Mensen in hun kracht zetten om zelf regie te voeren.

advertisement
‘Mensen in hun
kracht zetten om zelf
KANTELING IN
regie
te
voeren.’
DE EERSTE LIJN
Ons huidige zorgstelsel is onvoldoende voorbereid op de uitdagingen in de toekomst: een
wereld die razendsnel verandert, ziekenhuizen die te maken hebben met krimp, extra taken
voor de huisartsen en ouderen waarvan verwacht wordt dat zij hun chronische ziekte steeds
meer zelf ‘managen’. Ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan van Saltro vertellen vernieuwers
in de zorg in deze serie welke kanteling zij verwachten. Aan het woord is Hendrien Witte,
directeur Longfonds patiëntenvereniging.
Ons huidige zorgstelsel is onvoldoende voorbereid op de uitdagingen in de
toekomst, stelde Esther Talboom van Saltro tijdens de Invitational Conference.
Waar zitten volgens u in uw specifieke vakgebied de zwakheden waarmee we
als eerste moeten afrekenen?
‘De zwakheden spitsen zich toe op de diagnostiek en het echte gesprek in de
spreekkamer. Verder dient de samenwerking in de zorg meer rondom de behoeften
van de patiënt georganiseerd te worden. Andere verbeterpunten kunnen nog
gerealiseerd worden als het gaat om de farmaceutische zorg, de eigen regie van de
patiënten ten aanzien van hun zorg en de toegankelijkheid tot innovaties.
Bent u het desondanks eens met de stelling dat de gezondheidszorg in
Nederland op dit moment goed georganiseerd is?
‘Beslist. Maar het kan en moet natuurlijk altijd verbeterd worden om de uitdagingen
van de toekomst aan te kunnen - bij stijgende zorgkosten. Onze verworvenheden zijn:
solidariteit; de toegankelijkheid en vanzelfsprekend van de kwaliteit van de zorg. Deze
moeten behouden blijven binnen de ontwikkelingen in de organisatie’.
U bent voorstander van een dossier dat de patiënt zelf beheert en waarin
zorgverleners advies en duiding geven. Is dat zelf beheren van zo’n dossier niet
iets teveel gevraagd van de patiënt? Waarom is de huidige werkwijze niet goed?
‘Allereerst lijkt er spraakverwarring over het woord ‘beheren’ te bestaan. In onze
optiek is de patiënt eigenaar van zijn gegevens en dergelijke. Dat betekent ons
inziens dat hij altijd bij zijn uitslaggegevens, behandelplannen en dergelijke moet
kunnen. Daar waar bij chronische ziekten een individueel behandelplan wordt
gemaakt, waarin ook de persoonlijke, niet-medische en medische streefdoelen zijn
opgenomen, is het van belang dat de patiënt zelf informatie en/of data kan toevoegen.
De patiënt kan bepalen wie van de zorgverleners toegang krijgt tot zijn informatie. Bij
co-morbiditeit kunnen ook de verschillende behandelaars kennisnemen van de
situatie c.q. behandeling en houdt de patiënt overzicht’.
‘Gezien de ontwikkelingen in de zorg zal de rol van behandelaar en/of huisarts zich
ontwikkelen in de richting van coach en adviseur. Graag verwijs ik hier even naar het
boekje ‘Persoonlijk gezondheidsdossier’ van NPCF. De hierin opgetekende verhalen
laten duidelijk zien dat er een brede groep is die graag met een gestandaardiseerde
vorm van PGD willen werken. Natuurlijk kan het zo zijn dat er een groep mensen is
die geen gebruik van een dergelijk dossier willen of kunnen maken. Maar in het kader
van regie nemen in je zorg is het essentieel dat er een dergelijk product komt en
aangeboden wordt aan nieuwe en bestaande patiënten’.
‘Waarom de huidige werkwijze in mijn optiek niet oke is? De patiënt heeft over het
algemeen geen toegang tot de systemen van de huisarts of andere behandelaars.
