2 Opslagsystemen

advertisement
2 Opslagsystemen
 Opslagsystemen – uitgangspunten:
 Optimale ruimtebenutting
 Optimale bereikbaarheid
 Optimale benutting personeel/materieel
 FIFO
Zodanig dat:
 In- en uitslag snel efficiënt en veilig gebeurt
 Er sprake is van overzichtelijke en duidelijke opslag
Volgorde van systeemopbouw:
1. aard van de goederen is primair
 eigenschappen
 volume
 gewicht
 aantal
dit gebaseerd ook met evt. verwachtingen voor de toekomst
2. gebouw
 Bestaande bouw kan grenzen stellen
 Nieuwbouw gebaseerd op bij 1 benoemde punten
3. Lay-out opstellen a.d.h.v. 1 & 2 benoemde eisen
 Opslagsysteem
 Transportsysteem
 Orderverzamelsysteem
Opslagsystemen (ook in combinaties)
1. Verdeling in werk- en bulkvoorraden
Doel: sneller verzamelen van orders voor korte loop- en rijafstanden door meer artikelen
op kleiner oppervlak.
Nadeel – aanvullen vanuit bulkvoorraad = extra werk
Dit moet als volgt geschieden:
 Regelmatig
 Systematisch
 Niet storend bij verzamelen
Twee telplaatsen bij inventarisatie
1
Waalko Kramer
Januari 2009
2. Vaste- en/of vrijelocatiesysteem + (semi-vrije systeem)
Vaste locatie
Vrije locatie
 Elk artikel heeft een eigen vaste
 Elk artikel op elke willekeurige lege
plaats
plaats mogelijk
 Meestal toegepast voor
 Meestal toegepast voor bulkgoed
werkvoorraad in aflevermagazijn
Voordeel:
Voordeel:
 Sneller verzamelen door routine
 Niet meer schuiven van artikelen
 Makkelijker voor nieuwe
 Geen overvolle- of lege plekken
medewerkers
 Opslagruimte gebaseerd op
 Niet computerafhankelijk
gemiddelde voorraad van ieder
artikel
Nadeel:
Nadeel:
Langere inwerkperiode voor nieuwe
 Schuiven van artikelen bij invoegen
van nieuwe artikelen of vervallen van medewerkers
Computerafhankelijk (storing)
artikelen
Zeer gedisciplineerd locatie administratie
 Ontstaan van overvolle- of lege
nodig
plekken in magazijn als afzet sterk
wisselt of terugloopt of toeneemt
 Opslagruimte gebaseerd op
maximale voorraad
Binnen vast- en vrij systeem bestaat ook:
 Semi-vrije locatie
Voorbeeld: artikel wordt vast ingedeeld in:
 Snelloper
 Normaalloper
 Langzaamloper
Deze staan op vaste ruimte in het magazijn.
Binnen deze ruimten worden artikelen volgens vrije locatie opgeslagen
Binnen Vaste locatiesysteem bestaan er 4 varianten:
1. Artikelcode systeem
code bepaalt opslagplaats)
2. Groepsysteem
verwante artikelen bij elkaar (gebruiksverwantschap – soort
verwantschap)
3. Project systeem
opslag bij elkaar t.b.v. bepaald project (=tijdelijk)
4. Sectiesysteem
magazijn indelen in sectie met vaste bemanning die sectie zéér
goed kennen, sectie indeling kan op basis van verzameldichtheid of fysieke
producteigenschappen
2
Waalko Kramer
Januari 2009
Overige indelingscriteria:
1. vraagfrequentie: handeling aspect belangrijkst!
 laag – verweg plaatsen of hoog
 midden
 hoog – dichtbij plaatsen op grijphoogte
(ook mogelijk: omloopsnelheid)
2. omzet aandeel: financieel aspect belangrijkst!
ABC analyse (zie aparte opgave)
A- artikelen vaak voorin
(80% omzet = +/-20% assortiment)
B- artikelen er tussen in
(+/-15% omzet = +/- 30% assortiment)
C- artikelen vaak achterin
(+/-5% omzet = +/-50% asoortiment)
3. Fysieke eigenschappen
Bij elkaar plaatsen op basis van bijv.
