Belastingvermindering voor energiebesparende investeringen Wie investeert in een woning met een zuinig energieverbruik, kan genieten van een belastingvermindering van 500 EUR. Een Wet van 31 juli 2004 (B.S., 23 augustus 2004) trekt dit basisbedrag op tot 600 EUR voor investeringen in bestaande woningen. Eerder had een KB van 23 juni 2004 (B.S., 7 juli 2004) reeds de voorwaarden aangepast waaraan deze investeringen moeten voldoen. En als de kers op de taart geeft de nieuwe administratieve circulaire van 19 mei 2004 verduidelijkingen bij een aantal vragen over de toepassing van de circulaire van 20 februari 2003 m.b.t. de vermindering voor energiebesparende investeringen. Hoog tijd dus om eens alles op een rijtje te zetten. Wettelijk kader De volgende teksten reglementeren de belastingvermindering voor energiebesparende investeringen: - artikel 145/24 van het Wetboek op de Inkomstenbelastingen 1992; - afdeling XXVsepties van het Koninklijk Besluit tot uitvoering van het Wetboek op de Inkomstenbelasting 1992. Wie geniet van de belastingvermindering? Alleen de belastingplichtige die eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker is van een woning kan genieten van deze belastingvermindering. De naakte eigenaar van een woning valt bijgevolg uit de boot. Vanaf aanslagjaar 2006 zal ook een huurder kunnen genieten van de belastingvermindering wanneer hij zijn huurwoning energiezuiniger maakt. Bij een gemeenschappelijke aanslag wordt de belastingvermindering verdeeld over beide partners. De belastingvermindering wordt omgedeeld in functie van: - het aandeel van elk van de partners in het kadastrale inkomen van de woning voor eigenaars, bezitters, erfpachters, opstalhouders of vruchtgebruikers; - (vanaf aanslagjaar 2006) het belastbaar inkomen van elk van de partners ten opzichte van de som van het belastbaar inkomen van beide partners voor huurders. Een ‘woning’ is een gebouw of een deel van een gebouw dat ‘gewoonlijk bestemd is voor bewoning’. Kamers in gemeenschappelijke gebouwen, studentenkamers en kamers voor seizoenarbeiders worden niet als woning beschouwd. Welke uitgaven komen in aanmerking? Energiezuinige investeringen De volgende uitgaven geven recht op een belastingvermindering: 1. uitgaven voor de vervanging van een oude stookketel door een condenserende ketel, een stookketel op hout, een installatie met warmtepomp of een installatie met een systeem van microwarmte-krachtkoppeling; 2. uitgaven voor de installatie van een systeem van waterverwarming door middel van zonne-energie; 3. uitgaven voor de plaatsing van zonnecelpanelen voor het omzetten van zonne-energie in elektrische energie; 4. uitgaven voor de plaatsing van alle andere uitrustingen voor geothermische energieopwekking; 5. uitgaven voor de plaatsing van dubbele beglazing; 6. uitgaven voor de isolatie van daken; 7. uitgaven voor de plaatsing van een warmteregeling van een installatie van centrale verwarming door middel van thermostatische kranen of door een kamerthermostaat met tijdsinschakeling; 8. uitgaven voor een energie-audit van de woning uitgevoerd overeenkomstig de toepasselijke gewestelijke wetgeving. Voorwaarden De belastingvermindering geldt echter niet wanneer de belastingplichtige deze investeringen aftrekt als beroepskost of wanneer deze aanleiding geven tot een investeringsaftrek. De werken moeten bovendien worden uitgevoerd door een geregistreerd aannemer. Werkt u met een bouwpromotor of sleutel-op-de-deur-firma en is dit geen geregistreerd aannemer? Geen nood, dan moet deze firma op de factuur - of de bijlage erbij - attesteren dat de uitvoerder van de werken wel degelijk een geregistreerd aannemer was. Bij deze attestatie moet dan zeker de identiteit en het registratienummer van de aannemer vermeld worden. De geregistreerde aannemer moet op zijn factuur of in bijlage bij de factuur de volgende gegevens vermelden: - de woning waar de werken zijn uitgevoerd; - de verdeling van de kosten tussen de uitgaven onder 1 tot en met 4 , de uitgaven onder 5 tot en met 8 en eventuele andere werken; - een verklaring van gelijkvormigheid, met een aantal verplichte vermeldingen (zie bijlage IIbis bij het KB/WIB’92). Uitgaven in het kader van een leasingsovereenkomst - bijvoorbeeld leasing van zonnepanelen -, kunnen in aanmerking komen, voor zover deze investering wordt afgeschreven. Het gedeelte van de huurprijs dat overeenstemt met de interesten, wordt niet meegerekend. De factuur moet bijgevolg zo zijn opgesteld dat het gedeelte van de werkelijk betaalde interesten kan afgezonderd worden van het bedrag van de betaalde huur. Hoeveel bedraagt de belastingvermindering? De belastingvermindering is gelijk aan een percentage van de werkelijk gedane uitgaven: - 15 % voor de uitgaven onder 1 tot en met 4, - 40 % voor de uitgaven onder 5 tot en met 8. Vanaf aanslagjaar 2006 wordt voor elk van de uitgaven het percentage van de belastingverminderingen op 40 % gebracht. De belastingvermindering is echter wel beperkt: het totaal van de verschillende belastingvermindering mag per belastbaar tijdperk en per woning niet meer bedragen dan 500 EUR. Voor aanslagjaar 2005 wordt dit bedrag geïndexeerd tot 610 EUR. Vanaf aanslagjaar 2006 zien de maximumbedragen voor de belastingvermindering er als volgt uit: - 610 EUR in geval van bouw of verwerving van de woning in nieuwstaat; - 600 EUR bij gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de woning. Hoe gaat dit praktisch in zijn werk? In de aangifte personenbelasting kan de belastingplichtige vanaf aanslagjaar 2004 een specifieke rubriek voor de belastingvermindering voor energiebesparende uitgaven invullen: het betreft de rubriek G van vak IX van deel I van de aangifte, in het bijzonder de codes 363 en 383. De belastingplichtige moet bovendien bij zijn aangifte de volgende documenten voegen: - de facturen betreffende de uitgevoerde werken; - het betalingsbewijs van de bedragen die voorkomen op de facturen.