endotracheale tube,uitvoeren van extubatie

advertisement
Endotracheale tube uitvoeren extubatie
Definitie
Het verwijderen van de endotracheale tube.
Doel
Het verwijderen van de endotracheale tube en daarmee het herstellen van de
natuurlijke ademweg.
Indicatie
Het niet meer afhankelijk zijn van mechanische beademing en daarbij in staat zijn tot
ophoesten en slikken.
Contra-indicatie
 Insufficiënte ademhaling
 Broncho-, laryngospasme
 Stembandlaesie
 Glottisoedeem
Aandachtspunten
 Extubatie vindt plaats op voorschrift van een arts.
 Bij langdurig beademde patiënten vindt extubatie bij voorkeur overdag plaats.
 Er moet in de periode na extubatie voldoende (verpleegkundig) personeel aanwezig
of beschikbaar zijn om te reageren op eventuele calamiteiten.
 Op indicatie wordt rond de extubatie medicatie voorgeschreven, bijvoorbeeld
diuretica of corticosteroïden.
 Stop de sondevoeding en verwijder de maaginhoud vóór de extubatie. Hoe lang van
tevoren de voeding wordt gestopt is afhankelijk van de maagontleding van de
patiënt (maagretentie).
 Het eerste wat de patiënt na extubatie mag drinken is water.
 Blijf direct na de extubatie bij de patiënt, creëer een rustige omgeving.
Benodigdheden
 20 ml spuit
 Uitzuigapparatuur, gemonteerd en gebruiksklaar
 Uitzuigcatheters
 Handschoenen, niet steriel
 Zuurstofklok met bevochtiging, gebruiksklaar
 Neuscatheter of ander materiaal voor zuurstoftoediening.
 Schaar
 Materiaal voor handbeademing:
 beademingsballon aangesloten op zuurstof,
 passend masker
 Mayo-tube
 pulse-oxymeter

Materialen voor een reïntubatie
Werkwijze
 Voer de handeling uit met 2 verpleegkundigen.
 Positioneer de patiënt zo zittend als mogelijk.
 Verpleegkundige:
VP 2 observeert de monitor.
VP 1 verwijdert de maaginhoud.
VP 1 voert bronchiaal toilet uit.
VP 1 zuigt mond- en keelholte leeg.
VP 2 verwijdert tubefixatie.
VP 1 plaatst met schone handschoen nieuwe uitzuigcatheter in de endotracheale
tube.
VP 2 zuigt de cuff leeg op aangeven van VP 1 (Let op: knip nooit de cufflijn door)
VP 1 verzoekt de patiënt de mond wijd te openen en verwijdert al zuigend, in één
beweging, de endotracheale tube.
VP 2 Sluit materiaal voor zuurstoftoediening aan en geeft patiënt 5 liter O2/ minuut.
VP 1 Verzoekt de patiënt goed op te hoesten en diep door te ademen.
Complicaties
 Heesheid
 Stembandlaesie
 Slijmvliesbloeding
 Pneumonie door aspiratie
 Stridor door glottis-, larynxoedeem
Bron:
LPRIC
Download