#16A.16B.17A.17B. 20. 21 DE EVENWICHTSTESTS VOOR NABIJZICHT. Toestel: foropter Testafstand: 40 cm Test: Lenzen: 10/10 Snellen voor nabij of de kleinst leesbare 7 voor de niet presbyope emmetroop, hypermetroop #14 B voor de presbyope emmetroop en hypermetroop de gebruikelijke - sterkte voor nabij bij de myoop Prisma's: Belichting: #16 AB verwachte waarden: 15, 21/15 3/2 Beide prisma’s zo plaatsen dat we ze BO kunnen draaien #17 AB verwachte waarden: 14, 22/18 4/3 Beide prisma's zo plaatsen dat we ze BI kunnen draaien #20: - lenzen toevoegen #21: + lenzen toevoegen goed ATVA: nabij Lenzen: #16 AB: BO limiet voor nabij PRC Wazig zicht BO verhogen PFR Fusiebreuk BO verhogen Fusieherstel BO verminderen #17 AB: BI limiet voor nabij NRC Wazig zicht BI verhogen NFR Fusiebreuk BI verhogen Fusieherstel BI verminderen #20: PRA Wazig zicht - lenzen toevoegen en verschil maken met de startlenzen #21: NRA Wazig zicht + lenzen toevoegen en verschil maken met de startlenzen Bij de prismatests is het best mogelijk dat er geen wazig zicht bekomen wordt. Dit wijst gewoon op het feit dat de accommodatie niet beïnvloed is geweest door de BI/BO prisma's. De limiet van de zone van KEBZ wordt dan bepaald door het prisma dat de fusiebreuk veroorzaakt heeft. Suppressie bij BO prismatest. Indien de persoon meldt dat de test verschuift naar één kant wijst dit op suppressie. Onderdrukking van het beeld van het RO verschuift de test naar rechts. Onderdrukking van het beeld van het LO geeft verschuiving naar links. Suppressie bij BI prismatest. Onderdrukt het RO het beeld dan verschuift de test naar links. Onderdrukking van het LO zat de test naar rechts doen verschuiven. #19. ACCOMMODATIE AMPLITUDE A.A. Toestel: Testafstand: Testkaart: Basislenzen: Prisma's: Extras: foropter uitzonderlijk 33 cm een leestekst van het type 0,62 m # 7 voor de niet-presbyopen /// bij de niet-presbyoop: meer - binoculair bij de presbyoop: meer + binoculair Verlichting: ATVA: goed verlicht voor nabij We vermeerderen binoculair de - sferen bij niet-presbyopen en vermeerderen binoculair de + sferen bij presbyopen. Als testkaart gebruiken we een leestekst die bestaat uit verschillende paragrafen. De onderste paragraaf = 20/40 voor die afstand = 20/20 voor .62 meter (Jaeger 4) We vragen de persoon om de letters voortdurend te blijven lezen. NIET-PRESBYOOP We voegen binoculair meer - glazen toe per 0.25 dpt tot de persoon zegt dat de tekst niet meer gelezen kan worden. Als eindresultaat schrijven we het verschil op t.O.V. basislenzen waarmee we de test begonnen zijn. Daar voegen we algebraïsch 2.50 dpt bij voor de compensatie van de fixatieafstand. Er wordt geen teken bij vermeld: elke amplitude is positief cfr. addities. PRESBYOOP Voor de presbyoop zal de tekst aanvankelijk te wazig zijn. We voegen binoculair meer + glazen toe per 0.25 dpt tot de persoon zegt dat de tekst terug gelezen kan worden. Als eindresultaat schrijven we het verschil op t.o.v. de basislenzen waarmee we de test begonnen zijn en dit getal trekken we af van de 2.50 dpt die men nodig heeft om de tekst te kunnen lezen. Als basislens of foropter start noteren we de sferische waarde van het overheersende oog. Bij deze test is dat dus altijd de sferische waarde bij 10/10 zicht na het binoculair evenwicht. #20. POSITIEVE RELATIEVE ACCOMMODATIE = P.R.A. We vragen de persoon om de letters voortdurend te blijven lezen. We verhogen binoculair de - glazen per 0.25 dpt tot de persoon zegt dat het beeld wazig gezien wordt. Dit gebeurt bij een constante fixatieafstand = relatief. Als eindresultaat schrijven we het verschil op t.o. v. de basis lenzen waarmee we de test begonnen zijn. Basislens: startlens = sferische waarde van het overheersend oog. #21. NEGATIEVE RELATIEVE ACCOMMODATIE = N.R.A. Toestel: Prisma's: foropter 10/10 Snellen voor nabij of kleinst leesbare afzonderlijke letters # 7 voor de niet-presbyope emme- en hypermetroop # 14B voor de presbyope emmetropen hypermetroop de gebruikelijke - glazen voor nabij voor de myoop /// Extras: meer + binoculair Verlichting: goed verlicht ATVA: voor nabij Verwachte waarde: +2.00 dpt. Testkaart: Basislenzen: We vragen de persoon om de letters voortdurend te blijven lezen. We verhogen binoculair sferisch de + glazen per 0.25 dpt tot de persoon zegt dat het beeld wazig gezien wordt. Dit gebeurt bij een constante fixatieafstand = relatief Als eindresultaat schrijven we het verschil op t.o.v. de basislenzen waarmee we de test begonnen zijn. Basislens: startlens= sferische waarde van het overheersend oog.