Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen aarfebruari 2016 Datum Status Onze referentie Mei 2016 Definitief 870775 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Colofon Directie Projectnaam Versienummer Contactpersoon PO Programma onderwijs aan asielzoekers 10 mei 2016 M.C. Buisman T +31 6 52 36 74 90 [email protected] Rijnstraat 50 | Den Haag Postbus 16375 | 2500 BJ Den Haag Auteurs Buisman, Soest, Göbbels, Swarts, Buis, Roorda Distributielijst G37, G4, Onderwijsinstellingen PO/VO/MBO/HO LOWAN, VNG, COA, Inspectie van Onderwijs Pagina 2 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Inleiding Informatiedocument voor gemeenten, scholen en schoolbesturen over onderwijs aan asielzoekerskinderen. Wanneer een opvangvoorziening voor asielzoekers wordt gevestigd of asielzoekers in een gemeente gaan wonen, zijn er vaak vragen over het organiseren van onderwijs voor asielzoekerskinderen. Dit document geeft gemeenten en scholen/schoolbesturen antwoorden en doet een aantal aanbevelingen voor een aanpak (zie paragraaf 11). 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. Gebruikte begrippen 1.1 Status 1.2 Type opvang 1.3 Reguliere opvang, verschillende typen huisvesting 1.4 Onderwijs op de locaties Leerplicht en kwalificatieplicht voor asielzoekerskinderen Wie doet wat bij het regelen van onderwijs aan asielzoekerskinderen? Primair onderwijs 4.1 Bekostiging 4.1.1 Reguliere bekostiging 4.1.2 Aanvullende regelingen 4.1.3 Maatwerk bekostiging 4.1.4 Risico’s personeel voor het primair onderwijs 4.1.5 Huisvestingskosten 4.2 Andere faciliteiten voor scholen en docenten 4.3 Inspectie van het Onderwijs Voortgezet onderwijs: 5.1 Bekostiging 5.1.1 Reguliere bekostiging 5.1.2 Aanvullende regelingen 5.1.3 Maatwerk bekostiging 5.2 Huisvestingskosten 5.3 Bevoegdheden docenten 5.4 Inspectie van het Onderwijs Faciliteiten die gelden voor primair én voortgezet onderwijs 6.1 Andere faciliteiten voor ouders en kinderen 6.2 Leerlingenvervoer voor nieuwkomers Middelbaar beroepsonderwijs Hoger Onderwijs Voorschoolse Educatie Passend onderwijs en Jeugdhulp Algemene aanbevelingen Contact, vragen of signalen Websites en verwijzingen Pagina 3 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 1 Gebruikte begrippen 1.1 Status Als het gaat om onderwijs aan asielzoekerskinderen worden vaak termen door elkaar gebruikt. Hieronder een opsomming van de meest gebruikte terminologie inclusief toelichting. Asielzoeker Een asielzoeker is iedereen die een asielaanvraag in Nederland heeft ingediend. Zolang er geen beslissing is genomen over de asielaanvraag blijft deze persoon asielzoeker. Statushouder Een statushouder is een voormalig asielzoeker met een (tijdelijke) verblijfsvergunning in Nederland, wordt ook wel een vergunninghouder genoemd. Nieuwkomer Een nieuwkomer is iemand die in Nederland is en niet de Nederlandse nationaliteit bezit. De meeste nieuwkomers die voor langere tijd in Nederland verblijven zijn EUburgers. Asielzoekers vormen een bijzondere categorie nieuwkomers. In de regelgeving wordt in plaats van de term nieuwkomer ook de term vreemdeling gebruikt. 1.2 Type opvang Vanaf het moment dat een asielzoeker Nederland binnenkomt, wordt hij opgevangen in één van de opvangcentra. Het COA kent reguliere opvanglocaties en noodopvanglocaties. Reguliere opvang Reguliere opvanglocaties hebben een opvangcapaciteit van 300-1500+ personen en worden door het COA geëxploiteerd voor een termijn van minimaal twee jaar. Incidenteel worden ook recreatieparken, migrantenhuisvesting of vergelijkbare accommodaties benut. Noodopvang Dit zijn tijdelijke, sobere opvanglocaties. Het gaat bijvoorbeeld om paviljoens als Heumensoord en aangepaste kantoren die voor de duur van 6 tot 12 maanden opvang kunnen bieden aan +/- 300+ asielzoekers. Crisisnoodopvang Daarnaast bestaat er crisisnoodopvang voor in beginsel 72 uur in accommodaties, zoals sporthallen, die normaal bij incidenten, rampen of crisis worden ingezet. Voor deze crisisnoodopvang zijn de gemeenten verantwoordelijk. Meer informatie over een specifieke crisisnoodopvanglocatie vindt u dan ook op de website van de betreffende gemeente. Er zijn afspraken gemaakt met het Rijk en de gemeenten om de capaciteit van de (nood)opvang zodanig uit te breiden dat de crisisnoodopvang kan worden afgebouwd, of in de toekomst niet meer nodig is. Pagina 4 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 1.3 Reguliere opvang, verschillende typen huisvesting Na binnenkomst in Nederland komen vreemdelingen in de volgende locaties terecht, in principe in onderstaande volgorde. De grote toestroom kan maken dat dit in de praktijk anders uitpakt. Op alle genoemde locaties moet als er minderjarigen zijn, worden verzorgd. Centrale Ontvangstlocatie (COL) Een vreemdeling die asiel aanvraagt in Nederland wordt in eerste instantie opgevangen in de Centrale Ontvangstlocatie (COL). Er zijn COL’s in Ter Apel, BudelCranendonck en Veenhuizen. Procesopvanglocatie (POL) In een POL worden asielzoekers opgevangen die in de eerste fase van de asielprocedure zitten. De POL’s bevinden zich altijd in de buurt van het kantoor van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) waar de aanvraag van de asielzoeker in behandeling is. Asielzoekerscentrum (AZC) In een AZC verblijven zowel statushouders (verblijfsgerechtigden) die in afwachting zijn van een woning als asielzoekers die in de verlengde procedure zitten. Vrijheidsbeperkende locatie (VBL) Op een VBL verblijven uitgeprocedeerde asielzoekers die geen recht meer hebben op opvang op een AZC. Zij kunnen nog maximaal twaalf weken terecht op de VBL. Er is een vrijheidsbeperkende locatie in Ter Apel. Gezinslocatie (GLO) In een Gezinslocatie verblijven gezinnen met minderjarige kinderen waarvan het asielverzoek is afgewezen. Een uitspraak van de Hoge Raad verbiedt dat kinderen op straat worden gezet. Met Gezinslocaties kan dit worden voorkomen. Alleenstaande Minderjarige Vreemdelingen (AMV) Voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen heeft het COA speciale kleinschalige opvanglocaties ingericht. Zie voor meer uitleg www.coa.nl 1.4 Onderwijs op een COA locatie Aan veel opvanglocaties is vaak al een (basis)school gekoppeld. Op dit moment worden ook veel nieuwe opvanglocaties ingericht. De gemeente waar de leerling woont (of waar de locatie is gehuisvest) is ervoor verantwoordelijk dat de kinderen naar school gaan. De gemeente neemt meestal het initiatief om met de schoolbesturen daarover in gesprek