IP/03/646 Brussel, 7 mei 2003 Commissie publiceert ontwerp van nieuwe wetgeving inzake chemische stoffen ter raadpleging Commissaris Erkki Liikanen, bevoegd voor Ondernemingen, en Commissaris Margot Wallström, bevoegd voor Milieu, presenteerden vandaag nieuwe voorstellen ter herziening en modernisering van het EU-regelgevingssysteem voor chemische stoffen. Na bespreking van hun aanpak gaf de Europese Commissie groen licht voor een acht weken durende raadpleging op internet over het ontwerp van wetgeving inzake chemische stoffen. De voorgestelde nieuwe verordening, die veertig verschillende stukken bestaande wetgeving zal vervangen, heeft tot doel de gezondheid van de mens en het milieu beter te beschermen tegen blootstelling aan chemische stoffen en tegelijkertijd het concurrentievermogen en de innovatiecapaciteit van de chemische industrie in de EU in stand te houden en te vergroten. Door deze twee doelstellingen na te streven beogen de voorstellen volledig te beantwoorden aan de evenwichtige aanpak die voor duurzame ontwikkeling is vereist. Chemische stoffen worden gebruikt bij de fabricage van bijna alle producten die wij elke dag thuis of op het werk gebruiken. De industrie die ze produceert, speelt een vitale rol bij de instandhouding van het concurrentievermogen en het innovatiepotentieel van veel fabrikanten van eindproducten verder in de productieketen. Daarom moet het systeem voor de registratie en de evaluatie van en de verlening van vergunningen voor chemische producten de concurrentiekracht en de productinnovatie van de ondernemingen versterken, zodat de fabrikanten en importeurs van chemische stoffen, de gebruikers, de consumenten en het milieu daar op lange termijn profijt van trekken. De internetraadpleging zal de belanghebbenden in staat stellen opmerkingen te maken over de bijzonderheden van de toekomstige wettelijke voorschriften voordat de Commissie de laatste hand aan het voorstel legt. Commissaris Erkki Liikanen van Ondernemingen stelde het als volgt: “Europa is wereldleider voor de productie van chemische stoffen en de levering van de materialen die garant staan voor het innovatiepotentieel van de Europese industrie, met inbegrip van veel hightechsectoren. De nieuwe ontwerp-verordening inzake chemische stoffen die wij nu ter raadpleging beschikbaar stellen, moet de Europese industrie belangrijke kansen bieden om op wereldniveau een leidende rol te spelen wat betreft de kwaliteit en de veiligheid van de productie en het gebruik van chemische stoffen, die in Europa reeds op een hoog niveau staan. Wij stellen alles in het werk om in het systeem dat wij aan het ontwerpen zijn, onnodige bureaucratie te vermijden, de ondernemingen te helpen om tegen minimale kosten aan de nieuwe voorschriften te voldoen, onderzoek en innovatie aan te moedigen, en ervoor te zorgen dat de Europese industrie concurrerend blijft. Dit belangrijke stuk wetgeving vormt een grote uitdaging omdat het zaak is de economische, sociale en milieueisen die inherent zijn aan de EU-strategie voor duurzame ontwikkeling, met elkaar te verzoenen. Ik denk dat wat we vandaag hebben gepresenteerd, een goede basis is om het juiste evenwicht tot stand te brengen, maar uiteraard staan wij open voor verdere input en opmerkingen van alle belanghebbenden.” Commissaris Margot Wallström van Milieu formuleerde het als volgt: "Elke dag worden we in onze omgeving, op het werk en thuis aan chemische stoffen blootgesteld. Voor veel van die producten weten we echter niet genoeg over de risico’s die ze inhouden of de effecten die ze op langere termijn zullen hebben. Daarom wordt in ons hervormingsvoorstel van de industrie verlangd dat aan het publiek informatie wordt verstrekt over de chemische stoffen die zij produceren of importeren en over de risico’s die aan het gebruik ervan verbonden zijn. Zo zullen de gebruikers veiliger alternatieven kunnen kiezen. De