Dossier 2: Het verloop van de Tweede Wereldoorlog

advertisement
Dossier II: Het verloop van de Tweede Wereldoorlog
A. Algemeen overzicht
a) Twee grote kampen
 AXIS: De As-mogendheden:

 ALLIES: De Geallieerden:

b) Vier grote frontgebieden

 Belangrijke generaals:

 Belangrijke generaals:

 Belangrijke generaals:

 Belangrijke generaals:
53
B. Fase 1: Opmars van de As-mogendheden
a) De Duitse Blitzkrieg raasde doorheen West-Europa

Na de verovering van Polen in september 1939 en de daaropvolgende oorlogsverklaring van Groot-Brittannië en Frankrijk aan Duitsland, werden de Europese
legers gemobiliseerd en begon men in ijltempo de wapenproductie op te drijven.
 Toch vonden er voorlopig nog geen gewapende conflicten plaats.
 = "Drôle de guerre" (de schemeroorlog).
 Periode van doorgedreven bewapening + tactische planning.
 Op 10 mei 1940 ontketende Nazi-Duitsland een offensief in West-Europa.
 Door de tactiek van de "Blitzkrieg" deze opmars uiterst vlot.

 De overgave van de West-Europese naties volgde dan ook al snel.
 Vbn: Denemarken: na 1 dag, Nederland: na 4 dagen, België: na 18 dagen,
Frankrijk: na anderhalve maand.

Battle of Britain:
 Ondanks hevige luchtgevechten en zware bombardementen op steden als Londen
kon Groot-Brittannië toch niet door de Nazi-oorlogsmachine worden veroverd.
 Opvallende gebeurtenis: landing Rudolf Hess in Groot-Brittannië.

54
b) Verdere uitbreiding van het conflict

Met uitzondering van Egypte konden de Duitse en Italiaanse troepen ook de
gebieden in Noord-Afrika veroveren.
 De Britten behielden evenwel de controle over het Suez-kanaal (slag bij El Alamein).

Operatie Barbarossa
(21 juni 1941)
 Hitler verbrak zijn niet-aanvalspact met Stalin en viel de U.S.S.R. toch binnen.
 Gezien de relatieve zwakte van het Russische leger, dachten Hitler en zijn
generaals om deze klus in max. 9 weken te kunnen klaren.
 De Duitsers kregen hierbij steun van Finland
(noorden)
en Roemenië (zuiden).
 Later ook vrijwilligers uit de bezette gebieden in West-Europa.
 Vb: Waals legioen onder leiding van Degrelle.
 Doel van Nazi-Duitsland:
 De Sovjetunie was amper voorbereid op deze aanval.
 Russische defensie was niet in paraatheid gebracht.
 Stalin had gedurende de “grote zuiveringen” overigens ook het merendeel van
zijn bekwame generaals laten executeren.
 Hitler had gehoopt dat de strijd nog voor de winter zou zijn beslecht.
 Aanvankelijk Duitse terreinwinst en grote verliezen voor de Sovjets, maar
door de slechte weersomstandigheden en de Russische tactiek van de
“verschroeide aarde” werd de Duitse opmars echter toch tot stilstand gebracht.
 (1942) Slag bij Stalingrad.
 Keerpunt in de strijd: vanaf dan As-mogendheden in defensief.
55
c) Pearl Harbour: een belangrijk keerpunt in de oorlog

In december 1941 vond de Japanse verrassingsaanval op Pearl Harbour plaats.
 Een groot deel van de Amerikaanse vloot in de Stille Oceaan werd vernietigd.
 De strategisch belangrijke vliegdekschepen bleven echter gespaard.
 Hierdoor raakten de VS helemaal bij de Tweede Wereldoorlog betrokken.
56
C. Fase 2: De Geallieerden behaalden de bovenhand
a) De afloop van de strijd in Europa

Vanaf 1943 leden de As-Mogendheden zware verliezen in Afrika.
 Vanuit Noord-Afrika organiseerden de Geallieerden de aanval op Italië.
 Italië capituleerde reeds in september van 1943.
 Toch nog enig verzet in Noord-Italië met steun van Duitse troepen.
 Mussolini werd gevangengenomen en terechtgesteld.

Vanuit Groot-Brittannië werd de invasie van de Geallieerden voorbereid.
 D-DAY =
 6 Juni 1944: aanval op Normandië o.l.v. generaal Eisenhower.
 Vanaf dan volgde dan de gestage “bevrijding van West-Europa”.
 Vb:

De opmars van de Sovjets was door de Duitsers ook niet langer tegen te houden.
 April 1945: Sovjets veroverden Berlijn.
 Zelfmoord Hitler.
 Admiraal Dönitz nam het gezag over het Derde Rijk over.
 Mei 1945 onvoorwaardelijke overgave van Nazi-Duitsland.
57
b) De afloop van de strijd in de Stille Oceaan

Juni 1942: Eerste grote Japanse Nederlaag nabij Midway.
 Vanaf dan namen de Amerikaanse troepen langzaamaan eilandengroep na
eilandengroep in.
 Hoe dichter bij Japan, hoe makkelijker de vijand kon gebombardeerd worden!

Ook na de overgave van Italië en Duitsland bleven de Japanners doorvechten.
 Om verdere Amerikaanse slachtoffers te vermijden, besloot president Truman
om massavernietingswapens in te zetten.
 6 en 9 augustus 1945: atoombommen op Hirosjima en Nagasaki.
 Onvoorwaardelijke overgave van Japan.
58
Download