Inleidende les op Julius Caesar van Het Zuidelijk Toneel Beste docent, Introductie Binnenkort bezoekt u met uw leerlingen de voorstelling Julius Caesar van Het Zuidelijk Toneel. In de lesbrief treft u informatie aan over de inhoud van de voorstelling en de daarbij behorende opdrachten, die een inleidende les vormen op de inhoud en de vorm van de voorstelling. OPDRACHT 1 Het doel van deze les is om leerlingen vooraf een inhoudelijke kennismaking te bieden met het stuk en een link te leggen naar de actualiteit, maar ook om ze na te laten denken over de thematiek en de vorm van de voorstelling. Bij het maken van de les is er rekening mee gehouden dat deze gegeven kan worden door vakdocenten CKV, maatschappijleer en Nederlands. De les bevat dus opdrachten vanuit verschillende invalshoeken, waarbij u zelf de keuze kunt maken waarop u het meeste nadruk wilt leggen. De opzet is om deze les 50 minuten te laten duren, maar er zijn voldoende mogelijkheden om er langer mee aan de slag te gaan. U kunt de opdrachten bijvoorbeeld individueel door de leerlingen laten maken, maar ze bieden ook veel ruimte voor discussies. Daarin kunt u variëren. Daarnaast kunt u opdrachten, waarin leerlingen gevraagd wordt een fragment te analyseren, ook in groepen splitsen: een deel van de klas let op het één, een ander deel op het ander. Zoals u merkt: het is aan u wat u ermee wilt doen! Veel plezier met de opdracht en uiteraard ook met de voorstelling. Het Zuidelijk Toneel Jantine Hoekstra [email protected] 013 33 44 515 PS De thematiek uit Julius Caesar biedt vele interessante ingangen om nog meer mee te doen in lessen. Op de website vindt u een aantal suggesties voor extra opdrachten met bijbehorende bijlagen. www.hzt.nl/educatie Het Zuidelijk Toneel speelt de voorstelling Julius Caesar, die in 1599 geschreven is door William Shakespeare. Het is een politiek toneelstuk over de (waargebeurde) moord op de belangrijkste leider van Rome Julius Caesar. Het Zuidelijk Toneel wil een link leggen tussen het stuk en de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen die in maart 2014 worden gehouden. Het theatergezelschap vindt het belangrijk om betrokken te zijn bij wat er in de maatschappij gebeurt en dit stuk maakt toeschouwers bewust van hoe het politieke spel kan werken. Bovendien vertonen politici en acteurs veel overeenkomsten: allebei zetten ze hun houdingen, gebaren en stem in om de toeschouwers te overtuigen. 1. Wat heeft een toneelstuk als Julius Caesar te maken met de gemeenteraadsverkiezingen? OPDRACHT 2 EN 3 In de tijd dat Shakespeare dit stuk schreef, kon men geen direct commentaar leveren op de politieke situatie van Engeland vanwege een censuur. Shakespeare zou het verhaal van Caesar gebruikt hebben om commentaar te leveren op de politieke situatie van zijn tijd, want het stuk weerspiegelt de algemene ongerustheid over de troonopvolging in Engeland. Koningin Elizabeth I, hoogbejaard, weigerde een opvolger aan te wijzen, en dat gaf onrust. Wat zou er gebeuren als zij zou overlijden? Deze onrust zien we terug in het stuk, want na de moord op Caesar is ook onduidelijk wie dan de belangrijkste man in Rome zal worden. Daarin zien we ook de link met de gemeenteraadsverkiezingen: wie of welke partij pakt nu de macht in de lokale politiek? En gaan er nu grote veranderingen komen? 2. Wat vind je ervan dat een regisseur of schrijver de actualiteit gebruikt in zijn toneelstukken? Waarom vind je dat? 3. Een moord is nogal extreem om verandering op gang te brengen. Stel dat jij iets in jouw woonplaats mag veranderen, wat zou dat dan zijn? Vorm OPDRACHT 4 De speech is misschien wel het belangrijkste wapen van de politicus om kiezers voor zich te winnen. Speeches spelen dan ook een grote rol in dit toneelstuk, maar dit gaat niet over het winnen van kiezers, maar vooral over het overtuigen van de ander van je gelijk. 4. Speeches worden vaak geassocieerd met belangrijke gebeurtenissen. Noem een aantal gebeurtenissen waarbij dat gedaan wordt. OPDRACHT 5 OPDRACHT 7, 8, 9 De ultieme speecher is meestal een succesvol persoon. Iemand die ‘iets’ heeft bereikt en dat ook uitstraalt. De cabaretier Theo Maassen heeft daar juist een parodie op gemaakt. In het fragment ‘Henk van de Tillaart’ houdt Maassen een speech voor zijn collega en vriend Henk die afscheid neemt van zijn werk. Het type dat Maassen speelt is nogal een loser, totaal het tegenovergestelde van een succesvol speecher. Ondanks een aantal vaste elementen heeft elke speecher een eigen stijl. Zo staat Barack Obama, de president van de Verenigde Staten, bekend om zijn grootse, idealistische teksten (‘Yes, we can’), waarbij hij droomt van een perfecte wereld. Terwijl een van zijn voorgangers, Bill Clinton, juist verhalen vertelt die over de ‘gewone man’ gaan, en wat hij als politicus voor hen kan doen, hoe klein die verandering ook kan zijn. Zij benaderen het aspect logos dus