te gaan. Pagina 5 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 2 Leerplicht en kwalificatieplicht asielzoekerskinderen Asielzoekerskinderen hebben net als alle kinderen in Nederland recht op onderwijs en moeten zich kunnen voorbereiden op maatschappij en arbeidsmarkt. In ons land gelden de leerplicht en de kwalificatieplicht. Dit betekent dat jongeren van 5 tot 18 jaar (voor 5 tot 16-jarigen geldt een leerplicht – voor 16 en 17-jarigen geldt een kwalificatieplicht) naar school moeten tot zij een startkwalificatie hebben gehaald: een havo-diploma, vwo-diploma of een mbo-diploma op niveau 2 of hoger. De overheid ziet toe op de handhaving. In de leerplichtwet staat dat kinderen recht op onderwijs hebben, dat recht geldt uiteraard meteen. Er wordt logischerwijs geen termijn genoemd waarbinnen dat zou moeten. Die termijn staat in de Europese Richtlijn. In de Europese Richtlijn staat dat asielzoekerskinderen na indiening van de asielaanvraag binnen drie maanden toegang moeten hebben tot onderwijs. Onderwijs is belangrijk voor kinderen, daarom is het de bedoeling dat ieder zich maximaal inspant om onderwijs sneller te realiseren dan deze drie maanden termijn. Het beleid is er op gericht om het onderwijs aan asielzoekerskinderen zo snel mogelijk te realiseren. Het is in de huidige praktijk van de snelle en hoge instroom van asielzoekers niet overal haalbaar dat de asielzoekerskinderen na aankomst in Nederland de eerste dag naar school kunnen. Omdat de reguliere centra (POL, COL en AZC’s) vol zijn, worden er ook gezinnen met kinderen geplaatst in noodopvanglocaties. Wanneer kinderen langer in de noodopvang verblijven dan moet daar voor onderwijs gezorgd worden, zoals dat bijvoorbeeld in Heumensoord (Nijmegen/Heumen) is gebeurd. In de crisisnoodopvang (geen COA opvang) waar mensen in de regel maar kort verblijven (maximaal 72 uur) is het vanwege deze korte verblijfsduur niet mogelijk onderwijs te organiseren. Pagina 6 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 3 Wie doet wat bij het regelen van onderwijs aan asielzoekerskinderen? COA •Verantwoordelijk voor het huisvesten van asielzoekers •Overlegt met gemeente over vestiging van een voorziening voor asielzoekers •Geeft een inschatting van het aantal kinderen (nieuwkomers) •Overlegt met gemeente over onderwijs - inschakelen LOWAN/PO-Raad/VO-Raad •Beschikt over een regelingen voor vervoer van asielzoekers en een faciliteitenregelingen waarop een beroep kan worden gedaan. •COA voert de Ohba regeling uit. Dit is de regeling Onderwijshuisvestingsbudgetten ten behoeve van basisonderwijs aan asielzoekerskinderen (Ohba-regeling). Een beroep op deze regeling kan uitsluitend gedaan worden door de gemeente Gemeente •Overlegt met LOWAN/ PO-Raad /VO Raad en schoolbesturen over onderwijs •Verantwoordelijk voor het huisvesten van scholen •Verantwoordelijk voor het leerlingenvervoer van de in de gemeente gevestigde statushouders LOWAN/PO-Raad/VO-Raad •Ondersteunt op verzoek scholen bij het organiseren van onderwijs aan nieuwkomers •COA/Gemeenten kunnen LOWAN/ PO-Raad/VO-Raad direct betrekken bij onderwijsvraagstukken •Geeft voorlichting over financiële regelingen en verdere inrichting van het onderwijs Scholen (schoolbesturen) •Verantwoordelijk voor het verzorgen van onderwijs •Overlegt met COA en gemeente (en LOWAN/ PO-Raad/VO-Raad) over organiseren van onderwijs •Overlegt met de gemeente over huisvesting •Zorgt voor deze doelgroep voor voldoende, bevoegd en bekwaam personeel OCW •Verstrekt reguliere bekostiging, voorwaarde is dat asielzoekerskinderen zijn aangemeld bij de school •Verstrekt op aanvraag aanvullende bekostiging op basis van bestaande regelingen •Als dan nog knelpunten ontstaan kan een aanvraag voor maatwerk worden ingediend. OCW garandeert dat de bekostiging per asielzoekersleerling wordt aangevuld tot maximaal 9000 euro op jaarbasis voor een PO leerling en maximaal 11.000 euro voor een VO leerling. •OCW heeft Accountmanagers voor vragen, meedenken, signaleren en het aandragen van oplossingen. •OCW is aanspreekbaar wanneer er problemen zijn bij de uitvoering. De relevante directies kunnen worden benaderd, zie verderop in het document. Inspectie voor het Onderwijs •Ziet toe op en rapporteert over de kwaliteit van de voorzieningen en het onderwijs aan nieuwkomers •Denkt mee over de verspreiding van goede voorbeelden. •Is aanspreekbaar bij knelpunten en participeert bij de oplossing daarvan. Pagina 7 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 4 Primair onderwijs Informatie vanuit het LOWAN of de PO-raad is beschikbaar om schoolbesturen en scholen te ondersteunen bij het inrichten van het onderwijs. Ook bij het aanvragen van aanvullende regelingen bij DUO of wanneer sprake is van maatwerk (zie verderop voor meer informatie). 4.1 Bekostiging 4.1.1 Reguliere bekostiging Scholen die lesgeven aan asielzoekerskinderen kunnen aanspraak maken op reguliere bekostiging en verschillende aanvullende regelingen. Basisscholen krijgen bekostiging voor het aantal leerlingen dat zij op 1 oktober van het voorafgaande jaar hadden. Ook de gewichtenregeling en de groeiregeling zijn van toepassing. Het is zeer belangrijk de kinderen tijdig in te schrijven. 4.1.2 Aanvullende regelingen Daarnaast zijn er drie regelingen voor aanvullende bekostiging; 1) voor de toename van het aantal asielzoekers, 2) de eerste opvang van asielzoekers (de regeling spreekt over ‘nieuwkomers’ hieronder vallen asielzoekers) en 3) de opvang van asielzoekerskinderen in procesopvanglocaties (POL) en gezinslocaties (GLO). Ook een beroep op deze regelingen is het belangrijk de kinderen tijdig in te schrijven. • Als er sprake is van een toename van minimaal tien leerlingen, asielzoekerskinderen of statushouders onder na 1 oktober en vóór 1 juli, kan een schoolbestuur een aanvraag indienen voor bijzondere bekostiging. Het schoolbestuur ontvangt dan € 1.396 per asielzoekerskind voor een heel schooljaar. Op het moment dat er een toename is van minimaal 10 leerlingen, asielzoekerskinderen en/of statushouders gedurende het jaar kan de school wederom additionele financiering aanvragen. Een kopie van de verblijfsstatus van de asielzoeker, het ‘IND-pasje’ of afsprakenkaart volstaat als bewijs bij eventuele controle. Regeling: Toename aantal asielzoekers/statushouders (art. 37) • Voor de eerste opvang van vreemdelingen (asielzoekers of statushouders) die korter dan één jaar in Nederland verblijven, ontvangt een schoolbestuur € 2.793 per