Niet om te raadplegen en niet om zelf data toe te voegen. Daar komt bij dat de diverse
behandelaars verschillende systemen gebruiken. Er is dus geen overview en geen
uitwisseling of aanvulling voor zowel patiënt als tussen de betrokken zorgverleners.
Maar gelukkig zijn er in de eerste lijn al ontwikkelingen bij diverse zorggroepen
gaande die de goede kant op gaan’.
Hendrien Witte
Is sinds 2010 directeur
van Longfonds
patiëntenvereniging
(voorheen het
Astmafonds). Eerder
was zij lid van het
managementteam
Longfonds en directeur
Aedes Vereniging van
Woningcorporaties.
U wilt de kwaliteit van de zorg beter kunnen meten. Hoe wilt u dit gaan
bereiken?
‘Door het gaan meten op basis van patiënt-relevante uitkomsten en meten op ervaren
kwaliteit van leven en positieve gezondheid over meerdere jaren. In samenwerking
met de Longalliantie ontwikkelen we nu bijvoorbeeld een ziektelastmeter. Deze wordt,
naast andere meetinstrumenten, ingezet om de effecten van het nieuwe zorgpad
COPD te meten vanuit het perspectief van de patiënt. Dit biedt informatie die van
belang is en die kan helpen om de zorg te verbeteren. Voor de toekomst zien wij ook
een directe rol voor patiënten weggelegd. We willen graag stimuleren dat patiënten
méér regie nemen. Bijvoorbeeld door hen te laten melden wat hun ervaringen zijn met
de zorg bij ons meldpunt (longfonds.nl/meldpunt-longzorg) en bijvoorbeeld op
ZorgkaartNederland. Maar als Longfonds willen we ook zelf visitaties met patiënten
gaan aanbieden aan ziekenhuizen of instellingen’.
‘Meten is echter nooit een doel op zich. De resultaten van metingen als de CQ-i,
PROM’s, PREM’s en visitaties moeten hun meerwaarde bewijzen. Niet alleen bij de
verbetering van de kwaliteit van de zorg, maar óók als het gaat om de zorginkoop
door zorgverzekeraars. En, last but not least, moeten metingen de inzichtelijkheid
(transparantie) van de zorg voor longpatiënten vergroten’.
‘Gezien de ontwikkelingen in de zorg zal de rol van
behandelaar en/of huisarts zich ontwikkelen in de
richting van coach en adviseur’
Juicht u de kanteling in de eerste lijn toe, hoe kijkt het Longfonds hier
tegenaan?
“De kanteling is onvermijdelijk door de koers die ingezet is. Het mooie ervan is dat het
mensen in hun kracht kan zetten, waardoor zij beter en méér in staat zijn om zelf regie
te voeren over hun zorg en welzijn. Zorgpunten zijn een verantwoordelijkheid van de
gemeente, net als de manier waarop die, gedifferentieerd, invulling krijgen. En dat
gecombineerd met de facilitering van de eerste lijn, inclusief wijkverpleegkundige, om
de verbindende rol goed in te vullen. Van belang is om voor de diverse chronische
ziekten voldoende expertise in de wijkteams en wijkverpleegkundigen beschikbaar te
houden. Een ander zorgpunt is de overbelasting van mantelzorgers”.
Wat zijn voor u nog eventuele verbeterpunten?
“Ten eerste: er zijn mooie innovaties die soms maar langzaam toegang tot de
spreekkamer krijgen. Innovaties zoals eHealth kunnen de kwaliteit van zorg verhogen
en meer regie geven aan patiënten. Dilemma daarbij is wel: gaat het om vervangende
zorg, of is het zorg die er éérst bovenop komt en daarna pas leidt tot vermindering van
Dit artikel wordt u aangeboden door Saltro.
de zorgvraag? Zorg is gewoon een lastige markt. Partijen kunnen immers
tegengestelde belangen hebben, om maar wat te noemen. Denk daarbij aan kwaliteit
van zorg, financiële overwegingen ten aanzien van de eigen portemonnee of van de
financiering van de organisatie”.