op een andere manier. Speel het volgende fragment af: Speel de volgende twee fragmenten af: http://www.hzt.nl/fragment1 http://www.hzt.nl/fragment2 5. Het type dat Theo Maassen speelt, is niet zo succesvol en dat straalt hij uit met zijn lijf en stem en met wat hij zegt. Figuur 1: lichaamsgebruik van een acteur een nerveus type, of het waggelen van een dikke dame) Figuur 2: stemgebruik van een acteur Speech van Obama na zijn herverkiezing in 2013 waarin hij zijn campagneteam bedankt. http://www.hzt.nl/fragment3 Primary Colors (1998) waarin acteur John Travolta een politicus speelt, die gemodelleerd is naar Clinton, tijdens zijn verkiezingscampagne. In het fragment staat Clinton voor een groep fabrieksarbeiders die hun baan kwijt dreigt te raken. 7. Kun je een idealistisch deel uit de tekst van Obama benoemen en een ‘gewone’ tekst uit het verhaal van de imitatie Clinton? 8. Met hun lichaam en stem proberen beide politici zoveel mogelijk pathos en ethos op te wekken. Benoem welke OPDRACHT 6 Speechen is een vak op zich en, zoals we bij Theo Maassen al zagen, lijkt het veel op acteren. Bijna alle speeches van belangrijke politici worden van tevoren geschreven en er wordt zorgvuldig nagedacht over wanneer er pauzes moeten vallen en soms zelfs wanneer een politicus geëmotioneerd moet lijken. Daarbij worden een aantal basisstrategieën van overtuiging gehanteerd die al eeuwen bestaan. Een goede speech maakt onder andere gebruik van de volgende drie aspecten: logos: publiek overtuigen door logisch te redeneren, met argumenten pathos: manier om de emoties van het publiek aan te spreken en hen op te zwepen tot bijvoorbeeld woede, medelijden of andere prikkels tot actie ethos: presenteren van zichzelf als een betrouwbaar persoon en in het bezit van goede wil in de richting van de luisteraars en dus te vertrouwen 6. Welke van deze drie aspecten (logos, pathos, ethos) vind jij het meest belangrijk? Probeer je uitleg te illustreren met voorbeelden. 9. Welke Nederlandse landelijke of lokale politici ken jij? Kun jij hun stijl omschrijven? Voorstelling/sleutelmoment Optionele opdracht: Samenzweerders OPDRACHT 10 OPDRACHT 11 De politiek lijkt misschien in eerste instantie niet echt interessant om een toneelstuk over te maken: er wordt veel gesproken en bevat weinig actie. Toch is juist een politieke moord de aanleiding voor deze voorstelling: de moord op Julius Caesar, één van leiders van het gigantische rijk dat Rome in 44 voor Christus was. De moord wordt gepleegd door een aantal van zijn (sommige zelfs bevriende!) collega-politici. Er zijn in totaal vijf samenzweerders die Caesar vermoorden. Eén van hen, Brutus, wordt gedreven door eergevoel en voelt zich geroepen om de republiek van Rome te verdedigen ondanks het feit dat dit regelrecht ingaat tegen zijn gevoelens van liefde en vriendschap voor Caesar. Dit onderscheidt hem van de andere samenzweerders, die eerder gedreven worden door jaloezie en rivaliteit. 11. Kun je een situatie bedenken waarin je je eigen gevoelens minder belangrijk zou vinden dan het belang van je vaderland? Zo ja: welke? Zo niet: waarom niet? 10. De moord op Caesar vindt halverwege het stuk plaats. Bedenk zelf eens, zonder dat je weet wat er precies aan de hand is, wat er van tevoren zou zijn gebeurd, en wat de gevolgen zijn van de moord. Zeer korte samenvatting van de voorstelling De enorme populariteit en groeiende politieke macht van Julius Caesar beangstigen zijn politieke bondgenoten. Zij vrezen dat het Caesar nauwelijks moeite kost om de republiek om te vormen tot een dictatuur. Brutus, Cassius en nog drie anderen politici komen tot een radicaal besluit: alleen de dood van Julius Caesar kan de Romeinse Republiek redden. Na Caesars dood kan Brutus het ontzette volk bedaren en overtuigen van de noodzaak van deze politieke moord. Maar hij heeft ook Antonius, vriend van Caesar, spreekrecht gegeven. Deze doet de stemming omslaan en de samenzweerders moeten de stad uitvluchten. Een burgeroorlog breekt uit. OPDRACHT 12 Brutus wordt op slinkse wijze door Cassius op het idee gebracht om Caesar om te brengen. Cassius is in veel opzichten Brutus’ tegengestelde. Hij is een man van de daad en een sluwe realist. Zijn goede wil om Rome te bevrijden van een mogelijk dictator zijn met onzuivere elementen vermengd. Hij is jaloers en ergert zich eraan dat het volk Julius Caesar als een god begint te beschouwen: zijn haat tegen Caesar is een even belangrijke drijfveer als zijn vrijheidsliefde. Hij is opvliegend, impulsief, hartstochtelijk en een zeur. 12. Schrijf in tweetallen een (korte) speech voor Cassius die hij houdt om Brutus te overtuigen. Probeer hierbij niet alleen de tekst te schrijven, maar ook regieaanwijzingen te geven: hoe beweegt de persoon? Met welke intonatie spreekt hij? Denk hierbij aan de drie overtuigingsmiddelen van een goede speech: logos, pathos, en ethos. www.hzt.nl/educatie