File - tien tijdvakken

advertisement
ANTWOORDEN OEFENVRAGEN TIJDVAK 6, 7 8
1 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• Veel Franse protestanten vluchtten juist naar de Republiek, omdat
(twee van de volgende): 2
− daar officieel gewetensvrijheid bestond/niemand voor zijn geloof
vervolgd kon worden/veel verschillende geloofsrichtingen
bestonden naast de officiële godsdienst.
− het een protestants land was.
− ze daar handelscontacten hadden/omdat zijzelf vaak koopman of
ambachtsman waren en in de Republiek hun beroep konden
uitoefenen.
• De absolute vorsten van de zeventiende eeuw streefden naar een
sterk, centraal geregeerd koninkrijk (adel, steden, regionale belangen
en maatschappelijke organisaties waren ondergeschikt aan de centrale
macht) 1
• In dat beleid paste het om maar één godsdienst toe te laten (dat
versterkte de eenheid)
2 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
Dit benoemingsbeleid paste bij een absoluut vorst uit die tijd
• omdat de absolute vorsten ernaar streefden de macht van de adel te
beperken 1
• door het bestuur in handen te leggen van door hen benoemde en
betaalde regeringsambtenaren 1
Dit benoemingsbeleid hangt samen met de maatschappelijke veranderingen
die het handelskapitalisme met zich meebracht
• omdat de ‘derde stand’/de burgerij in deze tijd (economisch en
maatschappelijk) steeds belangrijker werd (onder invloed van het
handelskapitalisme) 1
• daardoor kon de koning hen (en de belasting die zij opbrachten)
gebruiken om de adel uit het bestuur te weren 1
3 maximumscore 2
Kern van een juist antwoord is:
• dat in het Rampjaar 1672 de Republiek bijna ten onder ging aan de
invasie 1
• maar dat de oorlog Willem III de kans bood het stadhouderschap te
herstellen (door zich als redder op te werpen / leiding te geven aan de
defensie) 1
4 maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat in 1672 Frankrijk (met Engeland, Munster
en Keulen) de Republiek aanviel, waardoor de handel en nijverheid grote
schade leden.
5 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• In 1672, tijdens het Rampjaar, werd een groot deel van de Republiek
bezet door de legers van Frankrijk en zijn Duitse bondgenoten / werd
er binnen de grenzen van de Republiek oorlog gevoerd / was alleen de
vloot succesvol 1
• waaruit bleek dat het landleger van de Republiek de invallers niet kon
tegenhouden / dat er alleen op een sterke vloot gerekend kon worden
voor de defensie van de Republiek 1
• Swildens verkondigt in de bron een genuanceerde opvatting, omdat hij
aangeeft dat de Republiek weliswaar een sterk landleger nodig heeft 1
• maar dat dit niet kan worden betaald zonder een koopvaardij die door
een sterke vloot beschermd wordt 1
6 maximumscore 4
Uit het antwoord moet blijken dat:
• voor de traditionele absolute vorsten de ideeën van Hobbes niet
aantrekkelijk zijn, omdat hij de uiteindelijke soevereiniteit bij het volk
legt/zinspeelt op een grondwet/hun macht niet afleidt van God 2
• voor de verlichte absolute vorsten Hobbes ideeën wel aantrekkelijk
zijn, omdat hij aan de vorsten absolute macht verleent / dit past bij de
opvatting van veel vorsten ‘alles voor, niets door het volk’
7 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• Op de opvatting van Hobbes over het contract tussen het volk en de
vorst/het idee van een grondwet/de volkssoevereiniteit wordt bij de
democratische revoluties van het einde van de achttiende eeuw
voortgebouwd om het absolutisme te bestrijden/de democratie te
bevorderen 2
• Maar op het idee van de (permanente) overdracht van de macht aan
één persoon wordt bij de democratische revoluties van het einde van
de achttiende eeuw niet voortgebouwd, omdat dit de democratie niet
dichterbij brengt 2
8 Maximumscore 3
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De verlichte absoluut vorsten namen het idee van volksoevereiniteit/democratie niet over 1
• Een verklaring hiervoor is, dat zij meenden dat zij (van nature) het recht hadden om te
regeren / dat zij hun macht niet met het volk wilden delen 2
9 Maximumscore 6
Voorbeeld van een juist antwoord is:
bij 1 Verlichtingsideeën:
• Het Abolitionisme werd geïnspireerd door Verlichtingsideeën zoals de natuurlijke
gelijkheid van alle mensen 1
• in het medaillon komt dit in de tekst (‘Ben ik niet een mens en een broeder?’) naar voren 1
bij 2 De transatlantische slavenhandel:
• De Abolitionisten kregen door het bekend worden van de misstanden in de transatlantische
slavenhandel argumenten tegen de slavenhandel 1
• in het medaillon blijkt dit uit de geketende slaaf (die net van het schip afkomstig lijkt) 1
bij 3 De Industriële Revolutie:
• De Abolitionisten kregen meer gehoor in Groot-Brittannië doordat de slavernij in het
Zuiden van de Verenigde Staten toenam door de uitbreiding van de plantageteelt (met
slavernij) voor de katoenindustrie 1
• dit soort medaillons kon door de industrialisatie pas in grote aantallen (goedkoop)
verspreid/geproduceerd worden 1
10 Maximumscore 2
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• Een idee van de Verlichting was dat de mensen van nature gelijk waren 1
• Dat idee beïnvloedde het afschaffen van de standsvoorrechten, want als alle mensen gelijk
zijn, kan er geen ongelijkheid door geboorte (standsverschil) blijven bestaan (“vrijheid,
gelijkheid en broederschap”) 1
11 Maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat:
• uit de roep van de mensen om brood, de ellendige omstandigheden waarin het volk op dat
moment verkeerde, als oorzaak kan worden afgeleid 1
• uit de oplossing van de koningin om maar cake te eten, de grote afstand die ontstaan was
tussen het bestuur/de koning en het volk als oorzaak kan worden afgeleid
12 Maximumscore 2
Voorbeeld van een juist antwoord is:
Omdat textiel tot de eerste levensbehoeften hoorde, was er een grote (stabiele) vraag naar
de producten van de textielnijverheid.
