DE GEOCHEMIE VAN VULKANISCHE FLUÏDA: Van magma tot kratermeer Dmitri Rouwet Maandag 11 oktober 2010 - 14.00 uur (cyclus B) Binnen de Aardwetenschappen –Geologie- is veel terug te brengen tot de alles omkaderende principes van de platentektoniek. Dat geldt ook voor vulkanen. Het meest voorkomende scenario waar vulkanen voorkomen op Aarde is langs actieve plaatranden; daar waar twee platen uit mekaar (divergeren), of naar mekaar toe bewegen (convergeren). Deze continu bewegende “puzzle” van tektonische platen probeert zo de ronde oppervlakte van de Aarde van zijn gesteenten te voorzien: convergerende platen vormen breuken en gebergteketens, genereren aardbevingen, en... “vulkanische bogen”, divergerende platen creëeren lineaire spleten die opgevuld worden… met magma. We kunnen zeggen dat vulkanen het “littekenweefsel” vormen die ervoor zorgen dat de “ronde puzzle” steeds sluit. Magma staat vooral bekend als gesmolten gesteente, gevormd in de mantel van de Aarde, met silikaatmineralen als bouwblokken. Het is meer dan dat. Zonder de juiste hoeveelheid water binnen de aardmantel, wat de smelttemperatuur van om het even welk materiaal doet verlagen, zou magma niet gevormd kunnen worden. Buiten water (H2O), bevat onze “ademende” Aarde doorheen heel haar diameter (12,742 km) vele gassen, ingesloten in de diepte van de Aarde sinds de vorming van onze Planeet, zo’n 4.54 x 109 jaar geleden. Onder bepaalde druk- en temperatuursregimes in de aardmantel, en met de juiste hoeveelheid water, smelt het gesteente op. Net dit process, magmavorming, wordt bevorderd aan deze actieve plaatranden. Het gesmolten vloeibare product, magma, is minder dens dan het zich omringende gesteente, en zoekt, door puur verschil in gravitaire krachten, zijn weg naar het aardoppervlak. Gedurende honderdduizenden tot miljoenen jaren worden op die manier onafhankelijke vulkanen gevormd. Let op de tijdschaal: het leven van een vulkaan is slechts een microseconde vergeleken met de leeftijd van onze Aarde, en toch lijken vulkanen voor ons zo onmenselijk oud. Magma wordt lava zodra het aan de aardoppervlakte komt. Lava is ook vaak gedefinieerd als “ontgast magma”. Dit houdt dus in dat magma ontgast tijdens haar opwaartse migratie doorheen de aardmantel en –korst. Dat de Aarde ontgast op allerlei manieren is vaak moeilijk te vatten in ons dagelijks leven. De Aarde ademt wel degelijk (uit). Het is misschien enkel zichtbaar in vulkanen met een “open” krater (open-conduit), waar een constante waterdamp- en gaspluim uit opwaait (bvb Etna, Stromboli, Mauna Loa, Popocatépetl, etc…) en vaak “vuurrode” lavastromen langs afdalen. Deze open-conduit vulkanen, vensters in de ondiepe dieptes van de Aarde, komen frequent voor, maar zijn vaak minder gevaarlijk voor de mensen die errond wonen. Het zijn zeker niet de enige ontgassende vulkanen! Closed-conduit vulkanen zijn minstens zo veel voorkomend, en ook al zie je het niet goed, ze ontgassen ook. Het magma onder closed-conduit vulkanen bevindt zich vaak op grotere dieptes, waardoor de in het magma opgeloste gassen, door de hoge druk van het bovenliggende gesteente (lithostatische druk), niet beetje bij beetje kunnen vrijkomen. Dit zorgt voor een drukopbouw onder closed-conduit vulkanen, die slechts kan vrijkomen wanneer een nieuw, vers, en dieper magma van onder wordt aangevoerd en duwt tot de “prop” weggeblazen wordt door de té hoge gasdruk in het magma. Dit zorgt voor de meest explosieve en gevaarlijkste erupties, ook al leek de vulkaan tot kort ervoor slechts een onschuldige berg (bvb Vesuvio, Pinatubo, Mt. St. Helens, El Chichón, Chaitén). Net die erupties zijn het die schade aanbrengen, mensenlevens in gevaar brengen en steden van de kaart vegen… net die erupties zouden we willen voorspellen. In ons dagelijks leven draait het concept “Aarde” vaak rond “het weer”. We denken niet aan wat er van onder zou kunnen komen, maar… wat komt er van boven? Vulkanen interrageren met en beïnvloeden wel degelijk de atmosfeer. Het is net die laatste stap, vooraleer magma lava wordt, die voor vulkanologen hele theoriën en modellen kan laten instuiken. En het is vaak zo simpel als: de zon schijnt, het regent, het waait, het is vochtig, dikke wolken, hoge druk of lage, warm of koud. Ook vulkanen zijn gevoelig aan deze