliografie & internetlinks vind je o.a. bij onderstaande boek- en filmbesprekingen in de bijbehorende Tips voor didactische verwerking. Hier alleen het beste en meest recente standaardwerk en twee recente catalogi. Grube, N. (red.), Maya. De goddelijke koningen van het regenwoud, Keulen, Könemann, 2001, 480 blz. Solis, F. (ed.), Teotihuacan. Cité des Dieux, tentoonstellingspublicatie, Parijs, Musée du Quai Branly, 2009, 480 blz. McEwan, C. & Lopez Lujan, L., Moctezuma. Aztec Ruler, tentoonstellingspublicatie, Londen, British Museum, 2009, 320 blz. Tips voor didactische verwerking De eigenlijke navorming is uiteraard inhoudelijk, informatief en bestemd voor leraren. Toch zitten er heel wat mogelijkheden in voor didactische verwerking via begeleid zelfstandig onderzoek, afhankelijk van het handboek, de tijd die je aan het onderwerp wil of kan besteden, of je al dan niet vakoverschrijdend kunt werken met bijvoorbeeld je collega Nederlands (en/of aardrijkskunde). 1. De PowerPoint zelf. Is in de huidige vorm natuurlijk te uitvoerig. Kopieer de bestanden en geef ze een andere naam, bv. MesoDidac. Zo blijft het origineel veiligheidshalve bewaard voor eventuele aanpassing in volgende jaren. Daarna kun je uit de kopie gemakkelijk dia’s wereldbeeld - 38 - verwijderen tot je overhoudt wat je in de les wil gebruiken. Advies: neem liefst essentiële dia’s niet alleen uit de Aztekencultuur, maar ook uit bijvoorbeeld die van de Olmeken, om foute beeldvorming over de duur en continuïteit van de opeenvolgende culturen te vermijden. Zo nodig kun je ook fragmenten uit de syllabus ter beschikking stellen. 2. Aanbeveling: multimediaal, vakoverschrijdend, actief 2.1. Dia’s & tekst kiezen als illustratie bij aanvullende lessen met scripties van leerlingen. 2.2. Film: zie verder 2.3. Museumbezoek 3. Voorbeeld: Leereenheid rond Azteken of Maya via historische roman. - In een 4de jaar hebben we in het verleden met collega’s uit verschillende scholen gewerkt vanuit het vak Nederlands en de roman De hel bestaat van Willy Spillebeen. Een collega vulde de les aan met enkele fragmenten uit Willy Spillebeen, Cortés of De Val. In zijn geheel is dit laatste boek eerder geschikt voor een 5de of 6de jaar. Dit is een aantal keren gebeurd in hoogste jaren ASO en bij ons weten één keer in het vak ‘vrije ruimte’. Op de website van de VVLG vind je uitvoerig lesmateriaal. (Url: zie verder, bij Romans.) Leerlingen lazen ofwel het hele boek klassikaal ofwel in complementaire groepjes, waarbij de anderen andere historische romans lazen. In beide gevallen was er een scriptie of mondelinge voorstelling voorzien, waarbij de groepsleden afbeeldingen projecteerden. Hier kan de PowerPoint goede diensten bewijzen. Opmerking: bij uitvoerige leereenheid hebben wij steeds geactualiseerd naar de huidige situatie van de Maya via onder meer publicaties van Amnesty International en krantenberichten. Vrijwilligers namen deel aan de ‘schrijf ze vrij’ acties van Amnesty, ook in volgende jaren. Minder leerling-actief, maar eveneens gesmaakt is de projectie van een der National Geographic films. Bij de uitvoerige web-recenties tref je telkens heel wat materiaal. Wat ook kan (maar we nog niet hebben uitgetest): enkele fragmenten uit de film Apocalypto. Bij de uitvoerige recensie van deze film, url hieronder, vind je o.a. een voorstel voor keuze van fragmenten. Persoonlijk zou ik de film nooit in zijn geheel vertonen, wegens o.m. te gruwelijk. Wie weinig tijd heeft en niet vakoverschrijdend kan werken, kan de webquest gebruiken Cortés en de Azteken http://malinche.atspace.com/ Websites Joos de Rijcke-site, Knop: “Eeuw Joos”, bovenste sectie, vooral: “De grote namen van de conquista”: Pedro de Gante, Bernardino Bernardino de Sahagún, Bartholomé de las Casas http://users.telenet.be/joosdr/ Website Instituut voor Amerikanistiek Bijdragen en links: http://www.amerikanistiek.org/ Romans wereldbeeld - 39 - Willy Spillebeen, De hel bestaat, Antwerpen, Houtekiet, 1996, 7de druk (1ste druk: 1984), 165 blz. Zeer uitvoerige didactische tips. http://www.vvlg.be/VVLG/De_hel_bestaat.html Willy Spillebeen, Cortés of De Val, Antwerpen, Hadewijch, 1987, 291 blz. - 2de druk, Antwerpen, De Gulden Engel, 1994. Zeer uitvoerige didactische uitwerking. http://www.vvlg.be/VVLG/Cortes_of_De_Val.html Ruud van Akkeren, De Dans van de Trom. Een Maya-ritueel, Schoorl, Uitg. Conserve, 2006, 403 blz. http://www.vvlg.be/VVLG/Dans_van_de_trom.html Films en documentaires Moctezuma. Aztec Ruler - (documentaire 2009) - DVD - 45 minuten, Engels, geen onderschriften - Extra fotogalerij. http://histoforum.digischool.nl/films/azteken.htm Bloed en bloemen (In Search of the Aztecs) (gedramatiseerde documentaire) - BBC (1999) DVD 2009 - Engels, Nederlandse ondertiteling - duur: 49 minuten. Waardering: ****/4 http://histoforum.digischool.nl/films/azteken1.htm Apocalypto (speelfilm 2007). (Over de Maya). Zie uitvoerige bespreking en didactische tips met keuze van fragmenten http://www.vvlg.be/VVLG/Apocalypto.html Het verloren rijk van de Maya’s (documentaire) http://histoforum.digischool.nl/films/maya1.htm (ingekorte update van onderstaande) http://www.amerikanistiek.org/bijdragen_mayavideo.htm Het geheim van de Maya koningen, 2009 (Code of the Maya Kings, 1999) - Engels, Nederlandse ondertiteling, duur: 82 minuten (documentaire: 52 minuten - bonus: 30 minuten) - met link naar uitgewerkte lesbrief. http://histoforum.digischool.nl/films/maya2.htm De laatste dagen van de Maya cultuur, 2009 (oorspronkelijk: Royal Maya Massacre, 2005) Engels, Nederlandse ondertiteling, duur: 77 minuten (documentaire: 51 minuten - bonus: 26 minuten) http://histoforum.digischool.nl/films/maya3.htm Cracking the Maya Code (documentaire) http://histoforum.digischool.nl/films/maya.htm