Modulebeschrijving Multi Dimensionele Familie Therapie (MDFT) Ambulante Gezinsinterventies en Behandelcentrum Woodbrookers Behandel en Expertise Centrum 13-18+ INDEX Samenvatting 3 A. Modulebeschrijving: probleem, doelgroep, doel, aanpak, materialen en uitvoering 5 1. 2. 3. 4. 5. 5 5 5 7 9 Risico- of probleemomschrijving Doel van de module Doelgroep van de module Aanpak van de module Materialen en links B. Onderbouwing van de module 10 6. 7. 8. 9. 10 11 11 13 Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Samenvatting onderbouwing Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking Onderzoek naar de uitvoering van de module C. Effectiviteit 16 10. 11. 16 17 Nederlandse effectstudies Buitenlandse effectstudies D. Overige informatie 18 12. 13. 14. 18 18 20 Toelichting op de naam van de module Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Overeenkomsten met andere modules Bijlage CAP-J classificatieoverzicht (assen en rubrieken) Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 2/31 SAMENVATTING Doel Doel van Multi Dimensionele Familie Therapie (MDFT) is de jongere te helpen een leven te leiden waarin probleemgedrag afneemt (onder andere drugs- en alcoholgebruik) of stopt en bevredigende maatschappelijke participatie mogelijk wordt. Het functioneren op school/werk en in gezin is verbeterd evenals leeftijdsadequate vrijetijdsbesteding en gezonde peer-relaties. Doel van inzet MDFT is om een uithuisplaatsing te voorkomen, een uithuisplaatsing te verkorten of wanneer thuiswonen absoluut geen haalbaar perspectief meer blijkt, om de uithuisplaatsing zo gezond mogelijk te laten verlopen met behoud van de gezinsrelaties. Doelgroep Veel van de jongeren die voor MDFT in aanmerking komen, vertonen meervoudig probleemgedrag. Dit gedrag uit zich in wisselende combinaties van verslavingsproblematiek (= misbruik of afhankelijkheid van alcohol en/of drugs, verslaving aan computerspelletjes), delinquentie (criminaliteit), spijbelen, weglopen, gewelddadigheid, zich isoleren, depressie en angst. MDFT kan ook worden ingezet bij jongeren met enkelvoudig probleemgedrag, zoals alleen verslavingsproblematiek, alleen delinquentie, alleen een psychische of gedragsstoornis. MDFT is zowel voor jongeren in een strafrechtelijk of civielrechtelijk kader als voor jongeren die zonder tussenkomst van de rechter vragen om, of instemmen met, behandeling. MDFT is ook toepasbaar gemaakt voor residentiële en jeugdzorg plus instellingen met als doel om de opname te bekorten en na ontslag uit de instelling/inrichting als nazorg bij jongere en gezin voor te zetten. Uitvoering MDFT is een bewezen effectief behandelprogramma dat ook bemoeizorg omvat. Het programma richt zich op vier domeinen in het leven van een jongere: de jongere en zijn problemen, de opvoeders van de jongere, het gezin en de familie als geheel, en voor de jongere belangrijke externe systemen, zoals peergroep, school, werk en mogelijk politie en Justitie. MDFT neemt als uitgangspunt dat een gezonde(re) relatie tussen jongeren en ouders een basis vormt voor een leven met verminderd verslavings- of delictgedrag. MDFT bestaat uit drie fases: 1. Motiveren, in behandeling betrekken en sluiten van allianties. 2. Uitvoeren van de behandeling. 3. Afsluiten van de therapie. Voor fase 1 staat gemiddeld een maand, voor de tweede fase 2 tot 4 maanden en voor de laatste fase enkelen weken. Voor de ambulante inzet van MDFT staat een behandelduur van 6 maanden. Voor de residentiele vorm staat de behandelduur van 9 maanden. Per week worden twee à drie sessies gehouden, in duur variërend van 30 tot 90 minuten. Dit zijn face-toface-afspraken, als ook contact via telefoon of mail met de jongere en de opvoeders. Er zijn vier soorten sessies: met de jongere alleen, met de opvoeders alleen, met de jongere en zijn opvoeders samen, en met de jongere (of gezin) met derden erbij. Materiaal MDFT wordt uitgevoerd door gecertificeerde therapeuten aan de hand van een Nederlandstalige handleiding en andere materialen, met een systeem van kwaliteitsbewaking. Voor meer informatie: www.mdft.nl. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 3/31 Onderzoek MDFT is een evidence based behandeling. Zowel in USA als in Europa is er onderzoek gedaan. MDFT Nederland was onderdeel van Europese studie www.incant.eu. Ook wordt er landelijk onderzoek gedaan en doet Jeugdhulp Friesland intern onderzoek naar deze module. Onlangs (mei 2016) is MDFT door het NJI erkend als effectieve behandeling voor jongeren die aan cannabis verslaafd zijn, MDFT is erkend op het hoogste niveau 'effectief volgens sterke aanwijzingen’. MDFT is effectief, gemeten aan: bereidheid om in behandeling te gaan en te blijven, vermindering van recidive en ander antisociaal gedrag, minder gebruik van alcohol en drugs, minder symptomen van psychische stoornissen, vermijden van ‘verkeerde’ vrienden, betere school- en werkprestaties, en beter functioneren van het gezin. Uit onderzoek naar Instroom binnen Jeugdhulp Friesland (Zuiderbaan en Visser, 2013) wordt duidelijk dat de doelgroep zoals geformuleerd overeenkomt met de daadwerkelijk aangemelde cliënten en dat bij het merendeel van de van de cliënten de doelen behaald worden. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 4/31 A. MODULEBESCHRIJVING: PROBLEEM, DOELGROEP, DOEL, AANPAK, MATERIALEN EN UITVOERING 1. Risico- of probleemomschrijving Multi Dimensionele Familie Therapie (MDFT) is een gezinstherapie, uitgebreid tot andere systemen die voor een jongere van belang zijn. Een systeem is een groep mensen die sociaal met elkaar verbonden zijn. Ook de jongere zelf wordt binnen MDFT als systeem gezien. MDFT binnen Jeugdhulp Friesland en Behandelcentrum Woodbrookers is een behandeling voor jongeren van 12 - 18 jaar en hun gezinnen. MDFT bevat elementen van bemoeizorg. De therapie richt zich op vier kerngebieden (domeinen) in het leven van een jongere; de jongere zelf, de opvoeders, het gezin en de externe systemen als school, werk en vrije tijd. Jongeren die in aanmerking komen voor MDFT zijn jongeren met probleemgedrag als spijbelen, weglopen, overmatig gebruik van alcohol en/of drugs, delinquentie en ander antisociaal gedrag. De problematiek kan samengaan met een psychische of gedragsstoornis. De onderliggende psychopathologie kan een gedragsstoornis en/of middelenstoornis zijn, al dan niet gecombineerd met comorbiditeit als depressie en angst of een ontwikkelingsstoornis. MDFT kan zowel ingezet worden wanneer de jongeren meerdere stoornissen of problemen (tegelijk) heeft, vooral ook als daar verslavingsproblematiek bij zit, als bij enkelvoudige problematiek. 2. Doel van de module Doel van MDFT is de jongere te helpen een leven te leiden waarin probleemgedrag afneemt of stopt en bevredigende maatschappelijke participatie mogelijk wordt. Het betreft afname van delictgedrag (vermindering van recidive) als uiteindelijke doel. Om dit te realiseren beoogt MDFT het stimuleren van een verslavingsvrije levensstijl zonder verder probleemgedrag. Het laatstgenoemde doel is ook van toepassing als er (nog) niet sprake is van delictgedrag. De module MDFT is bij uitstek een module die gericht is op het realiseren van het vijf-keer-gezinsbeleid. Het primaire doel is om samen te kunnen blijven leven in het eigen gezin te realiseren. Daarnaast wordt bij een niet af te wenden uithuisplaatsing getracht om deze residentiele opname zo kort mogelijk te houden, om weer tot integratie in het eigen gezin te komen. De belangrijkste doelen zijn bereikt wanneer: de jongere is gestopt met drug- en/of alcoholgebruik, of wanneer de jongere dit aanzienlijk heeft verminderd; de jongere een leven leidt waarin probleemgedrag is afgenomen of beëindigd en bevredigende maatschappelijke participatie mogelijk is. Behalve op vermindering van drug- en alcoholgebruik en ander probleemgedrag richt MDFT zich op vier subdoelstellingen die voor de betreffende jongeren van belang zijn om het algemene doel te bereiken: het functioneren op school of werk is verbeterd; het gezinsfunctioneren is verbeterd, met goede communicatie tussen de gezinsleden; er is sprake van een leeftijdsadequate vrijetijdsbesteding en gezonde peer-relaties; het probleemgedrag is significant verminderd. 3. Doelgroep van de module 3.1 Voor wie is de interventie bedoeld? Internationaal kan MDFT ingezet worden vanaf ongeveer 9,10 jaar tot maximaal 26 jaar (uitspraak Gayle Dakoff, april 2016). Het meest voorkomend is de inzet bij jongeren 12 - 18 jaar met verslavingsproblemen - alcohol en drugs- en andere gedragsproblematiek waarvoor volgens de verwijzer of de betrokkene(n) zelf interventie is geboden. Jeugdhulp Friesland biedt MDFT aan voor jongeren tussen de 12 en 18 jaar waarbij sprake is van meervoudige problematiek. Bij andere gedragsproblematiek valt te denken aan stemmings- en angststoornissen, agressief gedrag, geweldsdelicten, het plegen van vernielingen, en Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 5/31 vermogensdelicten. MDFT is zowel voor jongeren in een strafrechtelijk of civielrechtelijk kader als voor jongeren die zonder tussenkomst van Justitie vragen om, of instemmen met, behandeling. MDFT gaat ervan uit dat de problematiek van de jongere multidimensioneel bepaald is en door factoren uit meer dan één levensdomein beïnvloed wordt. Daarnaast wordt gesteld dat, om het effect van een behandeling te laten beklijven, alle belangrijke componenten van het probleemgedrag van de jongere moeten worden aangepakt. Dit gebeurt door middel van het werken met en vanuit de vier domeinen. De domeinen in het leven van de jongere zijn: de jongere zelf, de opvoeders, het gezin en de externe systemen als school, werk en vrije tijd. Er worden tijdens de behandeling doelen gesteld die zowel multieffectief als multisystemisch zijn. MDFT ziet de opvoeder(s) als de allerbelangrijkste personen in het leven van de jongere. Zij kennen de jongere, houden van hem of haar en willen het allerbeste voor hem of haar. Opvoeders zijn degenen die de jongere de weg moeten wijzen (monitoring), die grenzen en regels moeten stellen, adviezen kunnen geven, een voorbeeld zijn voor de jongere en tevens pleitbezorger zijn. MDFT werkt vanuit het principe dat een liefdevolle en gezonde band tussen ouders en jongere de meest beschermende factor is ter voorkoming of genezing van probleemgedrag. Samengevat gaat het om de volgende doelgroep: Jongere 12 - 18 jaar (het kan zijn dat een jongere 19 jaar wordt gedurende de behandeling); Vrijwillige aanmelding en vanuit gedwongen kader; Meervoudige problematiek (verslaving/delinquentie/comorbiditeit, spijbelen en dergelijke); Een actieve of nog te activeren gezinsband met ouder(s) of voogd; Geen motivatie noodzakelijk bij zowel jongere als opvoeder(s) bij aanvang van de behandeling, maar één die bereid is mee te doen; 3.2 Indicatie- en contra-indicatiecriteria Jeugdhulp Friesland biedt specialistische jeugdzorg op het gebied van opgroei- en opvoedingsproblemen, in de leeftijdscategorie 0 t/m 18 (met een uitloop tot 23) jaar. Kinderen, jongeren en hun ouders/opvoeders kunnen een beroep doen op Jeugdhulp Friesland. Dit doen zij als de normale ontwikkeling van het kind wordt belemmerd. Mogelijk is er sprake van psychosociale problemen, psychiatrische problemen, gezinsgerelateerde problemen, psychische problemen, gedragsproblemen of een combinatie daarvan. Kinderen en jeugdigen met een psychiatrische, zintuiglijke, lichamelijke en/of verstandelijke beperking die redelijk sociaal redzaam zijn, worden ook behandeld en/of opgevangen, als dit past binnen de behandelprogramma’s en mogelijkheden van Jeugdhulp Friesland. We nemen ook jeugdigen op met een civielrechtelijke maatregel. In specifieke situaties worden kinderen met een strafrechtelijke maatregel behandeld (Gedragsbeïnvloedende maatregel). MDFT kan als onderdeel van zo’n GBM opgelegd worden. Dit wordt als een submodule van MDFT geregistreerd, maar kent inhoudelijk geen andere werkwijze. De door Jeugdhulp Friesland gehanteerde indicatiecriteria en contra-indicaties zijn uitgebreid beschreven in De Betekenis in het hoofdstuk Doelgroepenbeleid op pagina 15. Deze folder is te downloaden op http://jeugdhulpfriesland.nl/over-ons/missie-en-visie. Belangrijkste uitgangspunt vanuit deze criteria is dat wanneer kinderen of jongeren bij ons aangemeld worden, we altijd gezamenlijk met de cliënt kijken naar de hulpvraag. Wanneer er bij een ketenpartner meer passende hulp geboden kan worden, denkt en loopt Jeugdhulp Friesland mee tot deze meer passende hulp gestart is. Onder deze uitgangspunten van Jeugdhulp Friesland wordt ook MDFT als module ingezet. Hierboven is beschreven op welke probleemgedragingen MDFT passend kan zijn. Aanvullend op deze indicaties, bestaan de volgende indicatiecriteria: de jongere heeft één of twee ouders of een 'ouderfiguur' (zoals voogd, pleeg-, peet-, stief- of grootouder) die bereid en in staat is/zijn aan MDFT mee te doen (in deze modulebeschrijving aangeduid als ‘opvoeders’); de jongere en minstens één van de opvoeders zijn de Nederlandse taal machtig; - Wanneer er sprake is van het niet of gebrekkig machtig zijn van de Nederlandse taal wordt er op maat met het gezin gekeken of de inzet van een tolk hierin nog helpend kan zijn. de jongere en opvoeder(s) wonen op een afstand die zich verdraagt met het geven van ambulante therapie. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 6/31 De Stichting Jeugdinterventies heeft ook een module voor MDFT en LVB ontwikkeld, vanwaar uit met aanpassingen in onder andere de duur van de gesprekken (en daarmee van de behandeling) ook MDFT voor deze doelgroep mogelijk is. Contra-indicaties: Indicatie voor klinische opname bij verslaving. Het gaat hier meestal om afhankelijkheid van opiaten of van coke/crack. MDFT kan wél in beeld komen tegen het einde van de opname, als overstap naar ambulante behandeling. Ook kan er in samenwerking met de ketenpartners VNN en DOK3 gekeken worden naar het inzetten van een tijdelijke klinische opname als interventie in de ambulante inzet MDFT. Psychische co-morbiditeit waarvoor klinische opname is aangewezen. Een psychische of gedragsstoornis waarvoor speciale behandeling is geïndiceerd, met name: actieve eetstoornis, psychose, suïcidaliteit. - Bij actieve eetstoornissen en/of psychose wordt er doorverwezen naar de jeugd GGZ. Vanuit de visie vanuit Jeugdhulp Friesland wordt er pas afgesloten wanneer er sprake is van warme overdracht. - Bij sprake van suïcidaliteit wordt er samenwerking met jeugd GGZ gezocht en per casus afgestemd of inzet van de systemische interventie MDFT haalbaar blijkt. Een zodanig onveilige situatie thuis - fysiek of psychisch geweld - dat de jongere daar langdurig moet worden weggehaald of weggehouden. - Deze inschatting wordt dan gemaakt in samenspraak met het Regiecentrum Bescherming en Veiligheid en/of de gebiedsteams. Gekeken wordt of de onveiligheid in deze samenwerking hersteld kan worden, of dat er alternatieven nodig zijn. Navraag bij één van de Amerikaanse ontwikkelaars van MDFT (Dakoff, april 2016) leert dat er maar weinig contra-indicaties zijn. MDFT is breed inzetbaar. Het belangrijkste is de zorgvuldige afweging of deze cliënt gebaat is bij de inzet van MDFT. MDFT is nog niet evidence based voor alle specifieke doelgroepen (denk aan stoornissen uit het autisme-spectrum), de jongeren met deze diagnose zijn echter wel in de onderzoekslijnen meegenomen en MDFT kan werkend zijn. Belangrijkste hierin is naar Dakoff haar visie dat er nooit tegelijk twee therapeuten in een systeem aan het werk zijn. Voorbeeld hiervan is traumagerelateerde therapie. Naar haar visie doet het beide therapieën geen goed als deze tegelijk ingezet worden. Timing en doorverwijzing zijn hierin sleutelwoorden. Belangrijk is wel de nuancering dat training niet hetzelfde als therapie is. Het betreft echt therapie, waarbij er sprake moet zijn van een therapeutische alliantie en deze eigenlijk niet door twee professionals op hetzelfde moment onderhouden kan worden, naar haar idee. In een situatie van een tijdelijke uithuisplaatsing kan MDFT ook ingezet worden evenals bij een ‘terug naar huis traject’. De duur van de module zal hierdoor wijzigen. De jongere hoeft voorafgaand aan de start van de MDFT behandeling niet gemotiveerd te zijn. Motivatie is namelijk altijd één van de eerste doelen waaraan gewerkt wordt bij MDFT. 3.3 Toepassing bij migranten De module is toepasbaar voor diverse migrantengroepen, waarbij in bepaalde gevallen extra aanpassingen nodig zijn om de opvoeders en jongere goed te kunnen behandelen, zoals het werken met een tolk, het afnemen van het culturele interview en het aanbieden van een anamneselijst in de moedertaal (indien beschikbaar). MDFT is bewezen effectief bij etnische minderheden. Uit zowel Amerikaans onderzoek, als Europees (INCANT), blijkt dat er geen aanpassingen qua interventies, et cetera hoeven te worden gedaan bij allochtone gezinssystemen. Wél blijkt uit ervaring dat werken met een tolk lastig is, omdat er gewerkt wordt met emoties/gevoelens die zich soms moeilijk laten vertalen. In dergelijke casussen wordt op maat in afstemming tussen gezin, therapeut, supervisor en gedragswetenschapper gekeken. 4. Aanpak van de module Binnen Jeugdhulp Friesland en Behandelcentrum Woodbrookers wordt gewerkt volgens de principes van de Handelingsgerichte Diagnostiek (HGD). De specifieke aandacht voor dit kind in deze situatie met deze ouders, en wat daarvoor nodig is om het beter te laten gaan, is in lijn met de zienswijze van MDFT. Zowel binnen HGD als MDFT is er expliciet oog voor beschermende factoren en positieve ontwikkelingen en Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 7/31 wordt gesteld dat er altijd verschillende contexten zijn waarin een kind of jeugdige zich beweegt. Ook binnen MDFT zijn de uitgangspunten HGD leidend gedurende het gehele diagnostische- en behandeltraject. 4.1 Structuur en opbouw MDFT bestaat uit drie fases: 1. Motiveren, in behandeling betrekken en het sluiten van therapeutische allianties met de jongere en met de opvoeder(s), taxeren van de ernst van de situatie en het gezamenlijk opstellen van behandeldoelen 2. Uitvoeren van het hulpverleningsplan, door vastgestelde therapeutische interventies, waarvan enactment de meest gebruikte therapeutische techniek is 3. Afsluiten van de therapie en overdracht of nazorg (maken van een terugvalpreventieplan). Bij alle drie fases horen specifieke MDFT-interventies, die uitvoerig staan beschreven in de Manual MDFT. Gedurende de opleiding en daarna in supervisie en intervisie is er aandacht voor het uitvoeren van deze interventies. De multidimensionele therapie-aspecten van MDFT komen in diverse karakteristieken van de behandeling tot uiting: de therapie richt zich niet op één element in de persoon of het gedrag van de jongere - zoals drug- en alcoholgebruik of delinquentie - maar op alle probleemgedragingen in onderlinge samenhang (vanuit de theorie dat alleen zó blijvend resultaat valt te boeken). Na ongeveer 4 – 6 weken stelt de therapeut een casusanalyse op, waarbij hij de probleemgedragingen analyseert vanuit alle veroorzakende en instandhoudende factoren, op alle verschillende domeinen. ; probleemgedrag wordt gezien als gevormd door invloeden die niet louter uit één domein stammen, maar uit alle. Al die domeinen bieden in principe ook beschermende factoren; van meet af aan betrekt de therapeut verschillende leefgebieden en relaties in de therapie, die voor de te behandelen jongeren van belang zijn. Naast op de te behandelen persoon, richt de MDFT zich tegelijkertijd ook op zijn opvoeders, de familie en belangrijke personen in zijn sociale netwerk; MDFT is een integrale behandeling met wortels in verscheidene therapeutische en praktische tradities zoals structurele en strategische gezinstherapie en vaardigheidstraining (gezinscommunicatie, opvoeden, impulscontrole). Ondanks de verschillende routes om tot MDFT-hulpverlening te komen (vrijwillig, semi-gedwongen en gedwongen kader), verschilt de uitvoering van de therapie en de bijbehorende interventies niet. Sessies worden gepland met zowel de jongere individueel, opvoeders individueel en gezinsgesprekken. De individuele gesprekken met jongere(n) en opvoeders dienen ter voorbereiding op, staan in het teken van de gezinsgesprekken. Cliëntgebonden activiteiten, direct en indirect gericht op jongere en/of gezinssysteem MDFT-therapeut: voorbereiden van de sessies (door middel van planningsheets) en invullen van andere MDFTrapportage op de website (www.mdft.nl) (deel van de website speciaal beveiligd en toegankelijk voor hulpverleners); telefonisch of mailcontact tussen de sessies; rapportage (MDFT eigen documenten: casusconceptualisatie, casusanalyse, en Jeugdhulp Friesland rapportage, eventueel hulpverleningsplan en evaluatie- en/of eindverslag); supervisie: case-review, tape-review en live-sessies(tijdens opleidingstraject wekelijkse supervisie, na B-certificering tweewekelijkse supervisie) teamoverleg (standaard tweewekelijks intervisie, groot team (Jeugdhulp Friesland teams samengevoegd), mini-boosters (team Woodbrookers, en beide Jeugdhulp Friesland teams)); werkoverleg met gedragswetenschapper (Jeugdhulp Friesland) of behandelcoördinator (Woodbrookers); video-opnames maken van aantal gezinssessies ten behoeve van supervisie en opleiding en buiten supervisie zelfstandig terugkijken van opnames. MDFT-supervisor (zelfde taken als MDFT-therapeut, aangevuld met): geven van supervisie gericht op ontwikkeling therapeut en op therapie-trouwheid; voorzitten van intervisie Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 8/31 schrijven van feedback op de planningsheet; Gedragswetenschapper en behandelcoördinator: in afstemming met team Intake plaatsing van gezinnen op wachtlijst; Beheer van de wachtlijst; Rapportage lezen en feedback op geven; afstemming met de MDFT-supervisor; dossiervorming; werkoverleg met de therapeuten over behandellijnen Waar nodig het afnemen van diagnostische instrumenten en interpretatie daarvan, eventueel op geschaald tot het doen van een psychologisch onderzoek 4.2 Duur MDFT is een intensief behandelprogramma gezien de tijd en duur. Voor fase één staat gemiddeld één maand, voor de tweede fase twee tot vier maanden. Voor de laatste fase staat enkele weken. Binnen Jeugdhulp Friesland staat voor een MDFT-traject 6 maanden. In incidentele gevallen wordt er voortijdig al afgesloten. In afwijkende situaties is er sprake van een verlenging. De duur van deze verlenging is afhankelijk van de gestelde doelen en wordt middels een ZTO---formulier beargumenteerd en inzichtelijk gemaakt. Voor een MDFT-behandeling aansluitend op de residentiele behandeling van de Woodbrookers (de residentiele vorm) staat 9 maanden. MDFT wordt dan 2 tot 3 maanden voor de terug-naar-huisplaatsing opgestart. 4.3 Frequentie/4.4 Intensiteit Per week worden er twee tot drie sessies gehouden, in duur variërend van 30 tot 90 minuten. Soms meteen na elkaar. Verder heeft de therapeut een paar keer per week via telefoon of mail contact met de jongere en de opvoeders. Zoals beschreven werkt MDFT op vier domeinen. Er zijn dan ook vier soorten sessies: met de jongere alleen, met de opvoeders alleen, met de jongere en zijn opvoeders samen, en met de jongere (of gezin) met derden erbij, zoals reclasseringwerkers, leraren of leeftijdgenoten. De behandelsetting van Woodbrookers wordt het vijfde domein genoemd. Op de Woodbrookers vinden er dan soms ook nog sessies plaats met de coach van de groep, of met één van de betrokken trainers of therapeuten vanuit het individuele traject. De therapeut die een jongere en gezin in behandeling neemt, is voor hen het aanspreekpunt bij alle hulpvragen. 4.5 Setting Plaats van behandeling is bij de jongere thuis, of het kantoor van de zorgaanbieder. Dit is afhankelijk van de omstandigheden, proces van de behandeling en/of verloop. Vanuit de methodiek is voorgeschreven dat de therapeut ook bij het gezin thuis dient te komen. Per casus en afhankelijk van de omstandigheden wordt er gekeken of dit altijd zo is, of dat er ook andere locaties gebruikt worden. 5. Materialen en links MDFT wordt uitgevoerd door gecertificeerde therapeuten aan de hand van een uitgebreide Nederlandstalige handleiding en vele andere materialen, en met een strikt systeem van kwaliteitsbewaking. Een deel van deze kwaliteitsbewaking vindt plaats door de Stichting Jeugdinterventies. Er is echter ook een gedeelte van de kwaliteitsbewaking belegd bij de supervisoren, die door het lezen van de weeklies en het terug kijken van verschillende sessies met de therapeuten oog houden voor het daadwerkelijk uitvoeren van de beschreven methodiek. Ondanks dat er bij alle drie fasen van de behandeling interventies voorgeschreven zijn, is er voldoende ruimte om naar eigen idee, ervaring en creativiteit van de therapeut en supervisor die interventies concreet vorm te geven. Zo is er voldoende ruimte voor het inzetten van creatieve materialen. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 9/31 B. ONDERBOUWING VAN DE MODULE 6. Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak De module sluit aan bij de Richtlijnen Samen beslissen (met ouders en kind) over passende hulp, Scheiding en problematiek van jeugdigen, AD/HD, Kindermishandeling, Middelengebruik, Ernstige gedragsproblemen, Uithuisplaatsing en Residentiele hulp van het NJI (Richtlijnen Jeugdhulp en Jeugdbescherming). In minder duidelijke mate, maar ook in specifieke casussen sluit de module ook aan bij de andere richtlijnen: KOPP, Multiprobleemgezinnen, problematische gehechtheid, stemmingsproblemen en pleegzorg. Probleemanalyse en beïnvloedbare factoren MDFT is bedoeld voor jongeren die overmatig drugs en/of alcohol gebruiken en/of vaak gedrags- of psychische stoornissen vertonen. Zij zijn op meerdere leefgebieden vastgelopen of dreigen daarop vast te lopen. MDFT richt zich niet alleen op de jongere zelf, maar ook op het gezin en op de bredere sociale omgeving van de jongere. MDFT berust op inzichten uit onderzoek naar risico- en beschermende factoren voor probleemgedrag bij jongeren, evenals onderzoeken naar opvoedpraktijken en gezinsfunctioneren bij gezinnen met jongeren in de leeftijd van 12 tot 19 jaar. Er wordt binnen de methodiek en de interventies gebruik gemaakt van de ontwikkelingspsychologie van de adolescent. Verder zijn er zowel elementen uit de structurele gezinstherapie van Minuchin, de strategische gezinstherapie van Haley als de probleemoplossende gezinstherapie van Epstein in MDFT terug te vinden. Het ecologisch model van Bronfenbrenner wordt onder andere gebruikt als het gaat om het stellen van doelen. Waarbij MDFT stelt dat elke schil (adolescent – gezin – leeftijdgenoten – school – buurt/wijk – samenleving) in het ecologisch model bijdraagt aan het ontstaan van het probleemgedrag. En dat daarmee elke schil ook deel uitmaakt van de oplossing. MDFT binnen Jeugdhulp Friesland en Behandelcentrum Woodbrookers richt zich op doelgroep multiproblemgezinnen, waarbij er op meerdere gebieden sprake is van ernstige problematiek binnen het gezin. MDFT richt zich op zowel toename beschermende factoren en afname risicofactoren voor het gezin, waarbij er tegelijkertijd geïntervenieerd wordt op meerdere domeinen, te weten adolescent, ouders, gezin en buitendomein (school, vrienden et cetera). MDFT pleegt therapeutische interventies om hardnekkige emoties en destructieve patronen, welke belemmerend werken om tot verandering te komen, actief op te wijzigen binnen het gezin en zo tot verandering te komen op meerdere domeinen. De inzet van de therapeutische techniek ‘enactment’ (een andere dans, uitvoerig beschreven door Minuchin) is hierbij de meest gebruikte techniek. Door ouders en jeugdige op een andere wijze dan ze gewend zijn met elkaar weer te laten communiceren, ervaren de gezinsleden een herstelde band. MDFT baseert zich op één van de principes van gezinstherapie dat de herstelde en liefdevolle band tussen ouders en jeugdige leidt tot hersteld gezag en als buffer voor risicovol- en probleemgedrag kan dienen. Verbinding probleemanalyse, doel, doelgroep en aanpak Door middel van verschillende interventies wordt zowel de jongere als de opvoeders/s geleerd om de situaties die probleemgedrag uitlokken, te vermijden of om er op een constructieve manier mee om te gaan. Opvoeder(s) en de jongere hebben geleerd hoe ze conflicten hanteerbaar kunnen maken en hoe ze deze met elkaar kunnen bespreken. De opvoedings- en opvoederschapsvaardigheden van opvoeder(s) zijn na de behandeling verbeterd. Er is een vrijetijdsbesteding gevonden die passend is bij de leeftijd van de jongere. In de laatste fase van de behandeling hebben opvoeder(s), samen met de jongere (en therapeut) een terugvalpreventieplan gemaakt, waarin duidelijk staat beschreven wat elk gezinslid kan doen om terugval te beperken of om escalatie te voorkomen. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat gezinnen beter in staat zijn om op een positieve manier met elkaar te communiceren na MDFT. De symptomen van de gedrags- en ontwikkelingsstoornissen zijn Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 10/31 afgenomen. De consumptie van cannabis, alcohol (harddrugs) van de jongere is gedaald. De symptomen van angst en depressie zijn verminderd. De omgang met criminele leeftijdgenoten is beperkt. Het aantal delicten is verminderd. Het functioneren op school is verbeterd (betere cijfers, minder spijbelen). Verantwoording MDFT is een evidence based behandeling. Dit betekent dat de behandeling, wanneer die uitgevoerd wordt zoals het in de handleiding beschreven is, bewezen effectief is. In de VS zijn er verschillende gecontroleerde experimenten uitgevoerd naar de werkzaamheid van MDFT. Weinig andere behandelingen voor jongeren met probleemgedrag zijn zo grondig onderzocht (Bron: Stichting Jeugdinterventies en MDFT-academy). MDFT is effectief, afgemeten aan: bereidheid om in behandeling te gaan en te blijven, vermindering van recidive en ander antisociaal gedrag, minder gebruik van alcohol en drugs, minder symptomen van psychische stoornissen, vermijden van ‘verkeerde’ vrienden, betere school- en werkprestaties, en beter functioneren van het gezin. Op deze maten deed MDFT het keer op keer beter dan controlebehandelingen. Informatie over effecten en effectgroottes is te verkrijgen op www.incant.eu (onder General InformationPublications MDFT), waar ook de belangrijkste onderzoeksartikelen kunnen worden gedownload. In Europa, en ook in Nederland, zijn inmiddels ook verschillende onderzoeken gedaan waarin MDFT als effectief bewezen aangetoond wordt. In de bijlage is een compleet overzicht van de verschillende onderzoeken en in hoofdstuk 9. Onderzoek naar de module wordt daarvan een samenvatting gegeven. Daarnaast is hierboven al beschreven dat MDFT zijn theoretische onderbouwing vindt in verschillende wetenschappelijke stromingen, als gezinstherapie, systeemtherapie en ontwikkelingspsychologie. 7. Samenvatting onderbouwing Multidimensionele Familietherapie (MDFT) is een systeemtherapie aangevuld met bemoeizorg. MDFT is bedoeld voor jongeren 12 - 18 jaar die drugs en/of alcohol gebruiken en/ofvaak gedrags- of psychische stoornissen vertonen. Zij zijn op meerdere leefgebieden vastgelopen of dreigen daarop vast te lopen. MDFT richt zich niet alleen op de jongere zelf, maar ook op het gezin en op de bredere sociale omgeving van de jongere vanuit één van de basisovertuigingen dat een gezonde ouder-kindrelatie als één van de belangrijkste beschermende factoren werkt ten aanzien van probleemgedrag als middelengebruik en delictgedrag. Het doel van MDFT is het realiseren van een verslavingsvrije leefstijl zonder delict- en ander probleemgedrag, en het verminderen van het risico op (strafrechtelijke) recidive. Een MDFT-traject neemt zes maanden in beslag, met 2 tot 3 sessies per week. 8. Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking 8.1 Eisen ten aanzien van opleiding Er zijn drie MDFT-functies: therapeut, supervisor en trainer (opleider). Om als MDFT-therapeut of -supervisor te kunnen worden opgeleid, moet de hulpverlener lid zijn van een MDFT-team. De zorginstelling meldt voor de opleiding een heel team aan. De Stichting Jeugdinterventies leidt geen individuele hulpverleners op, behalve als er in een bestaand team een vacature ontstaat of het team moet worden uitgebreid. Een team waarvan de leden gecertificeerd zijn in MDFT, krijgt van De Stichting Jeugdinterventies een kosteloze licentie om dit behandelprogramma uit te voeren. Om de 3 jaar is hernieuwing van het certificaat nodig (hercertificering). Daarbij gelden twee overwegingen: (1) voldoet de therapeut of supervisor nog aan de vereisten van MDFT, en (2) werkt hij/zij nog in een team zoals in MDFT de bedoeling is? Bij positieve bevindingen verlengt De Stichting Jeugdinterventies het certificaat. De instelling moet werken in teamverband mogelijk maken De instelling heeft apparatuur om sessies op DVD of op een andere manier op te nemen om ze op kwaliteit van uitvoering van MDFT te laten beoordelen. Als een jongere een probleem heeft met alcohol of drugs, moet het mogelijk zijn urine te (laten) testen, als onderdeel en ter ondersteuning Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 11/31 van de behandeling. De therapeuten hebben een mobiele telefoon en I-pad, want ze moeten goed bereikbaar zijn.De instelling beschikt over, of heeft goede contacten met, andere disciplines. Een MDFT-team bestaat uit drie tot zes MDFT-gecertificeerde hulpverleners. Daarbij is inbegrepen een supervisor. Deze coacht de therapeuten in het team en werkt ook zelf als MDFT-therapeut: het is raadzaam dat de supervisor minimaal zelf ook één casus uitvoert om voeling te houden met de praktijk. Dit is echter geen vereiste voor de hercertificering. De therapeuten hebben minstens 20 uur per week om MDFT uit te voeren. (Jeugdhulp Friesland hanteert minimaal 24 à 28 uur dienstverband per week.) Tijdens de opleiding moet de beoogde supervisor voor minstens 0,5 fte (full time equivalent) voor MDFT beschikbaar zijn. Na certificatie kan de inzet iets omlaag; het minimum is dan 0,4 fte. Als regel komt het team eens per week bij elkaar voor een overleg van één, hooguit twee uren. Jeugdhulp Friesland en Behandelcentrum Woodbrookers hebben vanuit effectiviteit voor de therapeuten gekozen voor tweewekelijks intervisie, van twee uren. In de andere week vindt er, zoals eerder beschreven, supervisie plaats. Op de website van de Stichting Jeugdinterventies (www.mdft.nl) staat het volgende geschreven over mogelijke kandidaten voor een opleidingsplaats: “In aanmerking komen hulpverleners met adequate vooropleiding op HBO- of universitair niveau Zij hebben minstens 3 jaar ervaring als therapeut bij (ook) kinderen en/of adolescenten. De kandidaat moet vertrouwd zijn met gezinstherapeutische benaderingen. Een MDFT-therapeut moet zowel met de jongere, de opvoeders als derden goed kunnen communiceren. Hij of zij moet openstaan voor nieuwe ontwikkelingen en ervan uitgaan dat een goede therapeut nooit is uitgeleerd. MDFT-therapeuten zijn pragmatisch en veroordelen niet. Ze weten van wanten en zijn bereid ook buiten hun kantoor en zo nodig buiten kantoortijd te werken. Ze kunnen goed in teamverband opereren en zien supervisie en begeleiding als vanzelfsprekend. Voor de supervisor geldt hetzelfde als voor een therapeut. Daar komt bij dat de kandidaat gezag uitstraalt en genoeg managementvaardigheden heeft om het team goed te laten draaien en de therapeuten (en de eventuele therapieassistent) individueel en als groep te begeleiden.” De opleiding bestaat uit twee delen: Allereerst jaar één: af te sluiten met het behalen van certificaat A. Daarna volgt aanvullende training, te bekronen aan het eind van jaar twee met certificaat B. Het aantal klassikale cursusdagen is beperkt. Het zwaartepunt van de training ligt in persoonlijk contact via telefonische supervisie en via regelmatige werkbezoeken van trainers aan de teams. Het MDFT-opleidingstraject is in totaal twee jaar (negen maanden opleiding plus één jaar begeleiding in de vorm van instellingsbezoeken, consultatie, boostertrainingen, hulp bij monitoring van de uitvoering en uitkomsten van de behandeling et cetera). De eerste vier maanden van de opleiding beperken zich tot training van de beoogde supervisor van een team. In de 5 maanden daarna doen ook de andere leden van het team mee. Het duurt dus ongeveer 9 maanden voordat iedereen in het team in MDFT is gecertificeerd (extra certificaat voor de supervisor). Maar intussen passen de therapeuten al ruimschoots MDFT toe. 8.2 Eisen ten aanzien van overdracht en implementatie De Stichting Jeugdinterventiescoördineert de implementatie van de methodiek binnen de verschillende instellingen in Nederland. Een onderdeel hiervan is het aanbieden van de opleiding tot MDFT-therapeut en supervisor. MDFT wordt uitgevoerd door gecertificeerde therapeuten aan de hand van een uitgebreide Nederlandstalige handleiding en vele andere materialen, en met een strikt systeem van kwaliteitsbewaking. Voor meer informatie hierover, zie www.mdft.nl. Door de duidelijke opbouw binnen de therapie en de registratie is het mogelijk MDFT tussentijds over te dragen aan een andere therapeut. Het is echter wenselijk dit te voorkomen. 