DOE HET ZELF BIJBELSTUDIES OM TE GROEIEN IN GELOOF M STUDIE #13 Missions (Zending) Les begonnen: __________________ Les gechecked: ____________________ Aan het eind van Zijn aardse bediening vertrouwde de Heere Jezus Christus Zijn gemeente de voortgang van Zijn verlossingswerk toe. Aan het bijeenvergaderde lichaam van (gedoopte) gelovigen zei Hij: “Gelijkerwijs Mij de Vader gezonden heeft, zend Ik ook ulieden.” (Johannes 20:21). De gemeenten van de Heer behoren dan de dingen die door de Heer zijn gedaan te kopiëren – zonder verschil! Hoewel Jezus zoveel dingen heeft gedaan dat ook de wereld zelve de geschreven boeken niet zou bevatten (Johannes 21:25), zijn er een aantal werken die Hij gedurende Zijn aardse bediening voortdurend deed: Jezus _ _ _ _ _ _ en _ _ _ _ _ _ discipelen. (Johannes 4:1) Jezus L _ _ _ _ _ en trainde Zijn discipelen. (Matthéüs 5:1,2) Jezus bouwde Zijn _ _ _ _ _ _ _ _ . (Matthéüs 16:18). DE BIJBELSE ONDERGROND VOOR ZENDING. A. Zoek op en lees de volgende Schriftgedeelten waar de woorden van de Heer aan Zijn gemeente (vergadering van gedoopte gelovigen) zijn opgeschreven: Matthéüs 28:16-20 Markus 16:14-20 Lukas 24:45-49 Johannes 20:19-23 Handelingen 1:8 B. Deze Schriften gelezen te hebben, ontdek de antwoorden op het volgende: 1. Wat behoort onze gemeente te doen? _______________________________________________________________ _______________________________________________________________ 2. Wat is de omvang van ons zendingsveld? ______________________________ 3. Wat is de boodschap van ons zendingswerk? ___________________________ _______________________________________________________________ ABC’s Van Christelijke Groei - 87 - Pagina 4. Van Wie krijgen we onze kracht om ons bezig te houden met zendingswerk? _______________________________________________________________ HET BIJBELSE PLAN VOOR ZENDING. Zoek op en lees Handelingen 13:1-5. A. Toen God twee mannen riep om zendelingen te worden, vanuit welke plaats riep Hij hen? De _ _ _ _ _ _ _ _ die te Antiochië was. B. Hoe zou je het soort mannen beschrijven die God riep als zendelingen? (Zie ook: Handelingen 12:25.) _____________________________________________________________________ C. Zoek op: 1 Thessalonicenzen 2:4 en 1 Timothéüs 1:12. Wie roept en rust mensen toe om zendelingen te zijn? _____________________________________________________________________ D. Volgens Handelingen 13:3, wie hoort zendelingen uit te zenden? ________________ _____________________________________________________________________ Het Bijbelse plan is dat zendelingen financieel ondersteund worden door Nieuwtestamentische Baptistengemeenten,dat Nieuwtestamentische Baptistengemeenten hen ondersteunen in gebed en dat ze uitgezonden worden door Nieuwtestamentische Baptistengemeenten. (In het Woord van God staat niets over “zendingsorganisaties” en andere naast de gemeente bestaande zendingsinstanties.) E. Volgens Handelingen 13:4, hoe wordt een zendeling in zijn werk begeleid, wanneer een gemeente een zendeling uitzend? _______________________________________ F. Volgens Handelingen 13:5, wat hoort een zendeling te doen? ___________________ _____________________________________________________________________ G. Volgens Handelingen 14:23 moeten zendelingen als doel hebben een _ _ _ _ _ _ _ _ te stichten, die bestaat uit diegenen die ze voor Christus hebben gewonnen en gedoopt hebben. Het Woord van God zegt niets over “medische zending,” “onderwijs zending,” “sociale rechtvaardigheidszending” of “landbouw zending,” etc. DE BIJBELSE UITDAGING VOOR ZENDING. A. Zoek op: Johannes 4:35. Wat moet elke Christen zich realiseren? _________________ ______________________________________________________________________ ABC’s Van Christelijke Groei - 88 - Pagina B. Zoek op: Matthéüs 9:37. Aan wie heeft de gemeente vandaag de dag veel behoefte? _ _ _ _ _ _ _ _ _ C. Zoek op: Matthéüs 9:38. Wat moet ons gebed zijn? ____________________________ _____________________________________________________________________ D. Zoek op: Handelingen 9:6. Welke vraag horen we aan de Heer te vragen over zending? _____________________________________________________________________ DE BIJBELSE MANIER OM ZENDING TE ONDERSTEUNEN. A. We horen financieel te geven voor zending. In 2 Korinthe 8, 9 en 10 behandelt de Bijbel het onderwerp van het geven voor het werk van de Heer. Merk op: 1. Houding in geven – 2 Korinthe 8:1-5. 2. Motief van geven – 2 Korinthe 9:5-8. 3. Doel van geven – 2 Korinthe 10:14-16. B. We horen te bidden voor zendelingen. Romeinen 15:31. 1. Bid voor _____________________________________________________ . 2 Thessalonicenzen 3:2 2. Bid voor _____________________________________________________ . Efeze 6:19. 3. Bid voor _____________________________________________________ . Hebreeën 13:18. 4. Bid voor _____________________________________________________ . 2 Thessalonicenzen 3:1. C. God zegent een zendingsgerichte gemeente. Lees: Filippenzen 4:14-19. 1. Welke gemeente hielp Paulus financieel? De gemeente te _ _ _ _ _ _ _ . 2. Wat was overvloedig tot de hemelse rekening van deze gemeente? _ _ _ _ _ _ . 3. Wat beloofde God te voorzien voor deze gemeente? _ _ hun _ _ _ _ _ _ _ _ _ . “Een zendeling is Gods’ kind in Gods’ plaats die Gods’ werk op Gods’ manier ABC’s Van Christelijke Groei - 89 - Pagina in Gods’ kracht doet voor Gods’ glorie.” SCHRIJFOPDRACHT: Maak een lijstje van de zendelingen die onze gemeente ondersteunt en noteer daarbij het zendingsveld waarin zij werkzaam zijn. 1. Naam: .................................................... Land: ............................................. 2. Naam: .................................................... Land: ............................................. MEMORISATIE: Probeer te onthouden: Markus 16:15. ABC’s Van Christelijke Groei - 90 - Pagina