Ontvang en vier het verbonden-zijn met de Heer en met elkaar

Ontvang en vier het verbonden-zijn met de Heer en met elkaar
Preek over Openbaring 1:4b-6
lezen: Openbaring 1:1-8
Lelystad, 24 augustus 2008, Avondmaalsviering
R.J.Vreugdenhil
Ontvang en vier het verbonden-zijn met de Heer en met elkaar
1. Ken de Heer die zich aan ons verbindt
2. Antwoord hem dat je aan hem verbonden wilt zijn
Avondmaal vieren is opnieuw gemeente zijn.
Weer aan elkaar verbonden worden.
Omdat je samen met God verbonden bent.
Je krijgt in het Avondmaal te zien en te voelen, te proeven wat christen-zijn is: je leeft
van wat Jezus Christus je geeft. Hij geeft zichzelf als eten en drinken.
Dat krijg je sámen. Het Avondmaal vier je niet alleen.
Je bent samen een gemeente van mensen die leven van Christus.
Het Avondmaal laat zien wat gemeente-zijn is: samen verbonden zijn met Christus en
daarom met elkaar.
Avondmaal vieren is opnieuw gemeente zijn.
Vandaag krijgt de gemeente opnieuw vorm. Dit zijn wij, dit is de Lichtbron-gemeente:
mensen die leven van Jezus Christus.
Daarin zit iets van ontvangen en antwoorden.
God geeft en wij mogen aannemen, maar zelf ook aan hem geven. Als antwoord.
Daar kun je iets van zien in wat we lazen in Openbaring 1.
Dit bijzondere bijbelboek is geschreven in de vorm van een brief.
Na het opschrift, vers 1-3, begint Johannes zoals normaal was in die tijd: ván
Johannes, áán de zeven gemeenten; en dan een groet.
Maar het is meer dan een gewone groet.
Net als Paulus begint Johannes zijn brief met een dubbele wens: genade zij u en vrede.
In m’n eerste kerkdienst als predikant hier heb ik over die twee woorden gepreekt,
vanuit Efeziërs 1. Ik heb toen dit plaatje laten zien:
Genade is wat je krijgt van God.
Hij heeft je lief. Hij geeft je niet de straf die je verdient.
Hij zou vreselijk boos op je kunnen worden, maar hij geeft je zijn liefde.
Hij vergeeft je fouten.
Hij geeft zichzelf. Genade is: ik ben er voor jou, ondanks wat jij allemaal gedaan hebt.
Vanuit die genade krijg je vrede.
Je mag leven in vrede, in een goede verhouding. Met God en met mensen om je heen.
De genade die je krijgt, mag je uitdelen.
317509726
1
De gemeente van Christus mag een gemeenschap van vrede zijn.
Genade en vrede.
Johannes schrijft: die is er voor u.
Die krijgt u van God. Die mag je aannemen van God. Hou je hand maar op.
En u hoeft er niet aan te twijfelen of het echt zo is, als u de God kent die zich met
genade en vrede aan u verbindt.
***
Kijk eens hoe Johannes hem hier omschrijft.
Genade zij u en vrede van hem die is, die was en die komt.
Dat lijkt op wat ze in die tijd ook wel zeiden over de Griekse goden.
Bijvoorbeeld over de oppergod Zeus: hij was, hij is en hij zal zijn.
Dát heeft iets van afstand: hij was er, hij is er, hij zal er altijd zijn: het hoog verheven,
absolute Zijn, los van deze wereld. De onbereikbare God die in zijn hoogverhevenheid
altijd bestaat.
Maar zo schrijft Johannes het niet.
Niet ‘hij was, hij is en hij zal zijn’, maar hij is.
Dat allereerst: hij is er, vandaag, werkelijk.
Daarin klinkt de naam van de HEER in het Oude Testament: Jahwe, de Ik-ben.
Hij is niet de verre, altijd bestaande God, maar hij is er, hier en nu.
Vanuit dat ‘hij is er’ kun je terugkijken: hij was er. Dat is niet: hij bestond altijd al.
Maar: hij is bezig geweest. Kijk maar terug in de geschiedenis; lees het in de bijbel.
Hij was er, betrokken op mensen.
En kijk naar voren. Dan schrijft Johannes niet: hij zal zijn. Maar: hij komt. Eigenlijk
staat er: hij is komende. Naar ons. Voor ons. Betrokken. Bezig voor ons.
Hij is er. Je kunt hem kennen uit het verleden en je gaat in de toekomst nog veel van
hem merken. Díe God geeft je vandaag genade en vrede.
Daar mag je zeker van zijn, vanuit zijn trouwe verbondenheid.
***
En van de zeven geesten voor zijn troon.
Verderop in Openbaring 4 en 5 worden ze weer genoemd. (4:5, 5:6)
Zeven geesten voor Gods troon. Zijn dat dezelfde als de zeven engelen die voor Gods
troon staan (Openb.8:2)?
Nee.
Dit moet wel een aanduiding zijn van de geest van God die wij kennen als de Heilige
Geest. Maar dan hier ‘zeven geesten’ genoemd: zo royaal in zijn werk.
Zeven, dat is het getal van compleet zijn. De overvloed van de Geest.
Maar het is hier ook het zelfde als het aantal gemeenten.
Johannes schrijft aan de zeven gemeente: genade en vrede voor u van de zeven geesten
voor zijn troon. Voor elke gemeente royale aandacht en zorg van de Heilige Geest.
Mogen wij hier in de Lichtbron genade en vrede verwachten?