8.3 Eisen ten aanzien van kwaliteitsbewaking De kwaliteit van de module wordt bewaakt aan de hand van de resultaten uit de prestatie-indicatoren: doelrealisatie, cliënttevredenheid, reden beëindiging hulp en afname ernst problematiek. Jeugdhulp Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 12/31 Friesland voldoet aan de kwaliteitsnormen HKZ, hetgeen betekent dat de cliënt centraal staat en er continu gewerkt wordt aan het verbeteren van de hulpverlening. In de hoofd/onderaannemer-overeenkomst zijn kwaliteitscriteria opgenomen. Werken met prestatie-indicatoren betekent dat er (meer dan voorheen) gedurende de hulpverlening gemeten zal gaan worden. Niet als doel op zich dus, maar als middel om te komen tot kwaliteitsverbetering. Het meten gebeurt met instrumenten die nut hebben voor de hulpverlening. Zowel de cliënt als de hulpverlener kan profiteren van de resultaten. De cliënt is gebaat bij zorgvuldige sturing van zijn of haar hulpverlening en hij/zij krijgt op termijn te maken met betere resultaten van de zorg. Het werken met prestatie-indicatoren maakt het immers mogelijk te sturen op de uitkomst van de hulp. Bovendien kunnen cliënten op termijn profiteren van meer transparantie over de werkzaamheid van het hulpaanbod. Inzichtelijk wordt wáár men voor welke problemen het beste terecht kan. De hulpverlener kan daarnaast zien wat het werk oplevert en waar verbeterpunten zijn. Het inzetten van de prestatieindicatoren levert ook informatie op voor directie en management, die vooral benieuwd zijn of hun totale zorgaanbod doeltreffend en doelmatig genoeg is voor de cliënten. In de evaluatie van de prestatie-indicatoren 2013 (oktober 2014) is gesteld dat er onvoldoende vragenlijsten afgenomen zijn om betrouwbare en valide conclusies te mogen trekken. Door de gedragswetenschapper en de supervisoren wordt nu gestuurd op het meer af laten nemen van deze vragenlijsten. Zichtbaar in de evaluatie van de PI 2014 (geschreven oktober 2015 – aan team gepresenteerd maart 2016) dat er wel een toename is van het aantal uitgezette vragenlijsten, maar dat er nog niet voldoende vragenlijsten als begin- en eindmeting uitgezet worden, om over de effectiviteit uitspraken te kunnen doen. De aansturing na oktober 2014 zou zichtbaar moeten worden in de terugkoppeling van de PI 2015 (verwachting eind 2016). Daarnaast is de verwachting nu er gewerkt wordt met centraal ingeplande intakes, waarbij de CBCL en OBVL direct uitgezet worden, dat dit tot een groei van de N ingevulde lijsten gaat leiden. Deze vragenlijsten worden op dit moment nog niet afgenomen op de Woodbrookers. Er is een vragenlijst in ontwikkeling die aan het einde afgenomen wordt, om de cliënttevredenheid te kunnen meten bij de gezinnen die ambulante ondersteuning en/of MDFT ontvangen hebben bij de terug-naar-huisplaatsing vanuit de Woodbrookers. 8.4 Kosten van de module Betrokken professionals Ambulant hulpverlener A Gedragswetenschapper Opleider / supervisor - 1 fte op 7 behandelingen/jeugdigen, 5,14 uur per week per behandeling 40 minuten per lopende behandeling Verblijf: nee Verzorgingskosten: ja, bedrag voor urinecontroles i.v.m. testen op drugsgebruik Pleeggeld: nee Licentie: ja, 3 jaarlijkse hercertificering Training / opleiding: ja, zie 8.1 Specifiek materiaal : ja, beeld en geluid opname mogelijkheid Overige kosten: klein materiaal (beloning binnen behandeling bijvoorbeeld) 9. Onderzoek naar de uitvoering van de module Zoals hierboven reeds beschreven is, is MDFT een evidence based module, wat betekent dat er op verschillende niveaus onderzoek gedaan is naar de module. Op internationaal niveau is er onderzoek gedaan naar de module, landelijk zijn er onderzoeken gedaan. Werkend met een evidence based module, en conform Jeugdhulp Friesland haar visie, is de organisatie het ook aan zijn stand verplicht om intern onderzoek uit te voeren. In de bijlage 1. Is een uitgebreider overzicht te vinden van de uitgevoerde onderzoeken. MDFT is effectief afgemeten aan: bereidheid om in behandeling te gaan en te blijven, vermindering van recidive en ander antisociaal gedrag, minder gebruik van alcohol en drugs, minder symptomen van Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 13/31 psychische stoornissen, vermijden van ‘verkeerde’ vrienden, betere school- en werkprestaties, en beter functioneren van het gezin. Op deze maten deed MDFT het keer op keer beter dan controlebehandelingen. Informatie over effecten en effectgroottes is te verkrijgen op www.incant.eu (onder General Information Publications MDFT), waar ook de belangrijkste onderzoeksartikelen kunnen worden gedownload. Internationaal Een gerandomiseerd, gecontroleerd onderzoek - INCANT geheten - begon in 2006 en eindigde in 2010. Het liep in vijf West-Europese landen: Nederland (Den Haag), Duitsland (Berlijn), België (Brussel), Zwitserland (Genève) en Frankrijk (Parijs). MDFT werd vergeleken met gangbare behandeling, in Nederland met cognitieve gedragstherapie. De voor het onderzoek geselecteerde jongeren hadden allemaal een stoornis in cannabisgebruik. MDFT beperkte het aantal diagnoses van cannabisafhankelijkheid meer dan bij controlebehandeling en beperkte ook het aantal symptomen van externaliserende stoornissen (een voorbode van delictgedrag). MDFT motiveerde jongeren en ouders veel beter tot het accepteren en afronden van de behandeling dan de controlebehandeling: in de orde van 90% afgerond bij MDFT tegen 40% in de praktijk van alledag. De resultaten van dit onderzoek konden niet meer worden meegenomen in de beoordeling door de Erkenningscommissie Gedragsinterventies Justitie. Bij een herbeoordeling zullen deze worden meegewogen. Publicaties beschikbaar via www.mdft.nl. Landelijk Het NJi (Nederlands Jeugdinstituut; www.nji.nl) heeft MDFT erkend als behandelprogramma voor jongeren. De erkenning geldt ongeacht de aard van de zorgsector (jeugdzorg, geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg, forensische zorg). Het NJi heeft MDFT opgenomen in de Databank Effectieve Jeugdinterventies. In mei 2016 is er een persbericht verschenen (Stichting Jeugdinterventies) waarin beschreven wordt hoe MDFT als ‘effectief volgens sterke aanwijzingen’ erkend wordt. Dit is het hoogste niveau van erkenning door het NJI. De Erkenningscommissie Gedragsinterventies van het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft MDFT erkend voor het terugdringen van recidive (= nieuw delict). De definitieve erkenning werd afgegeven op 27 juni 2011. Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft MDFT geaccepteerd als behandelprogramma voor ‘justitiabele’ jongeren (jongeren die een geregistreerd delict op hun naam hebben staan). Een aantal instellingen mag van Justitie MDFT toepassen bij jongeren aan wie de rechter de zogenoemde gedragsbeïnvloedende maatregel (GBM) heeft opgelegd. Jeugdhulp Friesland is een van deze instellingen. Er is inmiddels gewerkt aan het toepasbaar maken van MDFT in residentiële omgevingen en MDFT wordt toegepast in jeugdzorgplusinstellingen. Ten tijde van het schrijven van de module-evaluatie worden hier verschillende pilots mee gedraaid en onderzoek naar gedaan. Behandelcentrum Woodbrookers doet mee aan deze pilot en volgend jaar zal er over de uitkomsten van het gezinsgericht werken in de jeugdzorgplusinstellingen meer geschreven kunnen worden. Jeugdhulp Friesland en Behandelcentrum Woodbrookers Binnen Jeugdhulp Friesland wordt er sinds 2013 ook onderzoek gedaan naar MDFT. In 2013 is er een dubbel onderzoek gedaan, waarin in onderzoek 1 gekeken is naar de instroom van cliënten binnen MDFT en in onderzoek 2 naar de uitstroom van cliënten. Belangrijkste conclusies die uit onderzoek 1 getrokken kunnen worden, zijn dat de doelgroep geanalyseerd op de categorieën van de CAP-J overeenkomt met de doelgroep, zoals deze hierboven beschreven is. Daarnaast is er geconcludeerd dat de MDFTtherapeuten en de verwijzers hun beeld van de instroom ook overeenkomt met de praktijk. Uit onderzoek 2 wordt onder andere geconcludeerd dat 60% van de behandelingen die tussen augustus 2011 en augustus 2012 afgesloten zijn, succesvol afgesloten is; met als reden alle doelen behaald. Andere reden voor afsluiten zijn het uitblijven van motivatie of andere hulpverlening die meer passend lijkt. In 2014 is er onderzoek gedaan naar de verschillen tussen de cliënten die aangemeld worden vanuit vrijwillig (aangevraagd door ouders, eventueel in samenspraak met bijvoorbeeld school of eerstelijn), semi-vrijwillig (vanuit een OTS of JR-maatregel) ten opzichte van gedwongen aanmeldingen (door de rechter opgelegd middels een Gedragsbeïnvloedende Maatregel). Grootste conclusie die in dit onderzoek getrokken is dat de jongeren die middels een GBM voor MDFT aangemeld zijn een aanzienlijk kortere Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 14/31 hulpverleningsgeschiedenis hebben. Een daaraan gekoppelde aanbeveling is vervolgonderzoek ten aanzien van de voorgeschiedenis. Daarnaast is zowel uit de eerder gedane interne onderzoeken als de prestatie-indicatoren zichtbaar dat er, conform de methodiek en de uitgangspunten rondom afsluiten, er nog wel eens ‘rough around the edges’ afgesloten wordt. Op dit moment is Jeugdhulp Friesland in afwachting van het al dan niet toekennen van een Europese subsidie voor een grootschalig follow-uponderzoek. Wanneer deze toegekend wordt, zal Jeugdhulp Friesland mee gaan draaien als controlegroep, waarmee er inzichtelijk wordt hoe het jongeren verder vergaat tijden na afsluiting. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 15/31 C. EFFECTIVITEIT 10. Nederlandse effectstudies MDFT is bestudeerd in vier soorten onderzoek: Randomized controlled trials (RCT’s) In RCT’s worden de proefpersonen volgens lot toegewezen aan MDFT of aan een goede controlebehandeling. Kostenanalyses Daarin worden de kosten en opbrengsten van MDFT vergeleken met die van controle-behandeling. Implementatieonderzoek Dit soort studies beschrijft systematisch hoe MDFT in de praktijk verloopt. Hoe wordt MDFT uitgevoerd? Wat is nodig, en wat is goed of slecht voor een juiste uitvoering van dit behandelprogramma? Welke kansen en hindernissen doen zich voor? Procesevaluaties De vraag hierbij is: welke ingrediënten van MDFT doen er toe? Wat maakt dat MDFT werkt 10.1 Studies naar de effectiviteit van de module in Nederland Nederland en Europa Er zijn nauwelijks onderzoeken bekend die alleen binnen Nederland zijn uitgevoerd. Parnassia Brijder en De Jutters in Den Haag hebben namens Nederland meegedaan aan een groot Europees onderzoek naar het nut van MDFT bij jongeren met probleemgedrag. De studie heette INCANT: International Cannabis Need of Treatment; www.incant.eu. INCANT vergeleek MDFT de locaal gebruikelijke zorg (in Nederland cognitieve-gedragstherapie: Leefstijltraining). Het onderzoek was een experiment, een randomized controlled trial (RCT), waarbij het toeval bepaalde of iemand MDFT of gebruikelijke zorg kreeg toegewezen. INCANT liep eind 2010 af. Aan deze studie namen 450 adolescenten deel, met hun ouders. Een kwart daarvan kwam uit Nederland. De andere landen in INCANT waren België, Duitsland, Frankrijk en Zwitserland. MDFT slaagt er meestal in om jongeren en ouders in de behandeling te betrekken en daarin vast te houden. INCANT bevestigde dit. In alle landen maakte meer dan 80% van de jongeren/gezinnen het programma (MDFT) af, veel vaker dan in de controlegroep. April 2016 is er wederom een onderzoek gepubliceerd over de kosteneffectief van MDFT. In het onderzoek is niet alleen gekeken naar de behandelkosten van MDFT, maar ook naar de maatschappelijke kosten van crimineel gedrag zoals uitgaven politie en justitie en/of slachtofferhulp. In vergelijking met de gebruikelijke zorg (cognitieve gedragstherapie, CGT) liggen de initiële behandelkosten van MDFT wat hoger omdat er meerdere intensieve sessies worden gehouden met de jongere, met de ouders alleen en gezamenlijke sessies. Echter, als ook de maatschappelijke kosten worden meegenomen in de analyse, blijkt dat behandeling met MDFT tot een grotere besparing van deze kosten leidt. Hierdoor valt het verschil tussen CGT en MDFT weg. Daarnaast verbetert de kwaliteit van leven bij jongeren die behandeld worden met MDFT significant. De onderzoeksresultaten tonen aan dat MDFT en CGT allebei het gebruik van cannabis en alcohol verminderen en ze dringen beiden criminaliteit terug. Bij MDFT zitten de jongeren echter beter in hun vel en zijn ze minder angstig en depressief. Dit maakt dat de kosten van een behandeling met MDFT later terugverdiend worden en MDFT dus kosteneffectief is. Dit onderzoek is uitgevoerd door het institute for Medical Technology Assessment (iMTA) aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, onder leiding van Leona Hakkaart – van Roijen. De resultaten van het onderzoek zijn inmiddels gepubliceerd in het tijdschrift Drug and Alcohol Dependence. (Bron e-mail Stichting Jeugdinterventies, april 2016). Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 16/31 11. Buitenlandse effectstudies In de Verenigde Staten is MDFT erkend door overheidsinstanties, verzekeraars, wetenschappelijke organisaties en beroepsverenigingen (www.med.miami.edu/ctrada). Een voorbeeld is SAMHSA, de dienst voor verslavingszorg en geestelijke gezondheidszorg van het federale ministerie van Volksgezondheid (www.nrepp.samhsa.gov/index.asp). MDFT ging in Europa van start met steun van de ministeries van Volksgezondheid van België, Duitsland, Nederland en Zwitserland, en met steun van MILDT, het Franse overheidsagentschap voor alcohol, drugs en tabak. Het groene licht werd gegeven nadat MDFT in een uitgebreid literatuuronderzoek en in een internationale bijeenkomst van deskundigen de beste behandeling bleek voor jongeren met probleemgedrag, waaronder verslavingsproblematiek. Voor meer informatie, zie www.incant.eu. Volgens de website Stichting Jeugdinterventies (www.mdft.nl/, april 2016): “Het vele Amerikaanse onderzoek laat zien dat MDFT werkt bij uiteenlopende problematiek. De therapie laat weinig problemen van de jongere buiten beschouwing, activeert intensief krachten in het gezin en in domeinen buiten het gezin, zoals vrienden en school. MDFT heeft twaalf RCT’s op zijn naam staan. Drie daarvan lopen nog. MDFT is in deze experimenten vergeleken met werkzame vergelijkingshandelingen: Groepscounseling voor gezinnen met psycho-educatie, idem voor jongeren. Individuele cognitieve-gedragstherapie en residentiële behandeling.” “Alle uitkomsten hieronder betreffen steeds de meerwaarde van MDFT ten opzichte van de vergelijkingsbehandeling: MDFT overtuigt jongeren en hun ouders om de behandeling te accepteren en vol te houden. Jongere: het aantal delicten loopt terug en de omgang met criminele leeftijdgenoten neemt af. Jongere: het aantal symptomen van psychische en gedragsstoornissen neemt af. Jongere: het aantal problemen veroorzaakt door gebruik van alcohol of drugs wordt minder. Jongere: het functioneren op school verbetert (betere cijfers, minder spijbelen. Het gezin gaat beter functioneren. Jongeren en ouderen zijn positief gestemd over de behandeling.” “Alle hier genoemde uitkomsten betreffen steeds de meerwaarde van MDFT ten opzichte van actieve controlebehandeling (effect bij de jongere tenzij anders vermeld): MDFT overtuigde jongeren en hun ouders om de behandeling te accepteren en vol te houden. Acht op de tien jongeren plus gezinnen doorliepen de hele behandeling. MDFT verminderde het aantal delicten. MDFT beperkte omgang met criminele leeftijdgenoten. Het aantal symptomen van gedrags- en ontwikkelingsstoornissen nam af. Consumptie van cannabis, alcohol en harddrugs daalde. MDFT reduceerde het aantal problemen veroorzaakt door gebruik van alcohol of drugs. Symptomen van angst en depressie werden minder. Functioneren op school verbeterde (betere cijfers, minder spijbelen). Het gezin ging beter functioneren.” In bijlage 1 is een compleet overzicht gegeven van de reeds afgeronde onderzoeken en de bijbehorende uitkomsten onder de vlag van The MDFT-academy en/of Stichting Jeugdinterventies. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 17/31 D. OVERIGE INFORMATIE 12. Toelichting op de naam van de module Over de naam van de module zijn geen bijzonderheden te vermelden. Het betreft zoals eerder beschreven de afkorting voor Multi Dimensionele Familie Therapie – dat direct verwijst naar de systemische, multi dimensionele visie die MDFT op probleemgedrag hanteert en daarmee ook impliceert dat de oplossingen en beschermende factoren ook in verschillende domeinen terug te vinden zijn. 13. Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Landelijk Er zijn in Nederland 39 teams die getraind of in training zijn om MDFT uit te voeren. MDFT wordt in alle sectoren van hulpverlening aan jongeren toegepast: de jeugdverslavingszorg, de Jeugd GGZ, de JeugdzorgPlus, de Jeugdzorg en in de forensische zorg voor jongeren. De internationale stichting MDFT leidt ook teams op in België, Duitsland, Denemarken, Finland, Frankrijk en Zweden en Estland. Europa telt op dit moment ongeveer 55 MDFT-teams, bijna evenveel als in NoordAmerika. Externe verwijzers en samenwerkingen MDFT kan doorverwezen worden vanuit het vrijwillig, semi-vrijwillig of gedwongen kader. Vanuit het vrijwillige kader wordt er door beroepskrachten en/of ouders aangemeld voor hulp. Vanuit het justitiabele kader gaat dit middels de kinderrechter, de Raad van de Kinderbescherming en/of het Regiecentrum Bescherming en Veiligheid. Het maakt daarbij verschil of de jongere wel of niet te maken heeft met Justitie, dus justitiabel is of niet. Hieronder wordt beschreven via welke externe ketenpartners en verwijzers jongeren en hun ouders bij MDFT van Jeugdhulp Friesland of Behandelcentrum Woodbrookers terecht komen. Belangrijke nuancering hierin is dat zowel voor een aanmelding voor MDFT als ambulante ondersteuning thuis, bijvoorbeeld ter voorkoming van een uithuisplaatsing, als voor MDFT als ondersteuning bij de residentiele plaatsing, er niet direct voor MDFT aangemeld wordt. Er volgt via onderstaande mogelijke verwijzers een hulpvraag voor het betreffende gezin en samen met het gezin en verwijzer wordt dan gekeken naar het meest passende hulpaanbod van Jeugdhulp Friesland en/of Behandelcentrum Woodbrookers. Vrijwillig en semi-vrijwillige aanmeldingen Gemeenten – gebieds- en wijkteams Per 1 januari 2015 is de vrijwillige instroom van de jeugdzorg belegd bij de gebieds- en wijkteams van de gemeenten. Zij kunnen doorverwijzen naar ambulante hulpverlening, dan wel al specifiek na afstemming met de gedragswetenschapper naar MDFT als ambulante inzet. Regiecentrum Bescherming en Veiligheid Regiecentrum BV is de poortwachter van de jeugdzorg. Jongeren worden hier aangemeld, beoordeeld, begeleid en indien nodig verwezen. Het Regiecentrum heeft verschillende afdelingen: Jeugdreclassering, Jeugdbescherming en Beschermingsregie. Hier is sprake van zowel semi-vrijwillige hulpverlening (op aanwijzing van de jeugdreclasseerder of jeugdbeschermer, samengaand met eventuele consequenties) als gedwongen hulpverlening (als onderdeel van een Gedragsbeinvloedende Maatregel, opgelegd door de kinderrechter en uitgevoerd door een speciaal aangewezen jeugdreclasseerder). Instellingen voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Veel GGZ-instellingen zijn wijdvertakt. Van deze organisaties kunnen verschillende onderdelen naar MDFT verwijzen: Voordeur (centrale intake) Preventieafdelingen Voorzieningen voor ambulante Jeugd GGZ Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 18/31 Per 1 januari 2015 kunnen artsen werkend in de (jeugd)gezondheidszorg direct naar ons doorverwijzen. Instellingen voor verslavingszorg Voordeur (centrale intake) Preventieafdelingen Voorzieningen voor ambulante en klinische verslavingszorg ‘Jeugddetox’: detoxificatieafdeling voor jongeren Instellingen voor Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD) Preventieafdelingen School- en jeugdartsen Huisartsen Zorg- en adviesteams van scholen De meeste scholen hebben een ‘ZAT-team’, dat een jongere kan verwijzen of laten verwijzen. Aan het overleg in dergelijke teams kunnen docenten, interne begeleiders, maatschappelijke werkers en een leerplichtambtenaar deelnemen, terwijl vaak ook het Regiecentrum Bescherming en Veiligheid, de GGZ en soms de verslavingszorg en de politie vertegenwoordigd zijn. Strafrechtelijke aanmeldingen Meestal is daarbij een jeugdreclasseringwerker of een gezinsvoogd de verbindende schakel: Via de kinderrechter De kinderrechter kan het volgen van behandeling opleggen als voorwaarde voor schorsing van voorlopige hechtenis. De rechter kan dit ook doen via een vonnis. Het ondergaan van behandeling is dan voorwaarde om de straf van jeugddetentie of van de zogenoemde PIJ-maatregel niet (volledig) te hoeven uitzitten. Sinds 2008 beschikt het strafrecht ook over de Gedrags Beïnvloedende Maatregel (GBM). Die maakt het mogelijk om jongeren nog sterker te ‘dwingen’ tot het ondergaan van behandeling, http://www.mdft.nl/include/downloadFile.asp?id=142. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie heeft MDFT erkend als behandelprogramma dat daarbij te overwegen valt. Nogal wat instellingen met een MDFT-team hebben in dit kader met het ministerie een contract en een betalingsovereenkomst gesloten. (Sinds 2010 voert Jeugdhulp Friesland, in opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, ook MDFT uit in het kader van een GBM-maatregel.) Toewijzing van MDFT door een jeugdreclasseringwerker Sinds 2010 voeren wij, in opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie ook MDFT uit in het kader van een GBM-maatregel. Als een kinderrechter of officier van justitie vindt dat de jeugdreclassering toezicht op de jongere moet houden, kan de jeugdreclasseringwerker (of gezinsvoogd met reclasseringstaken) de jongen of het meisje naar een behandelprogramma verwijzen. Steeds meer jeugdreclasseringwerkers kiezen daarbij voor MDFT. Raad voor de Kinderbescherming De Raad voor de Kinderbescherming doet onderzoek en adviseert in juridische procedures en kan maatregelen en sancties voorstellen, op strafrechtelijk (en ook civielrechtelijk) gebied. Ambulant uitbestede behandeling voor een Justitiële Jeugdinrichting (JJi) Jongeren die in een JJi verblijven, worden intern behandeld. In de laatste fase van verblijf en als voorbereiding op een aanstaand proefverlof kan de JJi nadere behandeling aanvragen bij een externe zorginstelling. Die behandeling is ambulant; de therapeut komt naar de detentie-inrichting of de jongere reist op en neer naar de zorginstelling. MDFT als residentiële behandeling gevolgd door daarop aansluitende ambulante nazorg Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 19/31 Interne verwijzers en samenwerking MDFT is het meest intensieve, ambulante aanbod dat Jeugdhulp Friesland heeft in de leeftijdscategorie 12-18 jaar. Naast doorverwijzingen vanuit collega-modules uit hetzelfde zorgprogramma (IAG, IAG+, Gezinscoach of PMTO+) kan er ook vanuit andere zorgprogramma’s doorverwezen worden naar MDFT. Afgelopen jaar is er experimenteel gekeken naar de inzet van MDFT in pleeggezinnen. Dit is met afwisselend succes geweest en wordt nog nader bekeken. Ook kan MDFT ingezet worden onder het hoofdaannemerschap van het zorgprogramma 24-uurs Oudere Jeugd (OJ), om te onderzoeken of een terug-naar-huisplaatsing mogelijk is; om een deeltijdplaatsing te bewerkstelligen, of om vorm te geven aan de ouder-kind-op-afstand-relatie. In de praktijk is er, logischerwijs in lijn met de leeftijden van de doelgroep, weinig tot geen interne samenwerking met de zorgprogramma’s Dagbehandeling (jongere jeugd) en 24-uurs Jongere Jeugd (JJ). Daarnaast blijkt er een overlap van doelgroep, en daarmee directe samenwerking, met de afdeling Spoedeisende hulp (Ambulante Spoedhulp – ASH, Families First – FF en Crisisinterventie te Drachten). In 2016 zullen deze zorgprogramma’s organisch verdwijnen en plaatsmaken voor behandelexpertisecentra op basis van leeftijdsindeling. Speerpunt voor MDFT Jeugdhulp Friesland is om de samenwerking met de residentiele zorg nauwer vorm te geven, om conform de uitgangspunten van Jeugdhulp Friesland 5x gezin altijd eerst te ijken wat er ambulant mogelijk is en kan zijn.n. . 