Kristus Koning DIGNUS EST AGNUS Het geslachte lam in dat moeilijke boek van Johannes, de Apocalyps, doet denken aan de Joodse ritus die ontstaan is na de bevrijding uit de slavernij in Egypte. Die ritus evolueerde tot het paasmaal, Pascha, en werd door de eerste christenen overgenomen in hun huisliturgie, meer bepaald in het tweede deel: de eucharistische maaltijd. A. De ritus met een lam is klassiek bij zwervende stammen. Men offert ‘n lam, dat niet noodzakelijk wordt opgegeten, en sprenkelt het bloed ervan over de palen en koorden van de tent zodat ze zich veilig weten tegen aanvallen van kwade geesten. De religieuze leider, druïde of priester verricht ‘n ritus met een magische inhoud, werkt met ‘n toverkracht alsof hij ’n bovenaardse macht bezit. Magie betekent: handelingen stellen waardoor de mens macht probeert uit te oefenen op krachten, die hij in de natuur tegenover zichzelf vindt. Witte magie is als dit met goddelijke hulp geschiedt, zwarte magie verloopt met duivelse krachten. B. Israel neemt het lam over. Die ritus “ter zelfverdediging” werd door de Joden op een hoger geestelijk niveau verheven. Hij evolueerde van een historische herdenking van de verlossing der Joden uit Egypte, in de zin van onze 11-november vieringen, naar ‘n vergeestelijking in de zin van: zich be-keren tot Jahweh, “het volk van God dat zich vereenzelvigt met Gods geest”. Men leerde het ons wel anders maar men kan het gebeuren in Egypte ook als volgt bekijken. Aangezien de Joden gered werden van de laatste plaag in Egypte door het bloed van een lam op de deurstijl te smeren, is het niet het lam zelf dat redding brengt, niet het bloed ervan dat belangrijk was. Mensen werden gered omwille van hun vooraf gaande gehoorzaamheid. Dat bloed op de deurstijl was hun symbool van getrouwheid aan de Joodse gemeenschap en aan Jahweh, die ze tot hun enige God gewild hebben, en geen magisch middel noch gewoon materieel feit. Door dat bloed op de deurstijlen te smeren tonen ze uiterlijk dat ze vooraf reeds, als Gods volk, ‘n concreet verbond met Jahweh gesloten hebben. Het bloed van dat lam is het symbool van de reeds bestaande geestelijke gesteldheid van de bewoners van dit huis. B. Welke evolutie grijpt hier plaats? - Natuurgodsdiensten stellen grote verwachting in het lam zelf. “ Het offerlam zelf is de redding der offeraars”. Het lam lijdt “in onze plaats”. Het zuivert ons van onze zonden-in-doenen-laten. Ieder volk verlaat zich op zijn eigen goden, totdat ze overwonnen worden door de sterkere goden van ‘n ander volk, waaraan ze dan worden onderworpen. - Het Joodse volk is trapsgewijs gekomen tot ‘n contract, verbond, testament, met Jahweh, waarin ze beloven de 10 geboden te eerbiedigen en waarin Jahweh beloofd in te staan voor het heil van het volk van Abraham. Af en toe worden de Joden verleid tot afgoderij, dan kwam onheil, oorlog, waarop bekering volgde en herstel van het verbond. Die “passage” , ‘n overgang van onzuiver naar zuiver zijn, vieren ze met het paaslam. Pascha is dus niet hoofdzakelijk zoals de dikke Van Dale schrijft: “’n herdenking van de bevrijding uit Egypte”, maar ‘n persoonlijk en gemeenschappelijk gebeuren als Gods volk in hernieuwde trouw. En dat vieren ze met ‘n eeuwenoud symbool van het geslachte lam. Er zijn dus 2 essentiële zaken: het lam en het gebruik ervan om de getrouwheid van het volk te uiten. Maar de ene zaak: het lam, staat enkel als symbool als de tweede zaak er reeds is: de getrouwheid van Gods volk. Het lam vereren vraagt dat ze “eerst” zich verplichten naar de wet van Jahweh te leven. 