 Volume, gewicht
 Giftigheid, kostbaar
 Diepvries, koel bewaren
 Kwetsbaarheid
4. Assortimentssamenstelling:
 Soort bij soort
 Merk bij merk
 Actie artikelen bij elkaar plaatsen
 Complementaire artikelen bij elkaar
Netto magazijnruimte = binnenafmetingen van de ruimte
Netto magazijnruimte = inhoud van de magazijnruimte
Bruto capaciteit van de vak(ken) = inhoud van de vak(ken)
Netto capaciteit van de vak(ken) = voor echt opslag van goederen te benutten ruimte
rekening houden met:
 In-/uitslag mogelijkheid
 Stapelhoogte
 Palletmaat
(zie aparte opgave bijlage 1)
Opslagcondities worden bepaald door: aar en eigenschappen van goederen
Gevaarlijke stoffen
Strakke wettelijke regeling – vergunningstelsel
Gevaarlijk:
 Schadelijk voor gezondheid op korte en lange (milieu) termijn
 Hoog risico voor brand/ontploffing
Indeling in categorieën of gevarenklasse
3
Waalko Kramer
Januari 2009
Tabel Overzicht gevarenklassen
Gevaren- Betekenis
klasse
1
ontplofbare
stoffen en
voorwerpen
2
gassen
3
4.1
4.2
4.3
5.1
5.2
6.1
brandbare
vloeistoffen
brandbare vaste
stoffen
voor
zelfontbranding
vatbare stoffen
stoffen die in
contact met water
brandbare gassen
ontwikkelen
oxiderende
stoffen
organische
peroxiden
giftige stoffen
6.2
infectueuze
stoffen
7
radioactieve
stoffen
8
9
Voorbeelden
zwart buskruit, springstoffen, dieptebommen, torpedokoppen,
raketten, granaten, munitie, ontstekers, vuurwerk
samengeperste lucht (perslucht), vloeibaar petroleumgas (lpg)
(brandbaar), zuurstof (brandbevorderend), waterstof, koolmonoxide,
spuitbussen, kleine gaspatronen, zwaveldioxide (giftig), chloor
(bijtend) en acetyleen (chemisch instabiel)
inkt, verf, lakken, harsoplossing, alcoholen, lijmen, vloeibare en
brandbare pesticiden, aardolieproducten zoals benzine
lucifers, zwavel, metaalpoeders, (gemalen) rubberafval
gedroogd rioolslib, fosfor, (oliehoudend) katoenafval
metaalpoeders (aluminium, magnesium, zink), calciumcarbide
waterstofperoxide, chilisalpeter; natriumchloraat,
ammoniumnitraat(kunstmest)
tweecomponentenlijm, (opvul)middelen tegen houtrot
chloroform, arseen, cadmium, pesticiden (bestrijdingsmiddelen),
antiklopmiddel voor motorbrandstof
Stoffen waarvan bekend is of waarvan redelijkerwijs kan worden
aangenomen dat zij ziekteverwekkers bevatten; ziekteverwekkers zijn
gedefinieerd als micro-organismen zoals onder meer bacteriën,
virussen, parasieten en schimmels.
Radioactieve stoffen worden gebruikt voor waarnemings- en
controleapparaten, röntgen- en bestralingsapparatuur en als
controlemiddel bij productieprocessen (bijvoorbeeld: uranium).
Let op! Deze stoffen vallen niet onder de WVGS.
bijtende stoffen accuzuur, zwavelzuur, zoutzuur, natronloog
diverse gevaarlijke asbest, lithiumbatterijen, airbagmodules, verwarmde vloeistoffen bij
stoffen en
een temperatuur van 100 graden Celsius of hoger en verwarmde
voorwerpen
vaste stoffen bij een temperatuur van 240 graden Celsius of hoger
4
Waalko Kramer
Januari 2009
Vergunningen: door aantonen van genomen bepaalde maatregelen
 Aanwezigheid van deskundigheid in omgang met gevaarlijke stoffen (ADR diploma),
brandweer & BHV)
 Bouwkundige aanpassingen (toegang, afsluiting & klimaatbeheersing. Dit vaak
wettelijk!)
