Natuurlijke vijanden « Vorige pagina De beeldenbank Natuurlijke

advertisement
Natuurlijke vijanden
« Vorige pagina
De beeldenbank Natuurlijke Vijanden is samengesteld door Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, een
onderdeel van Wageningen UR. We danken alle fotografen, en met name Koppert Biological Systems
BV, voor het belangeloos ter beschikking stellen van fotomateriaal.
De beeldenbank Natuurlijke Vijanden geeft beschrijvingen van de belangrijkste groepen dieren en
micro-organismen, die helpen om plagen in de land- en tuinbouw op een biologische manier te
voorkomen, te beheersen of te beperken. Bij deze natuurlijke vijanden gaat het bijna nooit om
specifieke (insecten)soorten, maar vaak om hele groepen (geslachten, families of orden) met een
vergelijkbare levenswijze en met een vergelijkbare impact op bepaalde plaagsoorten. Meestal is het
dus helemaal niet nodig om allerlei specifieke soorten te leren herkennen, en is vaak een groep (bijv.
lieveheersbeestjes) al genoeg.
Voor de belangrijkste groepen geeft de beeldenbank een beschrijving die steeds op eenzelfde manier
is opgebouwd:







Nederlandse naam
wetenschappelijke naam
herkenning
levenswijze
toepassing
prooi
beelden
Natuurlijke vijanden
Bacterie-en virusziekten o.a. tegen rupsen
Bacteriën en virussen kunnen natuurlijke
ziekteverwekkers zijn van o.a. rupsen. Wereldwijd
worden diverse stammen van het
bacteriepreparaat Bacillus thuringiensis ingezet
tegen met name rupsen- en keverplagen.
Duizendpoten
Duizendpoten (Chilopoda) zijn een klasse de
veelpotigen (Myriapoda), waartoe ook de
miljoenpoten behoren. Er zijn in Nederland zo'n 40
verschillende soorten.
Gaasvlieg
De volwassen dieren van de groene gaasvlieg, of
goudoogje, hebben een vleugelspanwijdte tot 3
cm. Er zijn groene, bruine en beige soorten;
overwinterende exemplaren zijn ze vaak bleker
van kleur.
Graafwespen
Een grote groep van solitaire wespen (d.w.z. dat
elk vrouwtje alleen de verzorging van haar nest en
nakomelingen doet) met veel verschillende vormen
en kleuren.
Hooiwagens
Hooiwagens of Opiliones vormen een orde binnen
de spinachtigen. Er komen ongeveer 25 soorten in
noordwestelijk Europa voor.
Insecten-parasitaire schimmels
Er zijn in de natuur veel soorten micro-organismen
die leven ten koste van insecten. Insectenparasitaire schimmels komen vooral in vochtige
omstandigheden (zoals het tropisch oerwoud)
algemeen voor.
Insecten-parasitaire aaltjes
Insecten-parasitaire aaltjes zijn
ongesegmenteerde, ronde wormen van 1 tot 1,5
mm lengte.
Kortschildkevers
Kortschildkevers eten alles wat eetbaar is.
Soorten, geslachten en vaak hele families zijn op
een bepaald soort voedsel gespecialiseerd.
Sommige geslachten zijn rovers die op allerlei
insecten jagen, andere soorten leven vooral van
plantenafval.
Lieveheersbeestjes
De meeste soorten lieveheersbeestjes hebben een
felgekleurd en gestippeld dekschild. De soorten
zijn niet gemakkelijk van elkaar te onderscheiden.
Limonadewespen
De limonade- of papierwespen horen bij de groep
van sociale wespen (Vespidae) waarvan een
koningin aan het hoofd staat van een nest met
een paar honderd werksters.
Loopkevers
In Nederland komen ongeveer 400 soorten
loopkevers voor, waarvan 50 soorten regelmatig te
vinden zijn in gras- en bouwland. Het zijn
bodeminsecten.
Mieren
In Nederland komen ongeveer 70 soorten mieren
voor. Ze zijn 1 tot 12 mm lang en meestal zwart of
bruin van kleur.
Oorwormen
De gewone oorworm (Forficula auricularia) is de in
ons land meest voorkomende van de vijf inheemse
soorten. Het diertje is bruin van kleur en wordt 1620 mm lang.
(Roof)galmuggen
Galmuggen zijn erg tere insecten die vaak maar 2
tot 3 millimeter lang zijn. Ze hebben een dun,
langwerpig lijf en dunne poten. De kop is duidelijk
zichtbaar met draadachtige antennes.
Roofmijten
Roofmijten vormen een groep binnen de
onderklasse van de Acari (mijten). Ze zijn 0,5 tot 1
mm groot, waardoor ze meestal over het hoofd
gezien worden
Roofvliegen
Roofvliegen (Asilidae) zijn vliegen van 5 tot 30 mm
lengte, meestal met een langgerekt en behaard
lichaam, lange en gedoornde poten en een kop
met grote ogen en een steeksnuit.
Roofwantsen (of bloemwantsen)
De bloemwantsen of roofwantsen zijn 2 tot 6 mm
lang en hebben een spitse steeksnuit. Zij zijn
bruin-zwart van kleur met lichte vlekken op de
dekschilden.
Sluipwespen
De meestal kleine, slanke, donkere wespjes
variëren in grootte, afhankelijk van de soort en
van hun gastheer (0,5 - 30 mm). Ze hebben een
dunne wespentaille en twee paar heldere vleugels.
Spinnen
De orde van Araneae of spinachtigen kent vele
geslachten en soorten. Hun lichaam bestaat uit
twee duidelijk te onderscheiden delen: de tot één
geheel geworden kop en borst en het achterlijf.
Weekschildkevers
Weekschildkevers zijn smalle, langwerpige kevers
van 5 tot 15 mm met lange sprieten en poten.
Zoals de naam al zegt zijn hun dekschilden niet
stijf, maar zacht en buigzaam.
Vogels
Belangrijke insectenetende vogels zijn o.a. pimpelen koolmezen, gele en witte kwikstaarten,
veldleeuweriken, boerenzwaluwen en nog vele
anderen.
Zweefvliegen
De meeste zweefvliegen zijn tussen de 5 en 10
mm groot en zijn vaak geel-zwart gestreept. Ze
worden vanwege hun kleurenpatroon vaak met
wespen verward.
Ziekten en plagen



Ziekten en plagen - op alfabet
Ziekten en plagen - per gewas
Quarantaine organismen
Gebreksziekten



Gebreksziekten akkerbouw
Gebreksziekten boomkwekerij
Gebreksziekten per gewasgroep
Natuurlijke vijanden

Natuurlijke vijanden
Knaagdieren

Knaagdieren
Onkruiden


Onkruiden op alfabet
Onkruiden per familie
Herbicidenschade



Herbiciden op alfabet
Werkingsmechanismen
Schadebeelden
Examen gewasbescherming A


Examenlijsten ziekten en plagen
Examenlijsten onkruiden
Download