1 Het lam redt niet het volk Gods, de redding ligt in het feit dat het volk zelf in trouw aan God leeft. En van dat laatste is het lam dan het uitwendig symbolisch teken, zoals het bloed op de deurstijlen in Egypte. C. Ons christelijk Paasfeest. Dan werd dat Pascha der Joden het grote christelijk feest van Pasen. We moeten dus hetzelfde zien als hierboven beschreven vanaf:… “een passage van onzuiver naar zuiver”. Pasen, ons christelijke paasfeest, is niet ‘n herdenking van het sterven en verrijzen van Jezus van Nazareth, zoals Van Dale schrijft. Jezus redt ons niet, doet het niet in onze plaats. Dat zou het lam veranderen in een zondebok, die men de woestijn instuurde met op zijn rug briefjes waar de zonden opgetekend staan. Christelijk Pasen vieren is ‘n uitdrukking van ons rotsvast geloof in het verbond, testament, contract dat wij hebben gesloten in ons doopsel met God. In de bijbel wordt dat gebeuren dikwijls ook als huwelijk met God beschreven. Brood en wijn op Pasen staan symbool voor onze geestesgesteldheid, onze inzet, ons verbond met God zoals het bloed van een lam op de deurstijl der Joden in Egypte. En “leven in verbond met god” ofwel “getrouwd zijn met God” wordt als christen mens beleefd door Jezus’ woorden en daden uit het evangelie om te zetten in de realiteit van ons dagelijks leven. Let op dit duidelijk onderscheid: Niet Jezus redt ons in onze plaats, maar we worden gered door te leven naar de blijde boodschap van die Jezus. En zo kan men toch zeggen dat Jezus redt, niet in onze plaats, maar wel zoals bovenstaande betekenis. D. Onze kerk keert terug naar het lam als zondebok: Jezus Deze Joodse evolutie in het idee van Het Lam is stilaan in omgekeerde richting terug geduwd in de geschiedenis van onze kerk. Het oorspronkelijke persoonlijk dynamisme van de eerste eeuwen op geestelijke niveau is teruggedrongen door de idee van “pure herdenking van Jezus” eerder als zondebok dan als lam, gepaard met wat emoties zoals rond de geboorte in een arme stal, de vreselijke dood op het kruis en de wel vreemde opstandig uit het graf. Die emoties zijn meestal zonder verder gevolg want het kindje Jezus verdwijnt in een kartonnen doos naar de zolder tot volgend jaar, en het kruis laat men nu bengelen tussen de dikke borsten van de stars.Onze eerste symbolen van kerststal tot kruis worden verloederd omdat ze onbegrepen zijn door de mensen. Men voelt zich niet meer persoonlijk betrokken bij het paaslam. Bij Vaneyck in Gent gaat onze aandacht niet naar het centrale pover lam of zijn bloed, maar men schrijft boekenvol over de hiërarchisch ten tonele gebrachte hoge pieten, waar wij als pelgrim maar op het verste zijpaneel staan uitgedost. Hier weerspiegelt zich een foutief idee dat het lam ons redt in onze plaats, het lam dat ze tot zondebok degraderen. Zo laten we Jezus gedood worden, niet omwille van zijn overtuiging en blijde boodschap, maar “door de schuld van onze zondige daden”. Is het u al opgevallen dat wie dat zegt, nog nooit beschaamd is geweest tegenover Jezus om het feit dat we hem laten doden in onze plaats, omdat wij zoiets op zijn nek schuiven. We zijn dus achteruit geboerd naar de gezindheid van het hierboven punt A :” herdenken en bescherming zoeken”, zonder enige verbintenis van onze kant. Het is zoals met ouders die absoluut hun kind LATEN dopen en vergeten dat in het doopsel zijzelf moeten beloven hun kind christelijk op te voeden.“Krijgen is de kunst”. Als vele door Rome opgezette hervormingen niet slagen, de dag van vandaag, is het omdat kerkbedienaars niet op het vereiste niveau denken en omdat de gelovigen van oudsher niet mochten nadenken over de geloofsinhoud. Ons werd, en wordt nog dikwijls, de juiste betekenis van het evangelie onthouden, en dat is zeer spijtig want zo gaat de kern van het christelijke denken en doen verloren. 