Van top tot teen Interactieve lessen gezondheid en taal Docentenhandleiding Isabelle Klompenhouwer Hannie van Osnabrugge u i t g e v e r ij coutinho bussum 2008 c Deze docentenhandleiding hoort bij Van top tot teen van Isabelle Klompenhouwer en Hannie van Osnabrugge. © 2008 Isabelle Klompenhouwer en Hannie van Osnabrugge Alle rechten voorbehouden. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). Uitgeverij Coutinho Postbus 333 1400 AH Bussum [email protected] www.coutinho.nl Noot van de auteurs Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever. ISBN NUR 978 90 469 0091 8 184, 048 Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 2/35 Voorwoord Allochtonen doen vaker dan autochtonen een beroep op de hulpverlening, maar het ontbreekt hen nog dikwijls aan voldoende kennis van de Nederlandse taal en het systeem van de Nederlandse gezondheidszorg om zich zelfstandig bij huisarts, specialist en apotheek te kunnen redden. Ook hebben zij weinig informatie over gezondheid in het algemeen en het functioneren van hun eigen lichaam in het bijzonder. Tijdens het werken met allochtone groeperingen* bleek steeds vaker dat mensen graag meer willen leren over alles wat met gezondheid te maken heeft. Kennis van het functioneren van het lichaam en vooral ook de taalvaardigheid die nodig is om je te kunnen redden in de gezondheidszorg is een belangrijke voorwaarde voor maatschappelijke participatie. Daarom heeft RBO-Educatief het initiatief genomen tot de ontwikkeling van Van top tot teen. Door het volgen van de lessen wordt men, voor het contact met hulpverleners, minder afhankelijk van familie en tolken. Het doel van Van top tot teen is dan ook het vergroten van de zelfredzaamheid van (allochtone) volwassenen in de Nederlandse gezondheidszorg. De ontwikkeling van Van top tot teen is mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het VSBfonds, het Innovatiefonds Zorgverzekeraars (voorheen RVVZ), Stichting Sluyterman van Loo en Stichting RCOAK. Zonder hun steun zou dit project niet tot stand zijn gekomen. Veel mensen hebben op een of andere manier een bijdrage geleverd aan Van top tot teen. Wij bedanken: Maria Drewes, coördinator Gezondheidsvoorlichting in eigen taal en cultuur bij het NIGZ, Woerden (advies en tekstbijdrage) Dr. Wouter van Kempen, huisarts Gezondheidscentrum Schalkwijk, Haarlem Dr. Maarten Verberk, Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid, UVA Isabelle Langeveld, Helder & Wijzer Marijke Schrier, Steunpunt Hayat, GGD Noord-Kennemerland Zij hebben ons met raad en daad bijgestaan bij het ontwikkelen van dit programma. Een aantal mensen hebben de eerste les van Van top tot teen bekeken en vanuit hun expertise als docent, voorlichter of begeleider voorzien van commentaar. Raja Alouani, Habiba Atif, Khadija Bekkali, Khadija Bouida, Jannet Gercama-Broekhuis, Margo Groot, Joke Kop, Chaib Lailufi, Menno Steen, Wendy Steenmeijer, Mieke Schoenmakers, Ignace Verberk, Mannette van der Voort-Maarschalk, Annemarie Wijnhoven, cursisten NOVA college Beverwijk, cursisten ontwikkelingscentrum Vrouw en Vaart, Amsterdam, bedankt! *Onder andere bij het trainen van docenten voor het geven van een Dubbelklik-cursus en de cursus ALLEZ, gericht op maatschappelijke participatie van allochtone vrouwen. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 3/35 Wij hopen dat deze handleiding en het programma Van top tot teen u helpen bij het organiseren en uitvoeren van cursussen en voorlichtingsbijeenkomsten over gezondheid. De ontwikkelaars van Van top tot teen, werkzaam bij RBO-Educatief in Haarlem, organiseren trainingen en workshops om met Van top tot teen te leren werken. Voor meer informatie: Isabelle Klompenhouwer en Hannie van Osnabrugge RBO-Educatief Kruisweg 70 2011 LG Haarlem T 023 - 512 40 80 F 023 - 542 51 54 [email protected] www.rbo.nl Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 4/35 Inhoud I Algemene informatie 6 II Beschrijving van Van top tot teen 9 III Handleiding per les Introductieles Les 1 Eten en drinken Les 2 Frisse lucht Les 3 Met kloppend hart Les 4 Botje bij botje Les 5 Man, vrouw, kind 15 15 17 20 23 26 29 IV Overzicht van ander schriftelijk lesmateriaal 32 V Technische informatie over Van top tot teen 33 Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 5/35 I Algemene informatie Interactieve lessen over het menselijk lichaam Van top tot teen is een interactief en multimediaal pakket van vijf lessen over het menselijk lichaam. De lessen gaan over: • de spijsvertering • de ademhaling • het hart en de bloedvaten • de botten en de spieren • de geslachtsorganen en seksualiteit Van top tot teen is in de eerste plaats gericht op kennis van het menselijk lichaam. In de lessen wordt ook veel informatie gegeven over gezond leven. Daarnaast bevat elke les taalopdrachten. Van top tot teen is geschikt voor gebruik in voorlichtingsbijeenkomsten over gezondheid en gezondheidszorg. Het programma kan ook ingezet worden in taallessen Nederlands als tweede taal. Voor wie is Van top tot teen bedoeld? Van top tot teen is bedoeld voor (allochtone) vrouwen en mannen met een laag Nederlands taalniveau en weinig schoolopleiding. Het programma past binnen het onderdeel OGO (Opvoeding, Gezondheid en Onderwijs) van voorbereidingscursussen op het inburgeringsexamen in ROC’s en taalinstituten, maar is ook geschikt voor gebruik in buurthuizen, moedercentra en andere instellingen die werken op het gebied van integratie en/of gezondheidsvoorlichting. In het VMBO kan Van top tot teen gebruikt worden bij het vak Biologie/Verzorging (onder andere voor de sector Zorg en Welzijn) Daarnaast is het geschikt voor het speciaal voortgezet onderwijs en de Praktijkscholen. De lessen zijn gemaakt in het Nederlands. Het vereiste taalniveau is minimaal A1 (lezen en luisteren). Van top tot teen kan gebruikt worden door mensen die weinig ervaring met de computer hebben. Mensen zonder ervaring op de computer kunnen vooraf leren klikken en slepen met het programma Dubbelklik (een interactieve computercursus op cd-rom, uitgegeven door Uitgeverij Coutinho). Gebruik van Van top tot teen Van top tot teen