Her2/Neu bepaling bij borstkanker M.W.P.M. van Beek, patholoog * en dr. A.J.C. van den Brule, moleculair bioloog * Inleiding Het erfelijk materiaal van de mens is opgeslagen in 46 chromosomen, welke ongeveer 6.000.000.000 nucleotideparen bevatten. Met behulp van het Humane Genoomproject is de gehele DNA-nucleotidevolgorde bepaald en men is tot de conclusie gekomen dat de mens ongeveer 30.000 genen heeft. De laatste jaren zijn geavanceerde moleculair-biologische technieken beschikbaar gekomen, waarmee het mogelijk is om afwijkingen van genen en genexpressie te herkennen op het chromosoom zelf aan de hand van hun nucleotidesequentie. Geleidelijk vinden deze moleculair-biologische technieken ingang in de pathologie en een goed voorbeeld hiervan is de bepaling van overexpressie van het Her2/Neu gen bij borstkankerpatiënten. Her2/Neu en Herceptin Her2/Neu is een humane epidermale groeifactorreceptor 2, ook wel C-erbB-2 genoemd. Het maakt onderdeel uit van een familie van groeifactoren, waarvan niet alleen de epidermale groeifactor (EGFR/Her 1) doch ook C-erbB-3 (Her 3) en C-erbB-4 (Her 4) deel uitmaken. Wanneer de Her2/Neu receptor op de celmembraan in verhoogde mate aanwezig is, zorgt dit voor een agressiever gedrag van de tumor. Door deze receptor te blokkeren met Herceptin, wordt deze verhoogde groeisnelheid sterk verlaagd. Er is overigens geen natuurlijk ligand (een eiwit dat zich bindt met de receptor) voor Her2/Neu bekend. De overexpressie van Her2/Neu kan ook met behulp van immunohistochemische (IHC) technieken worden herkend op de celmembraan. Her2/Neu overexpressie wordt gezien bij 15 tot 25% van de borstkankerpatiënten. Deze overexpressie van eiwitten op de celmembraan heeft als basis een amplificatie van het Her2/Neu gen. Deze genamplificatie kan op het chromosoom zelf worden herkend door middel van fluorescentie-in-situ-hybridisatie (FISH). Het aantonen van deze overexpressie is van belang omdat deze de gevoeligheid bepaalt van het borstkankerweefsel voor antilichamen tegen Her2/Neu (Herceptin®) en de ge- voeligheid voor bepaalde (zwaardere) vormen van chemotherapie. Ook is in die gevallen een andere hormonale therapie geïndiceerd. Herceptin (trastuzimab) is een gehumaniseerd monoklonaal antilichaam tegen de receptor op de celmembraan. Therapie met Herceptin geeft een significant verlengde overleving en een responsrate van ongeveer 20%. Inmiddels is de Her2/Neu bepaling in de nieuwe CBO richtlijn opgenomen als routinebepaling bij alle patiënten met borstkanker. Andere toepassingen van moleculaire diagnostiek in de pathologie zijn genoemd in tabel 1. Bepaling De behandeling met Herceptin is zeer duur en het is daarom van belang dié patiënten te selecteren die kunnen profiteren van een Herceptinbehandeling. De immunohistochemische methode toont de Her2/Neu- Figuur 1. Immunologische Her2/Neu-bepaling toont een zwakke aankleuring (bruin op een grijsblauwe achtergrond). Tabel 1. Indicatiegebieden moleculaire diagnostiek Pathologie 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Onderscheid goed- en kwaadaardige tumoren. Classificatie van goed- of kwaadaardige tumoren. Klonale verwantschap (tumoren, tweelingonderzoek, weefselverwisseling). ‘Minimal disease’ detectie. Vroegdiagnostiek. Prognosebepaling (incl. gevoeligheid voor therapie). Erfelijkheidsonderzoek. * laboratorium voor pathologie van de Stichting PAMM Medisch Journaal, jaargang 33, no. 4 Figuur 2. Hier een sterke aankleuring van de tumorcelwanden over de gehele contour, gescoord als 3+ (= maximumscore). Deze score wordt beschouwd als positief. 