bescherming van de volksgezondheid en het milieu zal er sterk door worden verbeterd omdat wij zullen aandringen op strenge procedures voor de verlening van vergunningen voor de meest zorgwekkende stoffen. Doordat de industrie wordt verplicht informatie te verstrekken over wat ze produceert, zal ook het image van de chemische sector worden verbeterd. De industrie zal er eindelijk belang bij hebben te investeren in innovatie voor nieuwe veilige chemische stoffen - de huidige trend om oude chemische stoffen te gebruiken teneinde de omslachtige bestaande beoordelingsprocedure te vermijden, heeft de investeringen in veiliger chemische stoffen tegengehouden. Het REACH-systeem chemische stoffen) (registratie, evaluatie en autorisatie van Door de ontwerp-wetgeving, die in de plaats zal komen van ruim veertig bestaande richtlijnen en verordeningen, zullen de voorstellen die zijn geformuleerd in het Witboek van de Commissie van februari 2001 over de strategie voor een toekomstig beleid voor chemische stoffen (zie IP/01/201), ten uitvoer worden gelegd. Centraal daarin staat REACH: één enkel geïntegreerd systeem voor de registratie, de evaluatie en de autorisatie (verlening van vergunningen) van chemische stoffen. REACH zal de ondernemingen die chemische stoffen produceren, importeren en gebruiken, de verplichting opleggen de aan het gebruik ervan verbonden risico’s te beoordelen, waarbij in gerechtvaardigde gevallen nieuwe testgegevens moeten worden geproduceerd, en de nodige maatregelen te nemen om eventueel door hen geconstateerde risico’s te beheren. Daardoor zal de bewijslast voor het in de handel brengen van veilige chemische stoffen worden verschoven van overheidsinstanties naar de industrie. Testresultaten moeten worden doorgegeven om eventuele dierproeven te beperken. De registratie van informatie over de kenmerken, de gebruiksdoeleinden en het veilige gebruik van chemische stoffen zal integrerend deel van het nieuwe systeem uitmaken. Toepassingsgebied van REACH De precieze registratievoorschriften zullen variëren naar gelang van de hoeveelheid die van een stof wordt geproduceerd, en van de waarschijnlijkheid dat mensen of het milieu eraan worden blootgesteld. Er wordt voorzien in de geleidelijke invoering van het systeem over een periode van elf jaar. Voor stoffen waarvan grotere hoeveelheden worden geproduceerd, zouden de meeste gegevens moeten worden verstrekt en zou de registratie eerst moeten plaatsvinden; voor stoffen die in kleinere hoeveelheden worden geproduceerd, zouden minder gegevens moeten worden verstrekt en zou de registratie later kunnen plaatsvinden. Laatstgenoemde bepalingen zullen met name voor kleine en middelgrote ondernemingen de last van de regelgeving verminderen. 2 Strengere controles zullen worden ingevoerd voor de meest zorgwekkende chemische stoffen. Zo zal voor bepaalde soorten stoffen zoals stoffen die carcinogeen, mutageen of vergiftig voor de voortplanting zijn (CMR-stoffen), persistente, bioaccumulerende en toxische stoffen (PBT-stoffen), en zeer persistente en sterk bioaccumulerende stoffen (VPVB-stoffen) een vergunningprocedure worden ingevoerd en zouden die stoffen eerder worden geregistreerd. In sommige gevallen zouden ook andere stoffen, bijvoorbeeld hormoonontregelaars, geval per geval in het vergunningsysteem kunnen worden opgenomen wanneer wordt aangetoond dat zij tot even grote bezorgdheid aanleiding geven. Voor elk gebruik van dergelijke stoffen zal een vergunning voor een specifiek gebruik moeten worden verleend. De besluiten zullen worden genomen op basis van een risicobeoordeling en rekening houdend met andere sociaal-economische factoren. Voor andere stoffen zoals polymeren (chemische stoffen die als grondstof voor kunststoffen en detergenten en voor een breed scala aan andere producten worden gebruikt) en stoffen die als tussenproduct worden gebruikt (chemische stoffen die worden