kan op verschillende manieren worden gebruikt. In de eerste plaats is van Van top tot teen ontwikkeld voor gebruik in cursussen. Daarvoor zijn, afhankelijk van het (taal)niveau van de cursisten, minimaal zes bijeenkomsten nodig van ongeveer twee uur, exclusief een korte pauze. Na de introductie van het onderwerp van de les, werken de cursisten zelfstandig met het programma. Na afloop wordt de les nabesproken. Er kunnen dan ook vragen beantwoord worden. Deze handleiding kan u helpen bij het geven van een cursus met Van top tot teen. In de tweede plaats kan Van top tot teen gebruikt worden bij voorlichtingsbijeenkomsten bijvoorbeeld van de GG&GD. Ook is Van top tot teen geschikt als visueel materiaal voor de voorlichting in de eigen taal. Van top tot teen is weliswaar gemaakt in het Nederlands, maar er zijn veel animaties die de processen in het lichaam begrijpelijk Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 6/35 maken. In principe is Van top tot teen ook geschikt voor zelfstandig gebruik, door de mensen thuis, mits er enige hulp is bij de installatie. Gebruik van Van top tot teen in de thuissituatie is niet kosteloos. In deel V van deze handleiding vindt u meer informatie over het installeren van Van top tot teen. Leerdoelen van Van top teen De algemene doelen van Van top tot teen zijn gericht op: Kennis Na het werken met Van top tot teen hebben de cursisten kennis van de werking van de belangrijkste onderdelen van het menselijk lichaam: • de cursisten weten waarom we eten en ademhalen; • de cursisten weten hoe het bloed als vervoermiddel werkt; • de cursisten weten dat verbranding in het lichaam energie geeft en afvalstoffen maakt; • de cursisten weten hoe botten, spieren en het zenuwstelsel samenwerken om te kunnen bewegen; • de cursisten kennen de namen van de belangrijkste organen en kunnen deze aanwijzen; • de cursisten weten hoe nieuw leven ontstaat. Inzicht • De cursisten hebben na afloop van het werken met Van top tot teen inzicht in de samenhang en de samenwerking van de verschillende organen van het lichaam; • de cursisten zijn zich meer bewust van de invloed die zij zelf hebben op hun gezondheid. Zij kennen bijvoorbeeld het belang van gezonde voeding en voldoende beweging; • de cursisten hebben meer inzicht in wat zij zelf kunnen doen bij ‘gewone’ klachten en wanneer het nodig is een dokter te raadplegen. Taalvaardigheid • De cursisten kennen de Nederlandse woorden en begrippen die te maken hebben met de werking van het menselijk lichaam; • de cursisten zijn zelfstandig(er) in staat om, in het Nederlands, met een hulpverlener, zoals een huisarts, hun vragen en klachten te bespreken. Taalniveau De cursisten van Van top tot teen moeten kunnen lezen en luisteren op niveau A1. Tijdens het groepsdeel van de les, de inleiding op het onderwerp van de les, wordt bij de uitleg gebruikgemaakt van eenvoudige taal. Vooral voor cursisten met een laag taalniveau is het van belang ook ‘lijfelijk’ bezig te zijn. U kunt bijvoorbeeld de nieuwe woorden introduceren door in het introductiedeel van de les opdrachten te geven als: ‘Leg je hand op je hart’ en ‘Wijs je kniegewricht aan’. Deze werkwijze is gebaseerd op de TPR-methode, Total Physical Response. De TPR-methode is een beproefde manier om nieuwe concepten aan te leren via een Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 7/35 lijfelijke ervaring. Het gaat hierbij vaak om fysiek voordoen en navolgen, terwijl de docent de bijbehorende tekst spreekt. Alle lessen hebben auditieve ondersteuning. Voor de cursisten die het Nederlands niet goed beheersen is het belangrijk aandacht te besteden aan woorden die in de les worden gebruikt. Deze woorden staan in deze docentenhandleiding bij elke les apart vermeld. Elke les heeft ook een woordenboek waarin de woorden uit de les nog eens onder elkaar staan en (in het Nederlands) worden uitgelegd. U kunt met deze woorden binnen of buiten de les extra taaloefeningen doen voor cursisten met een laag taalniveau. Opbouw van een les De cursus omvat minimaal zes wekelijkse bijeenkomsten van twee uur. De eerste bijeenkomst is een introductieles. Elke les heeft dezelfde opbouw: • start (ongeveer 10 minuten) • groepsdeel, uitleg en introductie van het onderwerp van de les (ongeveer 20 minuten) • praktijk (ongeveer 60 minuten) • nabespreking (20 minuten) • huiswerk (ongeveer 5 minuten) Deze lesindeling is een richtlijn gebaseerd op de ervaringen tijdens het testen van de cursus. Afhankelijk van het tempo en het niveau van uw cursisten (en de organisatorische mogelijkheden) kunt u meer of minder tijd per les reserveren en/of meer of minder dan zes lessen aanbieden. Vereiste hardware en software. Er is een ruimte nodig met een bord of een flap-over. Er zijn voldoende stoelen en tafels voor de cursisten nodig, in een vergaderopstelling. Verder is er voor elke cursist een computer, liefst in dezelfde ruimte. Iedere computer is voorzien van koptelefoon en geluidskaart. Van top tot teen werkt onder Windows XP en Windows Vista. Meer technische bijzonderheden (eisen aan de hardware) kunt u lezen in deel V van deze handleiding. Deskundigheid van de docent De cursus kan gegeven worden door docenten Nederlands als tweede taal, gezondheidskunde of maatschappijoriëntatie. Zij moeten echter wel affiniteit hebben met het onderwerp. De cursus kan ook worden gegeven door voorlichters die werkzaam zijn in de gezondheidszorg. In moedercentra en buurtcentra kan de cursus eventueel gegeven worden door vrijwilligers, zeker als zij ervaring hebben met het geven van cursussen en affiniteit hebben met het onderwerp. In deze docentenhandleiding staat het verloop van elke les uitgebreid beschreven. U vindt daar veel didactische en organisatorische tips voor docenten. De ontwikkelaars van Van top tot teen, werkzaam bij RBO-Educatief in Haarlem, organiseren trainingen en workshops om met Van top tot teen te leren werken. Stuur een bericht naar: [email protected] of [email protected]. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 8/35 II Beschrijving van Van top tot teen Na de start ziet u het startscherm. In dit venster kan men een les kiezen of de introductie van Van top tot teen bekijken. Van top tot teen bestaat uit vijf lessen, en een introductieles. In deze les wordt het werken met Van top tot teen uitgelegd en gedemonstreerd. Introductie van Van top tot teen In dit onderdeel wordt verteld wat Van top tot teen is. De cursist ziet hoeveel lessen er zijn en waar de lessen over gaan. De opbouw van een les wordt gedemonstreerd: aan de bovenkant de acht onderdelen (in de vorm van tabbladen) van een les. Aan de onderkant staan de opdrachten (subtabbladen) die bij een onderdeel horen. Van alle onderdelen wordt een korte demonstratie gegeven. De cursist ziet wat hij moet doen in de cursus: niet alleen kijken en luisteren maar ook opdrachten maken, bijvoorbeeld door te klikken, te slepen en te typen. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 9/35 Les 1 Eten en drinken Deze les gaat over de spijsvertering, de weg van het eten. Wat gebeurt er met het eten in het lichaam? Wat kan er fout gaan? Wat moet je doen bij klachten zoals overgeven, diarree, verstopping en maagzuur? Wat is gezond eten? Les 2 Frisse lucht Deze les gaat over de ademhaling. Waarom ademen we eigenlijk? Hoe werken de luchtwegen? Wat moet je doen bij klachten zoals verkoudheid, hoesten, keelpijn, griep en hooikoorts? Hoe kun je zelf zorgen voor schone lucht in huis? Les 3 Met kloppend hart Deze les gaat over het hart en de bloedsomloop. Wat is de functie van het hart en het bloed? Wat moet je doen bij een bloedneus, snijwonden, spataders en hoge bloeddruk? In deze les wordt ook ingegaan op de verbranding in het lichaam en hoe het komt dat je te dik wordt als je te veel eet. Les 4 Botje bij botje Deze les gaat over botten, spieren, hersenen en zenuwen. Aan bod komt hoe deze organen samenwerken. De problemen die in deze les worden behandeld zijn botbreuk, spierpijn, stijve nek en een verstuikte enkel. Veel aandacht wordt besteed aan het belang van bewegen. Ook wordt uitgelegd wat een goede houding is bij staan, zitten, bukken en tillen. Les 5 Man, vrouw, kind De laatste les gaat over de geslachtsorganen van mannen en vrouwen. Hoe ontstaat nieuw leven? Wanneer ben je vruchtbaar? Wat moet je doen als je (nog) geen kinderen wilt? Wat is veilig vrijen? De problemen die worden besproken zijn menstruatiepijn, overgang, plasproblemen bij mannen en soa’s. Didactische uitgangspunten van Van top tot teen Door de laagdrempelige opzet kunnen cursisten zelfstandig werken met Van top tot teen. De cursist kan zelf kiezen om bepaalde onderdelen van een les te herhalen. De audioteksten worden ondersteund door afbeeldingen en animaties. Herhaling is een belangrijk kenmerk van Van top tot teen. De belangrijkste woorden van een les worden geleerd door verschillende oefenvormen. Elke opdracht of uitleg kan op verzoek van de cursist eindeloos worden herhaald. De cursist krijgt directe feedback bij het maken van de opdrachten. De lessen hebben allemaal dezelfde opbouw. Bij kennis van het menselijk lichaam gaat het om de samenhang en samenwerking tussen de verschillende organen. Het gaat erom dat de cursisten weten waarom we eten en ademhalen, hoe het bloed als vervoermiddel werkt, dat ieder deel van het lichaam eten, drinken en zuurstof nodig heeft en dat verbranding in het lichaam energie en afvalstoffen geeft. Het is belangrijk om hier bij alle lessen aandacht aan te besteden. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 10/35 Onderdelen van een les Elke les (behalve de introductieles) van Van top tot teen bestaat uit acht onderdelen, voorgesteld door tabbladen aan de bovenkant van het venster. Dit is het beginscherm van les 1. Als je klikt op een tabblad ga je naar een nieuw onderdeel van een les. Sommige onderdelen bevatten verschillende subonderdelen, dit is te zien aan de tabbladen onder in het venster van een les. De vaste onderdelen van een les zijn: 1 Begin Introductie van het onderwerp van de les. 2 Namen Drie interactieve oefeningen om de namen te leren die samenhangen met het onderwerp van de les. Voorbeeld uit les 1 Eten en drinken: • Klik op een deel van de eetweg, je hoort de naam. • Luister naar het woord, klik daarna op de goede plaats. • Sleep het woord naar de goede plek. 3 Werking Animatie waarin de werking van de organen (spijsvertering, ademhaling, hart etc.) wordt uitgelegd, gevolgd door twee interactieve opdrachten: Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 11/35 • Er verschijnt een zin waarin een woord ontbreekt. Er staan vijf woorden boven de zin. De cursisten moeten de zin afmaken en het goede woord naar de lege plek slepen. • Er verschijnt een zin. De cursisten moeten aangeven of de zin waar is of niet waar. 4 Problemen Uitleg van veelvoorkomende klachten die mensen vaak zelf kunnen oplossen. Na de uitleg krijg je voor elke klacht te zien wat je er zelf aan kan doen en wanneer je naar de dokter moet gaan. 5 Tips Uitleg, opdrachten en tips over wat men zelf kan doen om gezond te blijven. 6 Taal Taaloefeningen die betrekking hebben op het onderwerp van de les: • Hoe zeg ik het? Oefening in woordvolgorde en zinsbouw. • Wie zegt het? De cursisten zien en horen een zin. Daarna moeten ze klikken op een plaatje, bijvoorbeeld van de dokter of de patiënt. • Maak de zin af. De cursisten moeten een woord typen om de zin af te maken. Ze moeten een woord kiezen uit vijf gegeven woorden. • Spreekwoorden. Er worden zes spreekwoorden getoond. De spreekwoorden hebben betrekking op het onderwerp van de les. Uit drie mogelijkheden moet de juiste betekenis worden gekozen. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 12/35 7 Kwis Weetjes in de vorm van interactieve vragen. De vragen hebben betrekking op gezondheid en kennis van het menselijk lichaam. De feedback verschijnt na afloop met een toelichting op het goede antwoord. 