ORTHOPEDISHE MANUELE THERAPIE De toegevoegde waarde voor onze patiënten Presentatie • • • • • • • OMT NAOMT/IFOMT Geschiedenis MT Werkwijze OMT ICF Ketendenken Verwijsdiagnosen Presentatie • • • • • TMD Meerwaarde OMT Evidence Wanneer verwijzen IFOMT congres OMT OMT is a specialization within the physical therapy and provides comprehensive conservative management for pain and other symptoms of neuro-musculo-articular dysfunctions in the spine and extremities (IFOMT= international federation orthopedic manipulative therapists) NAOMT • Nederlandse associatie voor orthopedische manuele therapie • www.naomt.nl • Valt onder de IFOMT • www.ifomt.org/ifomt Geschiedenis MT • MT in Nederland vanuit ostheopathie (Still) en Chiropractie (Palmer) • Arts Mennel uit Engeland liet MT integreren in de fysiotherapie • Arts Cyriax/Zoon Cyriax 1929 orthopedische geneeskunde • 1978 eerste cursus NL Vervolg • 1973 Gran Canaria IFOMT opgericht • IFOMT subgroep WCPT • Stichting Manuele Geneeskunde ( mede dankzij Dhr. Philips) • SOMT 1986/ orthoManuele geneeskunde (alleen artsen, Sickesz, 2006 NVOMG • Kaltenborg gaf les volgens de IFOMT regels • Hieruit is de OMT ontstaan (Hans van de Berg) Werkwijze OMT (onderzoek) • Onderzoekmethodieken ter inventarisatie medische conditie patiënt • Onderzoekmethodieken gericht op herkenning van aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat • Herkenning van absolute en relatieve contra-indicaties Anamnese • • • • • • Klacht Verloop/recidief Provocatie/reductie Status praesens Tractus/familie anamnese Verwachting patiënt Inspectie • Kalenderleeftijd/fysiologische leeftijd/sportleeftijd • Houdingen • Disposities • Asymmetrie Arthrogeen systeem • Ostheokinematisch onderzoek: – actief: ROM – bewegingsverloop – passief: ROM – eindgevoel- joint play • Arthrokinematisch onderzoek: – Bewegingsdiagnose – Positiediagnose – Provocatietests/sedatietests Musculair systeem • • • • • • Spiertonus Coördinatie Kracht Maximale verkortbaarheid/verlengbaarheid Uithoudingsvermogen Myofasciale verschuifbaarheid en triggerpoints Neurogeen systeem • Centraal neurogeen • Perifeer neurogeen • Radiculaire problematiek dermatomen myotomen sclerotomen reflexen • Neurodynamics Neuro-reflectoir Tissue Texture Abnormalities: • kleur huid • huidoppakbaarheid • huidverschuifbaarheid • haargroei • zwelling • atrofie musculatuur Kenmerken ICF: Schema ICF ziekte / aandoening functies / anatomische eigenschappen (stoornissen) activiteiten (beperkingen) externe factoren participatie (participatieproblemen) persoonlijke factoren 15 Behandeltechnieken • Mobilisaties • Manipulaties variërend in richting/snelheid en bewegingsuitslag en rekening houdend met reactiviteit gewricht • Manipulaties en mobilisaties uitgevoerd op spierweefsel en zenuwweefsel ( t.o.v. omgeving) • Spierrekkingen/functiemassage/HVT op spier • Re-educatie spier Ketendenken • Relaties tussen arthrogeen/musculair/neurogeen systeem • Niet alleen lokaal het probleem zoeken • Klachten in extremiteiten die langer bestaan dan 3 mnd geven ook veranderingen op ruggemergsnivo • Trauma/sport/werk-analyse Verwijsdiagnosen • • • • • • • • • Nekklachten Rugklachten Bekkenklachten Hoofdpijn Cervicogene duizeligheid/BPPD Perifere gewrichten CANS ( RSI) Arthrose TMD TMD prevalentie • 30-50% a-symptomatisch – Gewrichtsgeluiden – Pijn bij palpatie musculatuur en gewrichten – Occlusie • 1 ½ % therapie nodig • 1% zuiver myogeen • 5% matig-ernstige klachten TMD • Pijn in TMJ regio is dentaal tot het tegendeel is bewezen • Vaak multidisciplinaire aanpak nodig (tandarts/kaakchirurg/huisarts/psycholoog/ fysiotherapeut/manueeltherapeut/logopedist) • Advies/uitleg belangrijk in behandeling • Evt opbeetplaat bij arthrosis deformans/permanente discusdislocatie TMD • Musculair • Arthrogeen – Myofasciale pijn met en zonder beperkte kaakopening – m. masseter, m.temporalis , m. pterygoideus medialis en lateralis (n. mandibularis) • Musculair / arthrogeen – anterior disc displacement ( met reductie/ zonder reductie/chronisch/acuut) – Arthrosis deformans – Arthritis/capsulitis – Hypermobiliteit – Ankylosis – Fractuur ( caput mandibulae) Consult • Vaardigheden om op AMN niveau tot een probleemanalyse te komen • De bevindingen volgens de ICF normen samenvatten ( functies/anatomische eigenschappen – activiteiten – participatie ) • Aanvullende informatie verstrekken voor huisarts of tandarts Meerwaarde MT t.o.v. fysiotherapie • Uitgebreidere onderzoeksmethodieken ter inventarisatie medische conditie patiënt en herkenning van een aandoening aan het houdings-en bewegingsapparaat • Aan de hand van een probleemanalyse behandeling volgens het Arthrogene/Musculaire/Neurogene systeem • Oorzaakgerichte aanpak Complementariteit binnen de praktijk • Het onderling doorverwijzen binnen de praktijk bij twijfel over de diagnose en gebruik makend van elkaars expertise • Afspraken binnen praktijk over richtlijnen • Indien symptoom gerichte aanpak niet afdoende is, gebruik maken van meer oorzaak gerichte aanpak Evidence binnen de MT • Heup tractiemanipulatie bij arthrose (Hoeksma;Arthritis & Rheumatism 2004) • Knie arthrose MT i.c.m. MTT positief bevonden (Deyle;Physical Therapy 2005) • MT op korte termijn effectief (belang voor snellere werkhervatting ) (Assendelft;American college of Physicians 2003) Evidence binnen de MT • Nekklachten reageren positief op manipulaties en mobilisaties i.c.m. oefentherapie (Gross; Manual Therapy 2002) • MT bij cervicogene duizeligheid positief effect (Reid; Manuel Therapy 2004) • Nekklachten behandeld met MT: effectiever en kosten effectiever t.o.v fysiotherapie en huisartsenzorg (Korthals-de Bos; BMJ 2003) Evidence binnen de MT • Prediction rule om lage rugpijn patienten te selecteren die het beste reageren op MT: duur episode minder dan 16 dagen/uitstraling niet verder dan knie/FABQ < 19 punten/ tenminste een segment hypomobiel/een heup met meer dan 35 graden endorotatie (Childs, Annals of Internal Medicine 2004) IFOMT congres • • • • Connecting “Science” to Quality of Life 8-13 juni 2008 De Doelen Rotterdam www.ifomt2008.nl Bedankt voor jullie aandacht