Kerntaken Sportmanagement Kerntaak 1: Ontwikkelt en adviseert t.a.v. strategie en beleid voor de sportorganisatie De beleidscyclus kent vier fasen: beleidsvoorbereiding, besluitvorming, beleidsuitvoering en de evaluatie van het gevoerde beleid. Dit beleid kan betrekking hebben op strategische aspecten, sociaal personele aspecten, financiële aspecten, huisvesting- en overige facilitaire zaken, en/of de kwaliteit van zowel de sportorganisatie als het sportprogramma (aanbod). Over het algemeen gaat het om beleid op de lange en middellange termijn. Dat betekent dat de sportmanager werkt aan de missie en meerjaren visie van de sportorganisatie en dit vertaalt in een meerjarenbeleidplan. De sportmanager signaleert zowel de ontwikkelingen binnen de sportorganisatie (sterkten en zwakten), als de externe trends en ontwikkelingen in wereld van sport en bewegen (kansen en bedreigingen) en vertaalt deze naar mogelijk beleid. De wensen en behoeften van de sportconsumenten vormen één van de uitgangspunten voor het (te vormen) beleid. Dat betekent dat hij voorstellen en notities voor het bestuur/management/aandeelhouder/politiek schrijft waarin het meerjarenbeleid verwoord wordt. Hiervoor kan nader onderzoek nodig zijn; in dat geval zorgt de sportmanager er voor dat het onderzoeksdoel geformuleerd wordt, zet hij of zij (deel-)opdrachten uit en zorgt er zo voor dat het onderzoek uitgevoerd wordt. Op basis van de resultaten worden aanbevelingspunten en een beleidsvoorstel geformuleerd. Kerntaak 2: Managet de bedrijfsvoering van de sportorganisatie De sportmanager draagt binnen de gestelde beleidskaders zorg voor een goede bedrijfsvoering en een adequate uitvoering van de operationele werkzaamheden. Hiermee realiseert hij of zij de nodige randvoorwaarden voor het sportaanbod/-programma. De bedrijfsvoering omvat ook het aansturen van de zorg voor de sportaccommodatie en sportfaciliteiten. Kerntaak 3: Ontwikkelt en positioneert het sport- en bewegingsprogramma De sportmanager stelt vanuit de beleidskaders van de sportorganisatie een (meerjaren en/of een jaar) sport- en bewegingsprogramma op. Daartoe verzamelt de sportmanager eerst gegevens over de diverse doelgroepen en de wensen van deze sporters, of zet daartoe marktonderzoek uit. De sportmanager werkt vraaggericht en signaleert de nieuwe marktkansen. De sportmanager formuleert (een voorstel voor) een (nieuw) sportaanbod. Het voorstel benoemt ook de randvoorwaarden die nodig zijn om het aanbod te kunnen realiseren (accommodatie, materialen, begeleiding, personeel, organisatie, budget, e.d.). Kerntaak 4: Beheert en genereert financiën De sportmanager beheert de financiën. Hij of zij initieert en bereidt het strategisch financieel beleid van de sportorganisatie, c.q. organisatieonderdeel voor. Wanneer het bestuur, management of relevant politiek gremium het financieel beleid heeft vastgesteld, is de sportmanager in de uitvoering eindverantwoordelijk voor de financiën van de sportorganisatie. Middels het financieel beleid van het bestuur, de directie, het management of het relevante politieke gremium krijgt de sportmanager een totaalbudget voor zijn werkgebied toegewezen. Hij of zij stelt een meerjarenbegroting op, evenals de deelbegrotingen voor de diverse werkplannen en jaren, bepaalt de budgetten en bewaakt deze. Hierbij worden financiële prioriteiten gesteld en keuzen gemaakt. De sportmanager stelt financiële targets aan zijn medewerkers en ziet er op toe dat deze gehaald worden. Tevens bepaalt hij of zij welke financiële formats gehanteerd worden en/of hanteert hij/zij het voor de organisatie vastgestelde financiële format. Kerntaak 5: Verricht onderzoek en evalueert de effectiviteit van de werkzaamheden Sportmanagers monitoren de effectiviteit van de werkzaamheden van de organisatie. Dit doen ze door het regelmatig evalueren van de bedrijfsprocessen en -resultaten. Om meer inzicht te krijgen in de factoren die de effectiviteit van de organisatie beïnvloeden verrichten sportmanagers onderzoek. Sportmanagers formuleren concrete en eenduidige onderzoeksvragen, stellen desgewenst hypotheses op, doen literatuuronderzoek, kiezen of ontwikkelen meetinstrumenten zoals vragenlijsten, verzamelen, registreren en interpreteren data en trekken conclusies. Ook vertalen sportmanagers resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar de eigen organisatie.