13 Maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat in de bron naar voren komt dat fabriekseigenaars die hun
arbeiders niet al te zeer willen belasten daartoe gedwongen worden ‘op straffe van
faillissement’.
14 maximumscore 4
Een juist antwoord bevat de volgende elementen:
Als land kan bijvoorbeeld gekozen worden voor Groot-Brittannië, er dient
dan een juist verband gelegd te worden tussen:
• de koloniën van het Britse wereldrijk die de grondstoffen en
afzetmarkten konden bieden voor de opkomende industrie in GrootBrittannië 1
• de Britse steenkool- en ijzerertsvoorraden, die met de steenkool de
brandstof leverde voor de stoommachines en met het ijzererts de
grondstof voor machines/andere producten 1
• het grote aantal werkloze boeren in Groot-Brittannië, die beschikbaar
waren als (goedkope) arbeiders voor de nieuwe fabrieken 1
• het geld dat in Groot-Brittannië aanwezig was door de (zee)handel kon
dienen als kapitaal om in de fabrieken te investeren 1
15 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• Bij de opvatting dat de industrialisatie de oorzaak van de sociale
kwestie was, kan het argument gegeven worden dat de armoede / de
ontwrichting van de maatschappij veroorzaakt werd doordat
ambachtslieden werden vervangen door fabrieksarbeiders, wat
Tydeman beschrijft als het verlagen van nuttige producenten naar
consumenten 2
• Bij de opvatting dat de industrialisatie zal leiden tot een grotere rol van
de overheid, kan het argument gegeven worden dat de sociale
problemen die veroorzaakt worden door de invoering van machines zo
groot zullen zijn, dat overheidsingrijpen onvermijdelijk is, waarnaar
Tydeman verwijst als hij opmerkt dat de regering de nadelen voor de
arbeiders op zal moeten vangen door zelf maatregelen te nemen /
(sociale) plannen te maken
16 Maximumscore 2
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De socialistische arbeidersbeweging was tegen het imperialisme omdat het hierbij ging om
de onderdrukking van andere volken / het imperialisme werd gezien als hoogste stadium
van kapitalistische onderdrukking 1
• De arbeiders hadden belang bij de instandhouding van de koloniale rijken, omdat dit hun
werkgelegenheid in de industrie opleverde / hun welvaart ervan afhing 1
17 Maximumscore 3
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De tekening moet vóór 1917 gemaakt zijn, want toen werd het algemeen kiesrecht
ingevoerd. Uit het onderschrift blijkt dat er toen de tekening verscheen nog geen algemeen
kiesrecht was 1
• De tekenaar ziet de kiesrechtstrijd als de klassenstrijd, want hij benadrukt in de tekening
het
verschil tussen de klassen door het verschil in kleding en door de man te laten zeggen “die
bende”, waarmee hij de arbeiders/betogers bedoelt
18 maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat:
• dit probleem bekend wordt onder de naam ‘sociale kwestie’ en 1
• de sociale kwestie verband houdt met de Industriële Revolutie, doordat
die de arbeidsverhoudingen ingrijpend wijzigt/zorgt voor grote sociale
onrust 1
19 maximumscore 3
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De machtsverhouding tussen aan de ene kant de fabrikant en opzichter
en aan de andere kant de arbeiders in de fabriek is buitengewoon
ongelijk / de arbeiders hebben nauwelijks rechten, terwijl de fabrikant
alle macht heeft 1
• Dit blijkt uit (twee van de volgende voorbeelden): 2
− De opzichter dwingt de arbeiders door met ontslag te dreigen de
arbeidsvoorwaarden te accepteren.
− De arbeiders richten een onderdanig verzoek (geen eis) aan de
fabrikant.
− De fabrikant en de opzichter wijzen het verzoekschrift van hun
arbeiders botweg af.
− Corzaan moest vertrekken omdat hij het heeft gewaagd een
verzoekschrift in te dienen.
20 maximumscore 4
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• Modernisering kan tot verbetering leiden, zoals blijkt uit de toezegging
van opzichter Jongman dat, als de nieuwe papiermachine er is, het wel
mogelijk zal zijn om op zondag een vrije dag te geven (en misschien
nog wel een dag meer) 2
• Maar de modernisering kan evengoed tot een verslechtering leiden, als
de invoering van de nieuwe papiermachine leidt tot overproductie, wat
zorgt voor loonsverlaging/ontslag van overtollig geworden personeel 2
Download