14. Overeenkomsten met andere modules Flexibele Active Community Treatment – Jeugd (FACT-jeugd) FACT Jeugd Fryslân is voor jongeren van 12 tot 23 jaar met complexe problemen. Het gaat vaak om jongeren die moeilijk te bereiken zijn voor reguliere hulpverlening. Maar waarover de omgeving zich ernstig zorgen maakt. De jongeren kampen met psychiatrische problemen, een verslaving en/of (dreigende) dakloosheid en hebben daarnaast vaak schulden, weinig sociale contacten of geen school of werk. Het FACT team zorgt er voor dat deze jongeren de juiste zorg krijgen. We zoeken de jongeren in hun eigen omgeving op, zijn er als het nodig is en zijn vasthoudend. We zetten alles op alles voor een gewoon leven met vriendschappen, school en werk. Om dat te realiseren werken we intensief samen met Kinnik, Accare, VNN, en Reik. Qua positionering blijkt dit in de praktijk dat FACT ingezet wordt, wanneer al het andere reguliere aanbod niet afdoende is. Wanneer MDFT niet intensief genoeg blijkt, kan er opgeschaald worden naar FACTjeugd. Wanneer FACT-jeugd na stabilisatie en behandeling nog een aantal thema’s over heeft, kan er ook overgedragen worden naar MDFT gezien de overlap in doelgroep. Functionele Gezinstherapie (FFT) De Functionele Gezinstherapie wil het gedrag van de jongere in het gezin en op school of werk en het functioneren van het gezin verbeteren. Daarnaast wil de therapie de kans op herhaling van crimineel gedrag verkleinen. De gezinstherapie is voor jongeren van 11 tot 18 jaar met gedragsproblemen (waaronder delinquentie) en hun gezinnen. Het gaat daarbij onder meer om gezinnen die van hulpverleningsinstellingen, waarmee zij eerder in contact waren, het label 'ongemotiveerd', 'vol weerstand' en 'disfunctioneel communicerend' hebben gekregen. De therapie is van korte duur. Gezinnen met matige problemen volstaan met acht tot twaalf zittingen; bij zware problemen kunnen er ruim dertig zittingen nodig zijn. MultiSystemische Therapie (MST) MultiSystemische Therapie (MST) in een justitieel kader is gericht op jongeren tussen de 12 en 18 jaar met ernstige, complexe gedragsproblemen al dan niet in combinatie met alcohol- of drugsmisbruik die op grond daarvan met Justitie in aanraking komen. Er is sprake van een hoog risico op herhaling en verergering van het antisociale gedrag als niet zou worden ingegrepen. De behandelingen worden doorgaans opgelegd in het kader van dwang. Dit kan in een strafrechtelijk kader, zoals de bijzondere voorwaarden die opgelegd worden bij een schorsing preventieve hechtenis of bij een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf of maatregel, of in het kader van een civielrechtelijke maatregel - de (Voorlopige) Onder Toezicht Stelling (al of niet in combinatie met een plaatsing in een Justitiële Jeugdinrichting voorafgaand aan MST). Typerend voor de gedragsproblemen is dat ze zich op meerdere levensgebieden voordoen, een chronisch karakter hebben en dermate complex zijn dat een uithuisplaatsing of een plaatsing in een Justitiële Jeugdinrichting aan de orde is. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 20/31 MST is een intensieve ambulante systeem- en gedragsgerichte behandelingsmethode, die steunt op 'evidence-based' therapeutische technieken vanuit de (cognitieve) gedragstherapie, pragmatische gezinstherapieën (structureel, strategisch), Community Reinforcement Approach (bij middelenmisbruik van jongere of opvoeders) en farmacotherapie (bijvoorbeeld voor ADHD). De interventies richten zich vooral op de opvoeders en op sleutelfiguren uit de omgeving van de jongere. De behandelingen vinden plaats in de thuissituatie en in alle systemen waarin de jongere participeert (familie, school, buurt, vrienden). De behandelduur is gemiddeld 3 tot 5 maanden. In deze periode worden de volgende stappen gezet: Een vergelijking van de FFT met de MST is hier op zijn plaats (Berger & Jonkman 2005). Alleen al het feit dat zowel in de Verenigde Staten als ook in Nederland beide therapieën worden gezien als vormen van ´stepped care´ geeft hiertoe aanleiding: eerst wordt nagegaan of FFT aangewezen is. Als de inschatting is dat de problematiek te ernstig en te complex is voor FFT en dat de interventie zich ook moeten richten op het sociaal netwerk en de school, wordt de MST ingezet. Beide interventies hebben duidelijke relaties met een systeemtheoretisch kader. Beide interventies richten zich op jongeren met aanzienlijke gedragsproblemen waarbij tevens sprake is van disfunctionerende gezinspatronen. Van de doelgroep van de FFT wordt gezegd dat daarbij sprake is van 'medium risk' tot 'high risk' criminaliteit, terwijl de MST zich richt op jongeren bij wie sprake is van 'high risk' gewelddadig en crimineel gedrag. Beide interventies kunnen in een aantal gevallen dienen als alternatief voor een verblijf in een residentiële voorziening. Opvallende verschillen tussen beide interventies zijn in algemene termen als volgt te kenschetsen: De FFT richt zich op het versterken van de motivatie van de gezinsleden en op het begrijpen en veranderen van disfunctionele gedragspatronen in het gezin. De MST richt zich vanuit een ruimere ecologische oriëntatie op de wederkerige relatie tussen het geïdentificeerde probleemgedrag en verschillende sociale factoren in de omgeving - onder meer het sterk verzwakte gezinssysteem - die daarop inwerken. Vervolgens probeert men via de MST daarin verandering aan te brengen. De MST is aanzienlijk intensiever dan de FFT. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 21/31 Aangehaalde literatuur www.mdft.nl www.jeugdhulpfriesland.nl www.nji.nl Afstemming Gayle Dakoff (april 2016) Niet één artikel, maar volgende auteurs belangrijk in theoretische onderbouwing en interventies MDFT: Minuchin, Haley, Bronfenbrenner en verschillende theorieen ontwikkelingspsychologie. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 22/31 BIJLAGE 1 OVERZICHT VAN DE REEDS AFGENOMEN ONDERZOEKEN INTERNATIONAAL Randomized controlled trials MDFT krijgt steun van de uitkomsten van twaalf RCT’s. Die RCT’s richtten zich op de praktijk van alledag, dus niet op werkzaamheid onder ‘laboratoriumcondities’. Hier volgt een overzicht van de negen RCT’s die zijn afgerond. De meetinstrumenten waren van beproefde kwaliteit (valide, betrouwbaar). Steeds werd gecontroleerd of MDFT en de vergelijkingsbehandelingen goed werden uitgevoerd. De te noemen verschillen tussen behandelingen waren statistisch significant; en bovendien voor de praktijk relevant (de effecten waren bepaald niet marginaal). Links naar de teksten van kernpublicaties zijn te vinden op www.mdft.org. RCT 1 Onderwerp: MDFT vergeleken met groepscounseling bij jongeren met beginnend probleemgedrag. Interventies: MDFT en groepscounseling voor jongeren (AGT). Behandelintensiteit: In beide gevallen twee sessies per week van anderhalf uur; 12 tot 16 weken lang. Deelnemers: 83 adolescenten; 47% justitiabel; gemiddelde leeftijd 14 jaar; 74% jongens; 38% zwart, 53% Latino; 39% gedragsstoornis, 29% ADHD, 9% stemmingsstoornis. Setting: Centrum voor ambulante behandeling. Belangrijkste uitkomstmaten: Delinquentie; mate en gevolgen van alcohol- en druggebruik; welbevinden van de jongere; risico- en beschermende factoren voor het gezin; omgang met leeftijdgenoten; presteren op school; symptomen van psychische stoornissen. Meetmomenten: Intake; zes weken later; direct na afloop van de behandeling; zes maanden en twaalf maanden na intake. Uitkomst: uitval. Bij MDFT maakte 97 procent van de jongeren de behandeling af, tegen 72 procent bij AGT. Uitkomst: delinquentie. Vóór de behandeling had 70% van de jongeren een delict gepleegd in de voorafgaande maand. Na de behandeling was dit 7% bij MDFT en 22% bij AGT. Bij latere metingen ging het cijfer bij MDFT verder omlaag, terwijl het bij AGT juist steeg. Rechtbankstatistieken bevestigden het beeld. Uitkomst: alcohol- en druggebruik. Vóór de behandeling nam 60% van de jongeren minstens eens per week cannabis. Dit zakte bij MDFT naar 1%, bij AGT naar 20%. Cijfers voor alcohol waren vergelijkbaar. Uitkomst: welbevinden. Over de hele trial bezien nam het welbevinden van de jongeren sneller en sterker toe bij MDFT dan bij AGT. Uitkomst: opvoedvaardigheden ouders. MDFT verbeterde het toezicht van ouders op het gedrag van hun kind. Andere uitkomsten Psychisch/gedrag: MDFT en AGT zwakten allebei internaliserende symptomen af. Maar MDFT overtrof AGT in het tegengaan van externaliserende symptomen. Gezin: De cohesie in het gezin nam tijdens MDFT toe (met 8%), bij AGT daarentegen af (-3%). Het verschil hield stand bij latere metingen. Leeftijdgenoten: Behandeling leidde tot minder omgang met criminele leeftijdgenoten: 68% reductie bij MDFT tegen 54% bij AGT gemeten meteen na afloop. Het voordeel van MDFT werd groter bij latere metingen. School: Beide behandelingen werkten gunstig uit op schoolprestaties. MDFT drong sterker dan AGT verstorend gedrag in de klas terug. Na de behandeling bleef het met de MDFT-jongeren goed gaan, terwijl de scores bij AGT slechter werden. Conclusie: MDFT was in een korte, weinig intensieve versie effectief op alle uitkomstmaten. Publicaties • Liddle HA e.a. Early intervention for adolescent substance abuse: pretreatment to posttreatment outcomes of a randomized controlled trial comparing Multidimensional Family Therapy and peer group treatment. Journal of Psychoactive Drugs 2004; 36: 49-63 • Liddle HA e.a. Multidimensional Family Therapy for early adolescent substance abusers: Twelve month outcomes of a randomized controlled trial. Journal of Consulting and Clinical Psychology 2009; 77: 12-25 • Henderson CE e.a. Parenting practices as mediators of treatment effects in an early-intervention trial of Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 23/31 Multidimensional Family Therapy. The American Journal of Drug and Alcohol Abuse 2009; 35: 220-226 RCT 2 Onderwerp: MDFT vergeleken met Adolescent Group Therapy (AGT) en Multifamily Education Intervention (MFEI). Interventies, drie ‘armen’: MDFT 16 weken; groepscounseling voor jongeren (AGT) 14 tot 16 weken, met individuele training in vaardigheden; counseling voor gezinnen in groepsverband (MEI) 16 weken. Deelnemers: 182 adolescenten; 61% justitiabel; gemiddelde leeftijd 16 jaar; 80% jongens; 51% blank (niet-Latino), 18% zwart, 15% Latino, 6% Aziatisch. Setting: Centrum voor ambulante behandeling. Belangrijkste uitkomstmaten: Externaliserend probleemgedrag; alcohol- en druggebruik; schoolprestaties; functioneren van het gezin. Meetmomenten: Begin behandeling; einde behandeling; zes en twaalf maanden na afloop van de behandeling. Uitkomst: uitval. Bij MDFT maakte 70% van de jongeren de behandeling helemaal af, bij de andere gezinsbenadering (MEI) was dit 65 procent en bij AGT 53%. Uitkomst: externaliserend probleemgedrag. Dit gedrag nam bij MDFT sterker af dan bij de twee andere behandelingen. Uitkomst: alcohol- en druggebruik. MDFT had het meeste effect: consumptie daalde tweemaal sterker dan bij MEI. AGT nam een tussenpositie in. Uitkomst: school. Rapportcijfers gingen vooruit bij MDFT, minder bij AGT en niet bij MEI. Uitkomst: functioneren gezin. Dit verbeterde bij MDFT, maar niet bij AGT en MEI. Conclusie: MDFT was effectiever dan twee andere actieve behandelingen in het terugdringen van probleemgedrag, ook op termijn van een jaar. Publicatie Liddle HA e.a. Multidimensional family therapy for adolescent substance abuse: Results of a randomized clinical trial. American Journal of Drug and Alcohol Abuse 2001; 27: 651-687 RCT 3 Onderwerp: MDFT vergeleken met cognitieve-gedragstherapie. Interventies: MDFT; individuele cognitieve-gedragstherapie (CGT) voor jongeren. Behandelintensiteit: Gelijk, in doorsnee acht sessies. Dus ook hier ging het om een korte versie van MDFT (omwille van vergelijkbaarheid met CGT). Deelnemers: 224 adolescenten; 48% justitiabel; gemiddelde leeftijd 15 jaar; 81% jongens; 72% zwart, 10% Latino, 18% overig blank. Setting: Centrum voor ambulante behandeling. Belangrijkste uitkomstmaten: Alcohol- en druggebruik; gevolgen van alcohol- en druggebruik. Meetmomenten: Begin behandeling; einde behandeling; zes en twaalf maanden na afloop van de behandeling. Uitkomst: alcohol- en druggebruik. Beide behandelingen beperkten de frequentie van consumptie, maar MDFT leidde vaker tot volledig of nagenoeg stoppen met drugs dan