Tekst Dr. Elias Kaiser en Jan Janse, Wageningen UR Glastuinbouw Meer kennis van foto­synthese bij aardbei Aardbei is een belangrijk glasgewas geworden. De laatste 15 jaar is de bedekte teelt van aardbeien zelfs met ruim 70 procent toegenomen tot meer dan 360 ha. Een groter areaal onder glas betekent echter ook dat het energie­ gebruik in de aardbeiteelt stijgt. Het is dan ook belangrijk om naar manieren te zoeken om op energie te kunnen besparen, bijvoorbeeld op elektriciteit benodigd voor de belichting of op het stoken van gas voor de CO2-bemesting. Het in kaart brengen van de fotosynthese en de verdamping van in kassen geteelde aardbeien is hierbij van groot belang. Elias Kaiser en Jan Janse, gewas­ onderzoekers van Wageningen UR Glastuinbouw, zijn hiermee bezig. Het verzamelen van basis­kennis door de onder­­zoekers verloopt in drie stappen. Eerst werd via een literatuur­studie onder­­zocht, hoeveel onderzoeks­ gegevens er eigenlijk over foto­ synthese in de vak­literatuur bestaat. Het resultaat was ontnuchterend. Er was vrij weinig onderzoek aan aardbei in kassen gedaan en veel vragen van de weten­schappers bleven onbeantwoord. Het was bijvoorbeeld niet duidelijk, hoe de foto­synthese van een aardbei­gewas over meerdere maanden veranderd. Of hoe groot het verschil in capaciteit voor foto­­ synthese en verdamping is tussen jonge en oude bladeren. Verder is het door de opbouw van de aardbei­plant niet makkelijk de leeftijd van een blad te bepalen. In heel veel studies was de blad­­leeftijd dan ook niet goed gedefinieerd. Fotosynthese metingen De tweede stap was het meten van het verloop van de foto­synthese over drie maanden in een belicht aardbei­­gewas. Dit is uitgevoerd in een onderzoek­kas in Bleiswijk van Wageningen Plant Research, Business Unit Glastuinbouw, bij een door­drager van ABZ Seeds. Op drie verschillende tijd­stippen, namelijk medio maart, april en mei van het afgelopen jaar, werd in jonge en oude bladeren de licht- en de CO2-respons van de foto­­synthese, het elektronen­transport en de geleid­baarheid van de huid­­mondjes gemeten. Eén van de belangrijkste resultaten uit deze metingen was, dat de fotosynthese­snelheid in jonge en oude bladeren bij licht­verzadiging even hoog was (Figuur 1, rode kolommen). Daarnaast was de totale capaciteit voor de foto­synthese, die gemeten is in licht- en CO2-verzadigde bladeren, in oude bladeren zelfs hoger dan in jonge bladeren (Figuur 1, groene kolommen). Verrassender­wijs deden de oude bladeren het dus niet slechter dan de jonge bladeren! Verder was het opvallend, dat de geleid­baarheid van de huid­mondjes in jonge bladeren in het algemeen hoger was dan in oude bladeren (Figuur 2). Uit deze resultaten zou dus geconcludeerd kunnen worden, dat het plukken van oude bladeren geen nuttige strategie is, tenzij ze in de schaduw van andere bladeren zitten. Het zou zelfs zinvol kunnen zijn om in een volgroeid gewas al vroeg een paar jonge bladeren weg te nemen. Hierdoor hoeft de plant geen suikers in deze bladeren te investeren en kunnen er relatief veel suikers naar de vruchten gaan. Kleine blaadjes wegnemen zal ook de verdamping van het gewas beperken. Om vocht af te Meetopstelling van de foto­synthese-meting in een belicht aardbeigewas. Er is steeds meer behoefte aan het in kaart brengen van de fotosynthese van dit gewas.