voor ons meer vatbare principes. Het sneeuwde lang geleden, er was een gletsjer, het waaide uit het NW op 8 km hoogte, een vulkaan met vloeibaar ontgast basaltisch magma vond het nog eens tijd om uit te barsten na 187 jaar. Of… hoe de impact van onze atmosfeer op een in puur magmatische termen onschuldige eruptie afgelopen voorjaar een heel continent platlegde: Eyjafjallajökull. Hoe kunnen we de ontgassingsstaat van een magma afleiden door wat we aan de aardoppervlakte kunnen detecteren? Want net daar ligt onze menselijke limiet: niemand kan op 10 km diepte zelf gaan kijken hoe en wat er met het magma echt aan de hand is. In magma opgeloste gassen (CO2, H2, de zwavelgassen SO2 en H2S, HCl, HF, de edelgassen He, Ne, en Ar, N2, CO, CH4, en natuurlijk het meest aanwezige H2O) hebben elk hun specifieke oplosbaarheid in een bepaald type magma. Bij drukverlaging in het magma, door opwaartse magmamigratie, gaat elk gas vrijkomen onder specifieke drukcondities (dus diepte), elk om beurt in een welgekende volgorde, bvb: eerst He, vervolgens CO2, dan SO2, later HCl. Ook al zien we geen lava, detecteren we zelfs geen fysische beweging van magma (door seismologie of vervorming van de aardkorst), toch “zien” we het magma bewegen. Gassen zijn lichter dan magma, en veel gevoeliger aan drukverschillen. Zien we “het treintje” He-CO2-SO2-HCl passeren aan de oppervlakte, dan weten we bijna precies hoe ontgast het magma is, en zelfs op welke diepte het zich bevindt, binnen een bepaalde periode van observatie. Dat lijkt simpel, en zo is het vaak… voor de minder gevaarlijke open-conduit vulkanen. Net als deze gassen bijna aan de oppervlakte zijn kunnen ze geabsorbeerd worden in water, oppervlaktewaters, aquifers of simpelweg regenwater: “meteorisch water” in technische termen. Net als een specifieke oplosbaarheid in magma, hebben deze gassen hun chemisch gedrag in water, afhangende van de temperatuur, druk, pH, redox-condities en zoutgehalte van het water zelf. Dit maakt het vulkanisch raadsel heel ingewikkeld, net op het laatste moment. Helaas is het vaak dát, en slechts dát, wat vulkanologen aan de oppervlakte kunnen waarnemen. Zo zijn CO2, SO2, H2S, HCl, HF zure gassen die de chemische samenstelling van een grondwater in een vulkaan sterk kunnen veranderen. Het water absorbeert de zure gassen, wordt zelf zuur, en lost tegelijkertijd het omringende gesteente op, waardoor het water sterk geladen wordt met kationen zoals Na, K, Ca, Mg, Fe, Al, of zelfs schadelijke metalen zoals Cu, Pb, Zn, etc. Ook deze kationen hebben hun specifiek gedrag in water, afhangende van temperatuur, pH en redox-condities. De typisch vulkanische gassen worden getransporteerd in hete stoom, waardoor thermale waters in en rond vulkanen ontstaan. Komt er te veel gas vrij dan het aanwezige grondwater kan absorberen binnen de lokale fysico-chemische condities, dan kunnen er zelfs gasbubbels vrijkomen in zulke thermale bronnen. Heel deze waterchemie van grondwaters in en rond vulkanen zet dus een “wazige bril” op de neus van de vulkanologen. Toch brengt deze bril ook enkele voordelen met zich mee. Dé ultieme manifestatie van water- en gaschemie van vulkanische grondwaters zijn kratermeren (crater lakes). Daar waar in open-conduit vulkanen het uit de krater vrijkomende gas direct verloren gaat aan de atmosfeer, en de vulkanoloog net daar moet zijn met meetapparatuur om het “vulkanisch snapshot” niet te missen, worden gassen uit closed-conduit vulkanen met een kratermeer in hun centrale krater systematisch geabsorbeerd in het meer, en… bewaard in de tijd. Wanneer de dynamica van elk uniek kratermeer doorgrond is, kan dit heel nuttig worden binnen monitoring programma’s van vulkanische activiteit. De meest actieve kratermeren zijn de zuurste, zoutste en warmste oppervlaktewaters op Aarde. Daarenboven zijn crater lakes één van de meest spectaculaire en fotogenieke natuurfenomen, waar ik jullie graag van wil laten meegenieten. Mt. Etna, Sicilia-Italia (juli 2008). Een flankeruptie van een befaamde open-conduit vulkaan. Poás, Costa Rica (april 2007). Het meest actieve kratermeer ter wereld, Laguna Caliente (links), en het niet actieve kratermeer Laguna Botos op enkele honderden meters (rechts), binnen hetzelfde closed-conduit vulkanisch complex van de Poás.