8 Woorden Belangrijke woorden uit de les worden herhaald met een omschrijving en een afbeelding. Navigatie Tijdens het werken in een les gaat de cursist via de tabbladen naar een volgend of vorig onderdeel. Herhaling van een onderdeel kan door nogmaals op de tab te klikken. Dit geldt ook voor de opdrachten binnen een onderdeel. Daarnaast zijn er nog enkele knoppen: Naar het overzicht van de lessen van Van top tot teen. De tekst wordt (nog eens) voorgelezen. De instructie wordt herhaald. Afsluiten. Algemene tips • Het geven van een cursus Van top tot teen vraagt veel voorbereiding. Een docent moet niet alleen heel goed weten hoe het menselijk lichaam werkt maar ook op welke manier je de onderwerpen voor de cursisten leuk, interessant en uitdagend kunt introduceren. Lees vóór de les altijd de docentenhandleiding. Daar vindt u tips, suggesties en werkvormen om het groepsgedeelte van de les te begeleiden. • Van top tot teen is het meest geschikt om gebruikt te worden in groepsverband, in het groepsgedeelte kunnen vragen aan de orde komen, ook over taal. Er is ruimte om ervaringen uit te wisselen. Een rollenspel kan geoefend worden, bijvoorbeeld een gesprek met de dokter of een telefoongesprek om een afspraak met de dokter te maken. • Ga nooit uitvoerig in op persoonlijke vragen/klachten over hun gezondheid. Verwijs de cursisten naar hun huisarts. • Werk zelf alle lessen vooraf heel goed door. • Werk in de les, indien mogelijk, met een beamer. U kunt dan de afbeeldingen en animaties samen met de groep bekijken. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 13/35 • Let op: het onderdeel Kwis is geen toets. De vragen van de kwis gaan niet over het geleerde in de les. De vragen zijn bedoeld als extra informatie en algemene wetenswaardigheden. • Zorg voor beeldmateriaal van het menselijk lichaam tijdens de lessen, zoals plaatjes in boeken, wandplaten en een torso. Er is ook foldermateriaal over klachten, ziekten en gezonde voeding verkrijgbaar bij de huisartsenpraktijk en de apotheek. Neem ook voorbeelden mee van medicijnen en andere middelen (paracetamol, betadine, neusdruppels) als die in de les ter sprake komen. • Maak gebruik van woordenboeken zodat cursisten de betekenis van een Nederlands woord in hun eigen taal kunnen opzoeken. • Informeer bij de bibliotheek of het mogelijk is een collectie beeldmateriaal, woordenboeken en andere media beschikbaar te hebben gedurende de cursus. • In Van top tot teen worden geen printopdrachten gegeven. Geef een printopdracht als u bepaalde pagina’s (landscape!) wilt afdrukken. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 14/35 III Handleiding per les Introductieles Doel van de les Aan het eind van de les: • hebben de cursisten kennisgemaakt met elkaar en met de docent; • kunnen de cursisten vertellen waar de cursus over gaat; • weten de cursisten dat ze elke les met de computer werken; • kunnen de cursisten het programma Van top tot teen starten en afsluiten; • hebben de cursisten de uitleg en demonstratie van Van top tot teen bekeken; • weten de cursisten hoe het programma is opgebouwd. Werkwijze in de les Start Het is belangrijk om veel tijd te besteden aan kennismaking. Vraag de cursisten in een kennismakingsrondje iets over henzelf te vertellen. Vraag ook naar de reden om deze cursus te volgen. Informeer of ze ervaring met de computer hebben. Hebben ze thuis een computer? Vertel ook iets over uzelf. Oefen de namen van de cursisten op een speelse manier. Introductie • Vertel iets over de cursus. Vraag of de cursisten weten wat Van top tot teen betekent. Leg de betekenis uit. Vertel dat de cursus gaat over het lichaam en over gezond leven. Vertel dat er wordt geoefend met taal. Vertel dat er elke les ook met de computer wordt gewerkt. • Bespreek met de groep de volgende vragen: Wat hebben we eigenlijk nodig om te leven? Hoe lang kun je zonder eten? Hoe lang kun je zonder drinken? Hoe lang kun je zonder lucht? Wat gebeurt er met lucht en eten in je lichaam? Het lichaam van buiten kun je zien, van binnen niet. In de cursus leer je meer over het lichaam van binnen. Laat de cursisten delen van het lichaam noemen die je niet kunt zien (misschien wel aanwijzen). • Laat het starten van Van top tot teen zien op een groot scherm met een beamer. Vertel met welk knopje je een uitleg krijgt van Van top tot teen. Bekijk samen de introductie. Het introductieprogramma is niet te onderbreken. Geef gelegenheid om vragen te stellen. Gebruik onderdelen uit de lessen om de werking van het programma te laten zien. Bijvoorbeeld: slepen in opdracht 3 bij Namen. Bij Werking opdracht 1 voor een taaloefening. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 15/35 Praktijk • Ga met de groep naar een computer. Laat een van de cursisten het programma starten. Wijs op de koptelefoon. Laat zien hoe je die moet gebruiken. • Laat de cursisten allemaal bij een computer gaan zitten, Van top tot teen starten en de introductieles bekijken. Dat mag best een paar keer gebeuren. Nabespreking Vraag wat de cursisten ervan vonden. Wat vonden ze leuk? Wat vonden ze moeilijk? Vertel heel kort waar de volgende lessen over gaan. Als er tijd over is, kunt u met de beamer ook iets van een les laten zien. Evaluatie Besteed deze eerste keer veel aandacht aan de evaluatie. Wat vonden ze van vandaag? Hoe kijken ze nu tegen de cursus aan? Materiaal • naamkaartjes • deelnemerslijst Aandachtspunten en suggesties voor de docent • Neem de tijd voor kennismaking. Dit is belangrijk voor de veiligheid in de groep. Maak een lijst met de namen voor alle cursisten. Zorg ook voor naamkaartjes om de namen snel te leren. • Probeer te achterhalen wat cursisten al weten over het lichaam. • Laat cursisten met onvoldoende muis- en toetsenbordervaring de lessen 1 en 2 van Dubbelklik nog keer doornemen (www.coutinho.nl/dubbelklik). Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 16/35 Eten en drinken Doel van de les Aan het eind van de les: • kennen de cursisten de namen van de belangrijkste onderdelen van de spijsvertering; • kunnen de cursisten deze delen aanwijzen; • weten de cursisten wat er gebeurt met het eten in het lichaam; • weten de cursisten wat ze moeten doen bij klachten als brandend maagzuur, overgeven, diarree en verstopping; • kennen de cursisten de betekenis van de Schijf van Vijf; • weten de cursisten uit welke delen een gezonde maaltijd moet bestaan; • kunnen de cursisten zelfstandig werken met Van top tot teen. Werkwijze in de les Start Zijn er nog vragen over de vorige bijeenkomst? Besteed nog een keer aandacht aan kennismaking. Oefen de namen. Vraag de cursisten of ze nog weten wat er nodig is om te leven. Vertel dat deze les gaat over eten en drinken. Wat gebeurt er met het eten in het lichaam? Vertel dat de cursisten een groot deel van de les met de computer gaan werken. Introductie Gebruik een of meer van de volgende werkvormen: • Rondje: vraag de cursisten te vertellen wat ze vanmorgen gegeten hebben. Begin zelf. Let op: geef geen oordelen en kap commentaar van anderen op het eetgedrag af. • Vertel en laat eventueel zien hoe de les in elkaar zit. Het gaat over wat er gebeurt met het eten in je lichaam. • Introduceer het woord eetweg, de weg van het eten. Schrijf dat woord op het bord. • Vraag of cursisten woorden kennen die bij de eetweg horen, schrijf deze op het bord. • Vraag of ze vertalingen kennen van de namen van de eetweg in hun eigen taal. Praktijk Gebruik een beamer om een stukje van les 1 Eten en drinken te laten zien. U kunt dat ook bij één computer doen, als de groep niet te groot is. Laat de cursisten daarna zelf met les 1 beginnen. Vertel dat ze moeten klikken op het plaatje van les 1. Controleer of ze de koptelefoon op de juiste manier gebruiken. Nabespreking • Informeer hoe de cursisten het vonden. Wat hebben de cursisten geleerd? Kennen ze nu de woorden van de eetweg? Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 17/35 • Ga eventueel in op moeilijke woorden uit de les zoals uitdroging, verteren, vleesvervangers, goede en verkeerde vetten. • Vraag hoe cursisten omgaan met bijvoorbeeld maagzuur of een van de andere problemen. Hebben ze tips voor elkaar? Huiswerk • Deel het huiswerkblad van les 1 Eten en drinken uit. De huiswerkbladen kunt u downloaden vanaf de website bij Van top tot teen (www.coutinho.nl/vttt). • Vraag de cursisten om thuis naar de datum op producten te kijken, bijvoorbeeld in de koelkast. De datum geeft aan hoe lang je iets kunt bewaren. Laat een voorbeeld zien van een product dat u zelf hebt meegenomen. Materiaal • Huiswerkbladen les 1. • Folders van het Voedingscentrum, te bestellen of te downloaden via de website www.voedingscentrum.nl. Klik eerst op brochures, uitgaven. Geschikte uitgaven zijn Eet gezond! Schijf van vijf en Maak je niet dik! De folders zijn gratis. • Een paar producten uit uw koelkast zodat u kunt laten zien wat de houdbaarheidsdatum is en waar hij staat. Aandachtspunten en suggesties voor de docent • U kunt doordat de cursisten met de koptelefoon werken, niet altijd horen op welk punt in de les de cursist precies zit. Het geven van aanwijzingen of uitleg kan dan heel storend zijn. Geef hulp als de cursist daar om vraagt. • Wijs de cursisten op de navigatieknoppen als dat nodig is. • Neem voldoende tijd voor de nabespreking. Het uitwisselen van ervaringen over het onderdeel Problemen is net zo belangrijk als het leren van de namen. • Hebt u tijd voor extra lessen? Laat de cursisten producten of lege verpakkingen meenemen. Gebruik deze producten of lege verpakkingen om ze met de cursisten in het goede vak van de schijf te plaatsen. Moeilijk zijn de producten waar veel verschillende voedingsmiddelen in zitten, bijvoorbeeld een pizza (groente, vlees, vet en pasta). • Als u tijd over hebt, kunt u samen met de cursisten de kwisvragen en antwoorden doornemen. Neem dan ook de woorden uit de woordenlijst door. Woorden en begrippen uit les 1 bloed diarree dikke darm dunne darm kauwen maag Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 18/35 maagsap maagzuur ontlasting overgeven slokdarm speeksel verstopping verteren Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 19/35 Frisse lucht Doel van de les Aan het eind van de les: • kennen de cursisten de namen van de luchtwegen; • kunnen de cursisten deze onderdelen aanwijzen; • weten de cursisten hoe de ademhaling werkt; • weten de cursisten hoe het bloed als vervoermiddel werkt; • weten de cursisten dat verbranding in het lichaam energie geeft; • weten de cursisten wat ze moeten doen bij problemen met de ademhaling; • weten de cursisten dat roken en slechte ventilatie in huis slecht zijn voor de gezondheid; • weten de cursisten wat ze kunnen doen aan frisse lucht in huis. Werkwijze in de les Start Informeer bij de cursisten of zij het huiswerk hebben gemaakt. Vraag enkele cursisten om te laten zien wat ze hebben ingevuld op het formulier van de vorige les. Vraag of ze nog vragen hebben over de vorige les. Introductie Gebruik een of meer van de volgende werkvormen: • Doe met de cursisten een ademhalingsoefening: inademen, uitademen, adem inhouden, vanuit je buik ademen, door je neus en door je mond ademen. Vertel dat de les gaat over ademhalen. • Leg het woord luchtwegen uit. Laat de cursisten de onderdelen van de luchtwegen noemen. • Vraag nog eens waarom we ademhalen. Hoe lang kan je zonder lucht? • Leg het principe van de verbranding uit: Cellen zijn de kleinste bouwstenen van het lichaam. Zuurstof is nodig voor de verbranding in de cellen. Verbranding geeft energie. Daardoor kan het lichaam werken. Laat een brandende kaars in een glas zien. Sluit het glas af. Zonder zuurstof gaat de kaars uit. Zonder zuurstof gaan de cellen dood. • Verbranding geeft ook afvalstoffen. Welke afvalstoffen komen vrij bij verbranding van zuurstof? Praktijk De cursisten zitten achter de computer en starten les 2 Frisse lucht. Zij werken de les zo zelfstandig mogelijk door met behulp via de auditieve instructie via de koptelefoon. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 20/35 Nabespreking Vraag de cursisten wat ze moeilijk vonden en wat ze leuk vonden. Stel een of meer van de volgende vragen: • Wat zijn de woorden van de ademhaling? • Wat is verbranden? En waar gebeurt dit in het lichaam? • Wat doe je bij griep of verkoudheid? Wanneer ga je naar dokter? • Wat doe jij om je huis goed te ventileren? • Neem ook tijd om de vragen van de kwis te bespreken. Huiswerk • Huiswerkbladen les 2. • Laat de cursisten thuis de houdbaarheidsdatum van medicijnen opzoeken. Materiaal • Huiswerkbladen les 2. • Kaars onder een stolp en lucifers. • Medicijnen als neusdruppels, oordruppels, inhalator, zetpil etc. Aandachtspunten en suggesties voor de docent • Wilt u meer achtergrondinformatie bij het voorbereiden van de les? Maak eventueel gebruik van de informatie op www.astmafonds.nl. • Doe met de cursisten een wedstrijd: Wie kan het langst zijn/haar adem inhouden. • Laat zien hoe je neusdruppels maakt (lauw water met zout) of een hoestdrank. • Laat cursisten vertellen hoe zij in het land van herkomst omgaan met klachten van de ademhaling. • Besteed eventueel aandacht aan de invloed van het klimaat of vuile lucht op de luchtwegen. • Mogelijkheden voor een rollenspel: Oefen een bezoek aan de huisarts. Je hoest al twee weken. Wat ga je zeggen? • Vraag bij de apotheek naar verpakkingen van veelgebruikte medicijnen als neus- en oordruppels, zetpil, inhalator en andere voorbeelden van medicijngebruik die te maken hebben met ademhaling en keel, neus en oor. • Woorden die niet in deze les voorkomen, maar wel belangrijk kunnen zijn: gorgelen, spoelen, spugen, druppelen, snuiven. Woorden en begrippen uit les 2 ademen besmettelijk bloed bronchiën cellen Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 21/35 griep hoesten hooikoorts keelpijn koolzuur koorts longblaasjes longen luchtpijp luchtwegen verbranding verkoudheid virus zuurstof Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 22/35 Met kloppend hart Doel van de les Aan het eind van de les: • kunnen de cursisten de woorden van de bloedsomloop benoemen en aanwijzen; • kennen de cursisten de volgorde en de werking van de bloedsomloop en de functie van het hart; • weten de cursisten hoe het bloed als vervoermiddel werkt; • weten de cursisten dat bij verbranding in het lichaam afvalstoffen worden gemaakt; • weten de cursisten hoe te handelen met ziekteproblemen die te maken hebben met de hart- en bloedvaten; • weten de cursisten dat overgewicht kan leiden tot hart- en vaatklachten; • weten de cursisten waarom gezond eten en veel bewegen belangrijk is. Werkwijze in de les Start Bespreek met de cursisten de huiswerkopdracht van les 3. Bekijk en controleer de huiswerkopdrachten. Informeer of er nog vragen zijn naar aanleiding van de vorige les. Introductie Gebruik een of meer van de volgende werkvormen: • Vraag de cursisten waar het hart zit. Kunnen ze hun hart voelen kloppen? Hoe vaak klopt je hart? • Bespreek met de cursisten wat ze nog weten van de ademhaling: zuurstofrijk bloed en bloed met koolzuur. Het hart speelt een rol bij wisselen van het zuurstofrijke en zuurstofarme bloed. • Gebruik een afbeelding van het hart en de bloedsomloop en laat zien hoe vanuit het hart het bloed stroomt door de aders en de slagaders. • In veel afbeeldingen – ook in dit programma – wordt zuurstofrijk bloed rood gekleurd en zuurstofarm bloed blauw gekleurd. Wijs de cursisten erop, dat al het bloed rood is, maar dat zuurstofrijk bloed iets donkerder van kleur is. Praktijk De cursisten starten les 3 en werken de les zo zelfstandig mogelijk door. Help hen als dat nodig is maar grijp niet te snel in. Laat ze een oefening nogmaals doen als ze veel fouten maken. Nabespreking Vraag de cursisten wat ze moeilijk vonden en wat ze leuk vonden. Stel een of meer van de volgende vragen: Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 23/35 • Wat is het verschil tussen aders en slagaders? • Wat zijn de oorzaken van hartproblemen? Wat kun je doen om hartproblemen te voorkomen? • Welke ervaringen hebben de cursisten met de problemen? Wanneer gaan ze naar dokter? • Hoeveel kcal eet je gemiddeld per dag, of bij het ontbijt? • Welke bloedgroep heb je? • Wat doen de nieren in je lichaam? • Neem de tijd om de vragen van de kwis te bespreken. Huiswerk • Huiswerkbladen les 3. • Laat de cursisten een plan maken om meer te bewegen. Geef een paar voorbeelden. Materiaal • Huiswerkbladen les 3. • Maak gebruik van de eetwijzers van het Voedingscentrum. Hier kunt u van allerlei producten en levensmiddelen zien hoeveel kcal ze bevatten. Veel van deze bladen zijn gratis. • Centimeters voor de tailletest. • Bloeddrukmeter. Aandachtspunten en suggesties voor de docent • In les 1 en les 3 wordt aandacht besteed aan gezonde voeding en veel bewegen. Op het internet zijn veel zelftesten te vinden over deze onderwerpen (zie de lijst van links op de website bij Van top tot teen, www.coutinho.nl/vttt). • Overweeg een extra les over voeding en beweging. Nodig dan bijvoorbeeld een diëtiste uit. • Houd er rekening mee dat de voedingsgewoonten van allochtone volwassenen in veel opzichten verschilt van Nederlanders. Een paar voorbeelden: In Azië en Afrika: meer groente en fruit meer plantaardige olie weinig zuivel mager vlees veel noten (calorierijk) veel suiker en honing toevoegen In Nederland: minder groente en fruit meer verzadigde vetten meer zuivelproducten meer vet vlees weinig noten gemiddeld gebruik • Noten bevatten veel meer kcal dan je denkt. Het is nuttig de cursisten daar attent op te maken. Bespreek met de cursisten in welke producten veel kcal zitten: zoals noten, baklava, cola en andere frisdranken. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 24/35 • Kunt u nog meer lessen besteden aan dit onderwerp? Maak een uitstapje naar een sportschool of fitnesscentrum. • Is een excursie niet mogelijk? Vertoon dan eventueel de dvd Voor Dik en Dun (serie tvprogramma’s over eten en bewegen). De dvd is te leen bij de openbare bibliotheek of te bestellen bij omroep EO (www.eo.nl). Woorden en begrippen uit les 3 aders afvalstoffen bloed bloeddruk bloedgroep bloedneus bloedsomloop bloedtransfusie bloedvaten cellen diëtiste haarvaten hart hartkleppen hartslag kilocalorieën nieren slagaders snijwonden spataders urine Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 25/35 Botje bij botje Doel van de les Aan het eind van de les: • kunnen de cursisten de woorden van het skelet benoemen en aanwijzen; • weten de cursisten hoe de botten, de spieren, de zenuwen en de hersenen samenwerken om te kunnen bewegen; • weten de cursisten hoe te handelen bij ziekteproblemen die te maken hebben met botten en spieren; • weten de cursisten