“Een goed voorbeeld van innovatie is in mijn optiek de app die nu in ontwikkeling is,
waarmee astma-aanval bij een kind kan worden gedetecteerd. Hiermee kunnen
bijvoorbeeld ziekenhuisopnames worden voorkomen. Dat betekent een enorme winst
voor ouders en kind. Maar anderzijds betekent minder ziekenhuisopnames ook lagere
inkomsten”.
“Een ander verbeterpunt: de samenwerking tussen zorgverlener en patiënt, maar ook
de samenwerking tussen de zorgverleners onderling kan echt beter. Ik sluit me wat dit
betreft graag aan bij Hans Severijns, hoogleraar evaluatie in de gezondheidszorg. Zijn
conclusie is dat het bij innovaties in de zorg niet alleen draait om nieuwe medicijnen,
diagnostische instrumenten, eHealth interventies en technologieën. Het gaat ook, en
misschien wel vooral, om méér en betere afstemming en het anders organiseren van
de zorg. Hiervoor zijn op de korte termijn investeringen nodig, maar gaat op de wat
langere termijn leiden tot besparingen en een kwaliteitsverbetering voor
longpatiënten”.
“Ander belangrijk punt is de ontschotting van de zorg. In een recent onderzoek naar
ervaringen van longpatiënten met het preferentiebeleid en de zorginkoop van
longmedicatie komt naar voren dat 82% van de deelnemers te maken heeft met comorbiditeiten. En 63% gebruikt drie of meer medicijnen op recept. Deze longpatiënten
maken vaak gebruik van meerdere specialismen: de eerstelijns zorg, maar ook van
zorg uit de WMO. Alleen daarvoor al is samenwerking en ontschotting zo belangrijk”.
Als we de gezondheidszorg in ons land anno nu vergelijken met die van
bijvoorbeeld 2020, wat zijn dan de grootste veranderingen?
“Ik verwacht dat er steeds meer informatie en data voor diagnostiek en verloop van de
ziekte thuis gegenereerd gaat worden. Er zullen dan vele instrumenten op de markt
zijn, zoals apparatuur waarmee thuis de longfunctie kan worden gemeten, die
verbonden is met het systeem van de behandelaar. De patiënt levert data aan, op
basis waarvan de behandelaar duiding en advies geeft over de behandeling en
leefstijl. Zo kan er ook sneller worden ingegrepen als er verslechtering optreedt en is
het mogelijk om bijvoorbeeld een longaanval te voorkomen, inclusief een eventuele
ziekenhuisopname. De preventiekant krijgt hiermee een enorme impuls en zal, ook
qua kosten, zeker zijn vruchten gaan afwerpen. Het PGD is geworteld in de zorg en in
de zorgsystemen en vormt de basis voor deze ontwikkeling”.
“Verder zullen de decentralisatie en kanteling in 2020 verder vormgegeven zijn. Het
netwerk van behandelaars en gemeente en welzijn zal steeds meer als een echt
netwerk rondom ‘de patiënt’, lees: kwetsbare mensen, gaan fungeren”.
“In 2020 hebben patiënten verder maximaal inzicht in de kosten van hun zorg.
Zorginkoop vindt echt ontschot, dus rond de behoeften van de patiënt, plaats en houdt
rekening met de ervaren kwaliteit van leven. Met andere woorden: de patiënt heeft
invloed op de inkoop. De inkoop en het aanbod zijn dan transparant, zowel voor
burgers als vertegenwoordigers op landelijk niveau. Ook de discussie rondom dure
geneesmiddelen heeft dan zijn beslag gekregen. Verder is tevens de farmacie-inkoop
transparant en wordt gedaan vanuit een meerjarenvisie”.
Dit artikel wordt u aangeboden door Saltro.
Download