leerling, vanaf tenminste vier leerlingen. Een school die voor het eerst asielzoekers (of andere nieuwkomers) opvangt, ontvangt een eenmalige aanvulling van € 10.679. Om aanspraak op dit laatste bedrag te doen moet de school niet vergeten om een verklaring mee te sturen, zie LOWAN Site [link toevoegen] voor een voorbeeld verklaring. Regeling: Eerste opvang vreemdelingen (artikel 38). • Voor asielzoekerskinderen die in een proceslocatie (POL) of gezinslocatie (GLO) zijn ondergebracht, ontvangt een schoolbestuur extra bijzondere bekostiging vanaf minimaal 10 leerlingen. Dit bedrag is € 811 per leerling per schooljaar. Regeling: De opvang van asielzoekerskinderen in procesopvanglocaties (POL) en gezinslocaties (GLO) (artikel 39). Pagina 8 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Voor aanvragen zie: DUO: https://duo.nl/zakelijk/primair-onderwijs/bekostiging-en-subsidies/extrabekostiging-aanvragen.jsp Of meer uitleg op de Site van LOWAN: http://www.lowan.nl/primaironderwijs/financiering/ocwduo/bijzondere-bekostiging/ 4.1.3 Maatwerkbekostiging Op dit moment is de instroom van leerlingen zo hoog dat scholen vaak niet uit de voeten kunnen met de bekostiging. Dit is vooral het geval wanneer de kinderen die verblijven in een COA-locatie na 1 oktober instromen in de basisschool. De scholen kunnen dan onvoldoende beroep doen op de bestaande aanvullende regelingen. In die gevallen zijn de gewone en aanvullende regelingen niet toereikend voor de bekostiging van het onderwijs aan asielzoekerskinderen. Om te voorkomen dat scholen over onvoldoende financiële middelen beschikken om asielzoekerskinderen onderwijs aan te bieden heeft het ministerie van OCW de mogelijkheid gecreëerd voor maatwerkbekostiging. Ook voor maatwerk geldt dat de leerlingen ingeschreven moeten staan op een school. In aanvulling op de reeds bestaande regelingen kan een vergoeding aangevraagd worden tot een bedrag van maximaal €9.000 per leerling per schooljaar. De beschikking wordt in juni 2016 opgemaakt op basis van de realisatie. De school krijgt het verschil uitgekeerd tussen het bedrag dat men ontvangt vanuit de reguliere bekostiging en uit de aanvullende regelingen enerzijds en het bedrag van € 9.000 op jaarbasis anderzijds. Contact over maatwerk: Met een verzoek voor maatwerkfinanciering kan een school terecht bij de directie Primair Onderwijs van het ministerie van OCW. Er is een format beschikbaar voor het indienen hiervan, voor meer informatie: [email protected] 4.1.4 Risico’s personeel voor het primair onderwijs Voor de opvang van asielzoekerskinderen kan het nodig zijn tijdelijke contracten te sluiten met werknemers. De Wet Werk en Zekerheid bepaalt dat werknemers een vast contract moeten krijgen na drie opeenvolgende tijdelijke contracten, of als langer dan twee jaar gebruik wordt gemaakt van elkaar opvolgende tijdelijke contracten. Schoolbesturen dienen zelf te letten op de consequenties van de Wet Werk en Zekerheid bij het sluiten van tijdelijke contracten met werknemers. Wanneer bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst de werknemer aanspraak maakt op een werkloosheidsuitkering, meldt de werkgever zich bij het participatiefonds. Het is waarschijnlijk dat het participatiefonds de uitkeringskosten zal vergoeden. Indien blijkt dat het participatiefonds de werkloosheidskosten niet kan vergoeden van tijdelijke werknemers die zijn aangenomen voor onderwijs aan asielzoekers, is OCW bereid onder nadere voorwaarden de kosten voor haar rekening te nemen. OCW wil in dat geval vooraf inzage krijgen in het aantal leerkrachten en de wijze waarop leraren, die onderwijs geven aan asielzoekers, worden ingehuurd om de omvang van het risico in te schatten. Deze afspraak geldt ook indien de school personeel aanneemt ter vervanging van eigen, meer ervaren, personeel dat wordt ingezet voor onderwijs aan asielzoekerskinderen. Voor vragen: [email protected] Pagina 9 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 4.1.5 De huisvestingskosten Voor de huisvestingskosten van het basisonderwijs bij een opvanglocatie kan de gemeente een beroep doen op de regeling Onderwijshuisvestingsbudgetten ten (Ohba-regeling, link opnemen). Het COA voert de regeling uit. De gemeente kan een beroep op deze regeling doen in geval van een nieuwe (tijdelijke) voorziening of bij uitbreiding op bestaande voorzieningen. Voor extra voorzieningen voor scholen in verband met een toename van statushouders (vergunninghouders) die niet verblijven op een COA-opvanglocatie geldt dat dit een reguliere aanvraag bij de gemeente is. Gezien de hoge instroom van asielzoekersleerlingen is de Ohba-regeling verruimd. Tot eind 2015 is als regel aangehouden, dat sprake is van een opvangcentrum indien het voorzieningen betreft met zowel een vestigingsduur van één jaar of langer als een opvangcapaciteit van 100 plaatsen of meer. Gezien de hoge instroom zal zich vaker een situatie voordoen waarbij de opvangduur korter dan dat ene jaar is. Daarom heeft het Ministerie van Veiligheid en Justitie in overleg met het COA de Ohba-regeling ook van toepassing verklaard op opvanglocaties met een vestigingsduur van zes maanden of langer en een opvangcapaciteit van 100 plaatsen of meer. De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting en inrichting van de onderwijsvoorziening. Meteen bij de start moet de gemeente een keuze maken tussen een voorziening in bestaande bouw of nieuwbouw (semipermanente nieuwbouw) als dislocatie (dat is een vestiging onder hetzelfde brinnummer, in het primair onderwijs kan dit alleen via een dislocatie en niet met een nevenvestiging) van een moederschool. Het is belangrijk dit tijdig te besluiten zodat eventuele nieuwbouw aangesloten kan worden bij de planvorming en het vergunningentraject van de opvanglocatie. Indien nog onduidelijk is hoeveel leerlingen er komen, mag de onderbouwing van de aanvraag op basis van de Ohba-regeling gedaan worden met een te verwachten leerlingenaantal. De definitieve vaststelling van het bedrag vindt dan plaats op basis van de officiële leerlingentelling. Hoe/wanneer? Zeven 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. bekostigingsonderdelen van de Ohba-regeling: Terrein of grond Gebouw Onderwijsleerpakket Meubilair Klokuren gymnastiek Verzekeringen Onroerend zaakbelasting De bijdrage geldt voor de periode die vermeld wordt in de bestuursovereenkomst van gemeenten en het COA. De bijdrage wordt voor de gehele periode van de bestuursovereenkomst in een keer verstrekt