dat overgewicht, weinig bewegen en ongezonde voeding kan leiden tot gewrichtsklachten en botontkalking; • weten de cursisten wat een goede houding is bij tillen, bukken, staan en zitten. Werkwijze in de les Start Bespreek met de cursisten de huiswerkopdracht van les 3. Bekijk en controleer de huiswerkopdrachten. Informeer of er nog vragen zijn naar aanleiding van de vorige les. Introductie Maak gebruik van een of meer van de volgende werkvormen: • Neem een (zacht) balletje en gooi dit naar een cursist. Roep daarbij: vangen! Herhaal dit een aantel keer. Vraag de cursisten wat er gebeurt in het lichaam. Welke delen van je lichaam worden gebruikt? Schrijf de woorden op het bord. • Geef meer voorbeelden van reacties van je lichaam: - als je een glas hete thee pakt; - als je het plotseling koud krijgt; - als je een duw in je rug krijgt; - als je struikelt. • Noem de namen van je botten: hoeveel ken je er? (Schedel, sleutelbeen, onder- en bovenkaak, schouderblad, vingerkootje, pols, teenkootje, ribben, borstbeen, scheenbeen, bekken.) • Laat de cursist de plaats van het bot aanwijzen. Praktijk De cursisten starten les 4 en werken de les zo zelfstandig mogelijk door. Help hen als dat nodig is maar grijp niet te snel in. Laat ze een oefening nogmaals doen als ze veel fouten maken. Nabespreking Vraag de cursisten wat ze moeilijk vonden en wat ze leuk vonden. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 26/35 Stel een of meer van de volgende vragen: • Wat zijn zintuigen? Laat de cursisten voorbeelden geven van zintuigen en hun functie, bijvoorbeeld: ogen en kijken, tong en proeven. • Welke ervaringen hebben de cursisten met de klachten en problemen van deze les? Hoe lossen ze zelf problemen op en wanneer gaan ze naar de dokter? • Hoe kun je voor sterke botten zorgen? • Neem, indien mogelijk, de tijd om de vragen van de kwis door te nemen. Huiswerk • Huiswerkbladen les 4. • Geef de cursisten de opdracht extra te letten op tillen, buigen, zithouding etc. Materiaal • Huiswerkbladen les 4. • Zacht balletjes of glas hete thee. Aandachtspunten en suggesties voor de docent • Oefen met de cursisten een goede houding bij staan, zitten, bukken en tillen. • Vraag de cursisten, tijdens het praktijkdeel, ook te letten op hun houding bij het werken met de computer. • Mogelijkheid voor een rollenspel: Oefen een bezoek aan de fysiotherapeut. Laat de fysiotherapeut vragen stellen zoals: Waar zit de pijn? Welke spier kun je niet goed bewegen? Wanneer is het begonnen? • Wijs cursisten op het dagelijkse tv-programma Nederland in beweging. Praat met de groep over wat je thuis kunt doen om soepel te blijven. • Hebt u meer lessen te besteden aan het onderwerp? Vraag dan een vrijwilliger van het Rode Kruis om een les te verzorgen, bijvoorbeeld over wondverzorging of het aanleggen van een mitella. Informeer bij het Rode Kruis of kijk op www.rodekruis.nl. Woorden en begrippen uit les 4 bekken botbreuk botten gewricht hersenen ribben ruggenmerg ruggenwervels schedel skelet spieren Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 27/35 spierpijn stijve nek verstuikte enkel zenuwen zintuigen Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 28/35 Man, vrouw, kind Doel van de les Aan het eind van de les: • kunnen de cursisten de woorden van de geslachtsorganen benoemen en op het scherm aanwijzen; • weten de cursisten hoe de geslachtsorganen van man en vrouw samenwerken en een rol spelen in de voortplanting; • weten de cursisten wat veilig vrijen is; • kennen de cursisten de belangrijkste voorbehoedsmiddelen; • weten de cursisten hoe te handelen bij veelvoorkomende problemen ten aanzien van de geslachtsorganen. Werkwijze in de les Start Bespreek met de cursisten de huiswerkopdracht van les 4. Bekijk en controleer de huiswerkopdrachten. Informeer of er nog vragen zijn naar aanleiding van de vorige les. Introductie Gebruik een of meer van de volgende werkvormen: • Vertel waar de les over gaat. Vraag de cursisten of ze het moeilijk vinden om over dit onderwerp te praten bij de dokter, in de cursus of thuis. • In een vrouwengroep: Wat weet je van je eigen cyclus? Ben je regelmatig of juist niet? Wanneer was je eerste menstruatie en hoe ging dat? • Praat je met je eigen kinderen over seksualiteit? Heb je je eigen kinderen voorgelicht en hoe? • Laat de cursisten namen noemen die te maken hebben met de geslachtsorganen. Schrijf deze woorden op het bord of een flap-over. Maak een verdeling in man en vrouw. • Vraag welke voorbehoedsmiddelen ze kennen. Laat demonstratiemodellen zien. Deze zijn verkrijgbaar bij de apotheek. Praktijk De cursisten starten les 5 en werken de les zo zelfstandig mogelijk door. Help hen als dat nodig is maar grijp niet te snel in. Laat ze een oefening nogmaals doen als ze veel fouten maken. Nabespreking Vraag de cursisten wat ze van de les geleerd hebben. Stel een of meer van de volgende vragen: • Welke woorden kennen de cursisten voor penis, vagina, vrijen, menstruatie etc.? Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 29/35 • Wat zijn de namen in hun eigen taal? • Zijn er nog vragen? Of: wat hebben ze niet begrepen? • Neem de tijd om de vragen van de kwis door te nemen. Evaluatie van de cursus Dit was de laatste les. Neem tijd voor evaluatie van de cursus, schriftelijk en/of mondeling. Materiaal • Huiswerkbladen les 5. • Voorbeelden van voorbehoedsmiddelen. • Evaluatieformulier. Aandachtspunten en suggesties voor de docent • Het kan voorkomen dat cursisten zich schamen om te praten over de geslachtsorganen. Misschien hebben ze ook wel moeite met de afbeeldingen. Houd hiermee rekening. Praat er in ieder geval over. • Neem voorbeelden mee van voorbehoedsmiddelen (informeer naar demonstratiemodellen bij de apotheek). Vraag hulp aan de apotheek. • Zijn er veel ‘medische vragen’? Nodig dan een huisarts of vroedvrouw uit voor een voorlichtingsles. Zij beschikken vaak over goed beeldmateriaal of over een torso van de geslachtsorganen. • Neem de tijd om ervaringen met elkaar te bespreken. Vooral in vrouwengroepen zal deze behoefte bestaan. Woorden en begrippen uit les 5 baarmoeder baarmoederslijm eicel