Een alternatieve tekst voor de Open Brief in Volkskrant 29-1-07 Geachte heren, Nederland heeft veel minder probleemwijken dan u misschien op basis van krantenberichten en televisiereportages denkt. Vooral de afgelopen weken was er een wedstrijd aan de gang wie het meest dramatische beeld van de achterstandswijken in Nederland kon schetsen. De huidige demissionaire minister van VROM, Pieter Winsemius, deed een forse openingszet onder de alarmerende kop: ‘Als we niks doen, wordt het rampspoed’. In 140 wijken is het mis, zegt de minister, en in veertig wijken dreigt de vlam in de pan te slaan. In tien jaar tijd zou er jaarlijks een tot anderhalf miljard moeten worden geinvesteerd om het tij te keren. Hij dreigde de woningcorporaties met sancties als zij niet meer van hun maatschappelijk vermogen zouden inzetten. De corporaties antwoordden met een even dramatisch gebaar: zij ‘snellen de arme wijken te hulp’, kopte NRC-Handelsblad. De kwaliteitskrant vergat te vermelden, dat die arme wijken een zeer groot deel van hun bezit vetegenwoordigen. Wat doen wij? Wij, (lokale) bestuurders van gemeenten, woningcorporaties, scholen, politie, maatschappelijke instellingen en bewonersorganisaties zijn al geruime tijd bezig om te investeren in sociale en fysieke verbeteringen in achterstandwijken over geheel Nederland. En niet zonder succes. Wij hebben geleerd de problemen precies te definiëren en zorgvuldig te benoemen en hebben geïntegreerde en creatieve oplossingen gevonden om de situatie in heel wat wijken duurzaam te verbeteren. Wat daarbij steeds meer een struikelblok is, zowel voor beheerders en investeerders, als voor de huidige en potentiële bewoners is het negatieve imago en de slechte reputatie van deze wijken. Wij kunnen verbeteren wat wij willen, maar worden voortdurend voor de voeten gelopen door personen en instanties die iedere keer maar weer roepen, dat het niet beter maar slechter gaat en dat er Amerikaanse (tot voor kort) of Franse (tegenwoordig) toestanden dreigen. Wij begrijpen dat deze dramatische kreten bedoeld zijn om meer middelen te genereren voor de vernieuwing van deze wijken. Toch verzoeken wij u op deze ongenuanceerde oproepen geen acht te slaan. Sterker nog, wij zouden het op prijs stellen als u iets aan deze Nederlandse toestanden zou doen door duidelijk te maken dat er voldoende middelen ter beschikking zijn, maar alleen voor plannen, gebaseerd op een zorgvuldige en genuanceerde analyse van de problemen, die voortbouwen op succesvolle initiatieven in de afgelopen tijd. Wat gaan wij doen? Elke grote of kleine stad heeft minstens een wijk waar veel verschillende problemen samenkomen. Dat zijn wijken met een groot aantal goedkope huurwoningen. Deze wijk vervullen een belangrijke functie in de stad. Voor veel mensen betekenen zij een opstap naar een beter bestaan. Tegelijk concentreren zich in deze wijken problemen die samenhangen met werkloosheid, discriminatie, gebrekkige kwaliteit van het onderwijs, onvoldoende ondersteuning van nieuwkomers, het inkrimpen van de leefwereld van ouderen, het aan hun lot overlaten van verslaafden en psychiatrisch gehandicapten. Om die problemen op te lossen zijn gerichte investeringen nodig, in het onderwijs en in de inburgeringstrajecten om het aanwezige talent van mannen, vrouwen en kinderen aan te boren en te benutten, om zorg- en ondersteuningsstructuren uit te bouwen voor ouderen en mensen met een handicap, om projecten te organiseren voor verslaafden en goed-geleide woonprojecten op te zetten voor jongeren, niet nadat maar voordat ze in aanraking komen met criminaliteit. Nog steeds wonen veel mensen met diverse opleidingsen inkomensniveaus met plezier in deze wijken. Bewoners die hun levensomstandigheden willen verbeteren, staan echter voor de keuze om in de wijk te investeren of te vertrekken. Die keuze valt te vaak negatief uit voor de wijk. Differentiatie van het woningbestand is niet voldoende. Er zijn gerichte investeringen nodig in de kwaliteit van de openbare ruimte en in voorzieningen voor onderwijs, cultuur en sport met een stedelijke uitstraling en aantrekkingskracht. Winkeliers en ondernemers moeten verleid worden attractieve winkels, cafes en restaurants te beginnen die voor verschillende groepen, ook van buiten de wijk aantrekkelijk zijn. Wat verwachten wij van het kabinet? Met de genoemde ingredienten willen wij een op de specifieke wijk toegesneden pakket samenstellen, waarmee niet alleen achterstanden worden weggewerkt, maar de wijk verandert in een wijk die aantrekkelijk is voor vele groepen, zowel nieuwkomers als gevestigden, succesvollen als minder geslaagden. Daartoe hebben wij uw hulp nodig. Dus vragen wij van u: luister niet langer naar die dramatisch en stigmatiserende oproepen, maar maak geld vrij voor goed onderbouwde plannen, die de kansen voor mensen in de achterstandwijken daadwerkelijk vergroten. Arnold Reijndorp Joke van der Zwaard