Digitalis purpureae • Digitalis purpurea L. Vingerhoedskruid Scrophulariaceae Digitalis • Van deze plant: bladeren als grondstof • zijn zeer toxisch • Uit deze plant worden digitaline, digitoxine en digoxine gewonnen = hartglycosiden = cardenoliden • zeer nauwe therapeutisch-toxische index => hfdz gezuiverde of semi-synthetische derivaten, niet de plant • Ook de Oleander sierstruik bevat deze cardenolische glycosiden en is dus toxisch Digitalis TI= TD50/ED50 LD lethal dose TD toxic dose ED effective dose Digitalis • Komt voor in West-Europa, in sommige streken voldoende in het wild voor oogst • In Nederland ook gekweekt • Bladeren drogen bij sterke ventilatie om afbraak van de glycosiden te vermijden Digitalis • Inhoudsstoffen – 0.1 tot 0.4 % cardenoliden, 30tal glycosiden in versch series, varieteiten met preferentieel serie A worden gebruikt – primaire glycosiden (purpurea glycosiden) enkel in verse plant = aglycon via C-3 met 4 monosachariden 1 D-glucose en 3 Ddigitoxosen – Bij drogen terminale D-glucose afgesplitst door digipurpidase => secundair glycoside Inhoudsstoffen aglycon primair secundair A-serie digitoxigenine Pupurea glycoside A Digitoxine = digitaline B-serie gitoxigenine gitoxine E-serie gitaloxigenine Pupurea glycoside E Pupurea glycoside B gitaloxine Inhoudsstoffen Farmacologische activiteit • Gebruikt bij hartfalen. De digitalisglycosiden hebben allen dezelfde therapeutisch-toxische marge, voor eenzelfde inotrope invloed zelfde kans op ongewenste effecten. • Verschillen in farmacokinetische parameters zoals biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd. • worden in principe oraal toegediend. Alleen bij hoogdringendheid of bij resorptiemoeilijkheden, kan intraveneuze toediening aangewezen zijn. Toxiciteit • uit zich door gastro-intestinale, cardiale en centraal-nerveuze stoornissen. Hypo-kaliëmie (bijvoorbeeld door diuretica) verhoogt het gevaar op toxiciteit maar de meeste gevallen van toxiciteit zijn te wijten aan een te hoge dosering, b.v. wanneer geen rekening gehouden wordt met factoren zoals leeftijd, nierinsufficiëntie en interacties met andere geneesmiddelen. • Bij intoxicatie kunnen antidigoxine-antilichamen worden gebruikt (Digitalis Antidot). Farmacokinetische eign • Digitoxine – na orale toediening goed geresorbeerd, geen problemen van biologische beschikbaarheid. Digitoxine wordt hoofdzakelijk hepatisch gemetaboliseerd; de half-waardetijd is ongeveer zes dagen en dit stelt problemen bij intoxicatie. De therapeutische plasmaspiegels liggen tussen 10 en 25 ng/ml. – De onderhoudsdosis van digitoxine bedraagt ong. 0.1 mg per dag Farmacokinetische eign • Digoxine – orale toediening van digoxine => resorptie onvolledig en wisselend, en bijgevolg problemen van biologische beschikbaarheid . – Digoxine wordt vooral als ongewijzigd product langs de nier uitgescheiden. – De therapeutische plasmaconcentraties liggen tussen 1 en 2 ng/ml. – Bij normale nier-functie halfwaardetijd van ongeveer anderhalve dag en is de onderhoudsdosis meestal 0,25 tot 0,375 mg per dag – bij nierinsufficiëntie is de halfwaardetijd van digoxine verlengd Specialiteiten • Lanoxin (digoxine), Digitaline Nativelle (digitoxine), Lanitop (metildigoxine). • Dosis en wetgeving – – – – Digitalis folium poeder: max 200 mg/keer en 600 mg/dag Digitalis tinctuur: max 2 g/keer en 6 g/dag Digitoxine: max 0,3 mg/keer en 1 mg/dag Digoxine: max 1 mg/keer en 1,5 mg/dag Cassia angustifolia Vahl. en Cassia senna L. (=Cassia acutifolia Del.) • Cassia angustifolia Vahl. en Cassia senna L. (=Cassia acutifolia Del.) Senna Caesalpiniaceae Senna • Van deze planten: bladeren als grondstof, soms ook de vruchten • Oorspronkelijk afkomstig uit de woestijn, worden gekweekt in Pakistan, Indië... • Inhoudsstoffen – flavonoiden – polyol – mineralen 10-12% – naftaleen derivaten – dihydroxyanthraquinon-glycosiden Senna • Inhoudsstoffen bladeren van de GEDROOGDE – glycosiden van het dianthrontype = sennosiden (aglyconen = sennidines) Senna • Inhoudsstoffen van de VERSE bladeren – dianthronen komen niet voor in de verse senna. De dimeren ontstaan tijdens het drogen door een enzymatisch proces (40°C) Farmacologische activiteit • Senna en bereidingen worden aangewend als laxativum bij constipatie – poeder en extract: Darlin, Prunasine, Agiolax, Depuratif des Alpes, Eucarbon – zuivere sennoside B: Senokot, Transix • Dit zijn contactlaxativa, mogen slechts gedurende korte tijd gebruikt worden • Bijwerkingen: – darmkrampen en diarree (risico op dehydratatie) – kan leiden tot elekrolietstoornissen (hypokaliëmie) => niet samen met diuretica gebruiken Taxus baccata L • Taxus baccata L Taxus Taxaceae Taxus • Van deze planten: bladeren en schors als grondstof • komen voor in het noordelijk halfrond, zijn zeer bestand tegen koude • zijn zeer populair als haag • reeds van in de oudheid is gekend dat taxus zeer toxisch is. Taxus • Inhoudsstoffen – sachariden, polysachariden – vetzuren – sterolen – cyanogeenglycosiden => toxisch – tricyclische diterpenen met een taxaan-kern: taxusines, taxagifine, baccatine, taxine, taxol. – Op de diterpeen kern zijn functionele groepen aangebracht, sommige hebben amidefuncties => alkaloiden Taxus Inhoudsstoffen • Taxol (Paclitaxel) komt slechts in heel geringe hoeveelheden voor in de plant 0.01% – industriele productie zou tot uitroeiing van de soort leiden – daarom: • cultivars met meer taxol • semisynthese uitgaande van structuuranalogen in de plant vb Docetaxel Farmacologische activiteit • Paclitaxel = TAXOL – gifitg voor de mitotische spoelfiguur, bevordert vorming van tubuline dimeren door inhibitie van hun Depolymerisatie (fout in cursus) Farmacologische activiteit • Paclitaxel = TAXOL – indicatie: ovariumtumoren, metastatische borstkanker – uitgesproken toxiciteit: neutropenie (sterke daling neutrofielen), cardiovasculaire problemen, alopecia (haaruitval), naussea, neuropathie • Docetaxel – idem als Taxol Toxiciteit • De toxiciteit van de taxus plant is reeds zeer lang gekend – pijlengif – moord, zelfmoord – ook probleem bij dieren => opeten resulteert meestal in onmiddellijke dood – ook de pseudo-vruchten worden soms door kinderen opgegeten => doen braken => hospitalisatie – symptomen: naussea, braken, buikpijn, slaperigheid, bradycardie Catharanthus roseus G. Don. • Catharanthus roseus G. Don. Apocynaceae Catharanthus roseus G. Don. • In tropische regios en West-Europa en VS als sierplant • Inhoudsstoffen – alkaloiden 0.2 tot 1%, complexe mengsels, alle met INDOL of dihydroindolstructuur – Farmacologisch interessante bestaan uit 2 monomere alkaloiden: indol en dihydroindol = binair alkaloid – Vincristine en Vinblastine Catharanthus roseus G. Don. Farmacologische activiteit • Vincristine en Vinblastine zijn antimitotisch, verhinderen vorming van de mitotische spoelfiguur => accumulatie van cellen in metafase Farmacologische activiteit • Microtubule vorming speelt ook een rol bij neurotransmisie vandaar de neurotoxiciteit • gebruik – vincristinesulfaat en vinblastinesulfaat • bij acute leukemie, bij Hodgkin en non-Hodgkin-lymfomen, borstkanker, longkanker Toxiciteit • zoals de meeste componenten met antitumorale activiteit een hoge toxiciteit. – Vinblastine kan leucopenie veroorzaken. Het kan gastrointestinale ongemakken veroorzaken zoals nausea, overgeven en constipatie. Er kunnen eveneens neurologische symptomen optreden – Vincristine vertoont vooral neurotoxische effecten en digestieve effecten, veel bijwerkingen zoals alopecia (veel voorkomend), dyspnoe, bronchospasmen, hoofdpijn, transiënte blindheid, buccale ulceraties