CAT 1

1
Bij patiënten waarbij de diagnose handeczeem is gesteld:
a. is verder onderzoek niet nodig
b. is behandeling met cortisonzalven gecontra-indiceerd
c. moeten desinfecterende maatregelen genomen worden om andere personen te
beschermen
d. moet de huisarts denken aan een relatie met werk.
2
U bent huisarts. Op uw spreekuur komt een man met een gegeneraliseerde
roodschilferende huid (erythrodermie). Hij vertelt zoiets al eerder gehad te hebben, maar
milder: hij dacht zelf dat het psoriasis was, maar volgens een vroegere huisarts zou hij
constitutioneel eczeem hebben.
Welke kenmerken horen zowel bij constitutioneel eczeem als bij psoriasis? Beide:
a.
b.
c.
d.
3
worden in de acute fase gekenmerkt door erytheem, schilfering en vesikels
kennen een disbalans van Th-cellen, met overwicht van respectievelijk Th1 enTh2
zijn typisch acuut verlopende aandoeningen
zijn een mogelijke oorzaak van erythrodermie
Wat is een onderdeel van een sociale anamnese?
a. Een zelfbeschrijving van de patiënt
b. Het uitvragen van het eerste, tweede en derde milieu
c.
Het uitvragen van de aard van de klachten
d. Het afnemen van een gestructureerde vragenlijst over psychiatrische symptomen.
4
De schedelbeenderen van de hersenschedel zijn bij de geboorte nog van elkaar
gescheiden door membraneuze gebieden, de fontanellen.
Hoeveel tijd na de geboorte vindt normaal gesproken sluiting van de achterste fontanel
plaats?
a. in het eerste half jaar
b. in het tweede half jaar
c. in het tweede jaar
d. na vijf jaar.
5
Welke kieuwboog (pharyngeal arch) geeft oorsprong aan de larynx?
a. eerste kieuwboog
b. tweede kieuwboog
c. derde kieuwboog
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
d. vierde kieuwboog
e. vijfde kieuwboog
6
Wat is een soporeus bewustzijn? Een toestand waarin een patiënt
a. wegdoezelt maar wel reageert op (krachtig) aanspreken.
b. Een toestand waarin een patiënt geconcentreerd is op een bepaalde ervaring,
maar afgesloten is van prikkels van buitenaf.
c.
Een toestand waarin een patiënt niet antwoordt, maar wel eenvoudige opdrachten
uitvoert.
d. Een toestand waarin een patiënt moeite heeft met concentreren, zoals bij krant
lezen of een gesprek voeren
7
Welk symptomen passen het best bij de ziekte schizoaffectieve stoornis?
a. Wanen, hallucinaties en een verlaagd bewustzijn
b. Sociaal terugtrekgedrag en ernstig katatoon gedrag
c.
Depressieve en/of manische symptomen
d. Niet bizarre wanen
8
Een patiënt heeft een pijnlijk rood rechteroog (OD) sinds een dag met een iets
verminderde visus.
Bij onderzoek vindt u fotofobie en een nauwe pupil OD (met normale pupilreacties, direct
en indirect).
Dit past bij een
a. uveïtis anterior
b. acuut glaucoom
c. erosie
d. hyposfagma.
9
U bent huisarts. Een 50-jarige patiënte klaagt sinds hedenochtend over al uren
aanhoudende lichtflitsen en zwevende draadjes in het gezichtsveld van het rechteroog
(OD).
Wat is het aangewezen beleid?
a. geruststellen, dit komt op haar leeftijd vaker voor
b. uitleggen dat zij een migraine aura heeft
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
c. een afspraak bij de oogarts over 4 weken regelen
d. zo spoedig mogelijk, bij voorkeur vandaag, een afspraak bij de oogarts regelen
10
De vertegenwoordiger van een wilsonbekwame patiënt wordt geacht:
A. de patiënt voor te lichten
B. het standpunt van de patiënt te verwoorden
C. in te stemmen met het voorstel van de arts
D. de informatie van de arts te begrijpen
11
Op welke leeftijd kan een kind wilsbekwaam worden geacht?
A. 12 jaar
B. 16 jaar
C. 18 jaar
D. Een absolute grens bestaat niet
13
Het niet-sluiten van de fissura choroidea in de oogbeker (optic cup) in de vroege
ontwikkeling leidt tot
a. anophthalmie
b. coloboma
c. strabismus.