2 BESLUIT Een toevallig gesprek over oude remedies kan misschien helpen om dit geestelijk gebeuren met het paaslam enigszins te snappen. Het menneke van Spauwen kon wratten wegnemen! “Leg kwart voor middernacht 3 stukken van 1 frank op 3 vingers. Bij de 1ste klokslag van middernacht gooit ge één voor één die stukken ver over de muur van den hof in 3 richtingen. Bekijk zeker niet uw wratten, ga gerust slapen, kijkt niet naar uw wratten tot 10 uur in de morgen.” En meermaals waren ze dan verdwenen! De uitleg is: door steevast te geloven in wat het menneke vroeg, begint de adrenaline in uw lichaam te werken. En juist die werking veroorzaakt het verdwijnen der wratten. Wetenschappelijk is het de adrenaline die het werk doet, maar zonder “dat” vast geloof in het menneke begon de adrenaline niet te werken. Dus kan echt geloven iets in het materiële teweeg brengen. Als men maar oppervlakkig gelooft werkt het spel niet. Zo kan men dat transponeren naar het geloof in het Lam Gods: een vast geloof in Jezus en zijn boodschap kan ipso facto (zoals de adrenaline het kan) ons aan het werk zetten om het kwade in onze samenleving (zie tv en gazet) om te draaien naar een, voor alle mensen, leefbare wereld. OPROEP De oproep van paus en kardinaal tot re-evangelisatie moet bij onszelf beginnen en betekent wij moeten het paaslam terug opnemen als uitdrukking van ons geloof dat wij behoren tot de groep mensen die met God een verbond hebben gesloten, dat zichtbaar is in ons leven, een leven door Jezus’ mentaliteit bezield. Er is een grote nood aan degelijke catechese, met kennis van zaken want goede wil is onvoldoende, om het kerkvolk opnieuw christelijk gelovig te doen leven. Er is door het gewone kerkvolk wetenschappelijk werk nodig, zoals in alle branches van het hedendaagse leven herscholing onvermijdelijk is geworden. Velen zijn modern, up to date, in hun werkmilieu en achterlijk in hun kerkelijke groep. Dat moet veranderen. Christus Koning, is maar mijn koning in de mate ik zelf beslis in zijn mentaliteit te leven. En voor de toekomst? De goddelijke opvoedkunde doorheen de Joodse bijbel en de christelijke evangeliën bestaat juist hierin dat ze de Joodse feesten ontdoet van de historisch gegroeide culturele particularistische vervormingen, om ze in een nieuwe en universele bedding te situeren waar iedereen, van ieder ras, kan inkomen. Wij moeten dus de idee van het lam, zoals die in ons Europa geëvolueerd is, ontdoen van zijn historisch aangebrachte vervorming, en ons terug inleven in die dynamische mentaliteit van het evangelie. Zo vervoegen wij Jezus in zijn nieuw bestaan van de verrezen Christus, die onder ons en door ons eeuwig leven wil doen leven, naar Gods bedoeling. Onze gezangen op het feest van Christus koning Introitus: (apocalips 5) Dignus est agnus, qui occisus est, accipere virtutem et divinitatem, et sapientiam en fortitudinem et honorem. Ipsi gloria et imperium in saecula saeculorum. (Psalm 71) Deus judicium tuum regi da, et justitiam tuam filio regis Johannes, in een heel speciale geheime letterkundige vorm, Apocalyps, wil de christenen van Klein-Azië moed geven tijdens de vervolging die ze te verduren hebben en gelooft in een uiteindelijke overwinning op het kwade. Alleen een specialist taalkunde kan die uitleg vinden, maar zo is het voor ons eindelijk mogelijk iets te snappen van wat we zingen. 3 - Hoofdstuk 4, een visioen van Johannes. (De woorden tussen haakjes zijn de uitleg van die geheimtaal). “ Ze zongen: Lof,aan God op de troon (=majesteit), die gelijkt op edelstenen (=heerlijkheid), die zit onder ’n regenboog (= barmhartigheid), met 24 Oudsten (= oppermachtig). Er gaat ’n bliksemstraal en donder van uit (= kracht), er branden 7 lampen (= 7 gaven van de Geest), er staan 4 dieren met ogen ten allen kante (= alwetend), die riepen: Heilig” (= heiligheid). Hij is de Levende (= eeuwigheid) en ze aanbaden hem roepende: “Dignus es tu: God, gij zijt waardig lof te ontvangen”. Dit gaat dus over God zelf. - Hoofdstuk 5. “ Toen zag ik, Johannes, het boek met 7 zegels… en alleen het komende lam, kan het boek openen”. Het