CGT. Uitkomst: problemen door alcohol- en druggebruik. De twee behandelingen verschilden hierin niet vlak na het afsluiten van de therapie. Maar daarna kreeg MDFT de overhand: de problemen namen weer toe bij CGT en nauwelijks bij MDFT. MDFT en CGT scoorden even goed op diverse maten van probleemgedrag tot aan de meting van 6 maanden. Daarna verwaterde het effect van CGT op bijvoorbeeld gebruik van alcohol en drugs, terwijl het effect van MDFT juist sterker werd. MDFT was effectiever dan CGT bij jongeren met zwaardere problemen. Vooral bij jongeren die het vaakst dronken of drugs namen of die bovengemiddeld symptomen van psychische en gedragsstoornissen vertoonden. Conclusie: MDFT presteerde beter dan CGT in het terugdringen van verslavingsproblemen, zeker op langere termijn en zeker bij zwaardere problematiek. Publicaties • Liddle HA e.a. Treating adolescent drug abuse: a randomized trial comparing Multidimensional Family Therapy and Cognitive Behavior Therapy. Addiction 2008; 103: 1660-1670 • Henderson CE e.a. Effectiveness of Multidimensional Family Therapy with higher-severity substance abusing adolescents: report from two randomized controlled trials. Journal of Clinical and Consulting Psychology 2010; 78: 885-897 Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 24/31 RCT 4 Onderwerp: MDFT als vroeghulp (geïndiceerde preventie) vergeleken met gebruikelijke zorg. Behandelintensiteit: In beide gevallen duurde de interventie drie tot vier maanden, met 15 tot 25 sessies in totaal. Deelnemers: 124 leerlingen met een hoog risico op probleemgedrag; gemiddelde leeftijd 12,5 jaar; 44% jongens; 97% zwart. Setting: Thuis bij het gezin. Belangrijkste uitkomstmaten: Antisociaal gedrag op school; alcohol- en druggebruik; psychische stoornissen; verbondenheid met school; relatie met leeftijdgenoten. Meetmomenten: Voor de interventie; en meteen daarna. Uitkomsten: Jongeren die MDFT kregen, deden het na de interventie beter dan de anderen op drie maten: relatie met antisociale leeftijdgenoten; zelfbeeld; verbondenheid aan school. Conclusie: MDFT is toepasbaar als preventieve (geïndiceerde) interventie bij leerlingen. Het gaat hier om een effect op risicofactoren; er was bij deze jonge tieners nog geen sprake van uitgekristalliseerd probleemgedrag. Publicatie • Hogue A e.a. Family-based prevention counseling for high-risk young adolescents: Immediate outcomes. Journal of Community Psychology 2002; 30: 1-22 RCT 5a en 5b Onderwerp: MDFT afgezet tegen drie andere behandelingen: (1) een korte en (2) een langere aanpak bestaande uit motiverende gespreksvoering en CGT, en (3) Adolescent Community Reinforcement Approach (ACRA). In feite betrof het twee RCT's gebundeld in één studie. Behandelintensiteit: Behandeling duurde 12 tot 13 weken, behalve bij de korte aanpak CGT: 6 weken. Sessies vonden ongeveer eens per week plaats. MDFT telde 12 tot 15 sessies, korte CGT 5 en lange CGT 12 sessies, en ACRA 14 sessies (waarvan 10 met de jongere en 4 met familie). Deelnemers: 600 adolescenten; 62% justitiabel; gemiddeld 15 tot 16 jaar oud; 81% jongens; 61% blank, 30% zwart; 33% internaliserende en 61% externaliserende stoornis. Setting: Centrum voor ambulante behandeling en bij het gezin thuis. Belangrijkste uitkomstmaten: Frequentie van alcohol- en druggebruik en van problemen vanwege dit gebruik. Meetmomenten: Begin behandeling; en drie, zes, negen, twaalf en dertig maanden later. Noot. Korte en lange CGT verschilden onderling niet en werden daarom in de analyses samengenomen. Uitkomst: uitval. In MDFT maakte 70% van de jongeren de behandeling volledig af, tegen 60% bij CGT en 61% bij ACRA. Uitkomst: alcohol- en druggebruik. Consumptie daalde in het eerste jaar bij alle behandelingen; dit effect hield ook daarna stand. Als naar daadwerkelijke verslavingsproblematiek werd gekeken kwam MDFT het beste uit de bus. Bijna 40% van de met MDFT behandelde jongeren was na 30 maanden vrij van symptomen van verslaving (middelenstoornissen). Bij de andere behandelingen lag dit cijfer op of onder 30%. Conclusie: Behandeling leidde tot afname van alcohol- en druggebruik en (vooral bij MDFT) tot vermindering van verslavingsproblematiek. De toegepaste korte variant van MDFT onderscheidde zich vooral op langere termijn, zoals ook in ander onderzoek. Publicaties • Dennis M e.a. The Cannabis Youth Treatment (CYT) Study: Main findings from two randomized trials. Journal of Substance Abuse Treatment 2004; 27: 197-213 • Dennis M. 30 Month findings from the Cannabis Youth Treatment (CYT) randomized field experiment. American Psychological Association (APA) 110th Annual Conference Chicago, 2002 RCT 6 Onderwerp: MDFT ten opzichte van gebruikelijke, zij het geïntensiveerde zorg (‘enhanced services as usual’) tijdens korte detentie en daarna. Behandelintensiteit: Behandeling startte tijdens de korte detentie (hooguit een maand) in een huis van bewaring en werd na vrijlating van de jongere ambulant in de eigen omgeving voortgezet. MDFT en geïntensiveerde zorg (in hoofdzaak cognitieve-gedragstherapie) duurden allebei vier maanden in totaal. Tijdens detentie was er minstens één sessie met de jongere in het huis van bewaring, één sessie met de ouders thuis en zo mogelijk sessies met jongere en ouders tijdens bezoek. In de ambulante fase wist MDFT een gemiddelde van drie sessies per week te bereiken, meer dan bij geïntensiveerde zorg mogelijk bleek. Deelnemers: 154 adolescenten; gemiddeld 15 jaar; 82% jongens; 60% zwart, 22% Latino, 61% cannabisstoornis Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 25/31 (afhankelijk of misbruik); 20% alcoholstoornis; 43% gedragsstoornis; 20% ADHD; gemiddeld 4 eerdere arrestaties; 40% had eerder al vastgezeten. Setting: Twee huizen van bewaring, bij gezin thuis, centrum voor ambulante behandeling. Belangrijkste uitkomstmaten: Aantal dagen hernieuwde inhechtenisneming (recidive); alcohol- en druggebruik; symptomen van psychische stoornissen. Meetmomenten: Begin behandeling; en drie, zes, negen, achttien en vierentwintig maanden later. Uitkomst: uitval. MDFT hield 97% van de jongeren/gezinnen in behandeling in de drie maanden na ontslag uit detentie, tegen 13% bij geïntensiveerde zorg. Uitkomst: criminaliteit. MDFT hield jongeren in de eerste negen maanden van de studie beter af van het opnieuw plegen van delicten (recidive) dan de vergelijkingsbehandeling: d = 0,65. Noot: d is een maat voor effectgrootte; vanaf d = 0,5 kunnen effecten als middelgroot tot groot worden beschouwd. Binnenkort worden de resultaten bekend van de metingen na 24 maanden. Uitkomst: hernieuwde detentie. De jongeren in het onderzoek werden uit het huis van bewaring vrijgelaten om behandeling te ondergaan. In de eerste negen maanden van de studie werden nogal wat jongeren – wegens een of meer nieuwe delicten – wederom gedetineerd. Dit gebeurde bij MDFT minder vaak of lang dan bij geïntensiveerde zorg: gemiddeld 13 dagen nieuwe detentie bij MDFT tegen 24 bij geïntensiveerde zorg. MDFT deed het vooral beter bij jongeren met zwaardere problematiek (het effect was in die groep opmerkelijk: d = 2,79). Uitkomst: alcohol- en druggebruik. Beide behandelingen hadden effect. Bij negen maanden nam MDFT afstand van geïntensiveerde zorg: minder druggebruik (d = 0,75 voor zwaardere gevallen). Uitkomst: symptomen van psychische stoornissen. In de negen maanden nam het aantal symptomen van zowel internaliserende als externaliserende stoornissen bij MDFT sterker af dan bij geïntensiveerde zorg. Conclusies: Nog niet alle uitkomsten zijn gepubliceerd, maar de tussentijdse bevindingen zijn in het voordeel van MDFT. MDFT overtreft geïntensiveerde zorg in het vermogen om jongeren/gezinnen in behandeling te interesseren. Op maten als criminaliteit, hernieuwde detentie, druggebruik en symptomen van psychische stoornissen doet MDFT het beter. Publicatie • Liddle HA e.a. Implementation outcomes of Multidimensional Family Therapy Detention to Community: a reintegration program for drug-using juvenile detainees. International Journal of Offender Therapy and Comparative Criminology 2011; 55: 587-604 RCT 7 Onderwerp: INCANT (International Cannabis Need of Treatment project). MDFT werd in vijf Europese landen vergeleken met gebruikelijke zorg: individuele psychotherapie in de vorm van cognitieve-gedragstherapie of counseling. Behandelintensiteit: Zes maanden voor beide behandelingen. MDFT telde in doorsnee twee sessies per week. Deelnemers: 450 adolescenten (60 België, 120 Duitsland, 101 Frankrijk, 109 Nederland, 60 Zwitserland); gemiddeld 16 jaar; 85% jongens; allemaal cannabisstoornis (afhankelijk of misbruik); 34% justitiabel (dus delinquent); ruim een derde allochtoon. Setting: Centra voor ambulante behandeling in Brussel, Berlijn, Parijs, Den Haag en Genève. Belangrijkste uitkomstmaten: Mate van gebruik van alcohol en cannabis; problemen verbonden aan alcohol- en cannabisconsumptie; delicten; symptomen van psychische stoornissen; functioneren in gezin, op school/werk, in vriendenkring. Meetmomenten: Voorafgaand aan het moment van opname in het onderzoek; en drie, zes, negen en twaalf maanden later. Uitkomst: uitval. MDFT motiveerde jongeren en ouders om in behandeling te gaan en te blijven. In alle landen maakte 80 tot 90% van de deelnemers MDFT naar behoren af. Dit percentage lag bij de vergelijkingsbehandeling gemiddeld op ongeveer 30%. Uitkomst: gebruik van cannabis. MDFT en de vergelijkingsbehandeling hadden allebei een gunstige invloed op druggebruik. Het aantal dagen waarop cannabis werd gebruikt daalde. MDFT onderscheidde zich opnieuw bij jongeren met zwaardere problemen, namelijk zij die al vaker blowden. Bij hen was het gunstige effect van MDFT duidelijk beter dan bij de vergelijkingsbehandeling (effectgrootte d = 0,60). Uitkomst: de diagnose cannabisafhankelijkheid (‘verslaving’). Bij acht op de tien jongeren werd bij het begin van INCANT de diagnose ‘cannabisafhankelijkheid’ gesteld. De behandelingen zorgden ervoor dat die diagnose minder voorkwam. MDFT overtrof hierin de vergelijkingsbehandeling (d = 0,65 voor alle adolescenten samen). Uitkomst: externaliserende symptomen van psychische/gedragsstoornissen. Externaliserende symptomen worden beschouwd als een risicofactor voor criminaliteit. MDFT verminderde het optreden van die symptomen, meer dan de vergelijkingsbehandeling. Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 26/31 Uitkomst: tevredenheid met de behandeling. Jongeren en ouders waren meer tevreden met MDFT dan met de vergelijkingsbehandeling. Het oordeel van jongeren en ouders kwam redelijk overeen. Hoe groter de tevredenheid, des te groter het behandeleffect was. Conclusies MDFT is niet alleen in de VS effectief, maar ook in West-Europese landen (België, Duitsland, Frankrijk, Nederland, Zwitserland) met onderling sterk uiteenlopende stelsels voor jeugdzorg. Het vermogen van MDFT om jongeren en ouders voor de behandeling te interesseren was ook in Europa sterk. MDFT verminderde cannabisgebruik, de aanwezigheid van de diagnose ‘cannabisafhankelijkheid’ en het optreden van externaliserende psychische symptomen, sterker dan de vergelijkingsbehandeling deed. Publicaties • Rigter H e.a. INCANT: a transnational randomized trial of Multidimensional Family Therapy versus treatment as usual for adolescents with cannabis use disorder. BMC Psychiatry 2010; 10: 28 • Phan O e.a. European youth care sites serve different populations of adolescents with canabis use disorder. Baseline and referral data from the INCANT trial. BMC Psychiatry 2011; 11: 110 • Rowe C e.a. Implementation fidelity of Multidimensional Family Therapy in an international trial. Journal of Substance Abuse Treatment 2013; 44: 391-9 • Rigter H e.a. Multidimensional Family Therapy lowers the rate of cannabis dependence in adolescents: A randomised controlled trial in Western European outpatient settings. Drug and Alcohol Dependence 2013; 130: 85-93 • Schaub MP, Henderson CE, Pelc I, Tossmann P, Phan O, Hendriks V, Rowe C, Rigter H. Multidimensional family therapy decreases the rate of externalising behavioural disorder symptoms in cannabis abusing adolescents: outcomes of the INCANT trial. BMC Psychiatry 2014; 14: 26 RCT 8 Onderwerp: MDFT bij jongeren die onder het gezag vallen van een Amerikaanse Juvenile Drug Court. De kinderrechter kan een jongere die