De oogbeker (optic cup) die vroeg in de embryonale ontwikkeling ontstaat ten behoeve
van de vorming van het oog, bestaat uit een binnen- en een buitenlaag.
De binnenste laag geeft oorsprong aan:
a. de neurale retina
b. het gepigmenteerde epitheel
c. de cornea
d. het corpus vitreum.
14
Een 34-jarige vrouw heeft al enige jaren last van chronisch-recidiverende eenzijdige
12
hoofdpijn. De hoofdpijn is aan de rechterzijde van de schedel gelokaliseerd.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
a. spanningshoofdpijn
b. arteriitis temporalis
c.
migraine
d. een temporo-parietaal gelokaliseerde hersentumor
15
Een vrouw van 74 jaar komt bij de huisarts omdat ze sinds een paar weken aanvallen van
een licht gevoel in het hoofd heeft.
In welk systeem is de oorzaak het meest waarschijnlijk gelegen?
a. centraal zenuwstelsel
b. vestibulair apparaat
c.
cardiovasculair systeem
d. propriocepsis
16
U bent dermatoloog. In de polikliniek ziet u een 34-jarige vrouw met sinds een week pijn
en zwelling van haar rechterbeen. Met behulp van Duplexonderzoek wordt trombose
aangetoond in de vena poplitea rechts. In haar familie blijkt trombose vaker voor te
komen. Patiënte rookt 20 sigaretten per dag en slikt orale anticonceptiva. U verwijst haar
naar de internist voor het instellen op anticoagulantia. Wat is het aangewezen
dermatologische beleid?
a.
b.
c.
d.
17
Welke uitspraak met betrekking tot geneesmiddelen-erupties is JUIST?
a.
b.
c.
d.
18
opname en bedrust totdat de anticoagulatie goed is ingesteld
opname en kortrekscompressieverband, beperkt lopen
poliklinisch kortrekscompressieverband en beperkt lopen
poliklinisch kortrekscompressieverband en onbeperkt lopen.
De aan- of afwezigheid van jeuk is leidend voor de diagnostiek
Bij het klinisch beeld staan vesikels en blaren dikwijls op de voorgrond
Orale antihistaminica zijn de meest effectieve behandeling
Ook medicijnen die een patiënt al langer gebruikt zijn een mogelijke oorzaak
U bent huisarts. Een 24-jarige man komt op het spreekuur met uitgebreide klachten van
jeuk, maar nèt op dit moment zijn er geen afwijkingen zichtbaar. Het kan overal zitten en
patiënt kan er geen touw aan vast knopen wat deze klachten veroorzaakt. Hij is bekend
met hooikoorts.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
a.
b.
c.
d.
19
urticaria
lichen planus
prurigo parasitaria
granuloma anulare
Wat is de aanbevolen dosisrange van het antipsychoticum olanzapine?
a. 5-20mg
b. 20-50mg
c.
100-600mg
d. 1000-1500mg
20
Bij exsudatieve diabetische retinopathie zien we harde exsudaten in de retina.
Dit zijn
a.
b.
c.
d.
21
bloedingen
neovascularisaties
vetten en/of eiwitten
littekens
De huisarts schijnt bij een patiënt met een lampje op het rechteroog (OD). De pupil van
het rechteroog wordt niet nauw, maar de pupil van het linkeroog (OS) wordt wel nauw.
Wanneer de huisarts vervolgens in het linkeroog schijnt, wordt weer het linkeroog nauw en
het rechteroog niet.
Deze bevindingen wijzen op uitval van de:
a.
b.
c.
d.
22
N. Opticus (N II) OD
N. Oculomotorius (N III) OS
N. Abducens (N VI) OD
oogletsel met ruptuur van de sphincter pupillae van het rechter oog
Wanneer moet een patiënt met een pas geconstateerde diabetes mellitus type 2 naar de
oogarts worden verwezen?
a.
b.
c.
d.
binnen 3 maanden
binnen 6 maanden
binnen 1 jaar
binnen 5 jaar
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
23
Welk medicijn is gecontra-indiceerd bij infectieuze mononucleose?
a) Clarytromycine
b) Amoxicilline
c) Cotrimoxazol
d) Doxycycline
24
1. Op een CT-scan kan destructie van bot door een weke-delen proces een kenmerk zijn
voor maligniteit
2. Benige destructie wordt alleen door maligne weke-delenprocessen veroorzaakt.
Welke stelling(en) is (zijn) JUIST?
a) beide stellingen zijn juist
b) alleen stelling 1 is juist
b) alleen stelling 2 is juist
d) GEEN van beide stellingen is juist
25
Waar manifesteert zich een Epstein Barr virusinfectie NIET?