Ja, want God laat zijn Geest ook werken in deze gemeente.
Mag u en jij persoonlijk genade en vrede ontvangen?
317509726
2
Ja, want Petrus citeerde op de Pinksterdag de profetie van Joël: ik zal over alle mensen
mijn Geest uitgieten (Hand.2:17).
Met de gemeente van de Lichtbron voor me, zou ik de zegengroet van Johannes zo
durven lezen: genade voor u en vrede, van de zeshonderd geesten voor zijn troon.
Voor elk van u het verbonden-zijn met de Heer door zijn Geest.
***
En van Jezus Christus, de betrouwbare getuige.
In vers 1 tot 3 benoemt Johannes hoe hij aan deze openbaring komt.
Hoe weet hij dit allemaal over God?
God zelf heeft het gegeven aan Jezus Christus.
En Jezus Christus heeft het doorgegeven, via een engel, aan Johannes.
Jezus Christus heeft als getuige verteld wat hij bij God gezien en gehoord heeft.
Hij is daarin betrouwbaar.
Genade en vrede, het is niet maar iets waar je op hoopt.
Of mooie woorden, maar is het ook echt zo?
Het is zeker. Het ligt vast in de betrouwbaarheid van Jezus Christus.
En hij is de eerstgeborene van de doden.
Een mens als wij. Hij stierf. Hij werd één van de doden.
Zoals we allemaal eens bij de doden zullen horen.
Genade en vrede in dit leven is mooi, maar uiteindelijk ga je toch dood.
Maar deze genade en vrede is sterker dan de dood.
Want je krijgt het van hem die de dood overwon. De eerstgeborene van de doden.
Hij getuigt er niet alleen van. Hij lééft om het u te geven.
En laat er dan van alles zijn wat je bedreigt, wat die genade en vrede bedreigt, hij staat
daar boven.
Johannes schrijft dit aan mensen die zwaar onder druk staan vanwege hun geloof.
Ze voelen de vijandschap van allerlei machten, van vorsten op aarde.
En toch: genade en vrede van hem die daar boven staat.
***
Ken de Heer die zich aan ons verbindt.
God die er is, zoals hij zich in de geschiedenis bewezen heeft en van wie je in de
toekomst nog veel zult merken. Hij is er.
Verbonden met elke gemeente, met iedere gelovige, door zijn Geest.
Hij geeft genade en vrede.
Jezus Christus geeft je die zekerheid. Hij is sterker dan wat er ook kan gebeuren in je
leven. Hij is sterker dan de dood. Hij geeft genade en vrede die niet stuk kan!
Zo verbindt God zich met ons als gemeente, met u en jou.
Het avondmaal laat dat weer zien: die God deelt genade en vrede uit.
***
Daar mag je op antwoorden.
U kent deze tekst waarschijnlijk wel als de zegengroet aan het begin van een
kerkdienst. De dominee spreekt die zegengroet uit en de gemeente antwoordt ‘amen’.
317509726
3
Dat ‘amen’ staat ook in de tekst.
Daarmee vraagt Johannes om instemming. Hij zegt ‘amen’, maar hij wil dat zijn lezers
het mee zeggen. Hij wil dat u en jij het mee zegt.
Maar meer dan alleen ‘amen’. Er staat nog wat voor.
Wat zou het mooi zijn als u als gemeente dát zou antwoorden.
Mag u vragen, u en jij persoonlijk: wil je dit antwoord geven?
Het is een lofprijzing.
Aan hem komt de eer en de macht toe, tot in eeuwigheid.
Aan hem, Jezus Christus.
Voor zijn liefde.
Als je dit amen geeft, met deze lofprijzing, dan beaam je: hij heeft ons lief.
Ik ben een geliefd kind van God. Dat mag je zeggen over jezelf. Doe je dat?
En aan Christus komt de eer toe omdat hij ons door zijn bloed bevrijd heeft van onze
zonden. Als je dit nazegt, beaam je: ik heb genade ontvangen, ik heb vergeving
gekregen. Ik ben een bevrijd mens. Kent u die bevrijding?
Hij heeft een koninkrijk uit ons gevormd, en ons gemaakt tot priesters voor God, zijn
Vader.
Als je dit nazegt, zeg je daarmee tegen de Heer: ik laat me door u gebruiken in uw
koninkrijk. Vertel me wat ik moet doen. Ik wil niet leven voor mijzelf, maar voor u als
mijn Koning.
En je zegt daarmee: ik wil mijzelf offeren aan u. Ik wil u het offer brengen van mijn
leven, mijn tijd, mijn gebed, mijn inzet. Geef jij dat antwoord van totale toewijding?
Aan hem komt de macht en de eer toe.
Als je dat nazegt, zeg je daarmee: alle macht en eer is niet voor mij. Het gaat in mijn
leven niet om mij. Het gaat om ú, Heer.
Laat dat je antwoord zijn nu God naar je toekomt met zijn genade en vrede.
Hij deelt het uit, zichtbaar in het Avondmaal. Hij laat zien hoe hij met ons verbonden
wil zijn en hoe hij ons aan elkaar wil verbinden: door genade en vrede.
Hij deelt dat uit. Ontvang dat en vier het verbonden zijn met hem en met elkaar.
Zeg het mee met de kerk van Christus:
Aan hem die ons liefheeft en ons van onze zonden heeft bevrijd door zijn bloed,
die een koninkrijk uit ons gevormd heeft en ons heeft gemaakt tot priesters voor God,
zijn Vader–aan hem komt de eer toe en de macht, tot in eeuwigheid.
Amen
317509726
4