op basis van de in het stichtingsjaar gelden normbedragen en percentages. Bij verlenging van de overeenkomst of ophoging van de capaciteit van de opvanglocatie wordt opnieuw beschikt over de nieuwe periode en/of aantallen, rekening houdend met de inmiddels verstreken afschrijvingstermijn en de toentertijd geldende normbedragen en percentages. Procedure (wordt nader aangevuld door COA) De aanvrager is een gemeente, COA voert deze regeling uit. Telling tussentijds hogere aantallen. Verantwoording van middelen. Tijd die de procedure in beslag neemt. Pagina 10 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 4.2 Andere faciliteiten voor scholen en docenten 4.2.1 Leskisten voor scholen Info: zie www.lowan.nl 4.2.2 Omgaan met trauma’s Voor het omgaan met leerlingen die last hebben van posttraumatische stress en oorlogstrauma’s kunnen scholen terecht bij de Stichting Tussenspel. Dankzij de methodiek van Stichting Tussenspel kunnen kinderen die in zeer moeilijke sociale omstandigheden zitten nieuwe stappen in hun ontwikkeling zetten, Daardoor kunnen ze de moeilijke omstandigheden beter de baas blijven. Creatieve therapie is een vorm van hulpverlening die met behulp van beeldend werk (tekenen, schilderen, knutselen enzovoort), drama, muziek of dans een verandering of groeiproces op gang brengt. De kracht van deze therapie bij kinderen is, dat praten niet nodig is. Zo kunnen de kinderen hun moeite met taal overwinnen, evenals de angst om te verwoorden wat in hen omgaat. Via een ‘alsof wereld’ communiceren ze over wat ze beleven. Met behulp van het spel of het materiaal leert het kind hoe het zich anders met zijn omgeving kan verhouden. Daardoor is het in staat om eigen oplossingen voor problemen te vinden. Vaak komt hierna de persoonlijke ontwikkeling vanzelf weer op gang. Creatieve therapie kan zowel individueel als groepsgericht worden aangeboden. Daarnaast biedt de Augeo Foundation een online cursus die docenten leert de veerkracht en het herstel van kinderen te bevorderen en om te gaan met symptomen van traumatische stress. Deze cursusmaterialen worden door Augeo gratis (online) verspreid. https://www.augeo.nl/vluchtelingenkinderen http://www.tussenspel.nl/pg-23842-7-32814/pagina/home.html 4.3 De Inspectie van het Onderwijs Omdat er verschillende soorten van nieuwkomersvoorzieningen zijn, verschilt ook het toezicht van de inspectie. De inspectie bezoekt type 1- (school verbonden aan asielzoekerscentrum) en type 2-voorzieningen (school uitsluitend gericht op eerste opvang van en onderwijs aan nieuwkomers, eventueel inclusief kinderen van een azc én basisscholen met drie of meer nieuwkomersklassen) elke twee jaar voor een kwaliteitsonderzoek. Hiervoor gebruikt de inspectie een waarderingskader. De voorziening krijgt een toezichtarrangement en de inspectie publiceert een openbaar rapport met hun bevindingen. De inspectie bezoekt type 3-voorzieningen (1 of meer klas(sen) gericht op eerste opvang/onderwijs aan nieuwkomers, verbonden aan een basisschool; de klassen kunnen een functie hebben voor de betreffende school, voor alle scholen van een bestuur, voor verschillende besturen, voor de gemeente of voor de regio). De inspectie bezoekt de type 3-voorziening als de basisschool waaraan de klassen voor nieuwkomers verbonden zijn, bezocht wordt. Voor de nieuwkomersklassen worden vier standaarden van het waarderingskader onderzocht. In het rapport van bevindingen van de Pagina 11 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 basisschool schrijft de inspectie een aparte paragraaf over de kwaliteit van de nieuwkomersklassen. De nieuwkomersklassen krijgen geen aparte beoordeling en ook geen apart toezichtarrangement. De kwaliteit van het onderwijs aan nieuwkomers die geïntegreerd in de basisschoolklassen zitten (type 4 = geen aparte voorziening: nieuwkomers zijn geïntegreerd in een (reguliere) school en zitten in reguliere basisschoolklassen) beoordeelt de inspectie tijdens de reguliere bezoeken aan de school. Zij nemen dit mee bij de beoordeling van standaard 2.2 (zicht op ontwikkeling) en standaard 2.4 (ondersteuning). Tijdens de jaarlijkse gesprekken met besturen gaat de inspectie na of scholen te maken hebben met instroom van nieuwkomers en hoe het onderwijs voor deze groep leerlingen ingevuld wordt. Het toezicht op scholen/voorzieningen voor nieuwkomers volgt zoveel mogelijk de reguliere aanpak voor het toezicht op basisscholen. Omdat de opbrengsten niet te beoordelen zijn aan de hand van leerresultaten, beoordeelt de inspectie deze niet. De inspectie verwacht van scholen/voorzieningen dat ze hun onderwijs doelgericht en plannend vormgeven. De inspectie beoordeelt of scholen/voorzieningen werken met doelen en op basis daarvan hun leerstofaanbod plannen en evalueren. Daarnaast kijkt ze vooral of het (taal)aanbod en de instructie past bij wat nieuwkomers nodig hebben. Nieuwe type 1- en type-2 voorzieningen bezoekt de inspectie in het tweede jaar van hun bestaan met een kwaliteitsonderzoek. Op verzoek van besturen, de scholen of op eigen initiatief brengt de inspectie in het startjaar een oriënterend bezoek aan een deel van de nieuwe scholen. Doel van deze bezoeken is van gedachten wisselen en feedback geven over de inhoud en vormgeving van het onderwijs, en informatie geven over de inrichting van het toezicht. Daarnaast spreekt de inspectie met het bestuur over het nieuwkomersonderwijs. Zie voor meer informatie: https://t.co/14qNHeWrKP Pagina 12 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 5 Voortgezet onderwijs Informatie vanuit het LOWAN is beschikbaar om schoolbesturen en scholen te ondersteunen bij het inrichten van het onderwijs (www.lowan.nl). 5.1 Bekostiging 5.1.1 Reguliere bekostiging • Scholen in het voortgezet onderwijs krijgen bekostiging per kalenderjaar voor het aantal leerlingen dat zij op 1 oktober van het voorafgaande jaar hadden. • Onderstaande aanvullende regelingen komen bovenop de reguliere bekostiging en zijn cumulatief. Dit geldt niet voor de maatwerkbekostiging die vervolgens wordt toegelicht. Deze komt in plaats van (gemiste) reguliere en aanvullende bekostiging. 