eierstokken eileiders eisprong geslachtsorganen geslachtsziekten hormonen menstruatie ongesteld opvliegers overgang penis prostaat slijmvlies Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 30/35 soa sperma vagina vaginale afscheiding voortplanting zaadballen zaadbuis zaadcellen zaadlozing zwanger zwangerschap Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 31/35 IV Overzicht van ander schriftelijk lesmateriaal Voorlichtingsmap Begrijp je lichaam • 67 wandplaten • Deelnemersboekje deel 1: Ademhaling, spijsvertering en bloedsomloop (Turks/Arabisch/Nederlands) • Deelnemersboekje deel 2: Skelet, spieren en zenuwstelsel (Turks/Arabisch/Nederlands) • Handleiding voor docenten/voorlichters Uitgave van het NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden, T 0348 437606. Gezond Leven Spel Een methode om groepsvoorlichting te geven over diverse facetten van gezond leven. Het spel is opgedeeld in drie hoofdthema’s: leefstijl (voeding, bewegen, overgewicht en roken), gezondheidszorg in Nederland (inclusief zelfzorg) en seksuele gezondheid. Er wordt gespeeld met een spelbord met vragen. De vragenkaartjes bevatten kennis-, discussie-, actie- en meningsvragen. De vragen zijn gesteld in eenvoudig Nederlands (NT2). Uitgave van het NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden, T 0348 437606. Geboorteregeling Verkrijgbaar in het Nederlands, Turks, Arabisch, Frans, Engels en Portugees. Uitgave van het NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden, T 0348 437606. Websites Op internet is veel materiaal te vinden, zowel voor docenten (achtergrondmateriaal) als voor cursisten. Op de website bij Van top tot teen zijn diverse links opgenomen. Zie www.coutinho.nl/vttt. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 32/35 V Technische informatie over Van top tot teen Minimale systeemvereisten • Serverinstallatie o Architectuur: pc (dus geen Macintosh) o Processor: Intel Pentium 1, 133 MHz o Werkgeheugen: 64 MB RAM o Vrije ruimte harde schijf: 100 MB o Cd/dvd-romspeler o Netwerkkaart o Besturingssysteem: Windows 2000 Server Service Pack 4 of recenter • Client- en standalone-installatie o Architectuur: pc (dus geen Macintosh) o Processor: Intel Pentium 3, 450 MHz o Werkgeheugen: 128 MB RAM o Vrije ruimte harde schijf: 100 MB o Cd/dvd-romspeler (alleen bij standalone-installatie) o Netwerkkaart: geconfigureerd voor verbinding met internet o Geluidskaart met speakers of hoofdtelefoon o Monitor: minimale resolutie 800 x 600 o Besturingssysteem: Windows 2000 Service Pack 4 Professional of recenter o Internet Explorer 5.5 • Netwerk o TCP/IP-networkstack (zit standaard in Windows 2000 of recenter) o Internetverbinding met vast public IP-adres Indien u wilt checken of uw computer aan deze eisen voldoet dan kunt u veel van deze gegevens vinden door achtereenvolgens te klikken op: Start/Starten, rechtermuisklik op Deze computer/Computer, Eigenschappen. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 33/35 Installatiehandleiding - - Sluit alle Windowsprogramma’s af. Plaats de cd-rom in het cd-romstation en wacht even. Verschijnt het venster Automatisch afspelen? Klik dan op Setup.exe uitvoeren. Verschijnt het venster Gebruikersaccountbeheer? Klik dan op Toestaan. Het venster Welkom bij Van top tot teen verschijnt. - Verschijnt er helemaal niets? Klik op Start/Starten en Deze computer/Computer. Dubbelklik vervolgens op het pictogram van Van top tot teen bij het cd-romstation. - Klik op Standalone voor een installatie op de betreffende computer, of op Netwerk voor de netwerkinstallatie. Volg verder de instructies hieronder voor de standalone- of netwerk- en clientinstallatie. • Standalone-installatie - Klik op Volgende. Het venster Installatiemap verschijnt. U geeft hier aan waar Van top tot teen geïnstalleerd moet worden. Standaard wordt het in de map Program Files geplaatst. - Wilt u een andere locatie? Klik op Bladeren en selecteer de gewenste locatie. - Klik op Volgende. - Wilt u nog iets veranderen aan de keuzes die u tot nu toe gemaakt hebt? Klik dan op Terug. - Klik op Volgende. Van top tot teen wordt geïnstalleerd. Na enige tijd verschijnt het venster Van top tot teen is met succes geïnstalleerd. - Klik op Voltooien om de gehele installatie van Van top tot teen af te ronden. - Er staat nu een pictogram van Van top tot teen op het bureaublad. Dubbelklik op het pictogram. Van top tot teen wordt gestart. • Netwerk- en clientinstallatie Enkele opmerkingen vooraf: - De netwerk- en clientinstallatie dient door een gebruiker met administratorrechten te worden uitgevoerd. - De netwerkinstallatie dient te worden uitgevoerd op de betreffende server-pc. - Bij het kiezen van de installatielocatie dient u er rekening mee te houden dat de installatiemap moet worden gedeeld met de gebruikers van Van top tot teen, waarbij aan hen leesrechten moeten worden toegekend. - De installatiemap moet vanaf de client-pc’s bereikbaar zijn op een netwerkdrive, bijvoorbeeld J:\VTTT\. Toegang via een zogenoemd UNC-pad, zoals \\server\vttt\ werkt niet. Netwerkinstallatie - Klik op Volgende. Het venster Installatiemap verschijnt. - Klik op Bladeren en kies de installatiemap. Maak een nieuwe map aan met de naam VTTT. Klik op OK. - Klik op Volgende. - Wilt u nog iets veranderen aan de keuzes die u tot nu toe gemaakt hebt? Klik dan op Terug. Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 34/35 - Klik op Volgende. Van top tot teen wordt geïnstalleerd. Na enige tijd verschijnt het venster Van top tot teen is met succes geïnstalleerd. - Klik op Voltooien om de gehele installatie van Van top tot teen af te ronden. Clientinstallatie Ga naar de map VTTT. Open deze map en open vervolgens de map client. Dubbelklik op het bestand VTTTclient.EXE. Klik op Volgende. Het venster Zoek en selecteer het bestand “vttt.exe” verschijnt. Zoek de map VTTT. Open deze map en open vervolgens de map App. Selecteer het bestand VTTT.exe en klik op Openen. - Klik op OK om de clientinstallatie te starten. - Klik op Voltooien om de clientinstallatie van Van top tot teen af te ronden. - - - - Docentenhandleiding bij Van top tot teen – 35/35