Vrijdag 18 mrt 2011, Arie Nagel met een voordracht over: Astrofotografie Het fotograferen van astro-objecten heeft een aantal voordelen boven visueel waarnemen. Van heldere objecten kunnen we vastleggen wat we visueel ook al kunnen waarnemen. Vaak kan men hier echter nog (veel) verder gaan! De tweede reden betreft lichtzwakke objecten. We kunnen hier zichtbaar maken wat het - al dan niet gewapende oog - niet of nauwelijks kan zien. We maken dan gebruik van het feit dat een camera het licht kan cumuleren; iets dat het oog maar in zeer beperkte mate kan. Of we kijken in een golflengte waar het oog niet of nauwelijks gevoelig voor is, zoals in het infrarood; ccd-camera’s zijn hier juist heel gevoelig! Tenslotte is het gewoon ook leuk om te (laten) zien, wat is waargenomen. Nadelen zijn er echter ook. Het vergt meestal een behoorlijke investering. Het is ook een technisch gebeuren, hetgeen niet iedereen op prijs stelt, maar weer anderen juist aantrekt. De inleertijd vergt derhalve jaren. Zeker in ons klimaat, waar de mogelijkheid om ervaring op te doen, beperkt is tot enkele tientallen nachten per jaar. Digitale astrofotografie heeft grote voordelen boven de natte astrofotografie. We noemen er enkele. Ten eerste is de ‘quantum efficiency’ bij de ccd-fotografie vele malen hoger dan bij de 'natte' fotografie. Een verder voordeel van de digitale fotografie betreft het ontbreken van het zogenoemde Schwarzschild-effect. Dit is het effect dat bij toenemende belichtingstijd de gevoeligheid van de film terugloopt. Tenslotte is het voordeel van de ccd-fotografie dat het beeld meteen op de computer te manipuleren is. Hierdoor kan men vrij eenvoudig werken aan bijvoorbeeld ruisonderdrukking, verscherping, contrastverhoging en kleurcorrecties. Mijn voordracht geeft een overzicht van de manieren om foto’s te maken: van stilstaande camera, via camera’s met lenzen die meerijden op de montering en webcams die opnamen van maan en planeten maken tot de speciale astrocamera’s voor deep-sky-fotografie. Ook wordt aandacht besteed aan het bewerken van de ruwe opnamen en kleurenfotografie in RGB. Minder aan bod komt de fotografie van de zon en meteoren. Ook het fotograferen van spectra wordt niet behandeld. Met een goedkope webcam zijn verbluffend mooie foto's te maken van zon, maan en planeten. Niet dat de webcam zo’n geavanceerde ccd heeft, maar je kunt hier een film van het object maken, deze film vervolgens uitsplitsen in honderden tot duizenden opnamen, dan deze opnamen in scherpte rangschikken en de meest scherpe optellen of middelen. Wat je hiermee bereikt is dat je de signaal/ruisverhouding drastisch verhoogt, zodat je daarna m.b.v. software die opname scherper kan maken, of althans scherper laat lijken. Met de speciale astrocamera maken we foto's van objecten, die normaal niet of nauwelijks te zien zijn met het blote oog of zelfs maar met een grote kijker. Deze camera’s fotograferen meestal niet in kleur maar in zwart-wit, omdat een kleurenchip een verlies in oplossend vermogen geeft. In de voordracht zullen we aan deze camera’s ruime aandacht besteden. Ook met de moderne digitale spiegelreflex kan men mooie opnamen maken. Voor de astrofotograaf die zwakke objecten wil fotograferen, hebben de digitale camera’s echter een groot nadeel; ze bezitten een filter dat het infrarood tegenhoudt. Ze blokkeren daarmee een – juist voor zwakke objecten - belangrijk deel van het spectrum. Dat filter is weliswaar uit de camera te halen, maar dan is de camera niet meer geschikt voor de normale fotografie. De laatste ontwikkeling is dat deze camera’s zo aangepast zijn dat ze zowel voor deze tak van de astrofotografie als voor de normale fotografie.