5.1.2 Aanvullende regelingen Nieuwkomers VO Een VO-school kan in aanvulling op de reguliere bekostiging per leerling aanvullende bekostiging ontvangen voor nieuwkomers. Hiermee worden asielzoekers, statushouders en andere nieuwkomers bedoeld. De school ontvangt geen vast bedrag per nieuwkomer, maar middelen voor formatieplaatsen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de opvang van nieuwkomers die korter dan één jaar in Nederland zijn (ca. € 5.100 per leerling per jaar), en nieuwkomers die tussen één en twee jaar in Nederland verblijven (ca. € 3.100 per leerling per jaar). De school telt de leerlingen mee tijdens de integrale leerlingentelling (1 oktober). Bij de gegevenslevering voor de aanvullende bekostiging voor Nieuwkomers VO dienen de gegevens van de BRP als uitgangspunt. In het geval het bevoegd gezag van de school ervoor kiest af te wijken van de gegevens nationaliteit en/of verblijfsduur uit de BRP-registratie (omdat gegevens ontbreken of volgens het bevoegd gezag van de school anders zijn), dient, voor het aantonen van de juistheid van de door het bevoegd gezag verstrekte gegevens, een kopie van één of meer documenten uit onderstaande limitatieve lijst in de administratie van de school aanwezig te zijn. A. Nationaliteit Paspoort Pasje (kopie voor- en achterkant): W-document en/of verblijfsvergunning voor bepaalde tijd asiel (VVA-bep) of verblijfsvergunning voor bepaalde tijd regulier (VVR-bep) Beschikking minister van Justitie op grond van artikel 9 van de Vreemdelingenwet Rapportage IND Registratieformulier COA B. Verblijfsduur Datumstempel in paspoort bij binnenkomst in Nederland Beschikking minister van Justitie op grond van artikel 9 van de Vreemdelingenwet Rapportage IND Pagina 13 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Registratieformulier COA. Eerste opvang Vreemdelingen Een VO-school kan in aanvulling op de reguliere bekostiging per leerling aanvullende middelen ontvangen voor de eerste opvang van vreemdelingen, waaronder asielzoekerskinderen vallen, die korter dan één jaar in Nederland verblijven. Scholen kunnen deze leerlingen op twee peilmomenten tellen: 1 oktober (voor de periode 1/7-31/12) en 1 april (voor de periode 1/1-30/6). Per periode gaat het om een bedrag van € 2.250 per leerling. Zodra een leerling met reguliere bekostiging is meegeteld, komt deze niet meer in aanmerking voor de eerstvolgende telling op 1 april van de regeling Eerste opvang vreemdelingen, waaronder ook asielzoekerskinderen vallen. De regeling Eerste opvang vreemdelingen is voor het jaar 2016 niet van toepassing, in verband met de maatwerkbekostiging. Als de school sinds 1 augustus 2003 geen nieuwkomers meer opgevangen heeft, krijgt de school ten behoeve van voorbereidende en coördinerende werkzaamheden die samenhangen met de start van het onderwijs aan die school bovendien eenmalig € 16.000,00. Dit geldt indien deze eerste opvang betrekking heeft op tenminste 10 nieuwkomers op de peildatum. 5.1.3 Maatwerkbekostiging Op dit moment is de instroom van leerlingen zo hoog dat scholen vaak niet uit de voeten kunnen met de timing van de bekostiging zoals deze nu geregeld is. In overleg met het onderwijsveld en het LOWAN en de VO-raad is daarom gezocht naar een maatwerkoplossing waarbij de financiële middelen op een transparante wijze tot stand komen en op een gelijkmatige wijze over het schooljaar worden gespreid, zodat scholen beter geëquipeerd zijn om tussentijds wisselende aantallen nieuwkomers op te vangen. Bekostiging onderwijs Er is gekozen voor vier peildata, zodat scholen vaak genoeg kunnen tellen zonder teveel administratieve last te ondervinden. Om het bedrag te berekenen dat scholen krijgen, zijn het bedrag van de reguliere bekostiging (gemiddelde van wat een school ontvangt voor een vmbo-leerling) en het gemiddelde bedrag van de nieuwkomersregeling bij elkaar opgeteld en over de peilmomenten verdeeld. Hierbij is een bedrag per leerling berekend. In onderstaande tabel is dit verder uitgewerkt. Pagina 14 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Tabel 1. Bedragen per leerling verdeeld over vier peildata. Peildatum en periode Regeling Nieuwkomers VO (gemiddelde van 1e en 2e jaar) Reguliere bekostiging Totaalbedrag per kwartaal per nieuwkomer Peildatum: 1 januari Periode: januarifebruari-maart Peildatum: 1 april Periode: april-meijuni Peildatum: 1 juli Periode: juliaugustusseptember Peildatum: 1 oktober Periode: oktobernovemberdecember 1025 1025 1025 1025 4100 1725 1725 1725 1725 6900 2750 2750 2750 2750 11000 Gemiddelde bekostiging reguliere vmbo-leerling + LWOO Totaal per jaar 11000 Opstartkosten Door de hoge instroom moeten verschillende scholen een nieuwe (tijdelijke) nevenvestiging te openen. Hierbij komen opstartkosten kijken waarin de regelingen nu niet voorzien. In het leerplusarrangement kunnen scholen die voor het eerst onderwijs gaan verzorgen aan nieuwkomers, een opstartbekostiging van € 16.000 aanvragen. Dit maken we vanaf nu mogelijk voor iedere nieuw op te starten nevenvestiging, die alleen wordt gebruikt voor het onderwijs aan nieuwkomers. Contact over maatwerk: Deze maatwerkoplossing is van toepassing voor bekostiging in het kalenderjaar 2016 en op iedere nieuwkomer die na 1 oktober 2015 is ingestroomd. Wanneer een school hiervan gebruik wil maken, kan deze zich melden het ministerie van OCW. Dit kan door een email te sturen naar: [email protected] Voor andere vragen kunt u ook contact opnemen met Sabine Roorda-van Westen [email protected] 0646849006 of met LOWAN vo: [email protected] 5.2 Huisvesting De gemeente is verantwoordelijk voor de bekostiging van de onderwijsvoorziening/de huisvesting en ontvangt hiervoor middelen uit het gemeentefonds. 5.3 Bevoegdheden docenten Scholen willen in het onderwijs aan nieuwkomers pabo-afgestudeerden voor meerdere vakken kunnen inzetten. Deze leraren zijn veelal bekwaam, omdat de pedagogisch-didactische vaardigheden die zij bezitten goed aansluiten bij de behoeften van nieuwkomers. Pabo-gediplomeerden zijn echter niet formeel benoembaar, tenzij zij in opleiding gaan voor een volledige tweedegraads lerarenopleiding voor het vak dat zij geven. Deze tweedegraads lerarenopleiding Pagina 15 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 sluit echter niet aan op deze specifieke doelgroep. Een opleiding op het gebied van Nederlands als tweede taal (NT2) doet dit wel, maar leidt niet tot een bevoegdheid. Daarom wordt het mogelijk voor pabo-afgestudeerden om les te geven aan nieuwkomers, als zij voldoende ervaring hebben met of gekwalificeerd zijn voor het lesgeven in NT2. Deze zomer wordt er een beleidsregel gemaakt voor beoordeling van bekwaamheid, waarin staat onder welke voorwaarden leraren een erkenning bekwaamheid (bij ontbreken van een lerarenopleiding) of ontheffing van de bevoegdheidseisen (in geval van buitengewone bekwaamheid en bijzondere omstandigheden) kunnen aanvragen. Dit vormt tevens een tussenoplossing voor leraren die lesgeven aan nieuwkomers. Totdat in wetgeving is vastgelegd hoe ook zij bevoegd kunnen lesgeven aan nieuwkomers in het vo, kunnen zij een ontheffing aanvragen, mits zij beschikken over de vereiste NT2-kennis. 