 Opslagprocedures (vaak wettelijk!, samenladingsvoorschriften)
 Voorraadadministratie betrouwbaar (wat ligt waar opgeslagen)
 Bedrijfsrampenplan (calamiteitenplan & ontruimingsplan)
Altijd: incidenten melden bij bevoegde instanties:
 Milieudienst
 Arbeidsinspectie
 Brandweer
 Gemeente
 GGD
Bederfelijkegoederen
Geconditioneerde opslag – creëren van klimaatcondities om gewenste
producteigenschappen te behouden:
 Koelen/vriezen
 Verwarming
 Stofvrij houden
 Ventileren
 Verduisteren
Altijd: controle op geschiktheid voor menselijke consumptie door controlediens/inspectie
Opslagplanning
Uitgangspunten:
 Optimale ruimtebenutting
 Optimale bereikbaarheid
Globaal =
Verwachte
werkaanbod
komende periode
Beschikbare
ruimte, manuren
“matching”
& middelen
afstemming = organiseren komende periode
Gegevens
Informatie in kengetallen
 geautomatiseerd
 handmatig (planbord)
Gegevens
informatie in kengetallen
5
Waalko Kramer
Januari 2009
Detailplanning – weekplanning/dagplanning
Hulpmiddel: computerprogramma
 Verwacht ontvangst hoeveelheid (+/+) naar soort locatie
 Huidige bezetting
 Verwachte uitgifte hoeveelheid (+/+) naar soort locatie
 Uitdraai van reserve of tekort naar soort locatie
Nodig: actuele informatie
 Tijdsplanning van ontvangst of uitgifte i.v.m. afstemming
Bijstellen planning:
 Als ontvangst of uitgifte niet betrouwbaar of niet bekend is
 Als informatie incorrect of software onbetrouwbaar is
 Als gegevens niet of onjuist worden ingebracht of verwerkt
Controle opslagplan
 a.d.h.v. geconstateerde fouten (achteraf)
 voorraadinventarisatie (volledig, steekproef of cycle couting)
 melden van lege plaatsen
6
Waalko Kramer
Januari 2009
Bijlage 1
Bullinggraad bij:
Legbordstelling vak 100x30x30 cm
 er is ruimte nodig voor scheiden van artikelen
 er is ruimte nodig voor pak/grijp mogelijkheid
 in verband met afmetingen van artikelen nooit 100% ruimte benutting
100x30x30
95x25x25
vullinggraad
Legbordstelling vak 100x60x60 cm
100x60x60
95x55x55
vullinggraad
Bijlage 2
Bereken met de gegevens van bijlage 3 de RAAKFREQUENTIE. Zet daarna de artikelen in
volgorde van RAAKFREQUENTIE in een tabel.
Bijlage 3
Van een aantal artikelen in het bestand van een onderneming zijn de volgende gegevens
bekend
Artikel
Jaarafzet
Grof
Fijn
Groot
Klein
Dik
Dun
Hoog
Laag
Kort
Lang
300
15.000
70
4.000
110
5.000
330
700
2.500
850
Gemiddelde afname
per order
15
25
2
80
10
10
10
250
7
5
Prijs per eenheid
€10
€2
€85
€3,50
€120
€8,20
€25,50
€8
€11,50
€87,50
Voor elk artikel gelden per orderpickmoment dezelfde toe te rekenen kosten
1. geef op basis van de ABC-analyse (80-15-5) een rangschikking van het bovenstaande
assortiment
2. 2. geef een rangschikking van bovenstaand assortiment op basis van omzetaandeel
en handlingkosten
Voor de uitwerking van deze opgave kan je me mailen op
[email protected]
Geef even aan welk hoofdstuk en waar het over gaat. Ik mail vervolgens de
uitwerking
7
Waalko Kramer
Januari 2009
Download