26
a) tonsillen
b) milt
c) nier
d) lever
Een arts handelt paternalistisch wanneer hij
A. Zijn professionele autoriteit inzet
B. De patiënt overtuigt
C. De patiënt overrulet
D. Alle drie
27
Welk middel kan bij lokale toediening in het oog na langdurig gebruik beenmergsuppressie
veroorzaken?
a)
b)
fusidinezuur
chlooramfenicol
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
c)
d)
28
Wat is een histologisch of klinisch kenmerk van psoriasis?
a.
b.
c.
d.
29
polymixine B/ trimethoprim
ofloxacine
versmalling van het stratum spinosum en verdikking van het stratum corneum
toename van bloedvaatjes in de dermis
toename van T-helper 2 (Th2) activiteit
roodschilferende plekken in de elleboogsplooien.
Welke uitspraak over urticaria is juist?
a. Bij urticaria is histamine een belangrijke mediator
b. Urticaria is door het klinisch beloop moeilijk te onderscheiden van prurigo
parasitaria
c. Locale antihistaminica zijn een effectieve behandeling van acute urticaria
d. Bij angio-oedeem is het oedeem gelokaliseerd in de papillaire (oppervlakkige)
dermis
30
U ziet voor de 2de keer een patiënt met een uveitis anterior en besluit aanvullend
onderzoek te verrichten. Welke laboratoriumtest is geïndiceerd?
A: Toxoplasmose serologie
B: HLA-B27 antigeen
C: reuma serologie
31
32
33
Welk onderzoek is aan te raden om de obstructie van de bovenste luchtweg bij obstructief
slaapapnoe syndroom te visualiseren?
a) CT
b) Slaapscopie
c) Polysomnografie
d) MRI
Wat is GEEN symptoom van een Zenker divertikel?
a) keelbranden
b) regurgitatie
c) dysfagie
d) halithosis
Bij welke inflammatoire dermatose ziet de clinicus Wickham’s striae en ziet de patholoog
een bandvormig ontstekingsinfiltraat langs het dermo-epidermale grensvlak?
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
34
35
a. Psoriasis vulgaris
b. Lichen simplex chronicus
c. Erythema multiforme
Lichen planus
Bij patiënten met een kanker-predispositiesyndroom ten gevolge van een mismatch repair
defect is de incidentie van een bepaalde benigne huidadnextumor sterk verhoogd. Welke
huidtumor?
a. Verruca seborrhoïca (= seborrheic keratosis)
b. Talgklieradenoom (= sebaceous adenoma)
c. Keratosis actinica
d. Verruca vulgaris
Een alleenwonende 62-jarige man met een chronische psychose gebruikt de
onderhoudsmedicatie voor zijn psychose, diabetes mellitus en hypertensie gedurende
vele jaren onregelmatig. Hij denkt soms dat de medicijnen hem vergiftigen. Hij gebruikt
overmatig alcohol (6 E per dag gemiddeld). Pas een week na het ontstaan van dyspnoe
neemt hij contact op met de huisarts. Deze stelt de waarschijnlijkheidsdiagnose linker
hartfalen. Een ECG en de enzymwaarden in het bloed bevestigen het vermoeden van een
recent doorgemaakt myocardinfarct. Hij weigert opname of poliklinisch onderzoek. Hij
accepteert het dat de wijkzuster dagelijks toeziet op het innemen van de medicijnen.
Welke samenhang tussen lichamelijke, psychische en sociale factoren is hier aan
de orde?
a. Somatisatie
b. Psychische gevolgen van lichamelijke klachten
c.
Sociaal isolement
d. Zelfverwaarlozing in het kader van een psychische stoornis
e. Middelenmisbruik
f.
36
Ziekte als stressor
Een patiënt werd wakker met een pijnloos, rood oog (zie figuur).
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
Wat laat de figuur zien?
a.
b.
c.
d.
37
Een 50-jarige patiënte heeft last van plotseling ontstane floaters of mouches in het
rechteroog en visusdaling. De oogarts constateert bij fundoscopie een ablatio retinae.
Wat is het aangewezen beleid?
a.
b.
c.
d.