5.4 Inspectie van het Onderwijs Inspectie van het onderwijs houdt toezicht op onderwijs op nieuwkomers in de voortgezet onderwijs leeftijd. Programma’s voor nieuwkomers in het voortgezet onderwijs dienen te voldoen aan de eisen voor de eerste twee leerjaren VO (onderwijstijd, bevoegdheden, inschrijving). Het doel van het onderwijs is de leerlingen vervolgens te laten instromen in het regulier VO of een ander vervolg. Het onderwijs wordt gegeven in de vakken die nodig zijn om in te kunnen stromen in het regulier onderwijs. In principe zijn dat: Nederlands, rekenen, sport, en maatschappijleer. De school kan dit nog verder aanvullen. Veel scholen kiezen er voor om bijvoorbeeld ook Engels aan te bieden. Het toezicht op scholen/voorzieningen voor nieuwkomers volgt zoveel mogelijk de reguliere aanpak voor het toezicht op het voortgezet onderwijs. Het onderwijsresultatenmodel waarmee de inspectie vanaf 2016 mee werkt, voorziet in de zogenaamde nieuwkomers. Voor de indicator ‘Onderwijspositie in leerjaar 2 t.o.v. advies PO’ tellen nieuwkomers alleen mee als van hen een basisschooladvies bekend is. Bij de indicator ‘Onderbouwsnelheid’ en ‘Bovenbouwsucces’ worden nieuwkomers buiten beschouwing gelaten. Wanneer nieuwkomers een regulier examen doen, tellen zij gewoon mee bij de centraal examencijfers en dus ook voor de indicator ‘Examencijfers’. De inspectie verwacht van scholen dat zij het onderwijs doelgericht en plannend vormgeven. De kwaliteitszorg dient zodanig ingericht te zijn dat de school zicht heeft op de ontwikkelingen van leerlingen en het succes in het vervolgonderwijs. Daarnaast kijken ze vooral of het (taal)aanbod en de instructie past bij wat nieuwkomers nodig hebben. Het schoolklimaat en de veiligheid is eveneens een aspect dat wordt beoordeeld. Elke afdeling voor onderwijs aan nieuwkomers wordt eens in de vier jaar onderzocht, of eerder als er risicosignalen binnenkomen bij de inspectie. Zie voor meer informatie: https://t.co/14qNHeWrKP Pagina 16 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 6 Faciliteiten die gelden voor primair én voortgezet onderwijs 6.1 Andere faciliteiten voor ouders en kinderen COA heeft een algemene regeling voor het faciliteren van het volgen van onderwijs door leerplichtige kinderen: het Kader Onderwijsvoorziening en –faciliteit t.b.v. kinderen. Ouders van een leerplichtig kind ontvangen van het COA per schooljaar een bedrag voor de aanschaf van schrijfmateriaal, schooltas, gym-/zwemspullen en dergelijke. 6.2 Leerlingenvervoer voor nieuwkomers Er zijn twee groepen te onderscheiden: 1. Leerlingen de verblijven in een opvanglocatie van het COA Op basis van de “Richtlijn schoolvervoer asielzoekers” betaalt het COA het noodzakelijke vervoer voor kinderen die in een opvanglocatie van het COA verblijven (ongeacht hun status). Dit kan ook betekenen dat COA een fiets regelt/betaalt. Dit geldt voor zowel het basis- als het voortgezet onderwijs. Het gaat hierbij om alle typen opvang: COL, POL, AZC, GLO, VBL en AMV. 2. Leerlingen die staan ingeschreven in een gemeente en niet (meer) in een COA opvanglocatie verblijven. De gemeente is verantwoordelijk voor het betalen van leerlingenvervoer van huis naar school en vice versa zodra een leerling een verblijfstatus heeft én ingeschreven is in de betreffende gemeente. Deze wettelijke verplichting geldt wanneer de school meer dan 6 kilometer van de woonplaats ligt (alleen PO) of wanneer het kind een handicap heeft, waardoor het niet zelfstandig kan reizen (PO en VO). Dan geldt de verordening leerlingenvervoer. Wanneer nieuwkomers met schoolgaande kinderen in de gemeente komen wonen, is het aan te bevelen dat scholen en gemeente met elkaar om de tafel gaan, om de mogelijke problemen bespreken. Een belangrijk onderwerp is dan het vervoer naar en van de school. Zo is, wanneer ouders en/of kinderen niet bekend zijn met het openbaar vervoer of het gebruik van een fiets, voorlichting aan en begeleiding van ouders en/of leerlingen gewenst. Pagina 17 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 7 Middelbaar beroepsonderwijs Zie separaat document met Q en A’s voor onderwijsinstellingen. Als uw vraag daarin niet beantwoord wordt dan kunt u contact opnemen met de Directie MBO van het Ministerie van OCW Contact of vragen: Anamaria Waarts, [email protected], 06-15038078 Hans Hindriks, [email protected], 06-46849003 Of het secretariaat, mevrouw Marianne Henzing: [email protected] Pagina 18 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 8 Hoger onderwijs Dit informatiedocument richt zich met name op leerplichtige nieuwkomers (dus tot 18 jaar). Voor het hoger onderwijs zal het met name om volwassen statushouders gaan; volwassen asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen voor bepaalde of onbepaalde tijd. Het is in hun belang dat zij zo snel mogelijk doorstromen naar de arbeidsmarkt of – indien zij aan de vereisten voldoen – een opleiding. Dat bevordert hun integratie en zorgt ervoor dat zij zo snel mogelijk economisch zelfstandig worden. Studerende statushouders moeten, net als reguliere studenten, voldoen aan de instroomeisen van een opleiding. Ze maken net als reguliere studenten aanspraak op studiefinanciering en betalen het wettelijk collegegeld. Vluchtelingstudenten volgen zoveel mogelijk het reguliere hoger onderwijs, maar hebben vaak behoefte aan extra begeleiding. Contact of vragen: Er is een landelijke Taskforce vluchtelingen hoger onderwijs (TVHO) ingesteld om initiatieven voor vluchtelingstudenten te stroomlijnen en knelpunten weg te nemen. Contact met deze taskforce kan via [email protected]. Voor specifieke informatie zijn ook de volgende contactpersonen beschikbaar: • Stichting voor vluchtelingenstudenten UAF, A. de Voogd: www.uaf.nl of [email protected] • Vereniging voor Samenwerkende Nederlandse Universiteiten VSNU: www.vsnu.nl, [email protected] • Vereniging Hogescholen, [email protected] • EP-Nuffic, [email protected] Pagina 19 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 9 Voorschoolse educatie Gemeenten zijn verplicht een aanbod te doen voor peuters (tussen 2,5 en 4 jaar) met een risico op taalachterstand. Gemeenten bepalen hierbij