(Standaard) Commissie voorbladen griffi - Provincie Noord

advertisement
Griffie
Commissie voor ruimte en milieu
Datum commissievergadering :
-
DIS-stuknummer
:
Behandelend ambtenaar
:
Directie/afdeling
:
Nummer commissiestuk
:
Datum
:
1008353
C.M. Krämer
Directie Ecologie
RM-0286
22 juni 2004
Bijlagen
: 2
Onderwerp:
Kaderrichtlijn Water
Voorstel van GS aan PS:
 ter bespreking in het kader van uw:
 ter kennisneming




vertegenwoordigende rol>onderdeel A
kaderstellende rol>onderdeel B
controlerende rol>onderdeel D
uitvoerende rol>onderdeel C
Opmerkingen van het Presidium/Griffie:
Griffier der Staten,
namens deze,
drs. W. van Deursen.
Bijlagen:
1. Kabinetsstandpunt ‘Pragmatische implementatie van de Kaderrichtlijn Water in Nederland
2. Reactie IPO op kabinetsstandpunt
Notitie ten behoeve van de commissie voor voor ruimte en milieu
In deze notitie informeren wij u over de behandeling in de Tweede Kamer van het Kabinetsstandpunt
‘Pragmatische implementatie van de Kaderrichtlijn Water in Nederland’, over de voortgang van de
stroomgebiedrapportages Maas en Schelde en over de vervolg-procedure.
1. Landelijke bestuurlijke afspraken en ambities
De uitvoering van de Kaderrichtlijn Water kenmerkt zich door een stap voor stap benadering. In de periode
tot 2015 zijn er verschillende momenten waarop beslissingen moeten worden genomen. De in 2004 op te
stellen stroomgebiedrapportages (zie ook hierna) geven op hoofdlijnen een toestandsbeschrijving en een
eerste indruk van de problemen die worden verwacht om de doelen van de kaderrichtlijn te halen.
Het kabinetsstandpunt ‘Pragmatische implementatie van de Kaderrichtlijn Water in Nederland’ (zie bijlage)
benadrukt de extra opgave die de kaderrichtlijn aan het Nederlandse waterkwaliteitsbeheer stelt, bij
voorbeeld op het terrein van prioritaire stoffen, mestbeleid, overstorten, riolering en zware metalen.
De landelijk gedeelde bestuurlijke opvatting in deze nota is, dat Nederland richting 2009 (het moment van
vaststellen van de stroomgebiedbeheersplannen) de maximale ruimte moet houden om afwegingen op
landelijk, regionaal en lokaal niveau te kunnen maken over doelen en maatregelen en het tempo van het
bereiken daarvan. Deze opvatting is ingegeven vanuit de zorg voor te vérstrekkende consequenties van de
invoering van de kaderrichtlijn of vanuit de zorg dat de kansen die de kaderrichtlijn biedt niet benut worden.
Dit is een belangrijk criterium bij het beoordelen van de rapportages.
De IPO-reactie op het kabinetsstandpunt is tevens bijgevoegd.
Voorstel:
Kennis nemen van het kabinetsstandpunt ‘Pragmatische implementatie van de Kaderrichtlijn Water
in Nederland’.
2. Stroomgebiedrapportages Maas en Schelde
Op dit moment wordt hard gewerkt aan de ‘Karakterisering stroomgebied Maas’ en ‘Karakterisering
stroomgebied Schelde’. Dit zijn rapportages over het Nederlands deel van de internationale
stroomgebiedsdistricten van de Maas resp. Schelde. Het doel van het rapporten is inzicht te krijgen in de
huidige toestand van het stroomgebied en de mogelijkheden voor verbetering. Het rapport geeft daarbij
invulling aan de verplichte rapportage-onderdelen, zoals genoemd in artikel 5 van de Kaderrichtlijn Water:
- een algemene beschrijving van de kenmerken van het stroomgebieddistrict;
- een overzicht van de menselijke belasting en de effecten daarvan op de toestand van het oppervlaktewater
en het grondwater;
- kaarten van beschermde gebieden en de wetgeving die aan de bescherming ten grondslag ligt;
- een economische analyse van het watergebruik;
- een eerste inschatting (risico-analyse) of de waterlichamen in 2015 kunnen voldoen aan de KRWdoelstellingen (bereiken goede toestand).
Een eerste werkversies van de rapportages zijn in ver gevorderd stadium, maar bevatten nog witte vlekken.
Voorts wordt nog gewerkt wordt aan wezenlijke wijzigingen op onderdelen. Om die reden zijn de
rapportages nog niet geschikt voor verspreiding.
De rapportage is te beschouwen als een ‘foto’ van het gebied, een objectieve weergave waarbij zelfs het
standpunt van de ‘fotograaf’ grotendeels vast ligt. Discussiepunten zijn grotendeels technisch van aard; de
bestuurlijke speelruimte is beperkt.
De huidige risico-analyse is uitgevoerd door de actuele toestand te vergelijken met de norm (‘maatlat’) voor
-2-
het betreffende watertype. Op dit moment zijn alleen ecologische maatlatten beschikbaar voor enkele
natuurlijke watertypen in onverstoorde staat. Dat levert een strenge beoordeling op met voorspelbaar
negatief resultaat: de gehele kaart kleurt rood. Ook de normen voor prioritaire stoffen zijn nog niet definitief.
Een echte discusssie over te behalen doelen en te nemen maatregelen moet gevoerd worden op basis van de
ecologische maatlatten voor sterk veranderde of kunstmatige wateren, rekening houdend met onomkeerbare
hydromorfologische ingrepen (kanalisaties, stuwen, bedijkingen etc.). Dit kan pas in of na 2005.
Naar verwachting zullen eind juli de rapportages zover gevorderd zijn dat deze verspreid worden naar de
betrokken partijen en maatschappelijke groeperingen. Op basis van die rapportages is een zinvolle discussie
mogelijk over de huidige toestand van het watersysteem en de rol die de Staten willen hebben in het
vervolgproces. Wij geven u in overweging hiervoor na de zomer een workshop te organiseren.
Voorstel:
de voortgang van de Maas- en Schelde-rapportages nu voor kennisgeving aannemen
's-Hertogenbosch, 22 juni 2004
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
-3-
Download