een drugsdelict heeft begaan toewijzen aan een (licht) begeleidingsprogramma dat vanuit het gerechtshof wordt geboden. De effectiviteit van deze Drug Courts programma's staat nog onvoldoende vast. Behandelintensiteit: Er werden twee groepen jongeren vergeleken. De eerste kreeg de gebruikelijke begeleiding namens het hof plus MDFT, de andere de bewuste begeleiding plus als extra driemaal per week groepstherapie. Deelnemers: 112 adolescenten; 88% jongens; gemiddeld 16 jaar oud; 59% Latino, 36% zwart; 91% een stoornis in cannabisgebruik; 22% idem alcohol; 25% idem andere drugs; 52% gedragsstoornis; 41% angststoornis; 18% ADHD. Gemiddeld twee eerdere arrestaties. Setting: Juvenile Drug Court en ambulante behandeling. Belangrijkste uitkomstmaten: Criminaliteit (delicten); mate van gebruik van alcohol en drugs; problemen verbonden aan alcohol- en drugconsumptie. Meetmomenten: Begin behandeling en zes, twaalf, achttien en vierentwintig maanden later. Uitkomst: plegen van delicten. Bij beide behandelingen daalde de criminaliteit. De twee behandelingen verschilden niet in effect op lichte vergrijpen (overtredingen), maar wel bij zwaardere delicten: misdrijven. MDFT was op die laatste maat het meest effectief tijdens de hele twee jaar van het onderzoek. Uitkomst: gebruik van drugs. Ook hier hadden beide behandelingen effect, MDFT het meest, zoals bleek uit sterkere vermindering van problemen verbonden aan druggebruik (d = 0,57). Conclusies MDFT vermindert recidive vooral van zwaardere delicten. MDFT versterkt de doorwerking van begeleidingsmaatregelen die een Juvenile Drug Court oplegt. Publicatie • Dakof GA e.a. A randomized clinical trial of family therapy in juvenile drug court. Journal of Family Therapy 2015; online: http://dx.doi.org/10.1037/fam0000053 Kostenanalyses Goede berekeningen beperken zich niet tot de kosten van de therapie zelf, maar houden ook rekening met sociale kosten (verlies van arbeidstijd voor ouders bijvoorbeeld) en opbrengsten (zoals vermindering van schade door delinquentie). De kostenanalyses die tot nu toe zijn gedaan berusten op Amerikaanse RCT’s waarin ambulante MDFT vergeleken werd met ofwel andere ambulante, ofwel residentiële behandeling. In het eerste geval – ambulant tegen ambulant – kostte MDFT 164 dollar per week, meer dan tweemaal minder dan de Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 27/31 andere ambulante behandeling (365 dollar) per eenheid van gewenste uitkomst. De verhouding was nog gunstiger in het tweede geval: intensieve MDFT versus residentiële behandeling, namelijk 383 dollar per week tegen 1068 dollar. Conclusie: MDFT levert waar voor zijn geld. In de uitgevoerde analyses is het maatschappelijke perspectief (schade, opbrengsten) nog onvoldoende ingecalculeerd; waarschijnlijk zouden de uitkomsten dan nog gunstiger zijn uitgevallen. Publicaties • French M T e.a. Outpatient marijuana treatment for adolescents: Economic evaluation of a multisite field experiment. Evaluation Review 2003; 27: 421-459 • Zavala S K e.a. Guidelines and challenges for estimating the economic costs and benefits of adolescent substance abuse treatments. Journal of Substance Abuse Treatment 2005; 29: 191-205 Implementatieonderzoek Het grootste onderzoek onder deze noemer betrof het invoeren van MDFT in een doorsnee Amerikaans programma voor dagbehandeling voor jongeren met verslavingsproblematiek. De trainers en de staf van het programma stamden uit verschillende disciplines (psychologen, psychiaters, sociaal werkers, verpleegkundigen). Er werd gekeken naar wijze van uitvoering van MDFT, maar ook naar het daadwerkelijke resultaat van de behandeling bij 104 adolescenten: 62% justitiabel; gemiddeld 15 jaar; 77% jongens; 79% Latino; 51% gedragsstoornis, 20% oppositioneel-opstandig, 22% depressie,10% ADHD. De opgeleide therapeuten hielden zich in de praktijk aan de principes van MDFT en ze bleven dit doen toen de trainers van CTRADA (MDFT Miami) van het toneel waren verdwenen. De jongeren gingen vooruit op maten als omgang met criminele leeftijdgenoten; symptomen van externaliserende en internaliserende psychische stoornissen; en gebruik van alcohol en drugs. De noodzaak van uithuisplaatsing van de jongere nam af. Ook in andere omgevingen is MDFT toepasbaar (implementeerbaar) bevonden. Een ontwikkeling van de laatste jaren in Nederland is om MDFT in te zetten bij jongeren die gedetineerd zijn of in de residentiële jeugdzorg verblijven. Het idee is om met MDFT tijdens het verblijf te beginnen en er daarna mee door te gaan als de jongere naar huis is teruggekeerd. Dit bleek haalbaar in proefonderzoek. Voordat in West-Europa de INCANT-studie van start ging, werd eerst een voorstudie gedaan. Die toonde aan dat MDFT overdraagbaar is naar Europa, ongeacht stelsel van zorgverlening, zorgfinanciering en zorgtraditie. Therapeuten uit de vijf deelnemende Europese landen bleken goed trainbaar in MDFT en zij waardeerden de nieuwe aanpak. Conclusie: MDFT is toepasbaar in de praktijk van alledag, in uiteenlopende situaties. Publicaties • Liddle H A e.a. Changing provider practices, program environment, and improving outcomes by transporting multidimensional family therapy to an adolescent drug treatment setting. American Journal on Addictions 2006; 15: 102-112 • Liddle HA e.a. Implementation outcomes of Multidimensional Family Therapy: Detention to Community: a reintegration program for drug-using juvenile detainees. International Journal of Offender Therapy and Comparative Criminology 2010; 1-18 • Rigter H. Report on the INCANT pilot Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 28/31 BIJLAGE 2: CAP-J CAP-J classificatie-overzicht (assen en rubrieken): Naam van de module: Onderdeel van het zorgprogramma: MDFT Ambulante Gezinsinterventies en Behandelcentrum Woodbrookers Legenda: X (probleem waar de module aan werkt) X! (probleem waar de module aan werkt, niet genoemd in de modulebeschrijving) C (contra indicaties of belemmerende factoren genoemd in de beschrijving) 0 (kenmerken van de doelgroep, genoemd in de moduleomschrijving maar de module is hier niet op gericht) ? (niet duidelijk, discussiepunt) Richt zich op CAP-J Groep As A: Psychosociaal functioneren jongere A100 Emotionele problemen A101 Introvert gedrag A102 Angstproblemen A103 Stemmingsproblemen A200 Gedragsproblemen A201 Druk en impulsief gedrag A202 Opstandig gedrag en/of antisociaal gedrag A300 Problemen in de persoonlijkheid(sontwikkeling en identiteit(sontwikkeling) A301 Problemen met de competentiebeleving A302 Problemen in de gewetensvorming/morele ontwikkeling A303 Identiteitsproblemen A400 Gebruik van middelen/verslaving A900 Overige psychosociale problemen jongere A901 Problemen bij de verwerking van ingrijpende gebeurtenissen A902 Overmatige stress A903 Automutilatie A904 Andere problemen psychosociaal functioneren jongere X! X X O X X! X X! X CAP-J groep As B: Lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jongere B100 Lichamelijke ziekte, aandoening of handicap B101 Gehooraandoeningen B102 Oogaandoeningen B103 Spraakaandoening B104 Motorische handicap B105 (Chronische) lichamelijke ziekte B200 Gebrekkige zelfverzorging, zelfhygiëne, ongezonde levenswijze B201 Problemen met zelfverzorging en zelfhygiëne B202 Ongezonde levenswijze B203 Overgewicht B300 Aan lichamelijke functies gerelateerde klachten B301 Lichamelijke klachten B302 Voedings-/eetproblemen Module MDFT – BEC 13-18+ Pagina 29/31 B303 Zindelijkheidsproblemen B304 Slaapproblemen B305 Groeiproblemen B306 Onverklaarbare lichamelijke klachten B900 Overige problemen lichamelijke gezondheid B901 Andere problemen lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jongere CAP-J Groep As C: Vaardigheden en cognitieve ontwikkeling jongere C100 Problemen in de cognitieve ontwikkeling C101 Problemen met schoolprestaties/leerproblemen C102 Aandachtsproblemen C103 Problemen verbandhoudend met hoogbegaafdheid C104 Problemen met het sociaal aanpassingsvermogen C200 Problemen met vaardigheden C201 Sociale vaardigheidsproblemen C900 Overige problemen vaardigheden en cognitieve ontwikkeling C901 Andere problemen cognitieve ontwikkeling jongere C902 Andere problemen vaardigheden jongere CAP-J groep AS D: Gezin en opvoeding D100 Ontoereikende kwaliteiten van de opvoeding D101 Ontoereikende opvoedingsvaardigheden D102 Problemen met ondersteuning, verzorging en bescherming kinderen D103 Pedagogische onwil D104 Onenigheid tussen ouders over opvoedingsaanpak D105 Problematische gezinscommunicatie D200 Problemen in de ouder-kind relatie D201 Gebrek aan warmte in ouder-kind relatie D202 Symbiotische relatie tussen ouder en jongere D203 Jongere in de rol van ouder (parentificatie) D204 Vijandigheid tegen of zondebok maken van jongere door de ouder D205 Problemen in de loyaliteit van jongere naar ouder D206 Problemen in de hechting van jongere aan ouder D207 Generatieconflict D208 Problemen door religieuze en/of culturele verschillen tussen ouder en jongere D209 Mishandeling ouder door jongere D210 Jongere weggelopen van huis D211 Jongere weggestuurd door ouders D300 Verwaarlozing, lichamelijke/psychische mishandeling, incest, seksueel misbruik van de jongere in het gezin D301 Jongere slachtoffer verwaarlozing D302 Jongere slachtoffer mishandeling D303 Jongere slachtoffer seksueel misbruik D400 Instabiele opvoedingssituatie D401 Problemen bij scheiding ouders D402 Problemen met omgangsregeling D403 Problemen met gezagsrelaties D404 Problemen die gepaard gaan met het samengaan van twee gezinnen/samengestelde gezinnen D405 Problematische relatie tussen ouders D406 Problematische relatie jongere met partner opvoeder D407 Problematische relatie (stief)broers/zussen D500 Problemen van ouder Module MDFT – BEC 13-18+ O O X X X X X O X! X! X! Pagina 30/31 D501 Negatieve jeugdervaring/traumatische ervaring ouder D502 Problemen met werkloosheid ouder D503 Problemen bij zwangerschap of bevalling D504 Moeilijke start ouderschap D505 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ouder D506 Antisociaal gedrag ouder D507 Gebruik van middelen/verslaving ouder D508 Pleger seksueel misbruik D509 Overmatige stress ouder D510 Psychische/psychiatrische problematiek ouder D600 Problemen van ander gezinslid D601 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ander gezinslid D602 Antisociaal gedrag ander gezinslid D603 Gebruik van middelen/verslaving ander gezinslid D604 Psychische/psychiatrische problematiek ander gezinslid D700 Problemen in het sociaal netwerk gezin D701 Problemen in de familierelaties (niet het gezin) D702 Gebrekkig sociaal netwerk gezin D800 Problemen in omstandigheden gezin D801 Problemen met huisvesting D802 Financiële problemen D803 Problemen met hulpverleners of (vertegenwoordigers van ) instanties D804 Problematische maatschappelijke positie gezin als gevolg van migratie D900 Overige problemen gezin en opvoeding D901 Andere problemen gezin en opvoeding CAP-J Groep As E: Jongere en omgeving E100 Problemen op speelzaal, school of werk E101 Problematische relatie met leerkracht, werkgever of leidinggevende/problemen met hiërarchische relatie E102 Problematische relatie met medeleerlingen, collega’s of groepsleden E103 Motivatieproblemen op school of werk (onder andere spijbelen) E104 Van school gestuurd E105 Problemen met school-, studie- of beroepskeuze of vakkenpakket E106 Problemen met werkloosheid jongere E107 Problemen met speelzaal, schoolorganisatie of onderwijsstijl, arbeidsorganisatie E200 Problemen met relaties, vrienden, sociaal netwerk en vrije tijd E201 Problemen met vrijetijdsbesteding E202 Problemen met verliefdheid/liefde en relaties E203 Problematische relatie met leeftijdgenoten (onder andere gepest worden buiten school/werk) E204 Gebrekkig sociaal netwerk jongere E205 Risicovolle vriendenkring (antisociaal gedrag, gebruik middelen) E300 Problemen in omstandigheden jongere E301 Problemen met zelfstandige huisvesting jongere E302 Financiële problemen jongere E303 Problemen van jongere met hulpverleners of (vertegenwoordigers van) instanties E304 Problematische maatschappelijke positie jongere (onder meer als gevolg van migratie) E305 Problemen jongere met justitiële instanties E900 Overige problemen omgeving jongere E901 Andere problemen jongere en omgeving Module MDFT – BEC 13-18+ X! O X X X X X X! X Pagina 31/31