zelf de doelgroep, maar dit zijn in ieder geval kinderen van laagopgeleide ouders. Het aantal ‘nieuwe’ peuters wordt verspreid over alle gemeenten. Per gemeente zal naar verwachting het aantal te overzien zijn in relatie tot het beschikbare budget. Op COA-locaties worden asielzoekerspeuters centraal opgevangen. Deze locaties staan vaak in kleinere gemeenten die soms helemaal geen goab-middelen ontvangen en soms een beperkt bedrag. Huidige bekostiging • De gemeenten krijgen vanuit het Rijk middelen om de voorscholen te bekostigen. Dit doen zij uit de middelen die beschikbaar worden gesteld voor het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid (goab-middelen). • Een hogere instroom van peuters heeft geen effect op de hoogte van het goab-budget dat gemeenten ontvangen. • De hoogte van het budget staat vast: €361 mln. in 2016, waarvan ongeveer 70% (€ 252 mln.) wordt besteed aan vve. Vanaf 2017 neemt het goabbudget af: een ramingsbijstelling van € 10 mln. in 2017 oplopend tot € 50 mln. in 2020. • De goab-middelen zijn ongelijk over Nederland verdeeld. De middelen worden nu nog verdeeld op basis van de schoolgewichten in 2009, waarbij de grootste gemeente meer geld krijgen per schoolgewicht. Er is een aantal gemeenten die helemaal geen goab-middelen krijgen (circa 13% van de gemeenten). • Bij deze bekostiging wordt gekeken naar het opleidingsniveau van ouders: het aantal schoolgewichten in de gemeenten in 2009. De toename van asielzoekers heeft (vrijwel) geen invloed op de hoogte van het budget, omdat asielzoekers met status uitspreid worden over Nederland en omdat deze teldatum nog voor de grote toestroom van de vluchtelingen is. • Op dit moment doet het CBS onderzoek naar een nieuwe indicator voor de bekostigingssystematiek. Hierbij wordt ook gekeken naar de verblijfsduur in Nederland. Het is de bedoeling dat vanaf 2018 de nieuwe indicator in werking treedt voor de verdeling van de goab-middelen. Ondersteuning van gemeenten door het Rijk Het Rijk zal gemeenten inhoudelijke ondersteuning bieden ten aanzien van asielzoekerskinderen in de VVE. Hierin komt de toestroom van vluchtelingen(peuters) expliciet aan bod. • De ondersteuning voor gemeenten zal worden ingebed in de huidige ondersteuningsstructuur voor gemeenten inzake het onderwijsachterstandenbeleid (deze ondersteuning wordt uitgevoerd door een consortium van Oberon, Sardes en de CED-groep). • De ondersteuningsstructuur is bedoeld om gemeenten concreet te ondersteunen in de toestroom van vluchtelingen door hen in kleinere bijeenkomsten in de regio bij elkaar te brengen en gezamenlijk naar oplossingen zoeken. • Kenmerk en doel is dat deelnemers van en met elkaar leren om gezamenlijk kennis op te bouwen rond een gedeeld domein/interesse, waarbij gebruik wordt gemaakt van de verschillende expertise van de deelnemers en waarbij Pagina 20 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 • • het leren gericht is op verbetering. Hierbij zal professionele coaching en procesbegeleiding vanuit het consortium plaatsvinden. Ook voor vve-locaties vindt er ondersteuning plaats over hoe zij op werkvloer kunnen omgaan met de toestroom van asielzoekerspeuters. Er zal een bijeenkomst met kinderopvangorganisaties en peuterspeelzalen gehouden worden over het omgaan met deze bijzondere groep. Ook wordt er een notitie ontwikkeld waarin al deze relevante en praktische informatie verwerkt zal worden. Deze ondersteuning is uitbesteed aan de Brancheorganisatie Kinderopvang en de MOgroep. Meer informatie of vragen: [email protected] Pagina 21 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 10 Passend onderwijs en jeugdzorg 10.1 Zorgplicht in het kader van Passend Onderwijs Nadat een leerling schriftelijk door de ouders/voogd is aangemeld voor een school dient de school te onderzoeken of de leerling extra ondersteuning nodig heeft. Zo ja, dan start de zorgplicht van de school. Dit betekent dat de school verplicht is om zorgvuldig te onderzoeken welke extra ondersteuning een leerling nodig heeft en wat de ondersteuningsmogelijkheden van de school in kwestie zijn (eventueel met steun vanuit het samenwerkingsverband). Het gaat hier om extra ondersteuning ten aanzien van stoornissen of handicaps van de leerling of beperkingen die de leerling ervaart bij het deelnemen aan onderwijs. Als de school de noodzakelijke ondersteuning niet zelf kan bieden en aangeeft dat de leerling beter naar een andere school kan gaan, moet de school na overleg met de ouders/voogd zorgen dat er een school gevonden wordt die wel een passend aanbod kan doen en de leerling zal toelaten. Extra ondersteuningsbehoefte in het kader van passend onderwijs omvat niet het bijschaven van het Nederlands om de leerling klaar te stomen om deel te nemen aan het reguliere onderwijs. Onder extra ondersteuning wordt dus niet verstaan ondersteuning ter bevordering van de beheersing van de Nederlandse taal met het oog op het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden. Wanneer vastgesteld wordt dat een leerling alleen extra taalonderwijs nodig heeft en geen stoornis/ beperking heeft waarvoor extra ondersteuning nodig is, dan kan de leerling worden geplaatst in een schakelklas. Er is dan geen zorgplicht in het kader van passend onderwijs. 10.2 Jeugdwet Voor asielkinderen die meer of andere zorg nodig hebben geldt de volgende afspraak: • Gemeenten zijn in principe vanuit de Jeugdwet verantwoordelijk voor de jeugdhulp aan alle kinderen. Dus ook voor de jeugdhulp aan vluchtelingenkinderen. • Voor de hulp aan vluchtelingenkinderen die in een opvanglocatie van het COA verblijven, is een afwijkende afspraak gemaakt. COA organiseert en financiert in deze gevallen de jeugdhulp. Hieronder staat hierover meer informatie. Toeleiding naar en bekostiging van Jeugdhulp op de opvanglocaties Specifiek voor asielzoekerskinderen op de opvanglocaties worden de meeste vormen van Jeugdhulp vanaf 2015 vergoed vanuit de Regeling Zorg Asielzoekers (RZA). De route naar Jeugdhulp voor asielzoekerskinderen wijkt hierdoor af van de route naar Jeugdhulp voor reguliere leerlingen. Regeling Zorg Asielzoekers De bekostiging voor Jeugdhulp aan asielzoekerskinderen is opgenomen in de Regeling Zorg Asielzoekers (RZA). Om een beroep te doen op de RZA is een indicatie nodig. Deze indicatie wordt afgegeven door SCIO Consult. SCIO Consult onderzoekt of een kind Jeugdhulp nodig heeft, welke soort zorg nodig is, hoeveel zorg dit is en voor welke periode. Pagina 22 