1.1 Over de Nieuwe en de Nieuwste tijd

advertisement
1.1 Over de Nieuwe en de
Nieuwste tijd
De nieuwe tijd

±1500 - ± 1800
Grieks Romeinse cultuur


Renaissance =
wedergeboorte
Verdergaan waar de
Grieken en
Romeinen gebleven
waren
Handel



Naast landbouw werd handel belangrijk
Ontdekkingsreizen
Wereldhandel met Europa als middelpunt
Vorsten de macht


Edelen verliezen de
macht
Scheiding tussen
kerk en staat
Scheiding christelijk geloof



16de eeuw
Protestante kerken
scheidden zich af
van de katholieke
kerk
Luther en Calvijn
De Nieuwste tijd

±1800 – nu
Wetenschappelijke revolutie




Nieuw manier van
onderzoeken
observeren
Experimenteren
Redeneren
De Romantiek


Nieuwe stroming in de kunst
De belangstelling voor de Middeleeuwen
groeide weer
De industrie



Industrie ontwikkelt
zich
Na 1750
Industrie wordt het
belangrijkste middel
van bestaan
Het parlement


Vorsten raken de
macht kwijt aan het
parlement
Bevolking krijgt
kiesrecht
De -ismen


Opvattingen over
hoe de mensen het
beste met elkaar
konden samenleven
Kapitalisme,
socialisme,
conservatisme en
liberalisme
De Franse revolutie

1789

Koning ten val

Gelijkheid van
godsdienst
Download