155 receptor aan op de celmembraan. Deze methode is relatief goedkoop maar de interpretatie in het overgangsgebied van positief en negatief kan moeilijk zijn (figuur 1 en 2). De aankleuring van de celmembranen wordt gescoord als 0, 1+, 2+ of 3+. Een score 0 of 1+ geldt als negatief. Een score 3+ geldt als positief. Bij een score 0 of 1+ zal de patiënt niet en bij een score 3+ wel in aanmerking komen voor therapie met Herceptin. Is de score 2+ dan valt de patiënt in het tussengebied en volgt aanvullend onderzoek met de FISH-techniek. De FISH-techniek is duur, maar altijd nog veel goedkoper dan de Herceptintherapie. De interpretatie van de resultaten is eenvoudiger. Een vergelijking tussen de resultaten van FISH en IHC staat in tabel 2. Evenals de IHC, kan ook de FISH geschieden op materiaal dat in formaline is gefixeerd en in paraffine is ingebed. Hiervan heeft elk PA-laboratorium uitgebreide archieven en er kunnen dus bepalingen worden verricht op weefsel dat lang geleden is verwijderd. Bij de bepaling wordt een groen oplichtende centromeerprobe voor chromosoom 17 gebruikt en een oranje oplichtende probe voor het Her2/Neu gen dat eveneens op chromosoom 17 is gelegen. Als achtergrondkleuring wordt een blauwe DAPI-kleuring (4-6-diamidino-2-phenylindole) gebruikt. DAPI bindt zich aan dubbelstrengs-DNA en vormt daarbij blauw fluorescerende complexen. Voor het aflezen, wordt het beeld driemaal gefotografeerd. Eenmaal met het blauw filter voor de DAPI-achtergrondkleuring, éénmaal met een groen filter voor de chromosoom 17 probe en éénmaal met een oranje filter voor de Her2/Neu probe. Deze beelden worden elektronisch op elkaar gelegd, waarna het beeld kan worden geïnterpreteerd. Hierbij is de ratio tussen het Tabel 2. Vergelijking bij 529 patiënten van de immunohistochemische (IHC) score van de Her2/Neu-gen overexpressie met de fluorescentie-in-situ-hybridisatie (FISH) techniek (bron: Vysis,Inc) Figuur 3. FISH-bepaling. Kleuring met reagentia van Pathvision, Vysis, Abbott. Het aantal Her2/Neu-genen (oranje) is lager dan het aantal chromosomen 17 (groen). Er is dus geen overexpressie van het Her2/Neu-gen. Figuur 4. FISH-bepaling. Kleuring met reagentia van Pathvision, Vysis, Abbott. Het aantal Her2/Neu-genen (oranje) is vele malen hoger dan het aantal chromosomen 17 (groen). Er is dus een duidelijke overexpressie van het Her2/Neu-gen. 156 IHC score FISH 0 1+ 2+ 3+ Geen overexpressie 207 28 67 21 Wel overexpressie 7 2 21 176 3% 7% 24 % 89 % Her2/Neu gen en het chromosoom 17 centromeer van belang. Men spreekt pas van overexpressie als het Her2/Neu gen tweemaal of vaker wordt gezien dan het chromosoom 17 centromeer (figuur 3 en 4). Het is nu ook duidelijk waarom de bepaling van het centromeer van chromosoom 17 essentieel is: het gaat immers om de ratio en niet om het absolute aantal per celkern. Op deze manier wordt ook in geval van aneuploïdie de Her2/Neu gen amplificatie correct gescoord. Conclusie De FISH-techniek wordt beschouwd als de gouden standaard voor het bepalen van de overexpressie van het Her2/Neu gen. Uiteindelijk moet de gouden standaard gevormd worden door het klinische gedrag van de tumor en/of de reactie op Herceptintherapie. Hiervoor is klinische feedback nodig naar het laboratorium. Dankwoord De auteurs danken de heren R. van Hezik en T. van der Aa, analisten laboratorium voor Pathologie van de Stichting PAMM, voor het vervaardigen van de foto’s. Medisch Journaal, jaargang 33, no. 4