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Procedure aanvraag Jeugdhulp voor asielzoekerskinderen Ouders of begeleiders van het asielzoekerskind nemen, eventueel met hulp van de huis- of jeugdarts op het asielzoekerscentrum, een hulpverlener of een andere contactpersoon van het COA contact op met SCIO Consult om een indicatie aan te vragen. Aan de hand van onderzoek bij o.a. de ouders, huis- of jeugdarts en zorgverleners stelt SCIO Consult een indicatieadvies op. Hierin staat op welke zorg het kind aanspraak kan maken, hoeveel zorg dit is en voor hoe lang. MCA (Menzis COA Administratie) geeft op basis van dit indicatieadvies een machtiging af. Rol van de school bij het toeleiden naar Jeugdhulp voor asielzoekers Zodra een school signaleert dat een asielzoekerskind behoefte heeft aan een vorm van Jeugdhulp kan de school contact opnemen met de contactpersoon op de opvanglocatie . Deze contactpersoon kan de aanvraag voor indicatie richting SCIO vervolgens in gang zetten. Nadat MCA een machtiging heeft afgegeven voor de Jeugdhulp zal de betrokken school hierover van MCA een terugkoppeling ontvangen. Meer informatie of vragen: [email protected] Pagina 23 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 11 Aanbevelingen Regionale samenwerking Het verdient aanbeveling een regionale (bijvoorbeeld samenwerkingsverband Passend Onderwijs), gemeentelijke of grootstedelijke aanpak na te streven voor het regelen van het onderwijs aan nieuwkomers. Een regionale aanpak heeft een aantal voordelen: • door van te voren afspraken te maken over waar nieuwkomers opgevangen (gaan) worden, worden scholen niet meer plotseling geconfronteerd met de instroom van nieuwkomers; • expertise (bijv. NT2) kan op deze wijze gemakkelijker worden gebundeld; • de uitstroom naar vervolgscholen is van te voren geregeld zodat er geen kinderen te lang op een nieuwkomersvoorziening hoeven te blijven of thuis komen te zitten. • Bij samenwerking kunnen scholen de leerlingen clusteren en daarmee eerder in aanmerking komen voor bekostiging. Pagina 24 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 12 Contact, vragen of signalen Voor PO en VO: www.lowan.nl Voor alle vragen: [email protected] Pagina 25 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 13 Websites en verwijzingen: Voor informatie over opvang vluchtelingen: https://www.coa.nl/ Voor informatie over immigratie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/immigratie en https://www.ind.nl/ Voor een handreiking aan gemeenten over de verhoogde asielinstroom: http://www.burgemeesters.nl/asielinstroom Officiële website met de aanvullende regelingen PO: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-9263.html Landelijke onderwijswerkgroep asielzoekers en nieuwkomers (LOWAN) www.lowan.nl Website financiën Primair onderwijs: http://www.lowan.nl/primair-onderwijs/financiering/ocwduo Website financiën Voortgezet onderwijs: http://www.lowan.nl/voortgezet-onderwijs/financiering/ocwduo Voor informatie over volwasseneneducatie: www.steunpuntve.nl Voor informatie over inburgeren: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/nieuwin-nederland en www.inburgeren.nl Voor informatie van DUO over onderwijs aan vluchtelingen: https://duo.nl/Images/E-zine-algemeen-vluchtelingen-kinderen-25-november2015_tcm7-55057.html Voor internationale schakelklassen (VO): www.lowan.nl Voor diplomawaardering en Indicatie Onderwijsniveau: http://idw.nl/onderwijsinstellingen.html Voor ondersteuning aan studenten: www.uaf.nl Pagina 26 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 Bijlage I Toezicht primair onderwijs Type 1 - school verbonden aan asielzoekerscentrum Criteria • De school is verbonden aan een asielzoekerscentrum (azc). • De school bevindt zich op het terrein van of in de nabije omgeving van het azc. Toezichtvorm • Elke twee jaar vindt een kwaliteitsonderzoek plaats. Type 2 - school uitsluitend gericht op eerste opvang van en onderwijs aan nieuwkomers, eventueel inclusief kinderen van een azc Criteria • De school verzorgt uitsluitend onderwijs aan nieuwkomers. • De school functioneert zelfstandig, maar kan wel gekoppeld zijn aan een ‘moederschool’. • De school bestaat minimaal twee jaar. • De school beschikt over een eigen schoolplan en schoolgids, of – in het geval van een koppeling aan een ‘moederschool’ – neemt in de documenten van de moederschool een duidelijke plaats in. • Leerlingen kunnen na een periode van 1 tot 1,5 jaar uitstromen naar een (reguliere) basisschool of naar het voortgezet onderwijs. Onder de type 2-voorzieningen vallen ook grotere type 3-voorzieningen met 3 of meer nieuwkomersklassen Toezichtvorm • Elke twee jaar vindt een kwaliteitsonderzoek plaats. Type 3 - klas(sen) gericht op eerste opvang/onderwijs aan nieuwkomers, verbonden aan een basisschool; de klassen kunnen een functie hebben voor de betreffende school, voor alle scholen van een bestuur, voor verschillende besturen, voor de gemeente of voor de regio Criteria De nieuwkomers- of eerste-opvangklassen: • zijn gekoppeld aan een (reguliere) school en maken deel uit van de basisschool; • zijn aparte klassen waarin uitsluitend nieuwkomers zitten; • bestaan uit één of twee klassen; • zijn gericht op het leren van de Nederlandse taal; • verzorgen voor de duur van 1 tot 1,5 jaar onderwijs aan nieuwkomers; • verzorgen één of meer dagen/dagdelen per week onderwijs voor nieuwkomers; • vallen onder de verantwoordelijkheid van de directie van de school c.q. het bevoegd gezag. Zij zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de opvang en het onderwijs in de nieuwkomersklassen. Toezichtvorm Pagina 27 van 28 Definitief | Informatiedocument onderwijs aan asielzoekerskinderen | mei 2016 • vanaf februari 2016 betrekt de inspectie de kwaliteit van het onderwijs in de nieuwkomersklas(sen) bij kwaliteitsonderzoeken op de basisschool waar de nieuwkomersklassen aan verbonden zijn. Type 4 – geen aparte voorziening: nieuwkomers zijn geïntegreerd in een (reguliere) school en zitten in reguliere basisschoolklassen Criteria • De nieuwkomers zitten in de reguliere basisschoolklassen. De nieuwkomers gaan mogelijk wel voor enkele dagdelen naar een aparte klas voor nieuwkomers. Toezichtvorm • Voor dit type is geen apart toezicht; het onderwijs aan de nieuwkomersleerlingen wordt meegenomen bij het reguliere toezicht op de basisschool waaraan ze verbonden zijn. In de strikte zin van het woord is hier geen sprake van een aparte voorziening, hooguit van aangepast onderwijs. Pagina 28 van 28