gebruikt om andere chemische stoffen of andere producten te vervaardigen) zullen aanzienlijk lichtere registratievoorschriften gelden. In veel gevallen, wanneer er weinig gevaar van blootstelling is, zullen polymeren en tussenproducten van registratie worden vrijgesteld. Verwacht wordt dat circa 80% van alle stoffen alleen zal hoeven te worden geregistreerd, terwijl voor de overige producten een veiligheidsbeoordeling zal moeten plaatsvinden en naderhand een vergunning zal moeten worden verleend. De lidstaten zullen verantwoordelijk zijn voor de evaluatie van de stoffen, waarbij ze bepaalde registratiedossiers onderzoeken en toezicht uitoefenen op de toepassing van REACH binnen hun grondgebied. Zij zullen ook beperkingen op het gebruik van stoffen kunnen voorstellen - op basis van een gestructureerde risicobeoordeling - wanneer zij van oordeel zijn dat een wetgevend optreden van de EU noodzakelijk is, hoewel het definitieve besluit over dergelijke beperkingen door de Commissie zou worden genomen. De Commissie zou vergunningen verlenen na rekening te hebben gehouden met de meningen van het Agentschap over het risico en de sociaal-economische aspecten. Bij besluiten over vergunningen zal rekening worden gehouden met de door de aanvragende ondernemingen geboden garanties en met de beschikbare informatie over alternatieve stoffen en processen waardoor het aanwezige risico kan worden verminderd. Ter vereenvoudiging van het systeem en ter vermindering van de kosten zal een vergunning geldig zijn voor ondernemingen verder in de leveringsketen zolang als zij zich houden aan de voorwaarden van de vergunning voor het bedoelde gebruik en het Agentschap op de hoogte brengen. Een nieuw agentschap Er wordt voor het beheer van REACH een nieuw Agentschap voor chemische stoffen voorgesteld, dat voor de efficiënte werking van het nieuwe systeem zal moeten zorgen. Dit omvat het verlenen van advies aan de Commissie en begeleiding aan de lidstaten en de ondernemingen, inclusief het MKB. Nietvertrouwelijke gegevens die door REACH worden geproduceerd, zullen via een voor het publiek toegankelijke en door het Agentschap beheerde databank ter beschikking van downstream-gebruikers van chemische stoffen en van het algemene publiek worden gesteld. 3 Onderzoek en innovatie Onderzoek en innovatie - van vitaal belang voor het concurrentievermogen van veel kleine ondernemingen in deze sector - zullen worden aangemoedigd door ervoor te zorgen dat onderzoek en ontwikkeling zonder registratie kunnen plaatsvinden gedurende vijf jaar, verlengbaar tot tien jaar, hetgeen een aanzienlijke uitbreiding is ten opzichte van de bestaande bepalingen. Om de noodzaak van dierproeven tot een minimum te beperken en de kosten laag te houden, wordt een systeem van gegevensuitwisseling tussen ondernemingen voorgesteld. Bovendien wordt in een aanzienlijke mate van flexibiliteit voorzien wat de testvoorschriften betreft, waardoor de industrie de mogelijkheid zou hebben om gebruik te maken van alternatieve informatiebronnen voor de aanvulling van leemten in de gegevens, of om te argumenteren dat bepaalde tests niet noodzakelijk zijn omdat er geen sprake is van blootstelling. Doel van de internetraadpleging De internetraadpleging heeft tot doel de werkbaarheid van de voorstellen bij de belanghebbenden uit te testen. Er zijn ongeveer 1 200 bladzijden wetgevingstekst, grotendeels bestaande uit technische bijlagen die geen nieuwe voorschriften bevatten, alsmede een reeks volkomen nieuwe procedures. De Commissie zou gaarne feedback over de ontwerpen ontvangen voordat zij, zo spoedig mogelijk, de laatste hand aan haar voorstel legt. De tekst van de voorstellen is te vinden op: http://europa.eu.int/comm/enterprise/chemicals/index.htm http://europa.eu.int/comm/environment/chemicals/whitepaper.htm of http://europa.eu.int/comm/press_room/presspacks/reach/pp_reach_en.htm Zie ook: MEMO/03/99. 4