38
conjunctivitis
cornea erosie
hyphaema
hyposfagma
bedrust
operatieve reconstructie
laser
intravitreale injecties
Welke uitspraak is JUIST?
Hypofarynxtumoren
a) veroorzaken in een vroeg stadium heesheidsklachten
b) leiden in de meerderheid van gevallen tot een n.facialisverlamming
c) kunnen uitstralende pijnklachten naar het oor geven
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
39
40
d) metastaseren laat-tijdig
Welke speekselklier maakt voornamelijk sereus speeksel aan?
a) Gl. parotis
b) Gl. sublingualis
c) Gl. submaxillaris
d) Gl. submandibularis
Wat is het aangewezen beleid bij erythema nodosum?
a. Faeces-kweek ter uitsluiting van Yersinia enterocolitica
b. Mantoux-test omdat > 30% van de gevallen veroorzaakt wordt door
Mycobacterium species
c. Behandeling met sterke (klasse 3 of 4) lokale corticosteroiden
d. Behandeling met analgetica en bedrust
41
Welke uitspraak met betrekking tot het fenomeen van Raynaud is JUIST?
a. Het fenomeen van Raynaud wordt geclassificeerd bij de gelokaliseerde
erythemen.
b. Blauw-wit-rood is het typische ‘tricolor-fenomeen’ dat bij Raynaud optreedt.
c. De blauwe kleur is het gevolg van cyanose, de roodheid het gevolg van
vasoconstrictie
d. Een fixed drug eruption behoort in de differentiële diagnose te staan van het
fenomeen van Raynaud.
42
Een immediate-type overgevoeligheidsreactie wordt gemedieerd door
a.
b.
c.
d.
43
IgE
interferon
Langerhanscellen
T-helper 2 cellen (Th2)
Welke vaattumor is lastig operatief te verwijderen?
a. Een caverneus hemangioom
b. Een capillair hemangioom
44
Een 46-jarige vrouw komt in verband met een tranende uitvloed van beide ogen. Haar
kinderen waren vorige week verkouden. Bij inspectie valt op dat er aankleurende lesies
zijn op het hoornvlies.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
A: HSV keratitis
B: Allergische conjunctivitis
C: Bacteriële conjunctivitis
D: Adenovirale conjunctivitis
45
Welke hersenzenuw heeft een nauwe relatie met een van de grote speekselklieren?
46
a) N. trigeminus
b) N. facialis
c) N. glossopharyngeus
d) N. hypoglossus
De oorzaak voor de snelle uitbreiding van halsabcessen is anatomisch verklaarbaar door
47
a) de aanwezigheid van grote vaten
b) de goede beweeglijkheid van de hals
c) de scheiding van weke delen door de fascie-bladen
d) de aanwezigheid van 300 lymfeklieren
Welke behandeling is het meest geschikt als eerste stap in de behandeling van nattend
constitutioneel eczeem?
a.
b.
c.
d.
48
een lichte klasse (I-II) corticosteroïd crème
een lichte klasse (I-II) corticosteroïd zalf
een hoge klasse (III-IV) corticosteroïd crème
een hoge klasse (III-IV) corticosteroïd zalf.
Bij de huisarts en op de polikliniek in een ziekenhuis komen veel patiënten met een niettraumatisch, rood oog. Vaak is er sprake van een van de volgende oogheelkundige
aandoeningen:
1. Conjunctivitis
2. Hyposfagma
3. Iritis
Geef de juiste volgorde aan (van vaak tot minst vaak) van de incidentie van deze
aandoeningen:
A: 1, 2, 3
B: 1, 3, 2
C: 2, 3, 1
D: 2, 1, 3
E: 3, 1, 2
F: 3, 2, 1
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
49
Distriachis is een zeer zeldzame aandoening, en betreft
A: het naar binnen draaien van een of meer haartjes naar de cornea
B: een of meer rijen extra cilia bij de uitmonding van de kliertjes van Moll
C: een of meer rijen extra cilia bij de uitmonding van de kliertjes van Meiboom
50
U bent oogarts. Door de opticien wordt een 24-jarige patiënte doorverwezen in verband
met een waas voor het linkeroog sinds enkele dagen. Zij heeft een blanco algemene en
oogheelkundige voorgeschiedenis.
Bij fundoscopie ziet u het volgende:
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
A: CMV-retinitis
B: Sarcoidose
C: Toxoplasmose
D: Lues
CAT x.x.x in werktabelvorm / 20-7-2017 (datum bestand en auteur invoeren hier)