lam komt op, met 7 horens (= kracht) en 7 ogen (= alwetend), en in het boek staat wat God wil dat wij van ons leven moeten maken. Dan komen de 4 dieren (= gans de natuur) en de 24 Oudsten (= het uitverkoren volk) en zij bezingen nu het lam met ongeveer dezelfde eigenschappen als in hoofdstuk 4 (ook cursief), waar de zang tot God sprak: Dignus est agnus, waardig is het lam te ontvangen: virtus, divinitas, sapientia, fortitudo, honor, gloria, imperium in saecula, justitia (zie introitus). Zo drukt men uit dat in het lam, in de Messias, God zelf te vinden is. God, die we niet zien noch horen, kunnen we ontwaren in Jezus doen en laten. Dat lam is dus geen zondebok maar ’n symbool van ons contract met God, wat dus heel wat dynamiek teweeg brengt. Graduale Psalm 71, 1 “ O God, geef aan de koning uw rechtsmacht, en aan de zoon van de koning uw gerechtigheid. 8. Van Eufraat tot de grenzen der aarde zal die zoon heersen. 11. Alle vorsten zullen hem huldigen, alle volken hem dienen”. Dat zingen wij, en uit zijn context genomen klinkt dat heel triomfalistisch met Jezus van Nazareth in ‘n personencultus: Kristus Koning, AVV.VVK. Lees nu eens rustig de ganse psalm 71 die beschrijft wat er gedaan wordt bij de komst van de Messias. En gezien wij zeggen dat Jezus die Messias is, moeten wij dus leven zoals hier beschreven.. Enkele koningen, hier vermeld, komen terug bij de kerststal met dezelfde boodschap: “Jezus van Nazareth is die Messias, Doe wat hij zegt”. 2. Opdat hij uw volk, God, met rechtvaardigheid richte, en uw misdeelde volgens recht. De bergen zullen de vrede brengen, de heuvelen rechtvaardigheid voor het volk. Hij zal recht verschaffen aan het volk in verdrukking, de armen helpen, maar de verdrukker vertrappen. Hij zal leven zolang de zon blijft stralen, met de maan van geslacht tot geslacht. Hij zal neerdalen als regen op de beemden als een bui die de aarde besproeit. 8.9.Zijn tegenstanders zullen de knie voor hem buigen, zijn vijanden in het stof moeten bijten. De koningen van Tarsjisj en zijn kusten zullen hem geschenken brengen. De koningen van Sjeba en Seba zullen hem hun schatting betalen.11. 12 want hij zal den arme tegen de rijke beschermen.” Dit zal dus, volgens de psalmist, gebeuren als de Messias er is. Die woorden sluiten wonderwel aan bij de zaligverklaringen van Jezus op 1 november. Alleluia Dit sluit aan bij introitus en komt van Daniël 7. Hij heeft ook een visioen met 4 beesten (de wereldrijken van toen) en” iemand als de mensenzoon” die op de wolken neerkomt. “Zijn macht is eeuwig en zal nooit vergaan, zijn koninkrijk zal nooit verwoest worden”. Offertorium Psalm 2 over de strijd van Jahweh en zijn Messias, Gezalfde. Vers7 en 8, men laat de Messias zeggen war God aan hem verklaarde:” Filius meus es tu, Mijn zoon, gij zijt “mijn” 4 onder de mensen. Vraag mij, dan geef ik u de volken tot erfdeel en de grenzen der aarde tot uw bezit”. Communio Psalm 28, 10 b en 11 b “Jahweh troont in de donder als koning voor eeuwig (God openbaart zijn majesteit in de donderslagen (=apocalyptisch) en zegent zijn volk met de vrede.” In onze zang vervangen wij Jahweh door Messias. BESLUIT Wij vereren het lam, wij wensen het lam alle goeds toe. Het lam is VOOR ONS, (niet voor de andersdenkende want het hangt af van de overtuiging), het lam is die Jezus van Nazareth waarvan we reeds ondervonden hebben dat de weg die hij ons aantoont, de beste is om, universeel, Gods rijk van vrede, liefde en rechtvaardigheid te doen groeien. Met het lam hebben wij een verbond, met de taak van het lam zijn wij één.Van belang daartoe is dat we, door studie, terug gaan naar de betekenis van de evangeliestukken en ons ontdoen van vele Europese bijgroeisels die veel te dikwijls het universalisme in de weg staat en de ware deelname van de christen en ons eigen dynamisme in de kou zetten. 5